Correctievoorschrift HAVO
2018
tijdvak 2
economie
Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels
3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren scores
1 Regels voor de beoordeling
Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit VO.
Voorts heeft het College voor Toetsen en Examens op grond van artikel 2 lid 2d van de Wet College voor toetsen en examens de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld.
Voor de beoordeling zijn de volgende aspecten van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit VO van belang:
1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het
toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.
2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de directeur van de school van de
gecommitteerde toekomen. Deze stelt het ter hand aan de gecommitteerde.
3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Toetsen en Examens.
De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde.
4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het behaalde aantal scorepunten voor het centraal examen vast.
5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de
gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt
hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde
onafhankelijke corrector aanwijzen. De beoordeling van deze derde corrector komt in de plaats van de eerdere beoordelingen.
2 Algemene regels
Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Toetsen en Examens van toepassing:
1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.
2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met
correctievoorschrift. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, ..., n, waarbij n het
maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd.
3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels: 3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen
aantal scorepunten toegekend;
3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend in overeenstemming met het
beoordelingsmodel;
3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden
toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel;
3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld; 3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig
antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal;
3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of
berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven;
3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord;
3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen; 3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis,
zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn.
4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend.
5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het
beoordelingsmodel anders is vermeld.
6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld.
7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Toetsen en Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening
gehouden.
8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven. 9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen.
Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur.
De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer.
NB1 T.a.v. de status van het correctievoorschrift:
Het College voor Toetsen en Examens heeft de correctievoorschriften bij regeling vastgesteld. Het correctievoorschrift is een zogeheten algemeen verbindend
voorschrift en valt onder wet- en regelgeving die van overheidswege wordt verstrekt. De corrector mag dus niet afwijken van het correctievoorschrift.
NB2 T.a.v. het verkeer tussen examinator en gecommitteerde (eerste en tweede corrector): Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de
behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht. Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten. Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht. Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken.
NB3 T.a.v. aanvullingen op het correctievoorschrift:
Er zijn twee redenen voor een aanvulling op het correctievoorschrift: verduidelijking en een fout.
Verduidelijking
Het correctievoorschrift is vóór de afname opgesteld. Na de afname blijkt pas welke antwoorden kandidaten geven. Vragen en reacties die via het Examenloket bij de Toets- en Examenlijn binnenkomen, kunnen duidelijk maken dat het correctie-voorschrift niet voldoende recht doet aan door kandidaten gegeven antwoorden. Een aanvulling op het correctievoorschrift kan dan alsnog duidelijkheid bieden. Een fout
Als het College voor Toetsen en Examens vaststelt dat een centraal examen een fout bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift.
Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt door middel van een mailing vanuit Examenblad.nl bekendgemaakt. Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk verstuurd aan de examensecretarissen.
Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling:
– Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe.
en/of
– Als de aanvulling niet is verwerkt in de naar Cito gezonden Wolf-scores, voert Cito dezelfde wijziging door die de correctoren op de verzamelstaat doorvoeren. Dit laatste gebeurt alleen als de aanvulling luidt dat voor een vraag alle scorepunten moeten worden toegekend.
Als een onvolkomenheid op een dusdanig laat tijdstip geconstateerd wordt dat een aanvulling op het correctievoorschrift ook voor de tweede corrector te laat komt, houdt het College voor Toetsen en Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid.
3 Vakspecifieke regels
Voor dit examen is de volgende vakspecifieke regel vastgesteld:
Voor rekenfouten worden geen scorepunten afgetrokken. Wanneer echter de kandidaat bij een berekening kennelijk verzuimd heeft door schatting controle op het antwoord uit te oefenen, wordt voor deze fouten één scorepunt afgetrokken tot een maximum van drie scorepunten voor het hele examen.
4 Beoordelingsmodel
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke.
Opgave 1
1 maximumscore 2
Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: • huur weilanden / podium / tent
gage Guus Meeuwis 1
• deze kosten zijn onafhankelijk van het aantal verkochte
toegangskaartjes 1
2 maximumscore 2
• Er is sprake van gescheiden deelmarkten (want het lidmaatschap van
de vereniging moet kunnen worden aangetoond) 1 • De (goedkopere) kaartjes kunnen niet worden doorverkocht aan
niet-leden 1
3 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is: • bij P = € 25 geldt GO = GTK GTK = GVK + GCK € 25 = € 10 + GCK GCK = € 15 1 • bij P = € 25 geldt Qv = 8.250 TCK = € 15 × 8.250 = € 123.750 1 4 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is:
• bij Q = 6.000 geldt (6.000 = −150P + 12.000 →) P = € 40 1 • TW = TO − TK TO = € 40 × 6.000 = € 240.000 TK = (€ 10 × 6.000) + € 123.750 = € 183.750 TW = € 56.250 1 5 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is:
aantal verkochte kaartjes bij MO = MK (maximale totale winst): 5.250 (aflezen)
huidige capaciteit van de locatie: 6.000 bezettingsgraad is 5.250
6.000 × 100% = 87,5%
Vraag Antwoord Scores
Vraag Antwoord Scores 6 maximumscore 3 bij (1) betalingsbereidheid bij (2) substitutie bij (3) Qv = −150P + 11.000 bij (4) totale
indien vier juist 3
indien drie juist 2
indien twee juist 1
indien minder dan twee juist 0
Opgave 2
7 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
• Beleggers verwachten dat de Brexit slecht is voor de Britse economie
en dus voor hun beleggingen 1
• Zij kiezen een bestemming voor hun beleggingen buiten GB. Het aanbod van Britse ponden zal (bij gelijkblijvende of afnemende vraag) toenemen (ten opzichte van de euro en de dollar) waardoor de koers
van het pond zal dalen 1
8 maximumscore 3
• 1 KR en uitgaven 1
• 2 LR en inkomsten 1
• 3 LR en inkomsten 1
Opmerking
Deelscores steeds alleen toekennen als beide elementen juist zijn.
Vraag Antwoord Scores
9 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is: • waardestijging euro t.o.v. het Britse pond:
0,813 0,761 0,761 − × 100% = 6,8% 1 • 1 dollar wordt 0,813 1,112 = 0,73 Britse pond 1 dollar was 0,761 1,142 = 0,67 Britse pond waardestijging dollar t.o.v. het Britse pond
0,73 0,67 0,67
−
× 100% = 8,96%
de Amerikaanse toerist heeft het meeste voordeel (8,96% > 6,8%) 1 Opmerking
Voor een andere juiste manier van tussentijds afronden ook scorepunten toekennen.
10 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
• Door de koersdaling van het Britse pond zijn Nederlandse agrarische
producten duurder geworden op de Britse markt 1 • Door de koersdaling van het Britse pond zijn Britse agrarische
producten goedkoper geworden op de EU-markt / Nederlandse markt /
wereldmarkt 1
11 maximumscore 2
Voorbeelden van een juiste uitleg zijn:
• Door de koersdaling van het Britse pond kunnen importgoederen voor
GB duurder worden 1
• De prijsstijging van importgoederen kan doorwerken in het algemeen
prijspeil van GB 1
of
• Door de koersdaling van het Britse pond kunnen Britse exportgoederen goedkoper worden op de EU-markt / Nederlandse markt / wereldmarkt 1 • De vraag naar Britse exportgoederen kan toenemen en groter worden
dan de productiecapaciteit, waardoor de prijzen van deze goederen kunnen stijgen. Deze prijsstijging kan doorwerken in het algemeen
prijspeil van GB 1
Vraag Antwoord Scores
12 maximumscore 2
Voorbeelden van een juiste uitleg zijn (twee van de drie noemen): − een verlaging van de rente maakt lenen goedkoper waardoor de
bestedingen gestimuleerd worden
− een verlaging van de rente maakt sparen minder aantrekkelijk waardoor de bestedingen gestimuleerd worden
− een verlaging van de rente laat het Britse pond in waarde dalen
waardoor de export zal stijgen en de import zal dalen, hetgeen ook kan bijdragen aan de economische groei
Opmerking
Per juiste manier en uitleg 1 scorepunt toekennen.
Opgave 3
13 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
• De ‘goede’ risico’s / mensen met een laag risico op zorgkosten zouden zich niet verzekeren omdat zij de premie te hoog vinden / Alleen de ‘slechte’ risico’s / mensen met een hoog risico op zorgkosten zouden
zich verzekeren 1
• De premie moet hierdoor (verder) stijgen om de schadelast / hoge
kosten te kunnen dekken 1
14 maximumscore 1
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
Verzekerden kunnen zich minder risicovol gaan gedragen, omdat ze het eerste deel van de zorgkosten zelf moeten betalen.
15 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste verklaring is:
Bij de Zilverpolis laat de verzekerde de keuze van zorgverlening en apotheek over aan de zorgverzekeraar, waardoor deze de zorg efficiënter en goedkoper kan inkopen.
16 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
• Verzekerden met een lage kans op zorgkosten zullen eerder een verzekering kiezen met een hoog eigen risico / verzekerden met een hoge kans op zorgkosten zullen eerder een verzekering kiezen met
een laag eigen risico 1
• zodat de verzekeraar inzicht krijgt in het risicoprofiel van de
verzekerden 1
Vraag Antwoord Scores
17 maximumscore 2
(Karin kiest voor een Goudpolis met maximaal eigen risico.) Een voorbeeld van een juiste berekening is:
• besparing jaarpremie: (€ 120 − € 75) × 12 = € 540 1 • extra benodigde hoeveelheid spaargeld
(€ 875 − € 375 extra benodigde eigen risico): € 500
De besparing is dus hoger 1
Opgave 4
18 maximumscore 2
bij (1) primaire inkomens bij (2) rente
bij (3) subjectieve
indien drie juist 2
indien twee juist 1
indien minder dan twee juist 0
19 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is: 4e kwartiel: (100% − 44,8%) = 55,2%
55,2%
5,1% = een verhouding van 1 : 10,8
20 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is:
• secundair inkomen van het 4e kwartiel: 5,5 × 9,8 = 53,9% 1
• coördinaat (75 ; 46,1) 1
21 maximumscore 2
links
Een voorbeeld van een juiste toelichting is:
• De secundaire-inkomensverhouding van Saba is 1 : 9,1 en de
secundaire-inkomensverhouding van Bonaire is 1 : 9,8 1 • Het inkomen in Bonaire is gelijker verdeeld en de Lorenzcurve van
Bonaire ligt dus links van de Lorenzcurve van Saba 1
Vraag Antwoord Scores
22 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is:
+ + (80 9,1) (13 10,8) (7 9,8) 100 × × × = 9,4 De secundaire-inkomensverhouding is 1 : 9,4. Opmerking
Als het ongewogen gemiddelde is berekend, geen scorepunten toekennen.
23 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste uitleg is:
• Bij een progressief belastingstelsel (zoals in ‘Europees’ Nederland) geldt voor hogere inkomens een hoger belastingtarief dan voor lagere inkomens, waardoor de secundaire-inkomensverschillen kleiner
worden 1
• Bij een proportioneel belastingstelsel (zoals in de BES-eilanden) geldt hetzelfde belastingtarief voor elke hoogte van het inkomen, waardoor
de verschillen even groot blijven 1
Opgave 5
24 maximumscore 2
oligopolie
Een voorbeeld van een juiste toelichting is:
Er is sprake van een beperkt aantal (twee) aanbieders.
25 maximumscore 2
homogeen goed
Een voorbeeld van een juiste toelichting is:
Volgens Victor Valet maakt de consument uitsluitend op basis van de prijs een afweging.
26 maximumscore 2
prijselastische vraag
Een voorbeeld van een juiste toelichting is:
• Een prijsverlaging / tariefverlaging leidt volgens Victor Valet tot meer
omzet 1
• Hij gaat er kennelijk van uit dat een prijsverlaging / tariefverlaging tot
een meer dan evenredige stijging van de afzet leidt 1
Vraag Antwoord Scores
27 maximumscore 2
Een voorbeeld van een juiste berekening is: • tarief BP bij 8 uur: € 10
tarief CP bij 8 uur: (3 × € 2) × 8 uur = € 48 1 • verschil: € 10 € 8 48 € 4 − × 100% = −79,2% 1 28 maximumscore 2
De interviewer heeft geen gelijk.
Een voorbeeld van een juiste toelichting is:
Tarief verlagen is voor beide partijen de dominante strategie en is tevens de optimale uitkomst. Beide partijen krijgen een hogere winst dan bij tarief handhaven dus er is geen sprake van een gevangenendilemma.
5 Aanleveren scores
Verwerk de scores van alle kandidaten per examinator in de applicatie Wolf. Accordeer deze gegevens voor Cito uiterlijk op 25 juni.
einde