• No results found

a bijlage kwaliteitejaarverslag 2012

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "a bijlage kwaliteitejaarverslag 2012"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kwaliteitsjaarverslag

2012

Regionale Ambulance Voorziening Brabant-Zuidoost

(2)

Inhoud

112 Als elke seconde telt 4

Urgenties in de zorg 6

Zorg voor kwaliteit 10

Patiënten 12

Opleiding 13

Goede afspraken met partners 15 Gemeenschappelijke meldkamer 16 Zorgverbetering en zorginnovatie 18

(3)

Voorwoord

Het kwaliteitsjaarverslag 2012 staat in het teken van het thema verbeteren.

Door het continu verbeteren van de organisatie is de Regionale Ambulance Voorziening Brabant-Zuidoost (RAV BZO) een lerende organisatie waarbij de patiënt- veiligheid hoog in het vaandel staat.

Een organisatie ontwikkelt zichzelf door continu te verbeteren.

Dit gebeurt door allerlei invloeden zoals wet- en regelgeving maar ook door onze eigen overtuiging om een steeds beter product te leveren. De RAV Brabant-Zuidoost heeft het afgelopen jaar ook gewerkt aan nieuwe ontwikkelingen en verbeteringen die ten goede komen aan de patiëntveiligheid.

In het kader van kwaliteitszorg is dit jaar gestart met het Veilig- heids Management Systeem (VMS). Het doel van dit systeem is het verbeteren van de patiëntveiligheid door veiligheidsrisico’s te beheersen en onbedoelde schade tot het minimum te beperken.

Er is gestart met het vormen van een medisch stafbureau voor heel Brabant. Het medisch stafbureau voorziet de ambulancezorg steeds weer van verdere verbeteringen en inzichten. Naast de me- disch managers maken ook Physician Assistants (PA) en verpleeg- kundig specialisten acute zorg (VPAZ) deel uit van het medisch stafbureau. Het medisch stafbureau is een groeimodel dat in 2015 volledig op sterkte moet zijn.

In samenwerking met het Universitair Medisch Centrum St. Radboud startte de RAV in 2012 een onderzoek met de vraag of speciaal opgeleide verpleegkundigen een alternatieve vorm van pijnbestrijding, het zogenaamde FIC-blok, uit kunnen voeren bij patiënten met een heupfractuur.

De huidige vorm van pijnbestrijding is namelijk vaak niet af- doende. De eerste resultaten van dit onderzoek zijn veelbelovend.

Patiënten met een heupfractuur ervaren minder pijn en het geeft geen bijwerkingen. Het onderzoek laat zien dat ook ambulance- verpleegkundigen deze specialistische vorm van pijnbestrijding veilig en effectief toe kunnen passen. Zij zijn de eerste in de wereld die deze techniek op straat uitvoeren.

Door het verder doorvoeren van het dynamisch spreiden van ambulances binnen de regio zijn dit jaar de prestaties op A1 spoedvervoer sterk verbeterd. Hier zijn we echt trots op.

Nog meer hoogtepunten leest u in dit kwaliteitsjaarverslag.

Hiermee laten wij zien dat wij niet stilzitten en dat wij steeds weer staan voor nieuwe uitdagingen waarbij de patiënt centraal staat.

Marc van Aken

Sectormanager RAV Brabant-Zuidoost

(4)

112 als elke seconde telt

Nederland telt 25 regionale ambulancediensten.

De Regionale Ambulance Voorziening (afgekort als RAV) Brabant-Zuidoost is verantwoordelijk voor de ambulan- cezorg in 21 gemeenten in Zuidoost-Brabant.

Het hele jaar door, 7 dagen per week, 24 uur per dag, staan wij paraat om bij spoed en in nood onmiddellijk uit te rukken.

Missie en visie

Om een duidelijk beeld neer te zetten van de RAV Brabant- Zuidoost is een missie, visie en strategie vastgesteld. Onze visie luidt: ‘De RAV Brabant-Zuidoost gaat voor verantwoorde ambu- lancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk.’ Naast de ontwikkelrichting die in de visie staat, wil de RAV Brabant-Zuidoost ook duidelijk maken waar ze voor staat.

We willen dat medewerkers en externe relaties weten wat ze van de RAV kunnen verwachten. Onze missie luidt: ‘De RAV Brabant- Zuidoost staat voor het bieden van verantwoorde ambulancezorg door medewerkers met actuele professionele kennis en vaardighe- den en hoogwaardige middelen.’. Om de visie en missie te kunnen realiseren, heeft de RAV Brabant-Zuidoost een strategie bepaald.

Deze strategie geeft op hoofdlijn aan welke ontwikkeling de RAV Brabant-Zuidoost wil doormaken. Onze strategie luidt: ‘Om de verantwoorde ambulancezorg op maat te kunnen bieden, zorgt de RAV Brabant-Zuidoost voor een goede triage, effectieve logistieke aansturing, diverse vormen van verantwoorde ambulancezorg met een optimale inzet van medewerkers en middelen.’.

Ambulancezorg, veelomvattend proces

Ambulancezorg is een veelomvattend proces dat begint met de telefonische melding en eindigt met het overdragen van de zorg voor de patiënt aan een ziekenhuis. Alles draait om samenwer- king en coördinatie. Goed getrainde centralisten in de meldkamer sturen de ambulanceteams aan die bestaan uit gespecialiseerde ambulanceverpleegkundigen en ambulancechauffeurs. Zij vormen de professionele basis van de organisatie. Zij beschikken over actuele medische en verpleegkundige vakkennis en expertise, waarbij ze gebruik kunnen maken van de meest moderne mid- delen, instrumenten en technologie. Hun ervaring, deskundigheid en resultaatgerichte teamwork wordt ondersteund door de staf en medewerkers van de diverse afdelingen.

Focus op kernactiviteit

Bij de RAV Brabant-Zuidoost is er een constante focus op de kwaliteit en de perfectionering van onze kernactiviteit,

de zorgprestatie. Al onze activiteiten zijn in feite patiëntgericht.

De open structuur van onze organisatie werkt daarbij zeer positief op de collegiale samenwerking tussen de operationele tak, het bedrijfsbureau en partners in zorg.

(5)

112 als elke seconde telt

Schakel in groter geheel, meerdere

aandachtsgebieden

Ambulancezorg is natuurlijk een schakel in een groter geheel, waarin de zorg voor de patiënt centraal staat. Als organisatie heeft de RAV Brabant-Zuidoost meerdere aandachtsgebieden die patiëntgericht zijn. In dit verslag komen de belangrijkste aan de orde: zorgdifferentiatie, partners in zorg, zorg voor patiënten, zorg voor kwaliteit, partners in veiligheid, zorg voor medewerkers, kennis en vaardigheden en zorginnovatie. Vanzelfsprekend doen wij er alles aan om de samenwerking te sti- muleren met onze eerste- en tweedelijns ketenpartners: ziekenhuizen,

huisartsen, medisch specialisten, politie, brandweer, het Rode Kruis en de GHOR (Geneeskundige Hupverleningsorganisatie in de regio). Met dit kwaliteitsjaarverslag geven wij inzicht in onze organisatie, onze activiteiten en onze manier van werken.

De organisatie

De RAV Brabant-Zuidoost werkt met een centrale meldkamer die ambulances aanstuurt. Er zijn zeven standplaatsen:

Eindhoven, Best, Helmond, Deurne, Valkenswaard, Eersel en Maarheeze.

Om binnen de wettelijke en operationele kaders goed te kunnen presteren en de afgesproken paraatheid te leveren, be- schikt de organisatie over 30 ambulances (inclusief 4 zorgambulances), een 2 Rapid Responders. Deze worden bemand door 182 ambulancemedewerkers van de rijdienst en 19 centralisten die werkzaam zijn op de Meldkamer Ambulancezorg (MKA).

De organisatie bestaat verder uit 1 sectormanager, 1 sectorsecretaresse, 4 teammanagers, 1 medisch manager ambulancezorg, 5 staffunctionarissen en 3 teamsecretaresses.

Samenwerkingsverband

De RAV Brabant-Zuidoost is een samen- werkingsverband van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost en de GGD Brabant- Zuidoost. De Veiligheidsregio is verant- woordelijk voor de meldkamer ambulance- zorg. De ambulancezorg ‘op straat’, tijdens de rijdiensten, wordt verricht door ambulanceverpleegkundigen en ambulancechauffeurs en valt onder verant- woordelijkheid van GGD Brabant-Zuidoost.

In het organogram is deze samenwerkings- structuur inzichtelijk gemaakt.

Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost

(vergunninghouder en eindverantwoordelijk voor RAV Brabant-Zuidoost)

GGD Brabant-Zuidoost

Dienstverleningsovereenkomst Sector Regionale Ambulance Voorziening (RAV) Bedrijfsbureau

Meldkamer Ambulancezorg

Ambulancezorg Eindhoven

Ambulancezorg Helmond

Ambulancezorg Valkenswaard

Eersel Samenwerkingsstructuur RAV Brabant-Zuidoost

(6)

Triage: melding, beoordeling en urgentie. Voor het beoordelen van de ernst en urgentie van een melding hanteren de centralisten in de meldkamer (MKA) de zogenaamde triagemethodiek. Het doel daarvan is om een situatie goed in te schatten en prioriteiten te stel- len. In welke mate van spoed is zorg nodig? Heeft een patiënt meer of minder complexe medische zorg nodig?

Bij triage worden drie urgentiecategorieën gehanteerd:

A1, A2 en B.

A1 urgentie

Spoedeisende zorg voor personen die zonder zorg niet overleven of mogelijk blijvend invalide kunnen raken. De ambulance is zo snel mogelijk bij de patiënt. Er wordt zorg verleend, de patiënt wordt vervoerd en zo nodig continu gemonitord. De ambulance dient zo snel mogelijk bij de patiënt te zijn, waarbij het streven is dat de wachttijd maximaal 15 minuten bedraagt. Bij een A1- inzet wordt gereden met zwaailicht en sirene.

A2 urgentie

Direct levensgevaar is er niet, maar snelle zorg is wenselijk. Ook hier dient de ambulance zo snel mogelijk ter plaatse te zijn en de streeftijd is uiterlijk 30 minuten.

B urgentie

Planbare ambulanceritten, ook wel ‘zorgambulance’ genoemd. Van en naar ziekenhuizen, andere zorginstellingen of een woonadres.

Bij planbare ambulancezorg kan er sprake zijn van hoog- of laag complexe zorg. Ook deze planbare ambulancezorg is vaak tijdgebonden: bijvoorbeeld als er in een ziekenhuis personeel en medische apparatuur gereserveerd zijn voor een onderzoek. Er worden afspraken gemaakt met de patiënt of de aanvrager over tijdstippen en bestemmingen. De ritten van de zorgambulance

zijn vrijwel altijd gekoppeld aan een tijdschema. Het is bijvoor- beeld niet wenselijk dat patiënten na afloop van een onderzoek of na ontslag uit het ziekenhuis lang moeten wachten op vervoer naar huis. Kortom; de zorgambulance is niet spoedeisend, maar ook hier moet binnen een bepaald tijdsbestek medisch verant- woord vervoer worden verzorgd.

Voorwaardenscheppende rit (VWS)

Binnen de urgentiecategorie heeft de RAV Brabant-Zuidoost ver- schillende soorten vervoer. Een daarvan is een VWS-rit. Het am- bulanceteam krijgt de opdracht voor een VWS-rit van de centralist van de meldkamer om te vertrekken naar opgegeven VWS-locatie.

Door het op deze wijze spreiden van de ambulances op strategi- sche posities wordt de dekkingsgraad binnen de regio Brabant- Zuidoost gewaarborgd. De aanrijtijden worden hierdoor verkort en de prestaties op A1 spoedzorg zijn hierdoor sterk verbeterd (1,3%

in 2012 ten opzichte van 2011).

De meldkamer streeft er continu naar dat er 4 ambulances vrij zijn voor spoedzorg. De locaties van deze 4 vrije ambulances zijn:

Eersel, Helmond, Eindhoven-Noord en Maarheeze. Deze 4 vrije ambulances zijn een hard criterium. Zodra een ambulance vanuit deze locatie gaat rijden, gaat de dichtstbijzijnde ambulance met A2 urgentie VWS naar deze post. Wanneer er meer dan 4 ambu- lances vrij zijn dan is het streven om de volgende 7 locaties te bezetten: Eersel, Helmond, Best, Maarheeze, Eindhoven- Centrum, Deurne en Valkenswaard.

Bij 10 vrije ambulances komen ook Lieshout, Bladel en Asten er als voorwaardenscheppende locaties bij. De MKA blijft altijd ver- antwoordelijk voor de spreiding en kan hier indien noodzakelijk van afwijken. De bovengenoemde locaties zijn een leidraad.

Urgenties in de zorg

(7)

Urgenties in de zorg

Resultaten A1 en A2-urgentie

De RAV Brabant-Zuidoost heeft in 2012 goede prestaties laten zien. Zowel bij ambulanceritten in categorie A1 als A2 presteert de RAV Brabant-Zuidoost boven het landelijke gemiddelde.

Totaalscore en knelpunten

De RAV Brabant-Zuidoost kwam in 2012 bij 93,4% van de inzetten binnen 15 minuten bij de patiënt aan. Om een beter beeld te krijgen van de kwantitatieve prestaties vindt de RAV Brabant-Zuidoost het belangrijk om ook te kijken naar het deel van de ritten dat eerder of later dan 15 minuten bij de patiënten aankwam. In de afbeelding histogram spoedritten 2012 op pagina 9 is af te lezen dat bij circa 60% van de A1 inzetten de ambulance binnen 10 minuten aankomt en dat tegen de 100% de inzetten bij circa 20 minuten aankomt.

Belemmerende factoren

Qua logistiek, coördinatie en communi- catie proberen we waar mogelijk winst te behalen. Maar er zijn altijd belemmerende factoren waar wij geen invloed op hebben.

Weersomstandigheden zoals gladheid, mist, regen en storm. Verkeerde locatie- meldingen, of meerdere incidenten op hetzelfde moment. Infrastructurele feiten:

wegen, water, bruggen. Wegwerkzaam- heden, files, verkeersopstoppingen, de avond- en ochtendspits. De RAV Brabant- Zuidoost neemt deel aan landelijke en regionale overleggen. Op deze manier proberen wij invloed uit te oefenen op de belemmerende factoren.

Responstijden per gemeente

In de afbeelding op pagina 7 wordt per gemeente de procentuele score van spoedinzetten waarbij de ambulance binnen de streeftijd bij de patiënt weergegeven.

Zorgdifferentiatie

We willen op een effectieve wijze verantwoorde zorg bieden en zoeken naar zorg op maat om dit te bereiken.

Soms betekent dit dat we een ander soort ambulancezorg inzetten. Soms betekent dit dat de inzet meerdere hulpverlenings- diensten betreft wanneer dit de snelheid ten goede komt.

First responder

De First Responder is een team van de brandweer dat in bepaalde gebieden meestal sneller bij de patiënt kan zijn dan de ambulance. De First Responders verrichten levensreddende handelingen in

afwachting van de ambulance. Zij rijden in personenauto’s, rukken uit na meldingen waarbij spoedeisende medische zorgver- lening wordt verlangd, zoals ongevallen, hartfalen en onwel wordingen.

De goed opgeleide First Responders beschikken over vele vaardigheden: het creëren van een vrije ademweg, het toedienen van zuurstof, hartmassage (al dan niet in combinatie met de AED, de automatische externe defibrillator), Aantal inzetten ambulancezorg 2012 2011 % verschil 2012 - 2011

A1 17.934 16.637 7,8%

A2 10.212 9.256 10,3%

B 12.611 13.469 -6,4%

40.757 39.362 3,5%

Aantal inzetten per urgentie Asten Bergeijk Best Bladel Cranendonck Deurne Eersel Eindhoven Geldrop - Mierlo Gemert - Bakel Heeze - Leende Helmond Laarbeek Nuenen ca Oirschot

Reusel - De Mierden Someren

Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre Totaal

Ritten binnen streeftijd per gemeente 2012 A1

2012 88,0%

88,4%

95,8%

91,1%

90,0%

92,2%

93,4%

97,2%

93,1%

84,6%

91,5%

97,6%

89,5%

95,8%

79,5%

74,2%

88,9%

92,8%

94,2%

94,3%

96,2%

93,9%

A1 2011 82,1%

87,0%

95,2%

88,7%

87,6%

89,5%

94,1%

96,4%

90,7%

80,8%

89,6%

96,9%

91,1%

95,4%

75,0%

80,5%

80,7%

94,5%

93,9%

92,5%

95,1%

92,6%

A2 2012 97,9%

97,9%

97,8%

97,4%

97,8%

98,4%

95,4%

98,3%

97,7%

95,0%

98,0%

98,3%

96,8%

98,6%

93,7%

96,3%

99,4%

98,9%

98,0%

97,6%

98,0%

97,9%

A2 2011 97,2%

95,7%

97,9%

97,6%

98,5%

98,1%

98,9%

97,7%

96,6%

94,7%

99,4%

98,3%

95,8%

98,5%

95,4%

95,5%

96,6%

98,0%

98,4%

97,4%

97,3%

97,6%

(8)

Urgenties in de zorg

mond-maskerbeademing, het stelpen van uitwendige bloedingen, fixatie van het hoofd en de nek en het assisteren van het ambulanceteam.

De centralist op de meldkamer ambulance- zorg beslist aan de hand van inzetcriteria of de First Responder wordt ingezet. Ook deze teams werken dus onder regie van de meldkamer. Naast de First Responders, wordt er direct een ambulance gestuurd.

In de gemeenten waar een First Responder actief is, is de First Responder gemiddeld 5 minuten sneller bij een patiënt dan de ambulance. Er zijn 5 First Responder teams in de regio Brabant-Zuidoost.

In 2012 is een belangrijke verbetering doorgevoerd. De melding van een

‘reanimatie’ wordt meteen doorgezet naar de meldkamer brandweerzorg, waardoor deze First Responders gemiddeld 40 seconden eerder gealarmeerd worden dan voorheen. In het jaar 2012 zijn er door

alle teams gezamenlijk ongeveer 300 inzetten geweest, waarbij er twee levens zijn gered.

Rapid Responder

Een Rapid Responder is een compacte personenauto die uitgerust is met alle benodigde apparatuur om acute spoed- eisende hulp te verlenen. De Rapid Responder wordt bemand door een ervaren ambulanceverpleegkundige, is goedkoper dan een gewone ambulance maar biedt ook op effectieve wijze zorg. Het enige verschil met een reguliere ambulance is dat er geen patiënten in vervoerd kunnen worden. Als dat toch nodig is, wordt er alsnog een ambulance ingezet. Uiteraard wordt de Rapid Responder alleen ingezet wanneer dit voor de patiënt verantwoord is. In 2012 is een tweede Rapid Responder in gebruik genomen.

Reanimatie Team Brandweer

Sinds 2011 werkt de RAV, als het gaat om reanimaties, intensief samen met diverse brandweerkorpsen in de regio Brabant- Zuidoost. Het Reanimatie Team Brandweer wordt op verzoek aangestuurd indien deze sneller ter plaatse kan zijn dan een ambulance. Immers elke seconde telt.

In dit geval start de brandweer de reanimatie en zodra de ambulance ter plaatse is, neemt deze de zorg over. Als de brandweer geen assistentie hoeft te verlenen vertrekken ze weer. Uiteraard is de brandweer opgeleid in het reanimeren van patiënten en zijn zij aan hun kleding herkenbaar als ‘reanimatieteam brandweer’.

- Reusel -

De Mierden

Oirschot

Bladel Eersel

Bergeijk Valkenswaard

Heeze - Leende

Cranendonck

Someren Asten Deurne Helmond

Nuenen

Geldrop - Mierlo

Waalre Veldhoven

Eindhoven Son en Breugel Best

Laarbeek Gemert - Bakel

Percentage van de A1 inzetten binnen 15 minuten

Meer dan 95% binnen 15 minuten Tussen 92% en 95% binnen 15 minuten Tussen 85% en 92% binnen 15 minuten Tussen 74% en 85% binnen 15 minuten

A1 spoedzorg Brabant-Zuidoost Landelijk

2011 2012 2011 2012 Gemiddelde tijdsduur aanname en uitgifte 2:00 1:55 1:52 1:58

Gemiddelde tijdsduur uitruk 0:54 0:55 1:02 1:01

Gemiddelde aanrijtijd 6:23 6:33 6:36 6:39

Gemiddelde responstijd 9:20 9:23 9:32 9:40

% binnen 15 minuten 92,4% 93,4% 93,3% 92,9%

(9)

Urgenties in de zorg

-

Meer dan 95% binnen 30 minuten Tussen 92% en 95% binnen 30 minuten

Reusel - De Mierden

Oirschot

Bladel Eersel

Bergeijk Valkenswaard

Heeze - Leende

Cranendonck

Someren Asten Deurne Helmond

Nuenen

Geldrop - Mierlo

Waalre Veldhoven

Eindhoven Son en Breugel Best

Laarbeek Gemert - Bakel

Percentage van de A2 inzetten binnen 30 minuten

A2 spoedzorg Brabant-Zuidoost Landelijk

2011 2012 2011 2012 Gemiddelde tijdsduur aanname en uitgifte 3:01 2:49 3:14 3:11

Gemiddelde tijdsduur uitruk 1:15 1:14 1:19 1:17

Gemiddelde aanrijtijd 9:46 10:00 10:37 10:32

Gemiddelde responstijd 14:09 14:09 15:25 15:15

% binnen 30 minuten 97,7% 98,1% 96,0% 96,3%

Het percentage overschrijdingen regionaal kan afwijken van het landelijke percentage

Aantal ritten

Histogram spoedritten 2012

<1 <2 <3 <4 <5 <6 <7 <8 <9 <10 <11 <12 <13 <14 <15 <16 <17 <18 <19 <20 <21 <22 <23 <24 <25 >=25

0%

20%

40%

60%

80%

100%

Responstijd in minuten

Cummulatief percentage

0 200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000

(10)

Bij de RAV Brabant-Zuidoost functioneren medewerkers in een open cultuur waarin de eigen verantwoordelijk- heid en de zorg voor de patiënten voorop staat. De grote betrokkenheid en flexibiliteit van onze mensen vormt de basis van de zorgkwaliteit die wij als ambu- lancedienst in onze regio leveren. Een goede samenwer- king met onze partners in zorg en veiligheid is daarbij voor de patiënt van groot belang. De mensen in onze ambulancedienst werken doeltreffend en efficiënt, ze zijn goed afgestemd op elkaar en gericht op het welzijn en de behoefte van de patiënt.

Proceseigenaren

De RAV Brabant-Zuidoost werkt met proceseigenaren. Een proceseigenaar is eindverantwoordelijk voor de inrichting, organisatie en het resultaat van een proces en is bevoegd om wijzigingen in het proces aan te brengen binnen de kaders (zoals budgetafspraken). De proceseigenaar is tevens verantwoordelijk voor de implementatie van de wijzigingen in werkwijze en de communicatie hierover naar betrokken medewerkers. Het kan gaan om bijvoorbeeld wijziging van werkafspraken en onderlinge samenwerking, verbetering van documenten en formulieren, intro- ductie van een nieuw systeem, et cetera. Elk proces heeft dus één eindverantwoordelijke die ook beslissingsbevoegd is. Hierdoor is het proces beheersbaar, beïnvloedbaar en controleerbaar.

Patiëntveiligheid

In oktober 2012 is de eerste start gemaakt met het project Veiligheids- ManagementSysteem (VMS). Met dit project wil de RAV Brabant-Zuidoost een veiligere organisatie creëren met minder risico’s voor de patiënten. Een belangrijke voorwaarde voor het slagen van een goed werkend VMS is een cul- tuur waarin het werken aan patiëntvei- ligheid geaccepteerd en geborgd is.

Er is een projectgroep benoemd waarin alle geledingen van de organisatie zijn

vertegenwoordigd. De projectgroep start begin 2013 met het uitvoeren van de prospectieve risico- analyse op basis van de BowTie methodiek. Dit ge- beurt onder begeleiding van een extern adviseur.

Deze risicoanalyse moet resulteren in een rapport met aanbevelingen voor het management van de RAV. Deze aanbevelingen leiden tot verbetering van de organisatie en de patiëntveiligheid.

In 2013 besteedt de projectgroep, naast de pros- pectieve risicoanalyse, ook aandacht aan verbe- tering van de retrospectieve kant van het veilig- heidsmanagmentsysteem.

V erbeter en

Zorg voor kwaliteit

(11)

Zorg voor kwaliteit

Klachten en kwaliteitsdenken

In 2012 kwamen naar aanleiding van bijna 41.000 ambulanceritten in totaal 27 klachten binnen, 9 klachten over de Meldkamer Ambulancezorg en 18 klachten over de rijdienst. De leerpunten die hier uit voortkomen worden meegenomen als verbeterpunten voor de organisatie.

Verbetercyclus

De RAV Brabant- Zuidoost registreert alle verbeterpunten in Topdesk. Via deze ap- plicatie neemt de betreffende proceseige- naar het verbeterpunt in behandeling. In het Regionaal Management Overleg wordt gerapporteerd over de status van deze verbeterpunten. In de directiebeoordeling, die 2 maal per jaar plaatsvindt, komt de verbetercyclus tevens aan de orde.

Melding Incidenten Cliënten (MIC)

In 2012 kwamen 48 meldingen bin- nen bij de MIC commissie van de RAV Brabant-Zuidoost. De verbeterpunten die voortkomen uit de MIC meldingen worden meegenomen in de verbetercyclus. De MIC meldingen zijn onderdeel van het veilig- heidsmanagementsysteem.

Calamiteiten

In 2012 zijn er 2 calamiteiten gemeld bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Via een vastgestelde methodiek zijn deze calamiteiten door de RAV Brabant- Zuidoost onderzocht. De verbeterpunten die hieruit naar voren zijn gekomen zijn opgenomen in de verbetercyclus.

Bedrijfsopvangteam

Voor medewerkers die te maken hebben gehad met een ingrijpende gebeurtenis is door de RAV Brabant- Zuidoost enkele jaren geleden het initiatief genomen voor een nazorgsysteem. In dit systeem staat het interne bedrijfsopvangteam (BOT) centraal. Dit team bestaat uit tien mensen van de operationele ambulancezorg;

ambulanceverpleegkundigen, ambulance- chauffeurs en centralisten.

In 2012 is het BOT 93 keer ingezet. Deze 93 inzetten hebben geresulteerd in 10 op- vanggesprekken. Voor de overige inzetten zijn medewerkers telefonisch benaderd.

Het valt op dat de gebeurtenissen waar medewerkers mee te maken krijgen, steeds heftiger worden (familiedrama’s, suïcides, e.d.).

Agressie en geweld

In 2012 zijn 6 incidenten geregistreerd in het Gemeentelijk Incidenten Registratie- systeem voor agressie en (bijna)ongeval- len (GIR). Dit systeem is in 2012 getest en wordt in 2013 officieel in gebruik genomen als landelijk registratiesysteem.

Alle geregistreerde incidenten hebben geleid tot aangifte bij de politie.

De verantwoordelijkheid voor het melden in het Gemeentelijk Incidenten

Registratiesysteem ligt in eerste instantie bij de teammanagers. In de functione- ringsgesprekken hebben de teammanagers aandacht besteed aan het belang van het melden en registreren van agressie en geweld. Het is mogelijk om anoniem te melden en te registreren.

(12)

Patiënten

De kwaliteit van zorg en de beleving daarvan door de patiënt zijn nauw met elkaar verbonden. Wij zoeken continu naar verbetering van deze beide facetten, die samen de tevredenheid van onze ‘klanten’ bepalen.

Enerzijds gebeurt dit door onder andere het kwaliteits- bewustzijn van onze mensen te stimuleren. Anderzijds door als organisatie klantbewust naar buiten te treden, bekendheid te geven aan de ambulancezorg in onze regio, en patiënten mee te laten denken over de kwaliteit.

Toetsing zorgkwaliteit

Op 14 en 15 december 2011 is de RAV Brabant-Zuidoost opnieuw gecertificeerd op basis van de normen van stichting HKZ (certi- ficatieschema ambulancezorg, versie 2007). Op 3 en 4 december 2012 heeft de opvolgingsaudit plaatsgevonden. Hieruit is een aantal verbeterpunten naar voren gekomen. Tijdens de tweede opvolgingsaudit op 12 maart 2013 heeft de RAV Brabant-Zuidoost laten zien dat zij de verbeterpunten positief heeft afgerond. Dit betekent dat we laten zien dat de zorg die wij verlenen zorgvul- dig en professioneel tot stand komt. In november 2013 vindt de opvolgingsaudit plaats op basis van het nieuwe certificatiesche- ma ambulancezorg, versie 2011.

Interne audits

De RAV Brabant-Zuidoost heeft zichzelf verplicht om de kwaliteit periodiek te evalueren en waar nodig te verbeteren. In 2012 heeft er een interne auditweek plaatsgevonden om te toetsen of de RAV Brabant-Zuidoost nog voldoet aan de gestelde HKZ nor- men. In 2012 waren de interne audits gericht op het checken van processen en documenten uit de Plan-Do-Check-Act (PDCA) cyclus en de realisatie hiervan in de praktijk.

(13)

Opleiding

We weten dat de juiste ontwikkeling van medewerkers een pijler is van succesvolle organisatie. Niet alleen voor de verbetering van de concurrentiepositie, maar ook voor het behoud van talent. Toch begint het al bij de basis. Goed opgeleid personeel wat “groeit” in het werk is nu eenmaal beter gemotiveerd, productiever en vooral ook duurzaam inzetbaar. Hiermee willen wij de continuïteit van de organisatie garanderen.

In de visie van opleiden, trainen en oefenen is in 2012 opnieuw aandacht besteed aan de (door)ontwikkeling van de medewerkers.

Opleidingscommissie

Ontmoeten, samenwerken en kennisdelen doen we vooral met directe collega’s. De opleidingscommissie richt zich op het over- dragen van kennis, vaardigheden, houdings- en gedragsaspecten.

De commissie bestaat uit ambulanceverpleegkundigen, ambulancechauffeurs, centralist MKA, medisch manager, me- dewerker opleidingen en de beleidsadviseur Opleiden, Trainen, Oefenen (OTO).

Om diverse ontwikkelingen die plaatsvinden in de toekomst te monitoren is in 2012 aandacht besteed aan de competenties van de opleidingscommissie. Ter verbetering zijn provinciebrede competentieprofielen geschreven voor elke medewerker van de opleidingscommissie. Met als doel om meer specialistisch te gaan werken als praktijktrainer, ontwikkeltrainer of werkbegelei- der. Werkbegeleiders zijn verantwoordelijk voor het bijstaan van nieuwe collega’s in de praktijk en tijdens hun vervolgopleiding bij de Ambulance Academie.

In 2012 heeft deze goed getrainde enthousiaste opleidingscom- missie weer diverse praktische- en theoretische trainingen ver- zorgd voor de RAV Brabant-Zuidoost. Deze commissie is ook actief

op Ambuweb, waar presentaties en andere relevante informatie over opleiden, trainen en oefenen (OTO) te vinden is.

In het najaar van 2012 is een Brabantbreed opleidingsoverleg opgestart. Dit heeft geresulteerd in een gezamenlijk project Blended-Learning. Dit product wordt in 2013 uitgerold. Ook is in 2012 door een viertal RAV organisaties in Zuid-Nederland de intentie uitgesproken om samen te gaan werken op het gebied van Opleiden, Trainen en Oefenen. De concrete uitvoering start in 2013.

Regionale bij- en nascholing

In 2012 zijn voor alle RAV medewerkers regionale trainingsdagen georganiseerd. In samenwerking met de RAV Midden-West-Noord en de GHOR is de e-learning module CBRN (over chemische, biologische, radiologische en nucleaire stoffen) opgezet. Doel van deze module is het kunnen onderscheiden van incidenten met gevaarlijke stoffen van andere incidenten.

In samenwerking met de GHOR werden ook teamtrainingen XVR (scenario-oefeningen) aangeboden. Samen met de andere RAV organisaties in Brabant zijn voorbereidingen getroffen voor een digitaal opleidingsprogramma over kindermishandeling.

De filmopnames vonden plaats in Zuidoost- Brabant. Er werden regionale scholingsproducten aangeboden voor medewerkers van de zorgambulance, de Rapid Responder en de werkbegeleiders.

De themadagen bij de meldkamer waren gericht op de communi- catie, interne systemen en opgeschaalde zorg.

Naast de centrale trainingen was er ook in 2012 veel aandacht voor training en begeleiding op individueel niveau. Het regelen van goede opvang na een traumatisch incident is geëvalueerd in een bijscholingsdag voor de leden van het bedrijfsopvangteam.

Uit evaluaties blijkt dat deze trainingen gewaardeerd worden door de deelnemers. Gezien de resultaten werpt het dus zijn vruchten af.

(14)

Opleiding

Landelijke bij- en nascholing

In 2012 waren alle medewerkers (MKA/

AVP/ACH) ingeschreven voor de expert- class bij de Ambulance Academy. Daar- naast hebben medewerkers individueel deelgenomen aan onder andere de tweedaagse PHTLS, refresher PHTLS, assessments, de training Octopus, werkbegeleiding en rijvaardigheid.

Ketensamenwerking

De RAV Brabant-Zuidoost organiseerde stagedagen in samenwerking met zieken- huizen, verloskundigen, verpleegtehuizen, Mobiel Medisch Team en andere ketenpart- ners. In onze samenwerking GHOR/RAV hebben we deelgenomen aan de multidis- ciplinaire “Budeldagen” waarbij we een training eerste ambulance in opgeschaalde vorm hebben getraind. Collega’s hebben elkaar geobserveerd en feedback gegeven aan de hand van de STARR methode. De bijzondere aandachtspunten zijn opnieuw getraind en de evaluatie is verwerkt in de vervolgacties. Op verzoek van diverse Brandweerkorpsen zijn we gevraagd om ondersteuning te bieden tijdens hun technische hulpverlening.

Externe bij- en nascholing

De RAV heeft een bijdrage geleverd aan deskundigheidsbevordering van externe partijen zoals scholen, opleidings- en

ketenpartners, brandweer, ziekenhuizen en huisartsen. Dit waren trainingen gericht op reanimatie, traumatologie, training First Responders en Basic Life Support/AED.

Kwaliteitsregister

De verpleegkundigen en chauffeurs van de RAV zijn in 2012 collectief ingeschre- ven in het kwaliteitsregister V&V van de vereniging Verpleegkundigen & Verzorgen- den Nederland (V&VN). Dit is een door de branchesector Ambulancezorg Nederland erkend kwaliteitsregister.

In het register is de medewerker zelf verantwoordelijk voor het registreren van de behaalde accreditatiepunten. Elke vijf jaar vindt een herregistratie plaats waarbij V&VN controleert of de medewerker de verplicht gestelde punten heeft behaald.

Het digitaal portfolio wordt steeds meer ingebed in de RAV en het wordt hiermee een vast onderdeel voor het jaargesprek tussen medewerker en teammanager.

Ontwikkelingen in de toekomst

De landelijke trend laat zien dat de komende jaren de vraag naar zorg alleen maar zal toenemen. De (interne) opleiding van de beroepsprofessionals in samenwer- king met andere partners in opleiden is en blijft daarom van cruciaal belang. Om de kwaliteit, effectiviteit en efficiency te

waarborgen worden opleidingsproducten verder ontwikkeld en wordt er steeds ge- zocht naar samenwerking en afstemming.

Het verbeteren van individuele vaardighe- den van medewerkers heeft direct invloed op de kwaliteit van zorg én op de kwali- teit van arbeid. Het op een professionele wijze ontwikkelen en uitvoeren van OTO- activiteiten is een kans om een bijdrage te leveren aan de verdere ontwikkeling van de RAV Brabant-Zuidoost. De mede- werkers zijn betrokken en gemotiveerd om nieuwe kennis, ideeën en inzichten met elkaar te delen. Trends, omgezet in strategische doelen naar de toekomst vor- men het uitgangspunt en worden vertaald in competentieprofielen en persoonlijke ontwikkelingsplannen voor de medewer- kers. Om zorg op maat blijvend te leveren, is differentiatie in het aanbod wenselijk.

Patiënten zullen beter weten wat er wordt verwacht van de ambulancemedewerker.

Medewerkers worden gestimuleerd om hun eigen verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om opleiden en trainen. De me- dewerker wordt hierdoor in staat gesteld om kritisch op hun eigen handelen te reflecteren. De basis van de vooropleiding van elke nieuwe medewerker is van groot belang om blijvend te voldoen aan de eisen die gesteld worden aan de professio- nals in de zorg. Op lange termijn ligt hier een uitdaging in het kader van loopbaan- ontwikkeling.

Loopbaanontwikkeling

In 2012 is het ambitieniveau van loop- baanontwikkeling gestegen. Er waren al mogelijkheden om ambulancechauffeurs op te leiden tot SEH-verpleegkundigen.

Sinds 2012 kunnen poulers (medewerkers die op meerder fronten in het RAV-proces inzetbaar zijn) zich horizontaal ontwik- kelen op het terrein van meldkamer, rij- dienst, zorgambulance, Rapid Responder.

Daarnaast kunnen ambulanceverpleegkun- digen een studie volgen tot Physician As- sistent en zijn er ambulancemedewerkers die een managementopleiding volgen.

E-learning

In 2012 zijn vier e-learning modules aangekocht die in samenwerking met RAV Brabant Midden- West-Noord én een externe partner worden uitge- werkt. De modules zijn bedoeld voor de rijdienst.

Onderwerpen zijn de Voorbehouden Handelingen, de PALS, ALS en Trauma. Alle theoretisch modules worden op termijn opgenomen in het leermanage- mentsysteem van de Veiligheidsregio Brabant- Zuidoost en toegankelijk voor RAV medewerkers.

V erbeter en

(15)

Goede afspraken met partners

Samenwerking met de huisartsen in de regio. Er bestaat een goede samenwerking en communicatie tussen de RAV Brabant-Zuidoost, de regionale huisartsen en hun organisaties. In de regio Brabant-Zuidoost zijn twee grote organisaties van huisartsen actief, namelijk de Centrale Huisartsen Post (CHP) en Samenwerkende Huisartsen Organisatie Kempen en Omstreken (SHOKO).

De meldkamer heeft korte lijnen met de callcenters van beide huisartsenorganisaties. Deze callcenters zijn actief van 17.00 uur

’s middags tot 08.00 uur ‘s morgens en tijdens weekeinden en feestdagen. Meldingen buiten de praktijkuren die door de MKA- centralisten worden getrieerd als huisartsenzorg, worden direct doorgezet naar het CHP- of SHOKO callcenter. De zorg voor deze patiënt wordt dan door hen overgenomen. In 2011 is deze eerste- lijns zorgsamenwerking gestroomlijnd, daartoe is een convenant opgesteld.

Ieder jaar worden de huisartsen getraind door ervaren

ambulanceverpleegkundigen van de RAV. Tijdens deze trainingen gaat de aandacht uit naar spoedeisende situaties, hulpverle- ningsmethoden en handelingen die huisartsen kunnen verrichten.

Ieder jaar wordt de training aangescherpt met verbeterpunten uit voorgaande trainingen.

Samenwerking met ziekenhuizen

In 2012 vond vier keer operationeel overleg plaats tussen onze organisatie en teammanagers van de afdelingen spoedeisende hulp van de ziekenhuizen in Brabant-Zuidoost. Tijdens dit zoge- noemde ROCAS overleg komen klachten, casuïstiek, middelen, materieel, de overdracht van gegevens en zorginnovatie aan de orde. Er worden mogelijke bedreigingen en kansen besproken. Ook het verbeteren van de digitale communicatie met elkaar heeft ieders aandacht.

Sinds 2012 vindt er ook Brabantbreed overleg plaats tussen de RAV organisaties en de spoedeisende hulpafdelingen van de ziekenhuizen in Brabant.

(16)

Drie meldkamers in één. Sinds november 2002 is de Gemeenschappelijke Meldkamer Zuidoost-Brabant ope- rationeel. Drie meldkamers zijn in één ruimte onder- gebracht in het hoofdbureau van politie aan de Mathil- delaan te Eindhoven. Als deze locatie ontruimd moet worden, kunnen de drie disciplines gebruik maken van het Gemeenschappelijk Meldcentrum in ‘s-Hertogen- bosch. Medio 2008 zijn hierover samenwerkingsafspra- ken met de regio Brabant-Noord gemaakt.

Geïntegreerd Meldkamer Systeem

Meldingen voor ambulancezorg, politie en brandweer komen in één gezamenlijke meldkamer binnen. Dit zorgt voor goede afstemming en coördinatie. Het Geïntegreerd Meldkamer Systeem (GMS) brengt alle informatie samen. In het GMS zijn verschillende rampbestrijdingsplannen en incidentscenario’s ingevoerd. Cruciale informatie met betrekking tot een bepaald incident kan met elkaar worden gedeeld. Steeds is duidelijk welke acties worden ondernomen, wie wát doet op welk moment. De gemeenschap- pelijke meldkamer (GMK) beschikt ook over een eigen intranet.

Politie, brandweer en ambulancezorg delen kennis met elkaar en hebben inzicht in elkaars processen en protocollen. Op de GMK wordt 24/7 gewerkt met een CACO (calamiteiten coördinator).

Een aantal medewerkers, van alledrie de disciplines, is opgeleid tot calamiteiten coördinator. De CACO krijgt bij grootschalige incidenten de operationele leiding op de Gemeenschappelijke Meldkamer. In dergelijke situaties zorgen zij voor een goede

Opleidingstraject Niet Verpleegkundig Centralisten

Op de MKA zijn al een aantal jaren drie centralisten werkzaam die niet opgeleid zijn als verpleegkundige. In de Tijdelijk Wet AmbulanceZorg staat een eis dat de intake en triage gedaan moet worden door een verpleegkundi- ge. Om aan deze eis te kunnen voldoen

is er in mei 2012 een nieuwe werkafspraak ge- maakt betreffende aanname 112 MKA meldingen.

De organisatie heeft ervoor gekozen om de niet verpleegkundig centralisten een opleidingstra- ject tot verpleegkundige niveau 4 aan te bieden.

Alle niet verpleegkundig centralisten hebben dit aanbod aanvaard en starten in februari 2013 met de opleiding.

V erbeter en

Gemeenschappelijke

meldkamer

(17)

Gemeenschappelijke meldkamer

communicatie met leidinggevenden op straat, adequate informatiedeling en con- tact met de burgemeester over de actuele stand van zaken. In 2012 zijn er voor de GMK 2 nieuwe CACO’s opgeleid.

De MKA steunt sinds 2009 het burger- initiatief AED. Als de MKA een oproep voor reanimatie binnen krijgt, kan zij automa- tisch via het oproepsysteem een burger- hulpverlener in de omgeving alarmeren en oproepen om naar het slachtoffer te gaan en met de reanimatie te starten. Op deze wijze worden kostbare seconden/minuten bespaard. In 2012 is er een overstap ge- maakt van AED Alert oproepsysteem naar HartslagNu.

Toekomstperspectief MKA

In december 2012 heeft het ministe- rie van VWS een nieuw integraal plan opgesteld voor alle politielocaties en meldkamerlocaties. Voor de meldkamer Brabant- Zuidoost wordt gesproken over het samengaan met de huidige meldkamer in Den Bosch. Hiermee staan we aan de vooravond van een grote verandering.

Samenwerking GHOR (Geneeskundige Hulpverle- ningsorganisatie in de regio)

In het kader van de rampenbestrijding is de GHOR verantwoordelijk voor twee processen:

1 Acute Gezondheidszorg

In geval van zeer grote incidenten of ram- pen is de GHOR verantwoordelijk voor de coördinatie van de geneeskundige zorgver- lening. De RAV opereert dan als onderdeel van deze organisatie en levert materieel en personeel. Dit betreft zowel reguliere ambulanceteams als staffunctionarissen.

2 Publieke Gezondheidszorg

De GHOR adviseert gemeenten en evenementenorganisaties op het gebied van de geneeskundige hulpverlening bij evenementen. Dit alles wordt zoveel mogelijk afgestemd met andere disciplines binnen de Veiligheidsregio, onder andere Technische Hygiënezorg van de GGD. Het uitgangspunt hierbij is de bescherming van de gezondheid van betrokkenen.

(18)

Zorgverbetering. De RAV Brabant- Zuidoost zet zich

voortdurend in voor verbetering van de zorgkwaliteit die ze levert. Dit gebeurt zelfstandig, in samenwerking met partners in zorg en veiligheid en in overleg met landelijke en regionale partners.

De RAV Brabant-Zuidoost is vertegenwoordigd in diverse landelij- ke en regionale commissies en besturen. De rijksoverheid bepaalt de capaciteit, de spreiding en de beschikbaarheid van ambulan- cezorg per regio. Zorgverzekeraars financieren de ambulancezorg.

De RAV heeft vier maal per jaar overleg met twee gesprekspartners vanuit de zorgverzekeraars. Er is geregeld overleg in de overkoe- pelende organisaties Ambulancezorg Nederland en het Trauma- centrum Brabant. Binnen de regio is er structureel overleg met de spoedeisende eerste hulp van de ziekenhuizen en de huisartsen- posten. De RAV Brabant-Zuidoost streeft naar actieve samenwer- king van alle betrokken partners om het hele zorgverleningspro- ces rond een patiënt te optimaliseren. Zorginspanningen moeten logistiek en qua medisch handelen perfect op elkaar aansluiten en getoetst kunnen worden. Uiteindelijk streven we gezamenlijk naar het zelfde doel: gezondheidswinst voor de patiënt.

Ambulancezorg Nederland

De sectororganisatie voor de regionale ambulancediensten is Ambulancezorg Nederland en is het aanspreekpunt voor andere sectororganisaties en het ministerie. Ambulancezorg Nederland verzorgt de opleidingen van onze medewerkers en ontwikkelt nieuwe protocollen en standaarden. Feedback, opgebouwde kennis en ervaring vanuit de diverse regio’s spelen een belangrijke rol.

Regelmatig worden richtlijnen geactualiseerd of ontwikkeld. Zo stelde Ambulancezorg Nederland onder meer de vernieuwde Nota Verantwoorde ambulancezorg op. In 2012 is het kwaliteitskader zorgambulance opgesteld waarin de kwaliteitsvereisten staan

rondom ‘besteld vervoer’. In deze nota’s wordt verwoord wat de ambulancesector verstaat onder verantwoorde ambulancezorg.

In termen van cliëntgerichtheid, doelmatigheid, efficiëntie en duurzaamheid.

Zorgverzekeraars

Zorgverzekeraars leveren een belangrijke bijdrage in de zorgver- betering. De zorgverzekeraars vergoeden de reguliere ambulance- zorg en zijn een belangrijke stimulerende factor als het gaat om vernieuwingen in de ambulancesector. Vanaf 2011 vindt vanuit de efficiencykorting geen budgettaire verhoging plaats voor een periode van drie jaar. De verhoging van het ritaanbod moet opge- vangen worden vanuit de bestaande middelen.

Ministerie van Volksgezondheidzorg, Welzijn en Sport

Per 1 januari 2013 treedt de Tijdelijke Wet ambulancezorg (TWaz) in werking, die het leveren van ambulancezorg opdraagt aan vergunninghouders die voldoen aan de gestelde eisen. Deze vervangt de huidige Wet ambulancevervoer (Wav). De Twaz is een tijdelijke wet. Omdat op dit moment de ambulancezorg volop in ontwikkeling is en ook de vorming van veiligheidsregio’s nog niet is afgerond, geldt de Twaz voor een periode van vijf jaar. In die periode wordt gewerkt aan een definitieve wettelijke regeling.

Zorginnovatie. De RAV streeft er naar om zo snel mo-

gelijk bij de patiënt zijn, uiterlijk binnen 15 minuten.

Als het gaat om gezondheidswinst is een dergelijk criterium niet doorslaggevend. Voor de kwaliteit van ambulancezorg zijn de feitelijke gemiddelde respons- tijd, het zorginhoudelijke prestatieniveau en de mate van efficiëntie in de samenwerking met andere zorg- aanbieders eigenlijk betere indicatoren. Helaas zijn met name deze laatste twee slecht meetbaar. De RAV

Zorgverbetering en

zorginnovatie

(19)

Zorgverbetering en zorginnovatie

Brabant-Zuidoost is in het bijzonder gericht op zorginnovatie, omdat daaruit verbeteringen volgen waar- uit werkelijke gezondheidswinst kan worden behaald.

Zorgkwaliteit en procesverbetering

De RAV Brabant-Zuidoost werkt systema- tisch aan verbeteringen die de kwaliteit ten goede komen. Communicatietechniek, materieel, instrumenten en middelen zijn altijd up to date. Onze praktijkgerichte leer- en trainingsprogramma’s hebben een direct positief effect. Er is een open cultuur waarin men opbouwende kritiek van klanten en medewerkers graag

accepteert. Binnen de organisatie bestaat grote saamhorigheid en vanzelfsprekende collegialiteit. Hoe goed doordacht kwa- liteitssystemen, samenwerkingsmodellen en protocollen en trainingen ook zijn, de motivatie en de inzet die nodig zijn voor een optimale kwaliteit komen vooral vanuit onze mensen zelf. Zij zijn bepalend voor het kwaliteitsbewustzijn dat onze organisatie kenmerkt en de basis voor de zorgkwaliteit waar de patiënt op moet kunnen rekenen.

Nieuwe middelen

De RAV Brabant-Zuidoost heeft een mate- rialencommissie die gevraagd en onge- vraagd materialen bekijkt, beoordeelt en

introduceert al dan niet in samenwerking met de opleidingscommissie. In 2012 is bij een aantal producten vooral gekeken naar de kosten en is er Brabantbreed samenwerking gezocht waarmee besparingen tot stand kwamen terwijl de kwaliteit gelijk bleef.

Verder ligt de focus nu vooral op ergo- nomische aspecten van onder andere de materiaalkoffer en de brancard. Eind 2012 is gestart met een nieuw aanbestedings- traject voor ambulances. De voertuig- commissie kijkt naar de nieuwe eisen en wensen met betrekking tot het voertuig en de inrichting. De eerste ambulances worden in 2014 vervangen.

Medisch stafbureau

In 2012 is gestart met het vormen van een medisch stafbureau voor heel Brabant. Samen met de twee andere Brabantse RAV regio’s werken wij aan een eenduidig medisch beleid voor de hele provincie. In hoofdlijnen richt het medisch stafbureau zich op de volgende aspecten:

- Scholingsbeleid (waaronder profchecks en portfolio’s) - Autorisatiebeleid (vakbekwaam- heidsbeoordelingen)

- Ritbon- en meldingsverwerkings- evaluaties

- Medisch inhoudelijke advisering - Incidentonderzoek

- Innovatie en onderzoek

Het medisch stafbureau is een groei- model dat in 2015 volledig op sterkte moet zijn. Naast de medisch managers maken ook Physician Assistants (PA) en Verpleegkundig Specialisten Acute Zorg (VPAZ) deel uit van het medisch stafbureau.

FIC- blok

In de acute hulpverlening hebben ambulanceverpleegkundigen veelvuldig

te maken met patiënten met een heupfractuur.

Het evacueren van deze patiënten is vaak moeilijk en pijnlijk. Pijnbestrijding is vaak noodzakelijk, maar de pijnstilling is vaak onvoldoende of gaat gepaard met bijwerkingen.

De RAV Brabant- Zuidoost startte daarom in 2012 in samenwerking met het Universitair Medisch Centrum St. Radboud een onderzoek met de vraag of speciaal opgeleide verpleegkundigen een alter- natieve vorm van pijnbestrijding, het zogenaamde FIC-blok, uit kunnen voeren bij patiënten met een heupfractuur. Het fascia iliaca compartiment blok (FIC-blok) is een zenuwblokkade, waarbij de grote zenuw van het bovenbeen wordt verdoofd. Deze techniek wordt tot nu toe alleen toegepast in het ziekenhuis door anesthesiologen of gespeciali- seerde artsen.

Wereldprimeur

De eerste resultaten zijn veelbelovend. Het onder- zoek laat zien dat ook ambulance-verpleegkundi- gen deze specialistische vorm van pijnbestrijding veilig en effectief toe kunnen passen. En zij zijn de eerste in de wereld die deze techniek op straat uit- voeren. Dit maakt het mogelijk om deze vorm van pijnbestrijding landelijk uit te rollen. Dit onder- zoek wordt mede mogelijk gemaakt door subsidie van het CZ-fonds.

V erbeter en

(20)

RAV Brabant-Zuidoost Postbus 242

5600 AE Eindhoven

RAV Brabant-Zuidoost Deken van Somerenstraat 2 5611 KX Eindhoven

T 040 - 260 85 35 F 040 - 260 86 59 E info@ravbzo.nl

RAV Brabant-Zuidoost is een samenwerking tussen

GGD Brabant-Zuidoost en Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost www

.sterdesign.nl Fotografie www.112brabant.nl Juli 2013

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

We gaan verder nader in op een aantal aanvullende (wettelijke) taken bij de GGD belegd zijn door onze gemeenten, Rijk of derden.. Hierbij worden de jeugdgezondheidszorg(JGZ)

Programma Brandweerzorg Product Incidentbestrijding €91.913 Product Risicobeheersing € 16.188 Totaal Programma Brandweerzorg € 108.101 Programma Veiligheid

Daarbij is gekeken naar: de gemiddelde rijtijden op regionale schaal, de rijtijden per gemeenten, de mate van overlap/ dubbele dekking (dat wil zeggen hoe kan een zo groot

Als u naar aanleiding van deze brief nog vragen heeft, dan kunt u contact opnemen met via telefoonnummer (0493) 671 212 of per e-mail j.vandenbogaart@asten.nl. Wij verzoeken u

Aangezien als één van de uitgangspunten gedefinieerd is: “Er worden geen onnodige kosten gemaakt en wat goed is kan goed blijven” en aangezien alle gemeenten die nu deelnemen in

De gemiddelde tijdsduur uitruktijd, aanrijtijd en responstijd binnen de regio Brabant- Zuidoost liggen in 2011 wederom onder het landelijke gemiddelde.. De aanname en uitgifte A1

We stimuleren eenieder om de inhoud van dit document te gebruiken, weliswaar met correcte bronvermelding: ‘Project tijdig opstarten van palliatieve zorg in het woonzorgcentrum (voor

Als de formatie ambulanceverpleegkundigen op het gewenste niveau kan worden gebracht, en onder normale omstandigheden, wordt verwacht dat in 2022 in beide RAV-regio’s 95% van de