• No results found

Vraag nr. 11 van 17 oktober 2003 van de heer JOHAN DE ROO

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 11 van 17 oktober 2003 van de heer JOHAN DE ROO"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 11

van 17 oktober 2003

van de heer JOHAN DE ROO

Planbatenheffingen – Opbrengst en verdeling Artikel 90 van het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening bepaalt dat "de ont-vangen planbatenheffingen en intresten jaarlijks worden verdeeld bij de opmaak van de begroting. Het grondfonds ontvangt 10 %, de provincies 10 % en de overige 80 % wordt verdeeld over de ge-meenten".

1. Heeft de Vlaamse regering reeds nadere regels bepaald voor de verdeling van de planbaten-heffingen ? Zo ja, welke ?

2. Wat is de jaarlijkse opbrengst van deze ontvan-gen planbatenheffinontvan-gen en intresten ?

3. Welk bedrag is er aan welke gemeente uitbe-taald ?

Antwoord 1. Neen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met een maatregel die voorziet in de terugbe- taling van een Buzzy Pazz lopen scholen in ver- schillende gemeenten of steden die daarin niet v o o r z i e n , het risico om

Het zieken- huis ontwikkelt nu een financieel-technisch p l a n , dat slechts ingediend kan worden na de verwerving van de gronden, de wijziging van het gewestplan en het

Met een maatregel die voorziet in de terugbetaling van een Buzzy Pazz lopen scholen in verschillende gemeenten of steden die daarin niet voorzien het risico om leerlingen te

Hoeveel financiële middelen vloeiden in 2002 en 2003 vanuit de Vlaamse Gemeenschap naar de dertien centrumsteden op het vlak van open- bare werken?. Hoeveel financiële middelen

Voor de concrete uitvoering van de projecten in het kader van het Masterplan Antwerpen beschikt de NV BAM vanaf 2004 over een eigen autonoom budget; tot eind 2003 worden

Er heerst echter meer onduidelijk- heid omtrent de andere geldstromen die vanuit de Vlaamse Gemeenschap naar deze dertien steden vloeien1. Hoeveel financiële middelen vloeiden in

Het besluit van de Vlaamse regering van 18 decem- ber 1998 houdende de erkenning en de subsidië- ring van verenigingen en welzijnsvoorzienigen in de thuiszorg voorziet inderdaad in

Zal de minister overleg plegen met haar collega bevoegd voor Leefmilieu om aandacht te vra- gen voor de effecten van potentieel neurotoxi- sche stoffen in het kader van