• No results found

Vraag nr. 17 van 5 november 2004 van de heer ELOI GLORIEUX

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 17 van 5 november 2004 van de heer ELOI GLORIEUX"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 17

van 5 november 2004

van de heer ELOI GLORIEUX

Bedrijventerreinen Vlaamse Rand – Operationali-sering

Tijdens het plenaire debat dat eind oktober in het parlement plaatsvond over de sociaal-economi-sche situatie van de regio rond Zaventem na het DHL-debacle, bevestigden verschillende ministers dat versneld werk zal worden gemaakt van het aansnijden van nieuwe bedrijventerreinen in de Vlaamse Rand.

Kan de minister een overzicht geven van de bedrijventerreinen die als dusdanig versneld bedrijfsklaar zullen worden gemaakt en aangeven welke daarvan in het buitengebied, dan wel in "de ruit" vallen ?

Antwoord

De vraag betreft verschillende aspecten van de ontwikkeling van bedrijventerreinen in en rond het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel (Vlaam-se Rand).

Enerzijds dient onderscheid te worden gemaakt tussen het bestemmen van bijkomende bedrijven-terreinen, dan wel het ontwikkelen van reeds be-stemde bedrijventerreinen.

– Het bestemmen van bijkomende bedrijventer-reinen gebeurt binnen overlegprocessen, gerela-teerd aan het beleidsveld Ruimtelijke Ordening. Begin november heb ik het overlegproces voor de afbakening van het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel gegund. Dit overlegproces is ver-uit het belangrijkste met het oog op enerzijds bijkomend te bestemmen bedrijventerreinen, anderzijds de mogelijkheden van hergebruik van bestaande sites. Een wederzijdse afstem-ming met de nieuwe werkzaamheden rond de ontwikkeling van de luchthaven is gepland. Tevens van belang voor de bestemming van bijkomende bedrijventerreinen is het provincia-le planningswerk voor specifieke economische knooppunten zoals Ternat of Londerzeel en enkele kleinstedelijke gebieden zoals Asse en Halle.

– Het ontwikkelen van reeds bestemde bedrijven-terreinen gebeurt door een aantal economische actoren, via zowel overheidsgebonden als pri-vate initiatieven. Het kan gaan over het herge-bruik en de herstructurering van oude sites, zoals de opmaak van het masterplan voor het gebied Machelen-Vilvoorde, of over de nieuwe ontwikkeling van terreinen die een bedrijfsmati-ge bestemming hebben.

Anderzijds wordt er beleidsmatig werk gemaakt van het bijkomend bestemmen van bedrijventer-reinen.

– In economische knooppunten zoals het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel, kleinstedelijke gebieden (Halle, Asse) en specifieke economi-sche knooppunten (Ternat, Londerzeel) wordt het grootste aandeel bijkomende terreinen gezocht. De bevoegdheid ligt respectievelijk bij de Vlaamse en de provinciale overheid.

– In de hoofddorpen (van gemeenten die niet als economisch knooppunt zijn aangeduid) zijn kleinschalige planinitiatieven mogelijk in de vorm van lokale bedrijventerreinen en oplos-singen voor bestaande (verweven of zonevreem-de) bedrijven. Dit betreft een gemeentelijke bevoegdheid.

In antwoord op de concrete vraag welke bedrij-venterreinen versneld bedrijfsklaar zullen worden gemaakt, kan volgend overzicht worden gegeven. 1. Het urgentieproject, opgestart door de

admi-nistraties Economie en Ruimtelijke Ordening, zorgt voor een projectmatige opvolging van knelpuntterreinen (62 in totaal in Vlaanderen), met als doel een effectief aanbod op korte ter-mijn te realiseren. Voor Vlaams-Brabant zijn volgende projecten opgenomen, die inmiddels deels in uitvoering zijn:

– Sint-Pieters-leeuw "Zenneveld" (6 ha) (lig-ging in stedelijk gebied)

– Halle "Lembeek-Noord" (7 ha) (ligging wel-licht in buitengebied)

(2)

2. Voor het bedrijventerrein Westrode in Meise is een principiële beslissing tot ontwikkeling voorbereid voor de Vlaamse Regering. Norma-liter zal dit leiden tot een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor het bedrijventerrein en de ontsluiting naar de A12 (74 ha, 56 ha effectief) (ligging in buitengebied).

3. Via de gewestplanwijziging Halle – Vilvoorde – Asse, definitief vastgesteld op 17 juli 2000, werden twee bijkomende zones bestemd: "Drie Linden" (of "Bessenveld") in Machelen en "Loozenberg" in Zaventem. Betrokken gemeen-ten dienen een bijzonder plan van aanleg op te maken om de ordening van deze gebieden vast te leggen (18 + 15 ha) (ligging in het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel).

4. In het kader van de projectoproep van de admi-nistratie Economie voor de herinrichting van verouderde bedrijventerreinen zijn twee projec-ten ingediend in de Vlaamse Rand. In samen-spraak tussen de administraties Economie en Ruimtelijke Ordening werden de twee projecten beoordeeld. De minister bevoegd voor Econo-mie zal beslissen over het al dan niet toekennen van een subsidie.

– Voorstel van de provincie Vlaams-Brabant voor de opmaak van een masterplan voor de zone Vilvoorde-Machelen, waarin tevens de "Watersite" in Vilvoorde (300 ha, waar-van de effectief te ontwikkelen oppervlakte verder te onderzoeken is) (gelegen in het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel). – Voorstel van de NV Zeekanaal voor het

proefproject herwaardering werklocatie Dro-genbos – Sint-Pieters-Leeuw (15 ha te heront-wikkelen potenties in een groter gebied) (ligging in het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel).

5. In het kader van de socio-economische ontwik-keling van de luchthavenregio kunnen, naast enkele van de bovenvermelde projecten, andere dossiers met betrekking tot bedrijventerreinen worden aangepakt.

Dit dient verder te worden bepaald in de werk-wijze zoals ze momenteel in opdracht van de Vlaamse Regering wordt uitgewerkt.

6. Zoals reeds vermeld, is de overlegopdracht voor het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel recentelijk opgestart. In nauwe samenspraak met de provincie Vlaams-Brabant zullen ont-wikkelingsopties worden uitgetekend op vlak van bedrijvigheid, huisvesting en groene ruim-ten. De betrokken gemeenten en andere acto-ren zullen hierover geconsulteerd worden. De weliswaar late opstart van dit

afbakenings-proces heeft er niet toe geleid dat bepaalde knelpunten niet konden worden ondervangen. Volgende initiatieven van de Vlaamse overheid op vlak van bedrijvigheid getuigen hiervan: – gewestplanwijziging Halle – Vilvoorde – Asse

in 2000, met diverse uitbreidingen van bedrij-venterreinen, reconversiemogelijkheden voor oude bedrijfssites, bescherming van delen van de groene gordel, enzovoort; – gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

"gemengd regionaal bedrijventerrein Broe-kooi" (uitbreiding Delhaize Zellik, gelegen in Vlaams stedelijk gebied rond Brussel) (definitief vastgesteld door Vlaamse Rege-ring);

– gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan "bestaand regionaal bedrijf Bomaco" (gele-gen in Vlaams stedelijk gebied rond Brussel) (procedure gestart);

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tijdens de studie zal de 'ware’ kostprijs van het project duidelijker worden en zal er nog vol- doende gediscussieerd kunnen worden om tot een billijke oplossing te komen

Volgens artikel 12 van de overeenkomst van 4 april 2003 tussen de federale overheid en de gewesten met het oog op de verwezenlijking van het pro- gramma van het Gewestelijk

De Beleidsnota Energie 2005-2009 stelt op bladzij- de 21: "In uitvoering van EU Richtlijn 2003/54/EG dient de verplichting opgelegd te worden aan de leveranciers om in

In Vlaams-Brabant zijn er in de beschouwde peri- ode (sedert augustus 2004) geen aanvragen voor windturbines

Deze mededeling moet de aanzet zijn voor een uit- gebreid debat over het aanpakken van de sec- tor op Europese schaal, als voorbeeld voor ICAO en als uiting van de gemeende Europese

Midden 2004 werd daarom het overleg tussen het Bloso, de gemeente Zemst, de VLM en de afdeling Natuur weer opgestart om na te gaan hoe een beperkte recreatieve infrastructuur kon

De bovenvermelde producten zijn inderdaad vergun- ningplichtig volgens het koninklijk besluit van 2 april 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 maart 1993 tot

Sinds 11 september 2001 zijn de toegangsprocedure en -controle merkelijk verstrengd, zelfs tot op het punt dat het eigen Vlaamse, niet nucleaire karakter van VITO en