• No results found

Maak een gedichtenkaart!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Maak een gedichtenkaart!"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 1 van 2

Taal actief 3 | Handleiding | groep 6, 7 en 8 | Mijn Malmberg

Schrijven

Dit is een extra schrijfles die past binnen het thema ‘december feestmaand’.

Tijdsduur 50 minuten

Doel

De kinderen oefenen met drie verschillende aspecten van poëzie: beeldspraak, rijm (beginrijm, middenrijm en eindrijm) en ritme.

Materiaal

• Werkblad ‘Maak een gedichtenkaart!’.

• Stiften, kleurpotloden.

• Natuurlijk kunt u ook zorgen voor echte ansichtkaarten van dik gekleurd papier;

wilt u er kerstkaarten van laten drukken, zorg dan voor het juiste formaat en het juiste papier om de kaarten in te kunnen scannen.

• Eventueel een of meer dichtbundels (bijvoorbeeld van Joke van Leeuwen, Edward van de Vendel, Erik van Os, Bette Westera, Hans & Monique Hagen of bloemlezingen, zoals Querido’s Poëziespektakel, Ik zoek een woord en Wat je ziet, zit in je hoofd).

Werkwijze

• Aan de hand van de stappen op het

werkblad bespreekt u met de kinderen kort drie verschillende aspecten van poëzie:

o beeldspraak;

o rijm (beginrijm, middenrijm en eindrijm);

o ritme.

Tussendoor maken de kinderen de opdrachten op het werkblad.

• Aan het einde van de les schrijven de kinderen zelf een decembergedicht; een gedicht over de feestdagen of over de winter. Ze maken er een kaart van.

• U kunt de kaarten ophangen in de klas als kerstversiering, of u kunt ze scannen en laten drukken als kerstkaart.

• Hebt u al andere plannen voor de

decembermaand? Dan kunt u deze les ook prima gebruiken bij een andere (feest) periode: werk dan met de stappen op het werkblad toe naar een gedicht over een onderwerp naar keuze. Het jubileum van school bijvoorbeeld, of de lente.

Lesverloop

Vertel dat de kinderen ieder een vrij gedicht gaan schrijven over de feestdagen of over de winter. Het gedicht komt op een kerstkaart.

Je gaat het gedicht stap voor stap schrijven door de opdrachten op de werkbladen te maken.

Lees samen met de kinderen ‘Wat ga je doen?’ en ‘Dit moet je weten’.

Neem dan samen de zeven stappen door en licht ze toe. NB: taalsterke kinderen kunnen de opdrachten en het gedicht zelfstandig maken. De instructie en voorbeelden zijn in de opdrachten verwerkt.

Stap 1 en 2

In stap 1 wordt duidelijk wat wordt bedoeld met ‘beeldend schrijven’. Bij beeldspraak vergelijk je iets of iemand ergens mee. In dit geval wordt de sneeuw vergeleken met een fris gewassen laken. In je hoofd zie je dan een plaatje. Geef eventueel ook andere voorbeelden van beeldspraak: een inktzwarte nacht (de nacht is zo zwart als inkt), de wind fluit om het huis (de wind krijgt menselijke eigenschappen), sneeuwwit (zo wit als sneeuw), muisstil (zo stil als een muis), torenhoog (zo hoog als een toren).

Laat de kinderen zelfstandig of in tweetallen de opdracht bij stap 2 maken. Wat hebben ze ingevuld? Vertel dat geverfd en deken hier de mooiste keuzes zijn vanwege de beeldspraak.

Maak een gedichtenkaart!

(2)

© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 2 van 2

| Handleiding | groep 6, 7 en 8 | Mijn Malmberg

Stap 3

Bespreek kort de drie verschillende soorten rijm.

− Lees de zin: De regen roffelde tegen de ramen. Overdrijf de uitspraak van de beginklank r- een beetje. Welke woorden beginnen met dezelfde letter? (regen, roffelde, ramen) Beginrijm zorgt ervoor dat een zin mooi of bijzonder klinkt. Hoor je bijvoorbeeld dat de zin anders klinkt dan in: ‘De sneeuw viel op de daken.’

− Lees de zin: De huizen lijken te huiveren in het duister. Overdrijf de uitspraak van de -ui- een beetje. Vraag: Wat is het verschil als ik duister zou vervangen door donker? (Er valt een woord met middenrijm weg.) Vind je het dan minder mooi klinken, of mooier, of maakt het voor jou niet uit?

− Vertel: Eindrijm is het bekendste rijm.

De laatste woorden van een versregel rijmen op elkaar, zoals in de zin: De oude vrouw, rilde van de kou.

Geef eventueel nog andere voorbeelden van begin-, midden- en eindrijm, zoals:

− In de zachte zomer, dook hij in de zilte zee.

− Ik loop over straat, en ik hoop dat jij gaat (zowel middenrijm als eindrijm).

− Het was een mooi gezicht, spelende katjes in het avondlicht.

Of laat de kinderen zelf voorbeelden bedenken.

Laat de kinderen zelfstandig of in tweetallen de zinnen bij stap 3 aanvullen.

Stap 4

Lees de gedichten voor of laat ze voorlezen.

Merken de kinderen dat er ritme in de tekst zit? Hoe komt dat? (Aantal lettergrepen, klemtoon, pauzes.) Vraag eventueel ook naar beeldspraak. Welke beeldspraak zie je?

(De struiken zijn van glas, sneeuw gevallen als een doek.) Laat de kinderen alleen of in tweetallen het rijm vinden.

Beginrijm: zucht naar de zee, de weg is wit.

Middenrijm: het duin is leeg, de dag is heel.

Eindrijm: glas-gras-was, zee-mee, blauw- jou.

Laat ze tot slot twee van de gedichten nog een keer voor zichzelf lezen en vraag daarbij om te letten op het ritme: Waar leg je de klemtoon? Waar komen de pauzes? Klinkt het anders als je het bijvoorbeeld met andere pauzes voorleest?

Stap 5, 6 en 7

De kinderen schrijven zelfstandig hun gedicht. Loop rond en help ze waar nodig op weg. Leg eventueel enkele dichtbundels klaar ter inspiratie.

Aandachtspunt

Vertel de kinderen dat ze tijdens het schrijven hun gedicht hardop aan zichzelf moeten voorlezen. Zo merken ze of het goed klinkt. Klank en ritme zijn belangrijk bij een gedicht.

Taal actief 3

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Indonesische regering heeft getoond het land in de hand te kunnen houden. De dagelijkse moeilijkheden waren groot, veel gelegenheid voor opbouw was er

Deze sloot niet aan bij de Hollandse zestiende- en zeventiende-eeuwse bouwtradities en werd derhalve niet passend gevonden voor een museum dat de status moest krijgen van

We hebben het nodig om te drinken, schoonmaken, koe- len, wassen, tanden poetsen, schaatsen en vele andere dingen.. Lees het werkblad goed door en vul de lege

AcK seidcc daer veur KrceUsse / dloed r dtijgl, ickse onder mijn dansen/.. III, Klse berstheurm/ js ick seire v » rm mer

M e t behoud van de opzet der eenvoudige com pagnonsverzekering w o rd t niet een verzekering van één overlevingskapitaal aangegaan, zij het dan dat daarvoor tw ee

36 kan alleen terzake van toegekende afkoopsomm en, schadeloosstellingen of tegem oetkom ingen w orden belast, terw ijl er even­ min sprake is van een in de zin

De kinderen kunnen de opgaven zelf nakijken met het antwoordenblad. Bespreek eventueel kort wat voor wezens

• De woorden en zinnen laten je iets horen, zien of voelen.. • Een gedicht rijmt vaak, maar