Vraag nr. 56
van 14 december 1999 van de heer SVEN GATZ
B e l g i s ch Centrum van het Beeldverhaal – Subsidië-ring
Het Belgisch Centrum van het Beeldverhaal, in de volksmond beter bekend als het Stripmuseum, kampt al jaren met financiële moeilijkheden. Het Centrum, dat vorig jaar 240.000 bezoekers t e l d e, is een van de belangrijkste toeristische trek-pleisters in onze stad. Desondanks moet het Cen-trum het stellen met zeer beperkte financiële steun van de overheid. Tweederde van zijn middelen komt van de betalende bezoekers, nog eens 20 pro-cent van zaalverhuur en bijna al de rest van spon-sors.
Dit alles heeft tot gevolg dat het Centrum verplicht is weinig risico's te nemen bij het programmeren van tentoonstellingen, wat ertoe leidt dat zij vaak weinig voeling hebben met de laatste evoluties in de stripwereld.
Creativiteit wordt belemmerd door de dwang om de grote massa aan te trekken. Door zijn gebrek aan middelen staat het Stripmuseum bekend als wanbetaler : 30 miljoen aan schulden bij de Regie der Gebouwen voor de huur van het pand aan de Z a n d s t r a a t , medewerkers die naar de gerechts-deurwaarder moeten stappen om hun loon uitbe-taald te krijgen, uitgeverijen die weigeren om met het Centrum mee te werken omdat ze goed weten dat ze nooit zullen worden betaald. Dit zijn maar enkele gevolgen van het financiële probleem waar-mee het Stripmuseum al sinds zijn oprichting kampt.
1. Welke financiële steun geniet deze instelling vanwege de Vlaamse Gemeenschap ?
2. Wordt deze steun gekoppeld aan waarborgen m . b. t . de tweetalige en bicommunautaire uitstraling van het museum ?
3. Heeft de minister eventueel al contact gehad met het Stripmuseum om deze zaak mee te hel-pen oplossen ?
Antwoord
1. Het Belgische Centrum van het Beeldverhaal wordt sinds 1993 niet meer gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap. De Vlaamse
Ge-meenschapscommissie (VGC) subsidieert het Belgische Centrum van het Beeldverhaal sinds 1994 en verleent voor de algemene werking een subsidie die ad nominatim is ingeschreven in haar begroting :
1994 1995 1995
1.500.000 fr. 2.000.000 fr. 2.000.000 fr.
1997 1998 1999
2.000.000 fr. 2.000.000 fr. 1.500.000 fr. 2. Wat de naleving van de taalwetgeving betreft,
verwijs ik naar de bescherming die wordt gebo-den door de gecoördineerde wetten op het ge-bruik van de talen in bestuurszaken van 18 juli 1 9 6 6 . Uit de vaste rechtspraak van de Va s t e Commissie voor Taaltoezicht blijkt duidelijk dat natuurlijke en rechtspersonen enkel onderwor-pen zijn aan de taalwetgeving voorzover zij con-cessiehouder zijn van een openbare dienst of worden belast met een taak die de perken van een privé-bedrijf te buiten gaat en er een nauwe band bestaat tussen de instelling en de over-heid.
Het moet duidelijk zijn dat, ook als deze rechts-persoon niet voldoet aan al deze vooropgestel-de criteria, vooropgestel-de VGC slechts steun verleent op basis van bepaalde criteria waaraan de werking en de opgezette projecten moeten voldoen om in aanmerking te komen voor subsidiëring. Deze uitgangspunten maken binnen de VG C thans het voorwerp uit van een bespreking van een ontwerp van verordening houdende de sub-sidiëring van kunsten. Het Nederlandstalig ka-rakter van de werking is één van deze criteria en wordt beoordeeld aan de hand van onder an-dere het bestaan van Nederlandstalige statuten van de organisatie, het evenwaardig gebruik van het Nederlands, de organisatorische aspecten en de uitstraling en plaats van de activiteiten. I n-dien het Nederlandstalig karakter onvoldoende duidelijk blijkt, kan de instelling niet worden gesubsidieerd.
3. In deze zaak is er geen rechtstreekse band tus-sen het Centrum en de Vlaamse Gemeenschap. Ik heb dan ook geen contact gehad met het C e n t r u m . Er is evenmin reden om als minister bevoegd voor Brusselse Aangelegenheden te in-terveniëren binnen de krijtlijnen van het toe-zicht op de VGC.
in-gesteldheid van het Centrum zijn bezorgdheid uit en hieromtrent vragen formuleert.
Het lijkt mij dan ook opportuun dat de houding van de Vlaamse Gemeenschap en de V l a a m s e Gemeenschapscommissie ten aanzien van dit dossier duidelijk wordt gemaakt.