Vraag nr. 204 van 14 mei 2001
van de heer FRANCIS VERMEIREN Verkeer Vlaams-Brabant – Toekomstopties
De toename van het scheepvaartverkeer op de bin-n e bin-n w a t e r e bin-n , die wat het Zeekabin-naal Brussel-Wi l l e-broek betreft het best wordt geïllustreerd door de evolutie van de trafiek van de NV Zeekanaal, is al-leszins zeer bemoedigend, aangezien dit een be-langrijke ontlasting betekent inzake vrachtverkeer voor de Ring 0 rond Brussel.
Deze ontwikkeling wordt ook gekenmerkt door een aanzienlijke vraag vanuit de bedrijfswereld naar vestigingsplaatsen langs het Zeekanaal. De plannen van het Brussels Gewest om tegen 2003 het zwaar wegvervoer uit de stad te bannen, zullen ongetwijfeld de druk op het Vlaams Gewest doen toenemen om bedrijfsruimte en de nodige wegeninfrastructuur te creëren. Het zal wellicht ook een zeer intens vrachtverkeer op de ring en op de belangrijkste gewestwegen in V l a a m s-B r a b a n t tot gevolg hebben.
Duidelijk is ook dat de verbindingswegen over het Zeekanaal Brussel-Willebroek binnen afzienbare tijd verzadigd zullen zijn. Tussen de Van Praetbrug en de brug in Vilvoorde (N211) is er slechts één overjaarse brug voor het verkeer en de verbinding tussen beide oevers, namelijk de Budabrug, e c h t e r gelegen op Brussels grondgebied. Deze ophaalbrug zal met het stijgend scheepvaartverkeer in toene-mende mate het wegverkeer van auto's, maar voor-al vrachtwagens ophouden. De verkeershinder zvoor-al bijgevolg in de toekomst tot aanzienlijk tijdverlies leiden.
Dit zal ook het geval zijn aan twee andere bruggen op het Zeekanaal, namelijk de Verbrande Brug in Grimbergen en de brug in Humbeek.
1. Heeft de Vlaamse regering zich reeds gebogen over het probleem van de verbindingen over het Zeekanaal Brussel-Wi l l e b r o e k , en vooral de te verwachten problemen voor het wegverkeer als gevolg van het toenemende scheepvaartver-keer ?
Met welk resultaat ?
2. Wordt er rekening gehouden met de gevolgen voor V l a a m s-Brabant van de stellingname van de Brusselse gewestregering in verband met het bannen van het vrachtverkeer uit de hoofdstad ?
Antwoord
1. Het beleid van de Vlaamse regering is gericht op een toename van het vervoer over de bin-nenvaartwegen en een versterking van de Short Sea Shipping. Hiermee wordt geopteerd voor een modal shift van wegvervoer naar scheep-v a a r t scheep-v e r scheep-v o e r. Het Zeekanaal Brussel-Schelde heeft hierin als TEN een belangrijke rol te ver-vullen. (TEN : Trans-Europees Netwerk – red.) Een toename van het scheepvaartverkeer is dan ook een duidelijke doelstelling, vermits hier-door onze mobiliteitsafwikkeling zal verbete-r e n , globaal en meeverbete-r specifiek in de verbete-regio V l a a m s - B r a b a n t , en ook ons leefmilieu en de verkeersleefbaarheid erop vooruit zullen gaan. Een toename van het scheepvaartverkeer zal in-derdaad effecten hebben op de kanaalovergan-g e n . Op dit punt zullen evenwel in de eerste plaats beleidskeuze moeten worden gemaakt, waarbij mijns inziens prioriteit aan de scheep-vaartafwikkeling moet gegeven worden.
De problematiek van de kanaalovergangen is ook aan bod gekomen in het ontwikkelingsplan van het Zeekanaal Brussel-Schelde, w a a r i n wordt gepleit voor een nieuwe, beperkte over-brugging van het Zeekanaal ten zuiden van de Verbrande Brug, ten behoeve van het industrie-gebied aldaar. Deze maakt thans het voorwerp uit van nader onderzoek.
Ook in de mobiliteitsplannen van de stad Vi l-voorde en de gemeente Grimbergen wordt aan-dacht besteed aan de problematiek van de ka-naalovergangen. Deze plannen zijn in opmaak. 3. De stelling als zou het bannen van het zwaar
wegvervoer uit de stad Brussel aanleiding zijn tot meer vrachtverkeer op de Ring om Brussel en de belangrijkste gewestwegen in V l a a m s -Brabant, is niet vanzelfsprekend.
Zulke beleidsoptie heeft immers ook als effect dat de concurrentiepositie van de alternatieve modi (schip en trein) wordt versterkt. De aan-trekkelijkheid van vervoer via het Zeekanaal Brussel-Schelde neemt hierdoor toe, zodat ver-keer over de weg wordt afgeleid naar de bin-nenvaart.