• No results found

Vraag nr.253van 18 februari 1998van de heer FRANCIS VERMEIREN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.253van 18 februari 1998van de heer FRANCIS VERMEIREN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 253 van 18 februari 1998

van de heer FRANCIS VERMEIREN

Winkelcentra grensstreek – Federale voorstellen Door de federale minister van Economische Zaken werd een studie gemaakt naar aanleiding van een reeds eerder door mij gedane vaststelling dat langs onze grenzen winkelcentra steeds meer klanten lokken uit ons land. De Belgische belangstelling is vooral het gevolg van de huidige in België toege-paste BTW- t a r i e v e n . Om deze tendens te keren, wil de federale minister nu handelscentra en bedrijven ertoe bewegen zich in de grensstreek te komen vestigen.

De aangehaalde studie die aan de basis ligt van de door de federale minister geformuleerde voorstel-l e n , heeft het echter ook over de toegankevoorstel-lijkheid via het openbaar vervoer en het vergunningenbe-leid.

Bovendien is er een probleem inzake ruimtelijke ordening voor bedrijven die zich in de grensstreek willen vestigen.

Is er momenteel nog plaats volgens de gewestplan-nen om dergelijke winkelcentra langs de grens-streek in Vlaanderen te vestigen ?

Zijn dergelijke vestigingen door de federale minis-ter van Economische Zaken nog mogelijk ?

Werd hierover reeds overleg gepleegd tussen de Vlaamse en de federale regering ?

Antwoord

Voor de vestiging van winkelcentra vormen de vastgestelde gewestplannen het referentiekader. Winkelcentra kunnen worden gevestigd in de w o o n g e b i e d e n , voorzover zij in overeenstemming zijn met de eisen van een goede plaatselijke ruim-telijke ordening. Wat de mogelijke wijzigingen van de plannen van aanleg betreft, moeten de principes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wor-den opgevolgd. Dit betekent dat per stedelijk gebied dient te worden nagegaan waar de winkel-functies verder – in overeenstemming met het verzorgingsniveau van deze centra – kunnen wor-den uitgebouwd. De ligging van deze stedelijke gebieden in een grensstreek kan een element van de besluitvorming zijn.

Over deze specifieke problematiek is er nog geen overleg gepleegd met de federale regering.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de beleidsbrief van de minister wordt onder- streept dat er rechtszekerheid moet komen inzake de procedures met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het

Dit betekent dat enkel wanneer een ruimte boven een winkel kan worden beschouwd als een woon- g e l e g e n h e i d , zij ook in deze optiek wordt benaderd binnen de heffing. In

In een brochure verspreid door het NCMV van de regio Halle-Vilvoorde waarin de organisatie van een infodag wordt bekendgemaakt, wordt vermeld dat de Vlaamse minister van Economie

element inbreidingssteun ingevoerd om juist "zachte" economische activiteiten opnieuw in de binnenstad te krijgen (woon-werkfuncties dichter bij

Naast de bindende bepalingen inzake kwantitatie- ve opties voor de Grote Eenheden Natuur (GEN) en de Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling (GENO) en het

De daling van het aantal dossiers in 1994 kan worden toegeschreven aan het in werking tre- den van nieuwe richtlijnen voor de toepassing van de wet van 4

Zoals bij de oprichting werd bepaald, staat Techno- polis NV in voor de oprichting en inrichting van het Vlaams Doe-centrum voor Wetenschap en Technologie.. Vanaf de opening

Werd een openbare aanbesteding uitgeschreven voor het drukken van deze gids, of op welke andere manier werd de drukker aangewezen?. Welke firma stond in voor de realisatie van