Vraag nr. 169 van 12 februari 1998
van de heer JOHAN MALCORPS Fabelta Ninove – Grondwaterkwaliteit
Op de bedrijfsterreinen van Fabelta Ninove bevin-den zich oude slibbekkens. Deze zijn zwaar veront-reinigd door zware metalen en sulfaten. Het grond-water is er door sulfaten verontreinigd.
1. Gebeurde er na een onderzoek van het grond-water in 1984 en 1987 nog verder onderzoek wat de verontreiniging van het grondwater betreft ? Wat zijn daarvan dan de belangrijkste resultaten ?
2. Gaat het hier om een verontreinigde site die overeenkomstig artikel 30, § 2 van het decreet van 22 februari 1995 betreffende de bodemsa-nering een historisch verontreinigde grond is waar bodemsanering moet plaatsvinden ? 3. Werd in het kader van het
bodemsaneringsde-creet het bedrijf reeds aangemaand om deze verontreinigde site op te ruimen ? Zo ja, w a n-neer ? Zo neen, waarom niet ?
Antwoord
1. Rond de slibbekkens in Ninove werd door de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest (OVAM) in 1989 een beperkt onderzoek uitgevoerd, bestaande uit de plaat-sing van drie bijkomende peilputten in stroom-afvaartse richting, met bijbehorende screening-analyse van het grondwater. Deze grondwater-analyses werden uitgevoerd in het kader van de stortplaatsexploitatie. De aangetroffen waarden overschrijden licht de drinkwaternorm, m a a r rekening houdende met bijvoorbeeld het gehal-te aan zink in het stortmagehal-teriaal is er geen spra-ke van een ernstige impact. Aangezien het hier evenwel gaat om fragmentaire onderzoeksgege-vens, werden deze resultaten niet beschouwd als overeenstemmend met een oriënterend bode-monderzoek of een bodebode-monderzoek dat daar-mee kan worden gelijkgesteld.
Sinds 1989 werd geen bijkomend onderzoek in opdracht van de OVAM uitgevoerd.
2. Aangezien nog geen oriënterend bodemonder-zoek werd uitgevoerd op de percelen in kwestie, zijn de percelen nog niet opgenomen in het
register van verontreinigde gronden en op de lijst van artikel 30.
Het spreekt vanzelf dat op het betrokken ter-rein een bodembedreigende activiteit gebeurt, die bijgevolg onderworpen is aan de decretale bepalingen terzake.