• No results found

Formulier aanvragen inzamelvergunning

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Formulier aanvragen inzamelvergunning"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

WET MILIEUBEHEER aanvraag vergunning

voor het inzamelen van (gevaarlijke) afvalstoffen als bedoeld in artikel 9 van het Besluit inzamelen afvalstoffen (Bia)

Aanvraag in 3-voud toezenden aan:

Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)

t.a.v. afdeling

EVOA & Besluiten

Vergunningverlening

Postbus 24062

3502 MB UTRECHT

(2)

Dit aanvraagformulier is ontwikkeld voor het aanvragen van een inzamelvergunning voor scheepsafvalstoffen, klein gevaarlijk afval en afgewerkte olie als bedoeld in het Besluit inzamelen afvalstoffen. De onderdelen in dit aanvraagformulier zijn ontleend aan wet- en regelgeving als de Wet milieubeheer, het Besluit inzamelen afvalstoffen (Bia) en het Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021 (LAP).

1 GEGEVENS AANVRAGER

1

Naam aanvrager (rechtspersoon) Adres

Postcode en plaats

Statutaire vestigingsplaats Postbus

Postcode en plaats Telefoonnummer Faxnummer E-mail Website

Naam contactpersoon Telefoonnummer E-mail

1

Een vergunning voor het inzamelen van (gevaarlijke) afvalstoffen dient te worden aangevraagd door de rechtspersoon die de feitelijke leiding en verantwoordelijkheid heeft over de activiteiten. Een V.O.F. of een C.V.

zijn geen rechtspersoon. In dat geval dient de aanvraag te worden ingediend door een natuurlijk persoon (bestuurder van een V.O.F.) of de beherend vennoot van de C.V. die de feitelijke leiding en

verantwoordelijkheid heeft over de activiteiten.

2 HUIDIGE VERGUNNINGSITUATIE

kenmerk vergunning datum

afgifte expiratie

1 2 3

datum en paraaf:

(3)

3 ALGEMEEN

Geef een (korte) beschrijving van activiteiten, processen, technieken en installaties bij de inzameling

4 IN TE ZAMELEN AFVALSTOFFEN

Kruis aan voor welke afvalstoffen de inzamelvergunning wordt aangevraagd en vermeld daarbij de (geschatte) jaarlijkse in te zamelen hoeveelheid (ton).

Afgewerkte olie (Bia artikel 9, onder a) - tabel 1

De afgewerkte olie in deze tabel betreft afgewerkte olie categorie I en II die niet als klein gevaarlijk afval is te classificeren (Bia artikel 9, onder b) of als scheepsafval (Bia artikel 9, onder c). Indien u (ook) afgewerkte olie categorie I en II wilt aanvragen die als klein gevaarlijk afval of als scheepsafval is te classificeren, dient u tabel 2 respectievelijk tabel 3 daarvoor te gebruiken.

afvalstof bijbehorende Euralcode(s)

(geschatte) jaarlijkse hoeveelheid

(ton)

○ afgewerkte olie categorie I

13.01.04*, 13.01.05*, 13.01.09*, 13.01.10*

13.01.12*, 13.01.13*, 13.02.04*, 13.02.05*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.06*, 13.03.07*, 13.03.09* en 13.03.10*

○ afgewerkte olie categorie II

13.01.04*, 13.01.05*, 13.01.11*, 13.01.12*

13.01.13*, 13.02.06*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.08*, 13.03.09* en 13.03.10*

Klein gevaarlijk afval (Bia artikel 9, onder b) - tabel 2

afvalstof bijbehorende Euralcode(s)

(geschatte) jaarlijkse hoeveelheid

(ton)

○ laboratoriumchemicaliën 16.05.06*, 16.05.07* en 16.05.08*

○ restanten van de toepassing van amalgaam in de

18.01.10*

(4)

tandheelkunde

afvalstoffen afkomstig van de toepassing van verven, lakken, beitsen en andere soortgelijke vloeibare en pasteuze middelen

08.01.11*, 08.01.13*, 08.01.15*, 08.01.17*, 08.01.19*, 08.01.21*, 08.03.12*, 08.03.14*, 08.03.16*, 08.03.17*, 08.03.19*, 08.04.09*, 08.04.11*, 08.04.13*, 08.04.15*

en 08.04.17*

○ fotografisch gevaarlijke afvalstoffen

09.01.01*, 09.01.02*, 09.01.03*, 09.01.04*, 09.01.05*, 09.01.06*

en 09.01.13*

zuren, logen, galvanische en etsbaden die zijn gebruikt voor de reiniging of bewerking van metaaloppervlakken, voor het opbrengen van een

beschermende metaallaag op producten of halffabricaten dan wel voor het ontlakken van geverfde producten

11.01.05*, 11.01.06*, 11.01.07*

en 08.03.16*

afgewerkte olie (categorie I of II), als bedoeld in de bijlage bij het Bia, in verpakking en in een hoeveelheid van ten hoogste 200 liter per afgifte

13.01.04*, 13.01.05*, 13.01.09*, 13.01.10*, 13.01.11*, 13.01.12*, 13.01.13*, 13.02.04*, 13.02.05*, 13.02.06*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.06*, 13.03.07*, 13.03.08*, 13.03.09* en 13.03.10*

Scheepsafvalstoffen (Bia artikel 9, onder c) - tabel 3

afvalstof bijbehorende Euralcode(s)

(geschatte) jaarlijkse hoeveelheid

(ton)

○ bilgeolie en bilgewater 13.04.01*, 13.04.02*, 13.04.03* en 16.10.01*

○ bilgewater (niet-gevaarlijk afval) 16.10.02

○ afgewerkte olie categorie I

13.01.04*, 13.01.05*, 13.01.09*, 13.01.10*

13.01.12*, 13.01.13*, 13.02.04*, 13.02.05*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.06*, 13.03.07*, 13.03.09* en 13.03.10*

○ afgewerkte olie categorie II

13.01.04*, 13.01.05*, 13.01.11*, 13.01.12*

13.01.13*, 13.02.06*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.08*, 13.03.09* en 13.03.10*

○ afgewerkte olie categorie III 13.01.04*, 13.01.09*, 13.01.12*, 13.01.13*,

datum en paraaf:

(5)

13.02.04*, 13.02.06*, 13.02.07*, 13.02.08*, 13.03.06*, 13.03.08*, 13.03.09* en 13.03.10*

○ afgewerkte olie categorie IV 13.01.01* en 13.03.01*

○ schroefasvet/smeervet 13.02.08* en 13.08.99*

○ oliefilters en -residuen 16.01.07*, 15.02.02* en 15.02.03

○ poetsdoeken en absorptiemateriaal met

olie of vet 15.02.02* en 15.02.03

○ FIPO-zakken (met oliehoudend afval als poetsdoeken en oliefilters)

15.02.02*, 15.02.03 en 13.08.99*

○ oliehoudend ladingrestant,

oliehoudend water, oliehoudend afval en slops

13.07.01*, 13.07.03*, 13.08.02*, 13.08.99*, 16.03.05* en 16.07.08*

○ chemicaliënhoudend ladingrestant en slops

16.03.03*, 16.03.05*, 16.07.09*, 16.10.01* en 16.10.03*

oliehoudend waswater of andere oliehoudende reinigingsvloeistoffen, oliehoudend buikdenningafval en oliehoudende sludges

16.07.08*

chemicaliënhoudend waswater of andere chemicaliënhoudende reinigingsvloeistoffen,

chemicaliënhoudende sludges en chemicaliënhoudend buikdenningafval

16.07.09*

○ koelvloeistof 14.06.03*

○ oliehoudend ballastwater 13.08.99* en 16.07.08*

○ chemicaliënhoudend ballastwater 16.07.09*, 16.10.01* en 16.10.03*

○ accu’s en batterijen 16.06.01*, 16.06.02*, 16.06.03* en 20.01.33*

○ oplosmiddelen (halogeenhoudend) 14.06.02* en 20.01.13*

○ oplosmiddelen (niet-

halogeenhoudend) 14.06.03* en 20.01.13*

tl-lampen 20.01.21*

○ brandblussers 16.05.04*

○ elektrische apparaten 20.01.23* en 20.01.35*

houtafval 20.01.37*

○ niet-oliehoudende emballage 15.01.10* en 15.01.11*

○ verf- en lakafval 08.01.11*, 08.01.13*,

08.01.15*, 08.01.17*,

(6)

08.01.19*, 08.01.21* en 20.01.27*

○ tonerafval en inktafval 08.03.12*, 08.03.17* en 20.01.27*

○ lijm- en kitafval

08.04.09*, 08.04.11*, 08.04.13*, 08.04.15*, 08.04.17* en 20.01.27*

antivries 16.01.14*

○ spijsolie en -vetten 20.01.26*

overigen

2

:

………..

………..

………..

………..

………..

………..

2

Dit betreft gevaarlijke scheepsafvalstoffen die bij het in bedrijf zijn of het onderhoud van een schip aan boord ontstaan en die niet in voorgaande lijst zijn genoemd. Vermeld de benaming van de afvalstof, bijbehorende Euralcode en de (geschatte) jaarlijkse in te zamelen hoeveelheid (ton) in de tabel.

5 IN TE ZETTEN INZAMELMIDDELEN EN/OF PERSONEEL

Vermeld de naam, het officiële scheepsnummer van de bij de inzameling in te zetten vaartuigen en vermeld of opslag plaatsvindt op deze vaartuigen. Indien het meer dan vijf vaartuigen betreft, graag een lijst als bijlage aanleveren. Daarnaast dient van elk in te zetten vaartuig een kopie van het geldige keuringsbewijs te worden toegevoegd aan de aanvraag.

Vermeld het kenteken, het type en de capaciteit van de bij de inzameling in te zetten

voertuigen. Indien het meer dan vijf voertuigen betreft, graag een lijst als bijlage aanleveren.

Vermeld ten slotte of alle inzamelmiddelen eigendom zijn van de aanvrager en of alle chauffeurs/schippers van de inzamelmiddelen in dienst zijn van de aanvrager. Van de

inzamelmiddelen die geen eigendom zijn van de aanvrager en/of de chauffeurs/schippers die niet in dienst zijn van aanvrager dient aan de aanvraag een contract toegevoegd te worden waarin is geregeld dat de aanvrager de volledige verantwoordelijkheid heeft voor de in te zetten inzamelmiddelen, de daarin aanwezige afvalstoffen en personen. Tevens dient te zijn geregeld dat de derde partij zich houdt aan alle voorschriften van de vergunning van de aanvrager.

Vaartuig(en)

naam officieel scheepsnummer opslag

3

ja / nee

4

ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee

datum en paraaf:

(7)

Voertuig(en)

kenteken type capaciteit

Inzamelmiddel(en)/ personeel van derden

Zijn alle inzamelmiddelen eigendom van de aanvrager? ja/nee

4

Zijn alle chauffeurs/schippers van de inzamelmiddelen in dienst van de aanvrager? ja/nee

4

3

Het aan boord houden van afvalstoffen op vaartuigen voor een periode van 8 maal 24 uur of langer valt onder de definitie van opslag. Het hanteren van deze termijn voor opslag is als aanvaardbaar beoordeeld door de afdeling Geschillen van Bestuur van de Raad van State (uitspraak van 11 maart 1992, ARB 1992/500)

4

Doorhalen wat niet van toepassing is.

6 BEHEER VAN INGEZAMELDE AFVALSTOFFEN

Geef een beschrijving van de activiteiten betreffende het bewaren, bewerken, nuttig toepassen of verwijderen van de ingezamelde (gevaarlijke) afvalstoffen. Indien afvalstoffen worden gemengd

5

en/of opgebulkt

6

tijdens inzameling, dient beschreven en gemotiveerd te worden welke afvalstoffen worden gemengd en/of opgebulkt.

5

Mengen is het samenvoegen van qua aard, samenstelling en concentraties niet met elkaar vergelijkbare (verschillende) afvalstoffen.

6

Opbulken is het samenvoegen van afvalstoffen die qua aard, samenstelling en concentraties vergelijkbaar zijn.

7 STAGNATIE

Geef een beschrijving van de voorzieningen die worden getroffen om te voorkomen dat bij het

inzamelen stagnatie optreedt.

(8)

8 ACCEPTATIE, ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE EN INTERNE CONTROLE

Geef als bijlage een beschrijving van de procedures van acceptatie, administratieve organisatie en interne controle van de in te zamelen afvalstoffen. De eisen waaraan de beschrijvingen moeten voldoen, zijn beschreven in het LAP. Als bijlage 1 en 2 van het aanvraagformulier zijn deze eisen opgenomen en toegelicht.

9 LIJST VAN BIJLAGEN

Kruis aan welke bijlagen zijn toegevoegd en deel uitmaken van de aanvraag. Vermeld daarbij het bijbehorende nummer van de bijlage. De met ■ gemarkeerde bijlagen zijn vereist.

Bijlage(n) :

■ Uittreksel van de Kamer van Koophandel

■ Beschrijving acceptatie en verwerking (A&V)

■ Beschrijving administratieve organisatie en interne controle (AO/IC)

□ Beschrijving afwijking(en) van de leidraden A&V en AO/IC als bedoeld in hoofdstuk 16 van het LAP

■ Gegevens over vakbekwaamheid, kredietwaardigheid en betrouwbaarheid

7

□ Bewijs van machtiging namens de aanvrager te handelen

□ Lijst met inzamelmiddelen

□ Kopie van contract(en) betreffende inhuur van inzamelmiddelen en personen

□ Kopie van geldig(e) certifica(a)t(en) kwaliteitsnormen (ISO 9001, ISO 14001, VCA, e.d.)

7

De aanvrager dient op grond van artikel 11 van het Bia gegevens over de volgende criteria te verstrekken:

- Betrouwbaarheid (artikel 11, eerste lid, onder a); een verklaring omtrent het gedrag (niet ouder dan 3 maanden) van de natuurlijke persoon die permanent en daadwerkelijk leiding geeft aan het inzamelen, of indien de leiding bij meer personen berust, van ieder van hen;

- Kredietwaardigheid (artikel 11, eerste lid, onder b); een niet ouder dan 3 maanden zijnde, door een accountant ondertekende verklaring inzake het minimaal aanwezige risicodragend kapitaal waaruit blijkt dat aanvrager tenminste € 18.000 in eigen vermogen heeft;

- Vakbekwaamheid (artikel 11, eerste lid, onder c); een afschrift van het vakdiploma

“Afvalstoffen”.

of

- het registratienummer van de vergunning voor binnenlands of communautair beroepsvervoer bedoeld in artikel 5, eerste, respectievelijk derde lid, van de Wet goederenvervoer over de weg;

of

- een afschrift van de vergunning, bedoeld in artikel 29a, eerste lid, van de Spoorwegwet en een veiligheidsattest als bedoeld in artikel 29c, eerste lid, van de Spoorwegwet;

of

- een erkenning als spoorwegonderneming door de Minister van Verkeer en Waterstaat en een veiligheidsattest als bedoeld in artikel 29c, eerste lid, van de Spoorwegwet.

datum en paraaf:

(9)

In plaats van de gegevens, bedoeld in artikel 11, eerste lid, kunnen (indien van toepassing) ook de gegevens als bedoeld in artikel 11, tweede lid, worden verstrekt.

In plaats van een afschrift van het vakdiploma “Afvalstoffen” (artikel 11, eerste lid, onder c), kan de aanvrager een afschrift verstrekken van het bewijs van vakbekwaamheid, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de

Binnenvaartwet.

10 ONDERTEKENING

Ondergetekende (die bevoegd is namens de aanvrager te handelen) verklaart deze aanvraag naar waarheid te hebben opgesteld,

plaats datum

naam en functie aanvrager/ gemachtigde handtekening aanvrager/ gemachtigde

(10)

Bijlage 1: Beschrijving acceptatie- en verwerkingsbeleid

De beschrijving van het acceptatie- en verwerkingsbeleid dient de volgende onderdelen te bevatten die zijn ontleend aan hoofdstuk 16.2 van het LAP en de Leidraad AV-beleid (acceptatie en

verwerking):

1) Er dient een beschrijving te zijn van het be- en verwerkingsproces. Op basis van deze beschrijving dient te worden aangegeven welke afvalstoffen worden geaccepteerd.

Toelichting:

- Geef een beschrijving van het inzamelproces en welke be-/ verwerkingsprocessen plaatsvinden tijdens de inzameling en op welke afvalstoffen deze be-/

verwerkingsprocessen betrekking hebben. Een voorbeeld van be- of verwerken is het afscheiden van (fracties van) afvalstoffen of het mengen van afvalstoffen tijdens de inzameling aan boord van inzamelvaartuigen.

- Per be- verwerkingsroute dient te worden aangegeven welke controlepunten ter beheersing van be- verwerkingsprocessen aanwezig zijn. Daarnaast dient beschreven hoe controles worden uitgevoerd en wie verantwoordelijk is voor beoordeling van de controles en wie bevoegd is correctieve acties te treffen.

- Per be- verwerkingsroute dient te worden aangegeven wat er met de afvalstoffen,

reststoffen of producten gebeurt. Hierbij moet zowel aandacht worden besteed aan interne andere verwerkingsrouten als externe verwerkingsrouten. Indien controles en analyses plaatsvinden dient dit eveneens beschreven te worden.

- Geef aan welke afvalstoffen worden opgebulkt en welke afvalstoffen worden gemengd.

- Geef aan welke afvalstoffen worden geaccepteerd en welke afvalstoffen niet worden geaccepteerd. Van belang hierbij is, dat als de inzamelaar de afvalstoffen na afgifte door de ontdoener uiteindelijk niet accepteert, de inzamelaar wél de houder van de afvalstoffen blijft, omdat de afvalstoffen zich in zijn inzamelmiddel (of op zijn terrein) bevinden. De houder dient vervolgens zorg te dragen voor een verantwoord beheer van deze

afvalstoffen. Afgeven van de afvalstoffen mag dan alleen plaatsvinden aan een persoon die daar krachtens artikel 10.37 van de Wet milieubeheer toe bevoegd is. Meer hierover is opgenomen in hoofdstuk 16 van het LAP.

2) Een overzicht van voorstelbare verontreinigingen in afvalstoffen die in de algemeen te accepteren afvalstoffen aanwezig kunnen zijn en aanleiding kunnen geven tot de keuze voor een andere verwerkingsroute dan beoogd, dan wel tot een verstoring van het be-/verwerkingsproces (bijvoorbeeld PCB’s in olie). De aanwezigheid van deze

verontreinigingen in de te accepteren afvalstoffen moet dus worden uitgesloten en/of er moeten specifieke eisen worden gesteld.

Toelichting:

- Geef per aangevraagde afvalstofcategorie aan welke verontreinigingen aangetroffen kunnen worden die kunnen leiden tot een verwerkingsroute die anders is dan beoogd. Geef daarbij aan welke verontreinigingen in de te accepteren afvalstoffen moeten worden uitgesloten en/of welke specifieke eisen aan de acceptatie (acceptatiecriteria) worden gesteld. Hoge concentraties aan PCB’s in kga kunnen er bijvoorbeeld toe leiden dat de afvalstof volgens een andere minimumstandaard en daarmee verwerkingsroute verwerkt moet worden ten opzichte van kga met lage concentraties aan PCB’s.

3) Beschreven moet worden wie verantwoordelijk is voor het vaststellen en wijzigen van de procedures rond de (voor)acceptatie van de afvalstof.

4) Er dient een beschrijving te worden gegeven van de vooracceptatieprocedure. Dit betreft een procedure voorafgaand aan de werkelijke afgifte of inname van afvalstoffen, waarin aanbieder en inzamelaar overleg hebben over de aard en samenstelling van de

afvalstoffen, verwerking, kosten, momenten van monsterneming, enz. Het is aan te bevelen dat de betrokkenen in deze vooracceptatieprocedure rekening houden met de mogelijkheid dat aard en samenstelling van de afvalstoffen bij levering niet

overeenstemmen met de tijdens de vooracceptatieprocedure aangegeven aard en samenstelling en dat duidelijk wordt aangegeven wat in een dergelijke situatie met de afvalstoffen moet gebeuren. Indien in deze vooracceptatie monstername plaatsvindt dient eveneens te worden beschreven op welke wijze monstername en analyse van monsters wordt uitgevoerd.

Normaliter zullen de beschrijvingen deels situationeel bepaald zijn. De toegepaste criteria zullen anders zijn voor een nieuwe onbekende klant dan voor een terugkerende klant met een

Bijlage 1: Beschrijving acceptatie- en verwerkingsbeleid

1

(11)

bekende afvalstof. In de beschrijving dienen minimaal de volgende situaties beschreven te worden:

- afvalstoffen afkomstig van een inzamelaar;

- afvalstoffen van een nieuwe klant;

- nieuwe afvalstoffen van een bestaande klant;

- afvalstoffen van een bekende klant (vervolgafgifte);

- visueel controleerbare afvalstoffen;

- afvalstoffen waarvan bekend is dat deze een wisselende samenstelling kunnen hebben;

- de omvang van de partijen (is er een afwijkende procedure voor kleine partijen).

Toelichting:

- Verwerk in de beschrijving alle onder 4) genoemde onderdelen. Met betrekking tot het administratieve onderzoek in de vooracceptatie moet in ieder geval de volgende informatie een rol spelen:

* de herkomst van de afvalstof (soort bedrijf en proces);

* de aard en samenstelling van de afvalstof (al dan niet met behulp van een monster);

* de hoeveelheid aangeboden afval;

* de wijze van verpakking van het afval;

* een eventuele frequentie van levering;

* ervaringen met vergelijkbare afvalstromen en de daarop gebaseerde inschatting van het risicogehalte;

* eerdere ervaring met de ontdoener.

Geef aan wanneer de vooracceptatie start en wat het eindpunt van deze fase is.

Geef aan op welke gronden wordt beslist om als aanvulling op het administratieve onderzoek een analytisch onderzoek uit te voeren, waar dit onderzoek uit bestaat (bijvoorbeeld

monstername + analyse op specifieke parameters) en op welke wijze monstername en analyse van monsters wordt uitgevoerd.

5) Geef een beschrijving van de wijze waarop de acceptatie wordt uitgevoerd. De onder 4) beschreven te onderscheiden situaties dienen in deze beschrijving te worden opgenomen. Daarnaast moet de situatie beschreven worden waarin er geen vooracceptatie heeft plaatsgevonden.

Toelichting:

De acceptatie betreft de procedure rondom de fysieke overdacht van afvalstoffen van de ontdoener naar de inzamelaar.

- Geef aan welke werkzaamheden worden verricht om de tijdens de vooracceptatiefase verkregen informatie voor elk van de onder 4) beschreven te onderscheiden situaties te verifiëren. De volgende activiteiten moeten hier in ieder geval deel van uit maken:

* een administratieve controle van de administratie (met name het geleidedocument);

* een visuele controle van het afval.

- Geef aan op welke gronden wordt beslist om als aanvulling hierop een analytisch onderzoek uit te voeren, waar dit onderzoek uit bestaat (bijvoorbeeld monstername + analyse op specifieke parameters) en op welke wijze monstername en analyse van monsters wordt uitgevoerd.

- Geef aan hoe wordt omgegaan met een aanlevering waarvan tijdens de acceptatiefase blijkt dat de gegevens niet overeenkomen met de vooracceptatie.

- Geef aan op welke gronden een afvalstof is geaccepteerd.

- Geef een beschrijving van de maatregelen die genomen worden indien na afgifte van de afvalstoffen van de ontdoener aan de inzamelaar blijkt, dat het afval onterecht is geaccepteerd.

- Geef een beschrijving van de situatie waarin geen vooracceptatie heeft plaatsgevonden.

6) Geef een beschrijving van de wijze waarop en welke informatie uit het (voor)acceptatieproces worden vastgelegd.

7) Geef een beschrijving van de monsterneming- en analyseprocedures.

Toelichting:

- Geef aan in hoeverre voor het nemen van monsters wordt gewerkt conform algemeen erkende normen en welke normen (bijvoorbeeld NEN- en ASTM-normen) deze betreffen.

- Geef aan op welke wijze en hoe lang monsters worden bewaard.

- Geef aan welke analyses in eigen beheer worden uitgevoerd en welke analyses worden uitbesteed aan derden.

(12)

- Geef aan welke algemeen erkende normen (bijvoorbeeld NEN- en ASTM- normen) worden gehanteerd voor de analyses die zelf worden uitgevoerd en voor de analyses die worden uitbesteed. Vermeld bij de analysemethodiek de nauwkeurigheid. Geef duidelijk aan voor welke analyses die worden uitgevoerd geen officiële norm wordt gehanteerd.

8) Beschreven moet worden welke (civielrechtelijke) afspraken bestaan tussen de ontdoener en de inzamelaar van de afvalstoffen, indien gedurende de procedures van de

inzamelaar blijkt dat afvalstoffen waarvan zij reeds de houder is geworden niet in overeenkomstig de eerder gemaakte afspraken verwerkt kunnen worden. Op grond van artikel 10.37 kunnen alleen afvalstoffen worden afgegeven aan iemand die bevoegd is deze te ontvangen. Dat betekent dat feitelijk afgegeven afvalstoffen niet meer

teruggegeven kunnen worden aan de ontdoener als deze niet bevoegd is te ontvangen op grond van artikel 10.37 Wet milieubeheer. Zie verder ook

paragraaf 16.2 van het beleidskader van het LAP.

Toelichting:

- Als de afvalstoffen bijvoorbeeld niet voldoen aan de acceptatiecriteria en de ontvanger deze stoffen niet wenst te accepteren, dient de houder van de afvalstoffen zorg te dragen voor een verantwoord beheer van deze afvalstoffen. Afgeven van de afvalstoffen mag alleen plaatsvinden aan een persoon die hiertoe op grond van artikel 10.37 Wet milieubeheer bevoegd is.

1) Er dient beschreven te worden op welke wijze het AV-beleid geëvalueerd wordt.

2) Er dient een beschrijving te zijn waaruit duidelijk wordt wie in geval afwijkende situaties zich voordoen met betrekking tot acceptatie of verwerking verantwoordelijk is dat een dergelijke situatie wordt opgelost binnen het kader van de geldende

vergunningvoorschriften en geldende wet- en regelgeving.

Toelichting:

- Geef een beschrijving van 'raamprocedure' waarin is vastgelegd hoe wordt gehandeld indien zich een gebeurtenis etc. voordoet, die afwijkt van de situaties die in de beschrijving van het AV-beleid zijn beschreven en gedekt. Geef aan wie ervoor verantwoordelijk is en welke follow-up gegeven (bijvoorbeeld nagaan of aanpassing van de beschrijving van het AV-beleid nodig is) dient te worden.

Bijlage 1: Beschrijving acceptatie- en verwerkingsbeleid

3

(13)

Bijlage 2: Beschrijving administratieve organisatie/ interne controle

De beschrijving van de administratieve organisatie en interne controle dient de volgende onderdelen te bevatten die zijn ontleend aan hoofdstuk 16.3 van het LAP en de Leidraad AO/IC:

1) Geef aan de hand van de kritische momenten bij de acceptatie, be- of verwerking een beschrijving van de risico’s en de wijze waarop deze worden beheerst. Het betreft hier zowel milieuhygiënische risico’s als informatietechnische risico’s.

Toelichting:

- Bij milieuhygiënische risico’s kan onder andere gedacht worden aan het optreden van morsingen tijdens het inzamelproces, ongewenste reacties na mengen of risico’s verderop in de verwerkingsketen door het mengen van afvalstoffen waardoor verwerking niet meer conform de meest wenselijke minimumstandaard kan worden uitgevoerd.

Informatietechnische risico’s zijn risico’s die samenhangen met de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van gegevens onder andere bezien vanuit de handhavingsoptiek.

Voor alle gesignaleerde risico’s dienen beheersmaatregelen getroffen te worden. Dit kunnen technische beheersmaatregelen zijn (wachtwoorden, back-up-acties, inrichting van

inzamelmiddelen, goed ontworpen computerprogramma’s) maar ook organisatorische maatregelen (functiebeschrijving, training, toezicht).

Een voorbeeld van een risicoanalyse van het inzamelproces is opgenomen als tabel in bijlage 4 van het aanvraagformulier. Geef van de risico’s in de tabel van bijlage 4 aan welke risico’s op uw situatie van toepassing zijn en geef aan welke beheersmaatregelen hiertegen worden getroffen.

2) Er dient een beschrijving te zijn opgenomen van alle aanwezige meet- en registratiepunten ten behoeve van de procesbeheersing en transparantie van het proces. Uit de beschrijving dient tevens duidelijk te worden wie verantwoordelijk is voor een juiste werking van deze punten, hoe een juiste werking wordt gegarandeerd, wie (of hoe) wat registreert, en wie

controlehandelingen uitvoert op de vastgelegde gegevens. Tevens moet duidelijk zijn welke stromenbalansen worden gemaakt.

Toelichting:

- Bij de beschrijving van de meet- en registratiepunten zijn de plaats van de meet- en registratiepunten en de bepaling van de hoeveelheid of het volume van de te accepteren en de af te voeren afvalstoffen op deze punten van belang. Verwerk in de beschrijving eveneens alle onder 2 genoemde onderdelen.

Bij inzameling zijn twee stromenbalansen essentieel; de afvalstoffenbalans en de financiële balans. Uit de afvalstoffenbalans en de financiële balans moet per afvalstof af te leiden zijn hoeveel van deze afvalstof is ingezameld en afgegeven in een periode (bijvoorbeeld per kwartaal). Daarbij moet rekening gehouden worden met eventueel aanwezige begin- en eindvoorraden in de inzamelmiddelen.

3) Er dient een beschrijving te worden opgesteld van de financiële administratie en de operationele administratie (stoffen- en procesadministratie) en de relatie tussen de diverse administraties.

Indien de systemen onderling gekoppeld zijn, dient te worden aangegeven op welke wijze wordt gecontroleerd of de koppeling ook juist werkt (oftewel zijn alle verzonden mutaties door

systeem A ook ontvangen door systeem B). Geef tevens aan hoe vaak deze controle wordt uitgevoerd.

Aangegeven dient te worden op welke wijze de cijfermatige verbanden die m.b.t. de geld- en afvalstoffenbeweging bestaan respectievelijk onderkend kunnen worden tussen de

verschillende deelsystemen, worden vastgesteld. Geef tevens aan op welke wijze de verschillen nader geanalyseerd worden en met welke frequentie dit gebeurt.

Toelichting:

Beschrijving administratie

- De financiële administratie dient zodanig ingericht te zijn dat hieruit blijkt welke afvalstoffen (aard en samenstelling) en in welke hoeveelheden de

inzamelvergunninghouder ontvangt en afgeeft.

- Voor inzamelaars betreft de operationele administratie in feite alleen een

afvalstoffenadministratie. Van alle ontvangen en afgegeven afvalstoffen moeten in de afvalstoffenadministratie de volgende gegevens worden vastgelegd:

* opdrachtnummer (toegekend in de (voor)acceptatiefase);

(14)

* ontdoener (naam, adres, woonplaats, relatienummer);

* aard, samenstelling en Euralcode;

* proces van herkomst;

* hoeveelheid (gewicht/hoeveelheid);

* datum ontvangst of afgifte;

* afgifte aan vergunninghoudsters voor nuttige toepassing of verwijdering (naam, adres, woonplaats, relatienummer).

- Indien partijen in het inzamelmiddel worden opgebulkt of gemengd, moet worden geregistreerd uit welke partijen de opgebulkte of gemengde partij bestaat.

- Van alle partijen afvalstoffen die na de fysieke overdracht van de afvalstoffen van de ontdoener naar de inzamelaar niet worden geaccepteerd, moeten in ieder geval de volgende gegevens worden geregistreerd in de afvalstoffenadministratie:

* naam, adres en woonplaats ontdoener;

* locatie van herkomst;

* datum van ontvangst;

* hoeveelheid (gewicht/hoeveelheid);

* omschrijving aard en samenstelling;

* Euralcode;

* reden van het niet accepteren.

Relatie financiële administratie en afvalstoffenadministratie - Geef aan wat de relatie is tussen de financiële administratie en de

afvalstoffenadministratie. Er dient een sluitend verband te bestaan tussen de

afvalstoffenadministratie en de financiële administratie. Een sluitend verband kan worden aangetoond door periodiek zowel voor de afvalstromen als voor financiële stromen balansen op te stellen en te vergelijken.

Indien onderliggende koppelingen bestaan tussen de geautomatiseerde systemen van de financiële administratie en de afvalstoffenadministratie dienen deze beschreven te worden.

Geef daarbij aan op welke wijze wordt gecontroleerd dat de koppeling juist werkt en hoe vaak deze controle wordt uitgevoerd.

- Geef aan dat in de administratieve organisatie naar de primaire vastleggingen moet worden verwezen (documentnummers) zodat het afval in de keten altijd gevolgd kan worden.

Onder de primaire vastlegging wordt verstaan een unieke code die aan de afvalstroom wordt gegeven op het moment van acceptatie of inname. Gedacht kan worden aan een – voor de afvalstof – uniek nummer op het omschrijvingsformulier, een opdrachtformulier of een werkbon.

Cijfermatige verbanden

- Geef aan hoe groot het verschil in cijfers mag zijn tussen de afvalstoffenbalans en financiële balans, hoe deze verschillen worden vastgesteld en geanalyseerd en hoe vaak dat gebeurt.

4) Er dient een beschrijving te worden gegeven van de interne controle mechanismen.

A. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden sleutelfunctionarissen en indien relevant een aantoonbare functiescheiding.

Toelichting:

- Geef een beschrijving van de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van sleutelfunctionarissen (bijvoorbeeld chauffeur, schipper, administratief medewerker, directeur, planner) die betrokken zijn bij het inzamelproces.

- Geef aan of er een aantoonbare functiescheiding is tussen afdelingen ten aanzien van het inzamelproces. Daarbij valt te denken aan afdelingen als “acceptatie”,”commerciële zaken”, “operationele werkzaamheden” en “financiën”.

B. Aanwezigheid van werkinstructies.

Toelichting:

- Geef aan welke werkinstructies aanwezig zijn. Essentiële werkinstructies zijn:

* uitvoering van het acceptatiebeleid;

* registratie van gegevens;

* juist gebruik en controle van meet- en weegapparatuur indien aanwezig op inzamelmiddel;

* monsterneming, uitvoeren van sneltesten en analyses indien deze door inzamelaar worden uitgevoerd;

* te nemen acties bij morsingen en ongelukken;

Bijlage 2: Beschrijving administratieve organisatie/ interne controle

5

(15)

* juist gebruik en onderhoud van inzamelmiddelen en daarbij horende hulpmiddelen zoals slangen.

C. Hoe zijn computersystemen beveiligd tegen ongeautoriseerd gebruik en tegen verlies gegevens.

Toelichting:

- Hierbij valt te denken aan autorisatie door middel van wachtwoord bij inloggen, back-up van de systemen.

D. Beschreven dient te worden of op basis van de financiële administratie per deelproces (kritische activiteiten) een stromenbalans wordt opgesteld en zo ja de wijze waarop, met welke frequentie en welke nauwkeurigheid acceptabel is.

Toelichting:

- Met stromenbalans wordt de afvalstoffenbalans bedoeld tussen enerzijds beginvoorraad (in het inzamelmiddel) + ontvangen afvalstoffen en anderzijds eindvoorraad (wat nog is overgebleven in het inzamelmiddel) + afgifte afvalstoffen.

E. Welke maatregelen getroffen zijn om een juiste en volledige verantwoording in de financiële administratie tot stand te brengen.

F. Hoe worden de werkprocessen gecontroleerd, hoe vaak, en waar worden correctieve acties vastgelegd.

Toelichting:

- Geef aan hoe de werkprocessen binnen het inzamelproces worden gecontroleerd, hoe vaak, welke functionaris dat doet en waar correctieve acties worden vastgelegd. Hierbij valt te denken aan de volgende controles:

* controle dat de registratie van afvalstoffen correct heeft plaatsgevonden;

* het periodiek opstellen van balansen in zowel de afvalstoffenadministratie als de financiële administratie;

* controle van de juistheid van metingen en van de registratie van metingen;

* controle dat tijdige en volledige melding van ontvangen en afgegeven afvalstoffen heeft plaatsgevonden;

* controle dat afwijkingen van het acceptatie- en verwerkingsbeleid onder de juiste autorisatie zijn uitgevoerd;

* controle dat mutaties van bestanden onder de juiste autorisatie zijn uitgevoerd.

1) De wijze van monitoring (onder meer stromenbalansen).

Toelichting:

- Geef aan hoe het AV-beleid en AO/IC-beleid wordt geëvalueerd en hoe vaak dit gebeurt.

(16)

Bijlage 3: Begrippen en afkortingen

Hieronder volgt een aantal afkortingen en begrippen dat in het aanvraagformulier wordt gebruikt.

Voor de meeste begrippen wordt verwezen naar de wet- en regelgeving waarin de definities zijn opgenomen zoals het Besluit inzamelen afvalstoffen, de Wet milieubeheer, het Landelijk

afvalbeheerplan 2009-2021, de Regeling Europese afvalstoffenlijst, en het Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart

Afgewerkte olie, Afgewerkte olie categorie I, Afgewerkte olie categorie II: zie Besluit inzamelen afvalstoffen

Afgewerkte olie categorie III, Afgewerkte olie categorie IV: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Afvalstoffen: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

ASTM: “American Society for Testing and Materials” (Amerikaanse standaardiseringsorganisatie, die technische standaarden publiceert)

Bewerken: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Euralcode: de afvalcode die is opgenomen in de afvalstoffenlijst als bedoeld in artikel 1, van de Regeling Europese afvalstoffenlijst

Gevaarlijke afvalstoffen: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021 Inzamelen: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Inzamelmiddel: een voer- of vaartuig dat wordt gebruikt bij de inzameling van afvalstoffen Klein gevaarlijk afval (kga): zie Besluit inzamelen afvalstoffen

LAP: Landelijk afvalbeheerplan 2009 - 2021

Leidraad AO/IC: leidraad administratieve organisatie en interne controle zoals opgenomen in de toelichting op hoofdstuk 16 ‘Aspecten van vergunningverlening’ van het LAP

Leidraad AV-beleid: leidraad acceptatie en verwerking zoals opgenomen in de toelichting op hoofdstuk 16 ‘Aspecten van vergunningverlening’ van het LAP

Mengen: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Minimumstandaard: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

NEN-norm: een door het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN) uitgegeven norm. Zie ook de website www.nen.nl

Nuttige toepassing: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021 Ontdoener: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Opbulken: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Opslaan: alle handelingen waarbij afvalstoffen voor een korte of langere tijd in een zekere ruimte min of meer statisch worden gehouden. Verplaatsen, stapelen, etc. kan hier onder vallen, maar het uitvoeren van iedere verwerkingshandeling (sorteren, scheiden, spoelen, mengen, etc. etc.) valt hier niet onder. Als de afvalstoffen minder dan 2 maal 24 uur aanwezig zijn in een inzamelvoertuig of minder dan 8 maal 24 uur in een inzamelvaartuig, is geen sprake van opslag

Scheepsafvalstoffen: zie Besluit inzamelen afvalstoffen Schip: zie Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart Schipper: zie Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart Slops: zie Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart Bijlage 3: Begrippen en afkortingen

7

(17)

Verwerken: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021 Verwijderen: zie Landelijk afvalbeheerplan 2009-2021

Zuiveringsslib: zie Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart

(18)

Bijlage 4: Tabel risicoanalyse

Risicoanalyse

Processtap Risico’s Risico van toepassing?

(aangeven met ‘ja’ of ‘nee’) Welke beheersmaatregel(en) wordt/worden getroffen?

(aangeven indien risico van toepassing is) (Voor)acceptatie-

proces Ontdoener levert onjuiste informatie over samenstelling afval

Ontdoener levert onjuiste informatie over hoeveelheid afval

Ontdoener levert onjuiste informatie over herkomst afval

Ontdoener levert onjuiste analyseresultaten

Functionaris voert acceptatieprocedure onjuist/onvolledig uit

Onbevoegde functionaris voert acceptatieproces uit

Vooracceptatieprocedure leidt niet tot juist vervolg

De resultaten van de

acceptatieprocedure worden niet of onvolledig vastgelegd

Vastgelegde gegevens gaan verloren Inname afval van

ontdoener Er wordt afval ingenomen dat de (voor)acceptatie niet heeft doorlopen Ontdoener levert afval van andere samenstelling dan afgesproken in acceptatieproces

Ontdoener levert ander hoeveelheid afval dan afgesproken in

acceptatieproces

Morsen door onjuiste handelingen chauffeur/ schipper

Morsen door ongeschikt inzamelmiddel

Morsen door ontoereikende capaciteit inzamelmiddel

Morsen door ongeschikte slangen etc.

Bijlage 4: Tabel risicoanalyse

9

(19)

Risicoanalyse

Processtap Risico’s Risico van toepassing?

(aangeven met ‘ja’ of ‘nee’) Welke beheersmaatregel(en) wordt/worden getroffen?

(aangeven indien risico van toepassing is) Morsen door ongeschikte

opslagmiddelen ontdoener

Verkeerde belading inzamelmiddel Onjuiste/ geen/te late registratie Onjuiste monsterneming

Onjuiste weging Opbulken/

mengen inzamelmiddel

Ongewenste chemische reactie door onjuiste handeling chauffeur/

schipper

Ongewenste chemische reactie door onjuiste informatie ontdoener over samenstelling afval

Strijdig met

inzamelvergunningvoorschriften door onjuiste informatie ontdoener over samenstelling afval

Transport Gevolgen van een ongeval (bijv. als gevolg van onjuiste handeling chauffeur/ schipper, onjuiste

belading, ongeschikt inzamelmiddel).

Afgifte afval aan vergunninghoud-

ster

Uit informatie ontvanger blijkt andere samenstelling afval dan uit informatie van ontdoener

Afgifte van afval met andere samenstelling dan ontvangen (ingeval geen opbulking/ mengen) Ontvanger registreert andere hoeveelheid afval dan inzamelaar Morsen door onjuiste handelingen chauffeur/ schipper

Morsen door ongeschikt inzamelmiddel

Morsen door ongeschikte slangen etc.

Morsen door ongeschikte opslagmiddelen ontvanger Verkeerde belading inzamelmiddel Onjuist invullen meldingsformulieren Onjuiste monsterneming

(20)

Risicoanalyse

Processtap Risico’s Risico van toepassing?

(aangeven met ‘ja’ of ‘nee’) Welke beheersmaatregel(en) wordt/worden getroffen?

(aangeven indien risico van toepassing is) Informatie-

technische risico’s Geautomatiseerde

goederenadministratie is niet volledig Financiële administratie is niet volledig

Geautomatiseerde gegevens zijn niet beschikbaar

Historische gegevens zijn niet beschikbaar

Goederen en financiële systemen kunnen niet gekoppeld worden De gegevens zijn onbetrouwbaar

Bijlage 4: Tabel risicoanalyse

11

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bijv: Op welke wijze worden leerlingen aangemeld en hoe en door wie wordt bepaald of een leerling er voor in aanmerking komt. Alle leerlingen met een BK advies komen in een van

Geef de reden(en) waarom en gegevens waaruit blijkt dat de voorgenomen verandering niet leidt tot andere of grotere nadelige gevolgen die verband houden met een doelmatig beheer

Want om deze oorzaak heeft niet alleen Johannes de Doper, predikende naar het gebod Gods den doop der bekering tot vergeving der zonden, diegenen die hun

Uitkomst van het onderzoek is dat in Tynaarlo geen gebouwen aanwezig zijn in de door de minister genoemde risico-categorieen. Een beschrijving van het onderzoek is in de bijlage van

• Vergroening van tuinen: in het plan wordt aandacht gevraagd voor vermindering van verharde oppervlakken en deze om te zetten in groen...

Het werk voorziet op de ter onteigening aan te wijzen grond in de realisatie van een deel van de fietsbaan gevolgd door een berm, dalend talud van de sloot, de

Indien voor het werk aan het dijktraject, het werkterrein daaronder begrepen, gebruik wordt gemaakt van een Wm-vergunningsplichtige inrichting, zal deze, voor de duur van

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan tot 3 meter hoog en hoger voor bouwwerken ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het