Maatschappelijk werker, niveau B1‐B3
1. Functiebeschrijving
Doel van de functie
Verzekert het recht op maatschappelijke dienstverlening om zo iedereen in staat te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid door het aanbieden van psychosociale hulp, informatie en advies en concrete dienstverlening op het vlak van maatschappelijke integratie en schuldbemiddeling.
Positie in het organigram
Staat onder de leiding van de teamverantwoordelijke Maatschappelijke Integratie of Schuldbemiddeling.
Functiefamilie Experten
Graad
Administratieve basisgraad, B1-B3
Evaluatoren
1ste evaluator: Teamverantwoordelijke Maatschappelijke Integratie of Schuldbemiddeling 2de evaluator: Directeur Leven & Welzijn
Kernresultaatsgebieden
Geeft ondersteuning en advies aan directie, teamverantwoordelijken en collega’s op basis van de eigen expertise en ervaring zodat specifieke casussen en projecten op een efficiënte manier behandeld en uitgewerkt kunnen worden.
- Speelt proactief in op vragen, behoeften, ontwikkelingen en trends binnen het eigen vakdomein die van belang zijn voor de interne organisatie.
- Bereidt adviezen voor de bestuursorganen voor binnen het eigen specialisatiedomein en houdt hierbij rekening met de beleidslijn van de organisatie.
- Neemt initiatieven om rapportage op te zetten, te controleren en waar nodig bij te sturen binnen het eigen specialisatiedomein.
- Ondersteunt de eigen teamverantwoordelijke, coördinator en directeur bij het strategisch beleidsvoorbereidend werk gelinkt aan de eigen specialisatie en bij de vertaling naar en implementatie van doelstellingen en acties in de praktijk.
Treedt op als expert in het eigen vakdomein om zo cliënten en externe partners correct te kunnen informeren, adviseren en ondersteunen bij hun vragen en noden.
‐ Verstrekt informatie en voert taken uit op een discrete, deskundige en klantvriendelijke wijze ten opzichte van cliënten en externe partners.
- Volgt de regelgeving en procedures omtrent het eigen werkingsgebied nauwgezet op, en ziet toe op de correcte naleving ervan.
‐ Neemt een proactief adviserende en informerende rol op ten opzichte van cliënten en externe partners.
‐ Initieert en onderhoudt contacten met relevante interne en externe partners teneinde de eigen kennis aan te scherpen en de dienstverlening te versterken.
‐ Kan correct en objectief risico’s inschatten en vertalen in oplossingen.
‐ Neemt de verantwoordelijkheid om vragen en problemen uit te diepen en antwoorden en/of oplossingen voor te bereiden.
Neemt verantwoordelijkheid voor het verlenen van een kwalitatieve en performante dienstverlening en begeleiding teneinde cliënten ondersteuning, kansen en groeimogelijkheden te bieden.
- Kan (hulp)vragen correct analyseren en interpreteren en gebruikt daarvoor de passende methodiek(en) zoals een intakegesprek, telefonische contact, huisbezoek, samenwerking met derden, toeleiding naar andere partners, casusoverleg…
- Voorziet in psychosociale begeleiding van cliënten met als doel het helpen duiden van de problematiek van de cliënt, het stimuleren van de zelfredzaamheid en het verzamelen en verstrekken van informatie over de hulpvraag.
- Verleent op een neutrale, deskundige en menselijke manier hulp- en dienstverlening en begeleidt cliënten naar een geschikte oplossing voor de specifieke situatie en noden.
- Voert een sociaal onderzoek en rapporteert door middel van een sociaal verslag aan de eigen teamverantwoordelijke en het bijzonder comité voor de sociale dienst.
- Volgt op een gestructureerde manier dossiers op en informeert cliënten over de voortgang van dossiers, werkwijzen en procedures die gevolgd worden.
- Voert de noodzakelijke administratieve taken uit die verbonden zijn aan het recht op maatschappelijke dienstverlening.
Bouwt professionele samenwerkingsrelaties op teneinde een netwerk uit te bouwen en de hulpverleningsprocessen steeds up to date te houden zodat deze beantwoorden aan de noden op het terrein.
- Zet communicatiestructuren en samenwerkingsverbanden op samen met andere hulpverleners en welzijnsorganisatie en neemt zo een schakelfunctie op.
- Participeert aan interne en externe overlegplatformen om aan casusbespreking te doen en problematieken te kunnen analyseren en opvolgen.
- Initieert en participeert aan nieuwe projecten, overlegstructuren en samenwerkingsverbanden om adviezen in te winnen en uit te wisselen
- Evalueert de impact van de diverse projecten op het werkveld zowel naar de eigen organisatie als naar de hulpvragers toe.
- Zet binnen het eigen takenpakket in op outreachende hulpverlening in samenwerking met interne en externe partners.
- Kan multidisciplinair denken en handelen in functie van de situatie en noden die zich stellen.
Competenties
Open en opbouwend samenwerken
Vanuit een open geest en houding ten opzichte van andere ideeën, meningen en mensen een brede kijk ontwikkelen over de diensten heen en de implicaties van de beslissingen op andere domeinen juist kunnen inschatten.
Klantgerichtheid
Handelt professioneel tegenover vragen van interne en externe klanten binnen de grenzen van de bestaande spelregels.
Respectvol en loyaal handelen
Loyaal ondersteunen en uitvoeren van genomen beslissingen en op een constructieve wijze bijdragen aan een positief imago.
Probleemanalyse
Signaleert problemen, splitst het probleem op in verschillende onderdelen : zoekt naar mogelijke oorzaken, verzamelt relevante gegevens, legt hiertussen de verbanden.
Luisteren
Hoort met aandacht en gericht welke (non)verbale boodschap iemand brengt, geeft ruimte aan gesprekspartners, gaat in op reacties en kan waar nodig doorvragen.
Kwaliteitsgerichtheid
Stelt hoge eisen aan de kwaliteit van het eigen werk (en dat van anderen). Streeft voortdurend verbetering na.
Leervermogen
Staat open voor en kan zich flexibel aanpassen aan veranderingen. Kan zich continu nieuwe inzichten, vaardigheden en kennis eigen maken in functie van de professionele noden en wensen.
Stressbestendigheid
Vertoont efficiënt gedrag in situaties met hoge complexiteit, tijds- of werkdruk. Kan gevoelens beheersen en kanaliseren, ook bij tegenslag, teleurstelling, kritiek of stress.
Kennis
- Grondige kennis van de specifieke wetgevingen met betrekking tot welzijn en sociaal beleid (wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de OCMW’s, wet van 22 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, sociale wetgeving…)
- Kennis van de sociale kaart en inzicht in het algemene welzijnswerk
- Kennis van de organisatie van de OCMW dienstverlening en de werking van een lokaal bestuur
2. Aanwervingsvoorwaarden
Een bachelor diploma in het sociaal-agogisch werk met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma.
3. Selectie
1. Een schriftelijk gedeelte op 60 punten bestaande uit
1. een competentieproef: de kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie (m.b.t. de inhoudelijke en organisatorische werking van de dienst of afdeling) die zich tijdens de latere uitoefening van de functie kan voordoen. De kandidaat tracht een oplossing uit te werken, waarbij de competenties vereist voor de functie op basis van de functiebeschrijving en het competentieprofiel worden getoetst. (30 punten)
2. een worksampleproef: omvat de specifieke beschrijving van één of meer situaties of praktijkgevallen die verband houden met de dienst, en waarover de gegevens tijdens het examen aan de kandidaat worden bezorgd. De wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. (30 punten)
2. Een psychotechnische screening (eliminerend)
Bestaat uit een op de functie en werkomgeving gerichte persoonlijkheidsvragenlijst en psychotechnische testen afgestemd op het niveau en de aard van de functie (groep). Er wordt een uitspraak gedaan naar de geschiktheid van de kandidaat (niet geschikt of geschikt). Om te slagen moet men ‘geschikt’ bevonden worden.
3. Een mondeling gedeelte op veertig punten
Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, van zijn persoonlijkheid, eventuele werkervaring en van zijn interesse voor het werkterrein. De geselecteerde competenties worden grondig bevraagd.
4. Bruto geïndexeerde jaarsalarissen (index 1,7410)
Jaren
anciënniteit Functionele loopbaan
B1 B2 B3
0 30 119,30 € 32 817,85 € 34 036,55 €
1 30 989,80 € 33 862,45 € 35 429,35 €
2 30 989,80 € 33 862,45 € 35 429,35 €
3 31 860,30 € 34 994,10 € 36 735,10 €
4 31 860,30 € 34 994,10 € 36 735,10 €
5 32 730,80 € 36 038,70 € 38 127,90 €
6 32 730,80 € 36 038,70 € 38 127,90 €
7 33 601,30 € 37 083,30 € 39 520,70 €
8 33 601,30 € 37 083,30 € 39 520,70 €
9 34 471,80 € 38 214,95 € 40 913,50 €
10 34 471,80 € 38 214,95 € 40 913,50 €
11 35 342,30 € 39 259,55 € 42 306,30 €
12 35 342,30 € 39 259,55 € 42 306,30 €
13 36 125,75 € 40 391,20 € 43 699,10 €
14 36 125,75 € 40 391,20 € 43 699,10 €
15 36 996,25 € 41 435,80 € 45 091,90 €
16 36 996,25 € 41 435,80 € 45 091,90 €
17 37 866,75 € 42 480,40 € 46 397,65 €
18 37 866,75 € 42 480,40 € 46 397,65 €
19 38 737,25 € 43 612,05 € 47 790,45 €
20 38 737,25 € 43 612,05 € 47 790,45 €
21 39 607,75 € 44 656,65 € 49 183,25 €
22 39 607,75 € 44 656,65 € 49 183,25 €
23 40 652,35 € 46 049,45 € 50 750,15 €
Anciënniteit vorige werkgevers
Voor de berekening van je geldelijke anciënniteit (trappen 0, 1, 2, 3, … 23) kan je onbeperkt werkervaring toevoegen aan je anciënniteit vanuit de diensten bij een overheid. Vanuit de privésector of als
zelfstandige dient deze werkervaring relevant te zijn.
Voor de berekening van je schaalanciënniteit (B1→B2 en B2→B3) kan je onbeperkt werkervaring toevoegen aan je anciënniteit vanuit de diensten bij een andere overheid, de privésector of als
zelfstandige als die beroepservaring werd verworven in een functie die, zowel wat betreft inhoud, verantwoordelijkheden als vereiste competenties, in grote mate overeenstemt met de huidige functie binnen onze organisatie. Het functieprofiel is quasi identiek als de functie in onze organisatie.
Je werkervaring van bij eventuele vorige werkgevers kan worden toegevoegd aan je anciënniteit aan de hand van ondertekende tewerkstellingsattesten. Op deze attesten moet onderstaande informatie terug te vinden zijn.
Informatie van de werkgever;
Je persoonlijke informatie;
Van – en tot datum van de tewerkstelling;
Statuut van de tewerkstelling;
Prestaties per week;
Omschrijving van de uitgeoefende functie;
Eventueel een niveau (niveau A, B, C, D of E) van de tewerkstelling.
Functionele loopbaan
De functionele loopbanen en de voorwaarden voor doorstroming naar de volgende salarisschalen zijn voor het niveau B:
van B1 naar B2 na 4 jaar schaalanciënniteit in B1 en een gunstig evaluatieresultaat;
van B2 naar B3 na 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in B1 en B2 en een gunstig evaluatieresultaat;
Het personeelslid met een gunstig evaluatieresultaat dat de vereiste schaalanciënniteit heeft, krijgt de volgende salarisschaal van de functionele loopbaan.
Het personeelslid met een evaluatieresultaat onvoldoende of geheel onvoldoende heeft geen recht op de volgende salarisschaal van de functionele loopbaan, ook al heeft het de vereiste schaalanciënniteit. Het personeelslid krijgt die salarisschaal pas als het een volgende evaluatieperiode afsluit met een gunstig evaluatieresultaat.