Vraag nr. 31
van 29 oktober 2004
van de heer ROLAND VAN GOETHEM Tolkendienst Vilvoorde – Taalwetgeving
Onlangs nam de stad Vilvoorde het initiatief tot het oprichten van een tolkendienst ten behoeve van anderstaligen. Deze tolkendienst zou anders-taligen moeten bijstaan in hun contacten met ste-delijke diensten. De opleiding van de tolken wordt bekostigd door de stad Vilvoorde, terwijl de tolken zelf op vrijwillige basis zouden werken.
Vilvoorde voert hiermee een vorm van faciliteiten in die strijdig is met de taalwetgeving. De wet zegt immers dat alle contacten met de burgers in de taal van de regio moeten gevoerd worden, in casu het Nederlands. Een anderstalige kan zich op eigen initiatief laten bijstaan door een tolk, deze werk-wijze is op zich niet in strijd met de wet. Hier wor-den de zaken echter omgedraaid, het is de stad die voorziet in tolken.
Strikt genomen zou men kunnen stellen dat de taalwet niet overschreden wordt vermits de amb-tenaar zich nog steeds van het Nederlands bedient. De tolk wordt echter door de stad ter beschikking gesteld en is door een vrijwilligersovereenkomst met de stad verbonden. Ongeacht het feit dat de diensten van de tolk onbezoldigd zijn, is er nog steeds een verbintenis met de stad en wordt de taalwetgeving overtreden.
Welke maatregelen neemt de minister om aan deze onwettelijke toestand een einde te stellen ?
Antwoord
In mijn antwoord op de schriftelijke vraag van de heer Vlaamse volksvertegenwoordiger heb ik meegedeeld definitief standpunt te zullen innemen na kennisname van de onderzoeksresultaten van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant en het advies van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht, die gevat was door een klacht in een gelijkaardig dossier nl. over de tolkendienst van de stad Mechelen.
Het onderzoek van de gouverneur, nadere infor-matie van de stad en het advies dd. 4 januari 2005 van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht bevesti-gen mijn oorspronkelijk antwoord.
Om anderstalige nieuwkomers te oriënteren (het inburgeringsdecreet) heeft de stad Vilvoorde een pakket initiatieven opgestart nl. een intensief onthaalbeleid voor meerderjarigen, een geschikt schoolaanbod voor minderjarigen, een verruiming van het aanbod Nederlandse taallessen en taal-sensibilisering. Zij heeft vastgesteld dat dit aan-bod niet volstaat. De anderstalige nieuwkomers blijken in een beginfase onvoldoende taalvaardig. Dat doet ook problemen rijzen bij de stadsdien-sten. Daarom heeft de stad het initiatief geno-men om een sociale tolkendienst op te richten die gedurende maximaal twee jaar deze groep kan bij-staan door een tolk. De sociale tolkendienst is in de eerste plaats bedoeld voor de dienst Bevolking en Burgerlijke Stand doch andere diensten van de stad en het OCMW zullen hierop ook een beroep kunnen doen.
De Vaste Commissie voor Taaltoezicht heeft geoordeeld dat de oprichting van een sociale tol-kendienst in de stad Mechelen geen schending was van de taalwetgeving. Deze tolkendienst is niet enkel bedoeld voor de integratiedienst van de stad Mechelen (artikel 2, 10ft van het decreet van
28 april 1998 inzake het Vlaamse beleid ten aan-zien van etnisch-culturele minderheden) maar ook voor de andere stadsdiensten en de diensten van het OCMW. Dit advies is perfect toepasbaar op het in uw vraag bedoelde geval.