• No results found

Vraag nr. 162 van 27 mei 2005 van de heer ELOI GLORIEUX

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 162 van 27 mei 2005 van de heer ELOI GLORIEUX"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 162 van 27 mei 2005

van de heer ELOI GLORIEUX

Vrije bus- en trambanen – Stand van zaken Het samenwerkingsakkoord bepaalt dat begeleiden-de maatregelen ingevoerd worbegeleiden-den zoals het verho-gen van de commerciële snelheid van het openbaar vervoer.

In 2002 heeft men een heel "jaar van de doorstro-ming" georganiseerd. In 2003 stond in de Lijnkrant dat het "vast staat dat doorstroming het centrale begrip wordt". Dat bleek uit het driejarenprogram-ma (2003-2005) van de administratie Wegen en Verkeer (AWV). In 2004 blijft het een prioriteit van minister Van Brempt (beleidsnota 30 november). In 2005 staan bussen en trams helaas nog te dikwijls mee in de file.

1. Met De Lijn werd een beheersovereenkomst afgesloten voor 2003-2007. Volgens artikel 19 moet jaarlijks 25 km vrije bus- of trambanen gerealiseerd worden. Haalbaarheidsstudies werden gepland voor vijf assen. Twee zijn af, waaronder Ninove-Brussel, met een busbaan van Ninove tot Brussel-Noord. Daartegen gin-gen sommige gemeenten in de aanval. Het ziet ernaar uit dat ze hun slag hebben thuisgehaald. Hoever staat het met de vrije busbanen in het

algemeen en die op de lijn naar Ninove in het bijzonder?

2. Verkeerslichtenbeïnvloeding was gepland op alle kruispunten.

Dit lijkt geregeld, maar niet echt bruikbaar. Volgens De Lijn moeten de bussen als eerste kunnen vertrekken aan de verkeerslichten. Een haalbaarheidsstudie wees uit dat dit haast overal kan zonder onteigeningen of grote moeilijkhe-den.

Doet de administratie Wegen en Verkeer daartoe het nodige? Graag een timing.

N.B. Deze vraag werd gesteld aan de ministers Peeters (vraag nr. 593) en Van Brempt (nr. 162).

Antwoord

1. Momenteel wordt in eerste instantie bij de uit-werking van de eigen (investerings)projecten door de administratie Wegen en Verkeer (AWV)

de vraag naar doorstromingsmaatregelen steeds mee opgenomen. Waar nodig wordt voorzien in busbanen in aanloop naar her in te richten kruispunten of wordt een installatie van bus-beïnvloeding voor verkeerslichten voorzien. De voorbije jaren werd met deze werkwijze reeds heel wat gerealiseerd. Zo werd o.a. in Oost-Vlaanderen een busbaan aangelegd op de N8 te Ninove van het kruispunt "Den Dollar" tot het kruispunt "Sint-Theresiakerk". Zo werden o.a. in Antwerpen busstroken aangelegd op de NI0 te Mortsel, op de NI en de NI77 te Antwerpen, werd een eigen bedding voor busvervoer gerea-liseerd op de NI te Mortsel en de NI80 te Antwerpen, en werden rijbanen met een aparte bijzonder overrijdbare bedding zowel voor tram als bus aangelegd op de NI, N12, NI 13 en NI48 te Antwerpen.

Recent werd een specifieke Task Force Doorstroming opgericht om te kijken waar, hoe en met welke middelen prioritair kan geïnves-teerd worden in een grotere doorstroming. Over de busbaan op de N8 kan het

vol-gende meegedeeld worden. Om de gemeente Dilbeek te overtuigen de heraanleg van de Ninoofsesteenweg met realisatie van busbanen waar mogelijk goed te keuren, besliste toenmalig minister Bossuyt eind 2003 een grondige studie naar het sluip verkeer te laten uitvoeren. Deze studie moet een inschatting maken over hoe het verkeer, dat conform de categorisering van de E40 moet gebruik maken maar nu dagelijks de N8 gebruikt om Brussel te bereiken, bijkomend zou verschuiven bij realisatie van het project op de N8: overstappen op het openbaar vervoer, nog meer gebruik maken van de E40, andere sluipwegen opzoeken, ... Deze bijkomende studie naar mogelijke impact van sluipverkeer en ingre-pen in de omliggende gemeenten werd nog niet voltooid. Vermits de N8 als sluiproute voor de E40 gebruikt wordt en aangezien door de wer-ken aan de Antwerpse ring in 2004 en 2005 extra verkeer op de E40 en dus ook meer sluipverkeer op de N8 en andere sluiproutes mocht verwacht worden, was het niet opportuun deze uitgebreide studie in 2004 noch in 2005 uit te voeren. Het was derhalve aangewezen deze studieopdracht in het najaar van 2005 voor te bereiden zodat ze in de loop van 2006 kan uitgevoerd worden.

(2)

– aanbod bussen De Lijn structureel opdrijven vanaf de start der werken (GEN);

– garantie op een optimale werforganisatie door AWV (zo kort mogelijke hinder, met een maximum aan tijdelijke maatregelen en infor-matie);

– probleem sluipverkeer in kaart brengen en oplossingen presenteren (AWV en betrokken gemeenten).

AWV stelt voor om de aanleg van de busbanen zo te maken dat een terugkeer naar de huidige toestand mogelijk blijft na evaluatie. Na akkoord tussen alle betrokken partijen, en dus wellicht na het voltooien van de bijkomende studie naar het sluipverkeer, kan AWV snel werk maken van de nodige stappen om tot aanbesteding en uit-voering over te gaan, in de veronderstelling dat de bestaande plannen niet of weinig aangepast moeten worden (voorjaar 2007?). Hierbij dient de nog niet voltooide rioleringsstudie van de gemeenten in het ontwerp ingepast te worden. 2. Er is reeds een degelijke

verkeerslichtenbeïnvloe-ding gerealiseerd op een groot aantal kruispun-ten met verkeerslichkruispun-ten in Vlaanderen. Hierdoor zal op deze kruispunten het openbaar vervoer niet worden vertraagd door een roodfase waar-voor ze moeten stoppen of afremmen.

Deze werkwijze wordt voortgezet voor de nog resterende kruispunten, en dit volgens een pri-oriteit die volgt uit objectieve gegevens. Deze aanpak van verkeerslichtenbeïnvloeding geeft zeer goede resultaten wanneer het openbaar ver-voer in eigen bedding rijdt, zoals bijvoorbeeld de kusttram. Ook wanneer er geen eigen bedding is, maar een aantal randvoorwaarden vervuld zijn, bereikt men nog goede resultaten. Deze andere randvoorwaarden zijn onder andere:

– geen bus- of tramhalte in de laatste honderden meter vóór het kruispunt. Soms is dat realiseer-baar, maar in een aantal gevallen kan De Lijn dit niet realiseren;

– geen structurele oververzadiging van het kruis-punt en/of het wegvak ervóór. Verzadiging van het wegennet in het algemeen, en zeker in en rond de steden is een algemeen probleem dat niet eenvoudig oplosbaar is, ook niet voor het openbaar vervoer. Haast elke oplossing vereist belangrijke infrastructurele aanpassingen, vaak met onteigeningen. Rekening houdend met de hoge kostprijs hiervan, kan dit slechts geleidelijk aan.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tijdens de studie zal de 'ware’ kostprijs van het project duidelijker worden en zal er nog vol- doende gediscussieerd kunnen worden om tot een billijke oplossing te komen

In tegenstelling tot een veel minder drukke plaats als Gooik, 20 km westwaarts, bevindt zich in deze twee knooppunten evenwel geen informatiestand van De Lijn?. Het kantoor in

Volgens artikel 12 van de overeenkomst van 4 april 2003 tussen de federale overheid en de gewesten met het oog op de verwezenlijking van het pro- gramma van het Gewestelijk

De Beleidsnota Energie 2005-2009 stelt op bladzij- de 21: "In uitvoering van EU Richtlijn 2003/54/EG dient de verplichting opgelegd te worden aan de leveranciers om in

Midden 2004 werd daarom het overleg tussen het Bloso, de gemeente Zemst, de VLM en de afdeling Natuur weer opgestart om na te gaan hoe een beperkte recreatieve infrastructuur kon

De bovenvermelde producten zijn inderdaad vergun- ningplichtig volgens het koninklijk besluit van 2 april 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 maart 1993 tot

Sinds 11 september 2001 zijn de toegangsprocedure en -controle merkelijk verstrengd, zelfs tot op het punt dat het eigen Vlaamse, niet nucleaire karakter van VITO en

De ter- mijn van aanvang der werken is dus ook afhanke- lijk van de termijn van indiening van de aanvraag tot subsidiebeslissing door het OCMW en van - later dan - de termijn voor