Vraag nr. 6
van 2 oktober 2001
van mevrouw BRIGITTE GROUWELS Brussel – Ministerieel overleg
De besprekingen tussen de leden van de V l a a m s e regering en de collegeleden van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie (VGC) zijn onontbeerlijk voor een degelijke implementatie van de V l a a m s e regelgeving in de Brusselse specifieke situatie. D e r-halve moeten zij op geregelde basis samenkomen om te overleggen hoe ze deze regelgeving op de ef-ficiëntste manier kunnen uitvoeren.
1. Hoe vaak is er het voorbije parlementaire werk-jaar overleg geweest tussen de collegeleden van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de Vlaamse regeringsleden ?
Als dit gebeurde, op wiens initiatief vonden de besprekingen dan plaats ?
2. Hebben de Vlaamse ministers van We l z i j n ,C u l-tuur en Onderwijs tijdens het voorbije parle-mentaire werkjaar bij belangrijke teksten steeds overlegd met hun collega's van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie ?
En zo ja, op welke manier heeft dit de teksten bijgestuurd ?
Antwoord
De Vlaamse volksvertegenwoordiger weet dat de minister van Brusselse Aangelegenheden deel uit-maakt van het college van de Vlaamse Gemeen-s c h a p Gemeen-s c o m m i Gemeen-s Gemeen-s i e. Dit houdt meteen in dat er maandelijks een structureel overleg is tussen de Vlaamse regering en het college van de V l a a m s e G e m e e n s c h a p s c o m m i s s i e. Voorts maken zes raads-leden van de Vlaamse Gemeenschapscommissie deel uit van het Vlaams Parlement, waaronder de Vlaamse volksvertegenwoordiger, zodat de politie-ke opvolging van het Vlaamse beleid en zijn toe-pasbaarheid op Brussel verzekerd is.
Behalve mijn eigen contacten, is er het afgelopen parlementair werkjaar geen formeel collectief overleg geweest tussen de ministers van de V l a a m-se regering en de Vlaamm-se collegeleden. Wel waren er contacten ad hoc tussen de collegeleden en de Vlaamse ministers binnen het kader van ieders res-pectieve bevoegdheden. Een concrete registratie hiervan kan ik de Vlaamse volksvertegenwoordiger niet geven. Op welke manier dit zichtbaar is in de
t e k s t e n , heb ik al voor een stuk aangegeven in mijn antwoord op haar vorige vraag (vraag nr. 5 van 2 oktober 2001 ; blz. 783 – red.).
– Onderwijs : bestendiging en uitbreiding van het convenant inzake het voorrangsbeleid, c o n t i n u-ering van het convenant inzake onderwijs in eigen taal en cultuur, een eigen plaats met extra omkadering voor het Centrum voor Leerlingen-begeleiding van de Vlaamse Gemeenschaps-c o m m i s s i e, behoud van de aangepaste normen voor het deeltijds kunstonderwijs, het uitwerken binnen CAO 6 van een premie voor Brusselse leerkrachten om het lerarentekort tegen te gaan . . . ( CAO : collectieve arbeidsovereenkomst – red.).
– Welzijn/gezondheid : Brusselparagraaf in het decreet op de zorgverzekering, bestendiging en uitbreiding van het convenant en het aantal sub-sidieerbare trajecten binnen het inburgeringsbe-leid en eigen plaats voor Brussel in het decreet t e r z a k e, opname van Het Punt in de heroriënte-ring van het vrijwilligerswerk, ...
