• No results found

Gewone differentiaalvergelijkingen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Gewone differentiaalvergelijkingen"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Gewone differentiaalvergelijkingen

dy

(2)

Terminologie

Definitie

Een gewone differentiaalvergelijking kan altijd geschreven worden als:

F (t, y , y(1), · · · , y(n)) = 0 (1) Wij zullen er ook vanuit gaan dat (1) geschreven kan worden als:

y(n) = f (t, y , y(1), · · · , y(n−1)) (2) Een functie φ : (α, β) → R heet een oplossing van (2) als:

φ(n)(t) = f (t, φ(t), φ(1)(t), · · · , φ(n−1)(t)) voor α < t < β.

(3)

Definitie

De differentiaalvergelijking:

a0(t)y(n) + a1(t)y(n−1) + · · · + an(t)y = g (t) voor zekere continue functies a0, a1, · · · , an en g op (α, β) heet lineair en van de orde n.

a0(t)y(n) + a1(t)y(n−1) + · · · + an(t)y = 0 heet de bijbehorende homogene vergelijking.

(4)

Definitie

De verzameling van alleoplossingen van een differentiaalvergelijking heet dealgemene oplossingvan deze differentiaalvergelijking.

In de algemene oplossing van een n-de orde differentiaalvergelijking komen n constanten voor.

Deze constanten kunnen worden vastgelegd door n begin- of randvoorwaarden op te leggen.

Definitie

Een n-de orde differentiaalvergelijking tesamen met n begin- of randvoorwaarden heet een begin- of randwaardeprobleem.

(5)

Eerste orde differentiaalvergelijkingen

Een eerste orde differentiaalvergelijking kan geschreven worden als:

dy

dt = f (t, y ) (3)

Zonder de oplossingen hiervan te kennen kan hierover toch informatie worden verkregen door een zogenaamdrichtingsveldte tekenen.

(6)

Als φ een oplossing is van (3) op (a, b) dan heeft de grafiek van φ in het punt (t, y ) = (t, φ(t)) (a < t < b) een helling

f (t, y ) = f (t, φ(t)).

Definitie

Tekenen we in elk punt (t, y ) waarvoor f (t, y ) bestaat een (gericht) lijnsegmentje met helling f (t, y ) dan ontstaat zo een richtingsveld bij de differentiaalvergelijking (3).

Opmerking

Twee verschillende oplossingen van de differentiaalvergelijking (3) snijden niet.

(7)

Eerste orde, lineaire differentiaalvergelijkingen

Iedere eerste orde, lineaire differentiaalvergelijking kan dus geschreven worden als:

dy

dt + p(t)y = g (t) (4)

De algemene oplossing van (4) kan op twee verschillende manieren worden gevonden.

Door een integrerende factor te bepalen.

Door eerst de bijbehorende homogene vergelijking op te lossen en vervolgens de methode van variatie van een constante toe te passen.

(8)

Het zoeken van een integrerende factor

We vinden de algemene oplossing van dy

dt + p(t)y = g (t)

door deze vergelijking met een functie µ van t te vermenig- vuldigen. Dit geeft

µ(t)dy

dt +µ(t)p(t)y = µ(t)g (t) Omdat d(µ(t)y )

dt = µ(t)dy

dt + dµ(t)

dt y willen we de functie µ zo kiezen datµ(t)p(t) = dµ(t)

dt .

(9)

De functie µ moet dus een oplossing zijn van de differentiaalvergelijking dµ

dt = p(t) µ.

Deze differentiaalvergelijking kan eenvoudig worden opgelost (door de variabelen te scheiden). Is P een primitieve van p dan vinden we µ(t) = eP(t).

Dus d(eP(t)y )

dt = eP(t)g (t). Waarmee voor niet al te ingewikkelde rechterleden y te bepalen valt.

(10)

Separabele differentiaalvergelijkingen

Kiezen we x als onafhankelijke variabele en veronderstellen we dat de differentiaalvergelijking van de orde 1 is dan kan zij geschreven worden als:

dy

dx = f (x , y ) of als:

m(x , y ) + n(x , y )dy

dx = 0 (5)

(11)

Veronderstellen we dat n onafhankelijk is van y en dat m onafhankelijk is van x dan heet (5) separabelen kan geschreven worden als:

m(x ) + n(y )dy

dx = 0 (6)

Is M een primitieve van m en N een primitieve van n dan is:

M(x ) + N(y ) = c (c ∈ R) de algemene oplossing van (6).

(12)

Voegen we aan (6) de beginvoorwaarde y (x0) = y0toe dan c = M(x0) + N(y0) en dus

M(x ) − M(x0) + N(y ) − N(y0) = 0 ofwel Z x

x0

m(s)ds + Z y

y0

n(s)ds = 0

(13)

Stelling (over existentie en ´ e´ enduidigheid)

Als p, g : (α , β) → R continue functies zijn op (α , β), α < t0< β en y0∈ R, dan heeft de differentiaalvergelijking

dy

dt + p(t)y = g (t)

precies ´e´en oplossing y = φ(t) op (α , β) die voldoet aan y (t0) = y0

(14)

Stelling (over existentie en ´ e´ enduidigheid)

Laten de functies f en ∂f

∂y continu zijn op

D = {(t, y ) | α < t < β, γ < y < δ} en (t0, y0) ∈ D.

Dan bestaat er een h > 0 zodat het beginwaardeprobleem

 dy

dt = f (t, y ) y (t0) = y0

precies ´e´en oplossing heeft op I = (t0− h, t0+ h) waarbij α ≤ t0− h < t0+ h ≤ β.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Luister naar wat je leerkracht opnoemt.. Heb jij

De volgende vier manieren worden voorgesteld (waarbij de computer steeds van links naar rechts werkt, zo dat er alleen maar gehele

Het voorwerp wordt dan op de hoofdas over een afstand van 1,5f dichter naar de lens geschoven... Op een zomerdag duikt Joost in

Voordat we voorwaarden kunnen formuleren waaronder de Laplace getransformeerde van een functie, eventueel met een discontinu of impulsief karakter, bestaat is het nodig aandacht

Twee varianten komen overeen met die uit de 17e eeuw, namelijk adieu (23 voorkomens) en adue, dat net als in het 17e-eeuwse materiaal maar één keer voorkomt:7. (24) adieu ik moet

✂ 1 Vindt de kritieke punten van het volgende systeem en geef voor elk van hen het type en ✁ de stabiliteit. Geef ook de conver- gentiestraal van de machtreeks uit

Pluralisme veronderstelt een groot aantal verschillend georiënteerde instellingen; tevens moeten hiertoe open structuren bestaan, in het kader waarvan de overheid

analyse (boomdiagram) bin- nen de generatieve gramma- tica. Die eenheid in het taalkundig onderzoek heeft geleid tot een stroom publicaties die minder representatief zijn