Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage
Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (2001), Statistiek van de aangesloten vennootschappen – jaar 2000, 68 p.
Inhoud
Door de wet van 26 juni 1992, houdende sociale en diverse bepalingen en het koninklijke besluit van 1 juli 1992, werd voor de eerste maal de betaling van een bijdrage opgelegd aan de vennootschappen.
Die bijdrage, aanvankelijk als eenmalig bestem- peld, werd bestendigd door de wet van 30 decem- ber 1992 en de nieuwe uitvoeringsbesluiten.
Het nieuwe statistische jaarboek geeft de toestand weer op 31 december 2000. In de telling van de bij- drageplichtige vennootschappen zijn het geheel van vennootschappen opgenomen die in de loop van het beoogde jaar aangesloten zijn geweest.
Voorheen waren er reeds een beperkt aantal gege- vens voorhanden om te rekenen vanaf 1992. Het jaarboek is opgesplitst in twee delen. Het eerste deel bevat statistische gegevens over vennoot- schappen die in het lopende jaar actief zijn of wa- ren. Deel 2, dat volledig analoog is opgebouwd met het 1ste deel, geeft cijfermateriaal over de ge- failleerde vennootschappen.
De basisgegevens voor het dienstjaar 2000, ver- strekt door de sociale verzekeringsfondsen, wor- den op analoge wijze verwerkt als deze van de aangesloten zelfstandigen. Enkel waar nodig wor-
den de basisgegevens nog vergele- ken met het algemeen repertorium van de vennootschappen, afkom- stig van het Rijksregister.
Volgende gegevens werden gere- gistreerd:
– de aard van de uitgeoefende ac- tiviteit (NACE-BEL-nomenclatuur)
– de juridische vorm van de vennootschap – de nationaliteit
– geografische spreiding van de maatschappelijke zetel en eventuele vestigingszetel
– toestand van de vennootschap (al dan niet fail- liet).
Meldenswaardig is ook dat bij deze publicatie het RSVZ reeds tegemoet kan komen aan de vraag van de wetenschapswereld en andere organisaties om de activiteit weer te geven volgens de NACE-BEL- nomenclatuur. De indeling ziet er als volgt uit:
Afdeling Bedrijfsactiviteit
01-02 Landbouw, jacht en bosbouw
05 Visserij
10-14 Winning van delfstoffen 15-37 Industrie
40-41 Productie en distributie van elektriciteit, gas en water
45 Bouwnijverheid
50-52 Groot-en kleinhandel; reparatie van auto’s en huishoudelijke artikelen
55 Hotels en restaurants
Begin juni 2001 heeft het Rijksinstituut voor de Sociale Verze- keringen der Zelfstandigen voor de eerste maal een statistisch jaarboek uitgegeven over de vennootschappen die onderworpen zijn aan de vennootschapsbijdrage binnen het kader van het so- ciaal statuut der zelfstandigen.
Afdeling Bedrijfsactiviteit
60-64 Vervoer, opslag en communicatie 65-67 Financiële instellingen
70-74 Onroerende goederen, verhuur en diensten aan bedrijven
75 Openbaar bestuur
80 Onderwijs
85 Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening
90-93+95 Gemeenschapsvoorzieningen,
sociaal-culturele en persoonlijke diensten + Particuliere huishoudens met werknemers 99 Extraterritoriale organisaties en lichamen
Niet gekend
Definities
Aansluitingsplicht
In principe dienen alle vennootschappen die aan de Belgische vennootschapsbelasting of belasting der niet-inwoners onderworpen zijn, zich binnen de 3 maanden na hun oprichting aan te sluiten of binnen de 3 maanden na het feit dat hen onder- werpt aan de belasting der niet-inwoners.
Krachtens artikel 2 W.I.B. zijn aan deze belasting enkel de vennootschappen onderworpen die zich met verrichtingen van winstgevende aard bezighou- den. Bovendien vallen de vennootschappen met een gehomologeerd akkoord na faillissement, met een gehomologeerd gerechtelijk akkoord of ven- nootschappen die in vereffening zijn, uit de boot.
Bijdrageplichtige vennootschap
De vennootschappen zijn een jaarlijkse bijdrage ver- schuldigd, bestemd voor het sociaal statuut der zelf- standigen en te innen door de sociale verzekerings- fondsen. Deze bijdrage moet vereffend worden vóór 1 juli van ieder bijdragejaar of uiterlijk de laat- ste dag van de derde maand volgend op de maand waarin de vennootschap werd opgericht of aan de belasting der niet-inwoners werd onderworpen.
Vennootschappen die failliet verklaard werden, die een akkoord na faillissement of een gerechtelijk akkoord verkregen of die zich bevinden in een toe- stand van vereffening (en waarvan het uittreksel uit de akte die de wijze van vereffening bepaalt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad werd gepubli- ceerd) zijn de bijdrage niet verschuldigd vanaf het bijdragejaar waarin zij zich in die situatie bevin- den.1Zij worden ook niet meer als een actieve ven- nootschap beschouwd.
Samenvattende beschouwingen
Evolutie van het aantal actieve verzekerings- plichtige vennootschappen per gewest
Uit de gegevens blijkt dat het totaal aantal aange- sloten vennootschappen, onderworpen aan het so- ciaal statuut, sinds vorig jaar met 11 840 eenheden toegenomen is (+4,0%).
Alle gewesten kenden opnieuw een toename. Voor Wallonië en Brussel is deze minder sterk dan in 1999. In Vlaanderen is deze toename sterker:
OVER.WERK Tijdschrift van het Steunpunt WAV 3/2001 61 Tabel 1.
Evolutie van het aantal actieve verzekeringsplichtige vennootschappen naar gewest (1997-2000)
Gewest 1997 1998 1999 2000
Vlaanderen 157 577 168 571 175 776 184 013
Wallonië 60 177 64 825 67 931 70 261
Brussel 43 782 48 659 50 692 51 838
Onbekend adres 4 919 272 202 329
Totaal 266 455 282 327 294 601 306 441
Bron: RSVZ
– +4,7% (+8 237) tegenover +4,3% (+7 205) in 1999 voor Vlaanderen;
– +3,4% (+2 330) tegenover +4,8% (+3 106) in 1999 voor Wallonië;
– +2,3% (+1 146) tegenover +4,2% (+2 033) in 1999 voor het Brusselse gewest.
Evolutie van het aantal verzekeringsplichtige vennootschappen per sector
De sectoren die in belangrijke mate zorgen voor de toename van het totaal aantal vennootschappen
zijn, naast de niet gekende sectoren, enerzijds de groot- en kleinhandel en de reparatie van auto’s en huishoudelijke artikelen (Nace 50-52) en ander- zijds de onroerende goederen, verhuur en diensten aan bedrijven (Nace 70-74).
Evolutie van het aantal gefailleerde verzekeringsplichtige vennootschappen
Uit de grafiek blijkt dat de procentuele verdeling van de sectoren quasi stabiel blijft over de periode 1998-2000.
Bron: RSVZ Figuur 1.
Evolutie van het aantal gefailleerde verzekeringsplichtige vennootschappen naar sector (België; 1998-2000) Tabel 2.
Evolutie van het aantal gefailleerde verzekeringsplichtige vennootschappen per gewest (1997-2000)
Gewest 1997 1998 1999 2000
Vlaanderen 2 612 2 163 2 173 2 235
Wallonië 1 248 1 070 1 183 1 273
Brussel 920 793 1 012 1 084
Onbekend adres 11 6 2 2
Totaal 4 791 4 032 4 370 4 594
Wanneer we binnen het sociaal statuut het aantal gefailleerde bedrijven procentueel gaan vergelij- ken met het totaal aantal actieve vennootschappen over een periode van vier jaren, stellen we een lichte daling vast. Terwijl het percentage in 1997 nog 1,8% bedroeg, is dit voor het jaar 2000 gedaald tot 1,5%. Nochtans is het totaal aantal gefailleerde vennootschappen lichtjes toegenomen ten opzich- te van vorig jaar.
De opdeling van het aantal gefailleerde vennoot- schappen naar landsgedeelte laat zien dat Brussel-
Hoofdstad koploper is met 1 084 eenheden (23,6%). Daarnaast is het grootste aantal gefailleer- de bedrijven terug te vinden in de provincie Ant- werpen met 992 eenheden (21,6%). Het aandeel van de andere provincies schommelt tussen de 6%
tot 10% met uitzondering van de provincies West- Vlaanderen, Waals-Brabant, Namen en Luxem- burg. Die statistische gegevens zijn terug te vinden op de taartvoorstelling.
Kathleen Minnaert Luc Lievens Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ)
Noot
1. Ingevolge de inwerkingtreding, met ingang van 1.1.1998, van de nieuwe faillissementswet van 8 augus- tus 1997 werd het akkoord na faillissement afgeschaft, doch het koninklijk besluit van 15 maart 1993 is nog niet aangepast.
OVER.WERK Tijdschrift van het Steunpunt WAV 3/2001 63 Figuur 2.
Procentuele verdeling van de gefailleerde verzeke- ringsplichtige vennootschappen naar provincie
Bron: RSVZ