• No results found

Bijlage 4 Aanbod preventieve activiteiten en methoden om gezond gedrag bij jongeren te bevorderen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bijlage 4 Aanbod preventieve activiteiten en methoden om gezond gedrag bij jongeren te bevorderen "

Copied!
18
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlagen

Bijlage 1 Trends in risicogedrag jongeren in het afgelopen decennium

Bijlage 2 Landelijke en regionale organisaties die zich bezighouden met preventies bij jongeren (met uitzondering van overheid)

Bijlage 3 Landelijke en regionale organisaties die zich inzetten voor de preventie van overgewicht

Bijlage 4 Aanbod preventieve activiteiten en methoden om gezond gedrag bij jongeren te bevorderen

Bijlage 5 Aanbod preventieve interventies op het gebied van overgewicht

Bijlage 6 Aanbod preventieve interventies op het gebied van roken Bijlage 7 Regelgeving en Reclame Code specifiek gericht op jongeren Bijlage 8 Trends in roken

Bijlage 9 Relatieve invloed van socialisatieagenten

Bijlage 10 Enquête

(2)

Bijlage 1 Trends in risicogedrag jongeren in het

afgelopen decennium (Jansen, Schuit en Van der Lucht 2002)

Gedrag Leeftijd Percentage Trend

Roken 10-14

15-19

10%

44%

ongunstig ongunstig Voeding

voldoet niet aan richtlijn voor groente voldoet niet aan richtlijn voor fruit voldoet niet aan richtlijn (verzadigd) vet

10-19 10-19 10-19

93%

88%

94%

ongunstig ongunstig gunstig

Lichamelijke inactiviteit 16-17 21% geen verandering

Overmatig alcoholgebruik (bij laatste gelegenheid 5 of meer glazen alcohol gedronken)

middelbare schooljeugd

39% erg ongunstig

Drugsgebruik (hasj en marihuana)

middelbare schooljeugd

10% ongunstig

(3)

Bijlage 2 Landelijke en regionale organisaties die zich bezighouden met preventies bij jongeren (met uitzondering van overheid) (Pos en Nijboer 2003)

Landelijke organisaties

Aanbieder Taak Nationaal Instituut voor

Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ)

ontwikkeling en implementatie van materialen en

methodieken voor jongeren en hun intermediairen met als thema's: alcohol, schoolgezondheidsbeleid en gezondheids- bevorderingsprogramma's gericht op risicogroepen.

Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW)

richt zich op zorg en welzijn. Bijvoorbeeld: Wijkprogramma's Opvoedingsondersteuning en Ontwikkelingsstimulering (O&O).

Trimbos-instituut centraal staat de geestelijke gezondheidszorg en

verslavingszorg. voorbeeldproject: 'De gezonde school en genotmiddelen'.

Nationale jeugdraad bevorderen van participatie van jongeren in onder meer preventiebeleid

GGD Nederland landelijke koepelorganisatie van alle GGD'en in Nederland.

Behartigt ook de gemeenschappelijke belangen en ondersteunt de permanente landelijke informatie uitwisseling en

beleidsafstemming tussen GGD'en. Voert projecten uit die ondersteuning bieden aan het goed functioneren van GGD'en of die bijdragen aan de ontsluiting van nieuwe beleidsterreinen in de collectieve preventie.

Categorale instellingen zoals; NOC*NSF, Ned.Kankerbestrijding, Nederlandse Hartstichting, Astmafonds, Stivoro,

deze instellingen richten zich onder andere op preventie bij jongeren. Geven voorlichting en advisering over specifiek risicogedrag. Daarnaast worden materialen en methodieken voor jongeren en intermediairen ontwikkeld en

geïmplementeerd.

(4)

Regionale organisaties

Aanbieder Taak

GGD 'en voeren de algemene preventieve zorg uit GGZ instellingen, afd. Preventie uitvoer diverse preventie projecten

Consultatiebureaus houden de ontwikkeling van kinderen in de gaten.

Vaccineren, vroegtijdige onderkenning van ziektes of afwijkingen, en gezondheidsbevordering belangrijk doel.

Bureaus jeugdzorg loket voor alle vormen van jeugdzorg waarbij jongeren vragen (over bijvoorbeeld opvoeden, opgroeien en communicatie) kunnen stellen of worden verwezen naar andere instellingen. Samenwerking met huisartsen, Jeugdgezondheidszorg, GGD, Geestelijke

Gezondheidszorg (GGZ), Jongeren Informatie Punt, Steunpunt Opvoeding (Stop), maatschappelijk werk, buurtwerk, scholen en instellingen binnen de Jeugdzorg en Jeugdhulpverlening.

Instellingen voor

verslavingszorg, afd. Preventie

voorlichting en projecten voor jongeren algemeen, risicogroepen en opvoedingsondersteuning

Scholen groot scala aan projecten op terrein

gezondheidsbevordering en preventie gericht op thema's:

beweging, verslaving, voeding etc.

Club -en buurthuizen opvoedingsondersteuning, voorlichting, veiligheidsbeleid Kinderopvang handhaven hygiëne en veiligheid, geven van voorlichting

en begeleiding ouders.

Sportverenigingen bewegings- en sportstimulering jeugd

Huisartsen handelen preventief op gebied van onder andere:

alcoholgebruik, stoppen-met-roken, en voeding.

(5)

Bijlage 3 Landelijke en regionale organisaties die zich inzetten voor de preventie van overgewicht (Enthoven, Schuit en Visscher 2004)

Wie? Wat?

Landelijk

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

coördinatie van preventie

financiering organisaties en projecten Nederlandse Hartstichting voorlichting gezonde leefstijl

financiering preventieprojecten Voedingscentrum voorlichting over gezonde voeding Nederlands Instituut voor Sport

en Beweging

bevorderen van lichamelijke activiteit

NOC*NSF bevorderen van sportbeoefening

Nationaal Instituut Gezondheids- bevordering en Ziektepreventie

informatieverstrekking, voorlichting en educatie

Zorgonderzoek Nederlands/Medische Wetenschap

onderzoeksprogrammering

stimuleren en financieren onderzoek (o.a. voor nieuwe preventieprogramma's)

Nederlandse vereniging van diëtisten voorlichting, ondersteuning diëtisten

NHG ondersteunen huisartsen bij patiëntenvoorlichting

Regionaal

Thuiszorg voorlichting over gezond gedrag

diverse cursussen, zoals "sportief op gewicht"

GGD voorlichting over gezond gedrag

individueel leefstijladvies (PGO) Huisartsen (vroeg) signaleren van overgewicht,

individueel leefstijladvies

Consultatiebureaus screening, individueel leefstijladvies

Diëtisten voorlichting over gezond gedrag, individueel leefstijladvies

(6)

Bijlage 4 Aanbod preventieve activiteiten en methoden om gezond gedrag bij jongeren te bevorderen (Pos en Nijboer 2003)

Methoden Enkele voorbeelden van het aanbod Voorlichting,

advies, instructie en begeleiding

massamediale activiteiten:

• computergestuurde interactieve ondersteuning, zoals jongerenwebsites over gezondheid: www.netdokter.nl , www.gezondheidswijzer.nl.

• campagnes, zoals 'Drank maakt meer kapot dan je lief is, 'Drugs, laat je niets wijsmaken', 'Sport blessure vrij.'

• tentoonstellingen, theatervoorstellingen.

• brochures, folders, cursussen, trainingen & video's.

• (vak)tijdschriften gericht op jongeren en hun intermediairen, zoals Ouders van NU en Kinderen.

• schoolgezondheidsbeleid ('De gezonde school en genotmiddelen') lespakketten ('lang leve de liefde'), en mentorprogramma's. Het schoolgezondheidsbeleid gebruikt ook omgevingsgerichte methoden, zoals bijvoorbeeld regels gericht op het rookbeleid.

• naschoolse vrijetijdsprogramma's, zoals sportstimulering 'Jeugd in Beweging'.

• signalering en begeleiding gericht op gezin, bijvoorbeeld oudercursussen en voor- en vroegschoolse educatie.

Participatie en community based werken

wijkgerichte programma's, Opvoedingsondersteuning en

Ontwikkelingsstimulering (O&O) en Communities that care-projecten gericht op preventie van maatschappelijke uitval, psychosociale

problemen, onderwijsachterstanden en jeugdcriminaliteit. Participatieve projecten worden uitgevoerd op niveau van het gezin, de wijk, de school en de samenleving.

peer education programma's; betekent letterrlijk 'voorlichting door leeftijdgenoten'. In feite is het een verzamelnaam voor verschillende

(7)

methoden waarin met leeftijdgenoten wordt gewerkt. Essentieel aan peer- education-programma's is dat de ondersteunende en beschermende rol die jongeren voor elkaar kunnen hebben, in een programma worden opgenomen en erkent.

Wet -en regelgeving

wet- en regelgeving op diverse gebieden, zoals middelengebruik (anti- tabakswet, drank- en alcoholmatigingswet) en warenwetbesluiten

(speelgoed, kinderbedden en boxen, verpakkingen en gebruiksartikelen en veilige verpakkingen en huishoudchemicaliën).

(8)

Bijlage 5 Aanbod preventieve interventies op het gebied van overgewicht (Enthoven, Schuit en Visscher 2004)

Methode Interventie Doel/doelgroep

Landelijke interventies

Voorlichting Terug naar de gezonde basis (2002 - nu) van Nederlandse Vereniging voor Dietisten

Voorkomen van overgewicht bij kinderen

Maak je niet dik (2002 - nu) van het Voedingscentrum

Agendasetting, bewustwording en

voorkomen dat mensen zwaarder worden.

Met name gericht op jongvolwassenen (20- 40 jaar)

Internetsites Voorbeelden: www.voedingscentrum.nl,

www.nvdietist.nl, www.dikke-mensen.nl, www.naso-obesitas.nl, www.overgewicht.nl Vroegsignalering (ad-hoc) Screening door

huisartsen of specialist

(Vroeg)signalering door (huis)artsen of binnen Jeugdgezondheidszorg eventueel gevolgd door doorverwijzing naar diëtiste of leefstijladvisering

Lokale voorlichtingsinterventies Gericht op

volwassenen

Bijvoorbeeld: 'Lijnwijzer' (Thuiszorg Katwijk), 'Je gewicht de baas' (Kruiswerk Lek en Merwede), 'Goed gewicht in zicht' (Thuiszorg Venlo), 'Fit op gewicht, fitness à la carte' (Thuiszorg Tiel, Westelijke Mijnstreek en Enschede)

Gericht op kinderen

Bijvoorbeeld: ’Eten en gymmen is gewicht dimmen’ (Voedingscentrum en NISB) 'Okido' (GGD Regio Stedendriehoek, Thuiszorg Oost-Veluwe),

‘Gezond gewicht, kinderen eerst’ (GGD Fryslan), ‘SchoolSlag’ (GGD ZLZ), 'Wikken en (Be)wegen' (GGD Nijmegen, GGD Noord en Midden Limburg, GGD Midden Brabant)

(9)

Bijlage 6 Aanbod preventieve interventies op het gebied van roken (Zeeman, Overberg en Busch 2004)

Methode Interventie Doel/doelgroep

Landelijke interventies Voorlichting

Volwassenen Televisiecampagne: Roken?

Niet waar de kleine bij is.

Informatie via

consultatiebureaus en kraamzorg

Televisiecampagne: Een overwinning bereik je niet alleen. website, telefonische infolijn, telefonische coach, brochures, training

STIVORO: rookvrije werkplek

ouders van jonge kinderen en hun omgeving.

voorkomen dat jonge kinderen aan tabaksrook worden blootgesteld.

volwassen rokers die willen stoppen.

rokers duidelijk te maken dat stoppen met gebruik van ondersteunende hulpmiddelen meer kans van slagen heeft.

voorlichtingsproducten: handleiding invoeren rookbeleid, website, telefonische advisering, folders en het niet-roken programma

Jongeren Televisiecampagne ('…..maar ik rook niet!'; 'Nou weten we

het wel') ondersteund met internet en schoolcards

De boodschap overbrengen dat niet-rokens stoerder, cooler en leuker zijn dan rokers.

Specifieke doelgroepen

campagne 'Roken, nee dank je'

project Rookvrije Sport

Gericht op Turken, Marokkanen en Surinamers. In hun eigen taal krijgen ze informatie over stoppen met roken.

Gericht op sportverenigingen zodat deze zelf afspraken maakt om kinderen te beschermen tegen rook. Streven is een nagenoeg rookvrije sportsector in 2006

(10)

Persoonlijke voorlichting

Minimale Interventie Strategie stoppen met roken

Huisartsen en specialisten adviseren te stoppen met roken

Lokale voorlichtingsinterventies

Volwassenen Cursussen stoppen -met - roken

Aangeboden door GGD'en en thuiszorgorganisaties

Jongeren Projecten o.a. De gezonde school en genotmiddelen;

Actie Tegengif

Rookvrije school

Voorlichting gegeven op scholen over roken

Wedstrijd waarbij leerlingen afspreken niet te roken of te stoppen met roken

Creeren van een rookvrije omgeving op scholen

(11)

Bijlage 7 Regelgeving en Reclame Code specifiek gericht

op jongeren

Regelgeving in Mediawet en Mediabesluit

Publieke omroep Commerciële omroep

Sponsoring programma’s Verboden Toegestaan onder voorwaarden Reclame voor of na

programma Maximaal 12 minuten per uur; publieke omroep staat voor om hoeveelheid reclame te beperken

Maximaal 12 minuten reclame per uur;

reclameblok moet minimaal 2 minuten duren;

en herkenbaar en te onderscheiden zijn Programmaonderbreking

door reclameblokken Verboden Alleen als programma minstens 30 minuten duurt; blokken met tussenpozen van min. 20 minuten

Vermijdbare reclame- uitingen in programma’s

Verboden Mits redelijkerwijs niet wordt beoogd aan te zetten tot kopen

Extra voorwaarden Geen Zender moet aangesloten zijn bij de Nederlandse Reclame Code

Nederlandse Reclame Code

Art. 10 Reclame dient duidelijk als zodanig herkenbaar te zijn, door opmaak, presentatie, inhoud of anderszins, mede gelet op het publiek waarvoor zij is bestemd. Via optische of akoestische middelen moet zij gescheiden zijn van de rest van het programma-aanbod. Bij reclame in bladen met een bereik van meer dan 25% bij kinderen tot en met 11 jaar moet boven elke reclame het woord advertentie in 12 punts letters staan. Het gebruik van subliminale technieken in audiovisuele reclame is verboden. Ook is het gebruik van elementen uit een etherprogramma in reclame op radio en televisie verboden indien redelijkerwijs moet worden aangenomen dat door kijkers of luisteraars worden misleid of in verwarring gebracht. Het in reclame op radio of televisie optreden van personen de krachtens hun deelname aan

etherprogramma’s geacht kunnen worden gezag, respectievelijk vertrouwen te hebben bij bepaalde publieksgroepen is verboden.

Art. 13.1 Reclame die kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen, dat wil zeggen minderjarigen tot 12 jaar, wordt gericht mag niets in woord, geluid of beeld bevatten waardoor kinderen op enigerlei wijze worden misleid over de mogelijkheden en eigenschappen van het aangeboden product. (Toelichting: in reclame gericht op kinderen dient rekening gehouden te worden met hun bevattingsvermogen en verwachtingspatroon, met name met betrekking tot het speelplezier en de prestaties van het product)

Art. 13.2 Reclame op televisie mag minderjarigen (jeugdigen jonger dan 18 jaar) heen morele of fysieke schade berokken en moet daarom voor hun bescherming voldoen aan de volgende criteria:

zij mag minderjarigen niet tot de aankoop van een bepaald product aanzetten door te profiteren van hun onervarenheid of hun goedgelovigheid; zij mag minderjarigen er niet rechtstreeks toe aanzetten hun ouders of anderen te overreden tot de aankoop van producten waarvoor reclame wordt gemaakt; zij mag niet profiteren van het speciale vertrouwen dat minderjarigen hebben in ouders, leerkrachten of anderen; zij mag minderjarigen niet zonder reden in gevaarlijke situaties tonen

Art. 7

CvZ Bij reclame voor zoetwaren in drukwerk dat voornamelijk wordt gelezen door kinderen onder de 14 jaar zal het tandenborstelembleem worden afgebeeld volgens bepaalde formaten.

(12)

Bijlage 8 Trends in roken (CBS 2005)

Rokers (in percentage) 2001 2002 2003 2004 Trend

0-14 jaar 6,9 6,2 3,8 3,2 daling

15-24 jaar 37,5 37,7 35,3 32,1 daling

0-14 jaar (man) 5,5 6,8 3,8 2,4 daling

15-24 jaar (man) 38,8 40,3 36,8 34,4 daling

0-14 jaar (vrouw) 8,4 5,5 3,8 4 stijging na daling

15-24 jaar (vrouw) 36,1 35 33,8 29,7 daling

Nb: Rokers (in percentage): het percentage personen van 12 jaar en ouder die wel eens roken.

Zware rokers onder bevolking (in percentage) 2001 2002 2003 2004 Trend

0-14 jaar 0,4 0 0 0,2 stijging na daling

15-24 jaar 7,7 7,1 6,7 6,4 daling

0-14 jaar (man) 0,4 0 0 0 constant na daling

15-24 jaar (man) 9,5 8,1 7,7 8,1 stijging na daling

0-14 jaar (vrouw) 0,4 0 0 0,4 stijging na daling

15-24 jaar (vrouw) 5,8 6 5,8 4,7 daling na stijging Nb: Zware rokers onder bevolking (in percentage): het percentage van personen van 12 jaar

en ouder die 20 sigaretten of meer roken.

Gemiddeld aantal sigaretten per dag per persoon bevolking

2001 2002 2003 2004 Trend

0-14 jaar 0,3 0,2 0,1 0,1 constant na daling

15-24 jaar 3,9 3,8 4 3,1 daling

0-14 jaar (man) 0,2 0,2 0,2 0 daling

15-24 jaar (man) 4,5 4,2 4 3,4 daling

0-14 jaar (vrouw) 0,3 0,1 0 0,2 stijging na daling

15-24 jaar (vrouw) 3,4 3,4 4,1 2,7 daling na stijging

Gemiddeld aantal sigaretten per dag per roker 2001 2002 2003 2004 Trend

0-14 jaar - - -

15-24 jaar 10,8 10,2 11,4 10 daling na stijging

0-14 jaar (man) - - - 1 stijging

15-24 jaar (man) 11,8 10,6 11,6 10,3 daling na stijging

0-14 jaar (vrouw) - - -

15-24 jaar (vrouw) 9,7 9,8 11,2 9,6 daling na stijging

(13)

Bijlage 9 Relatieve invloed van socialisatieagenten

Hoog Zus

Broer Zus Broer/zus

Zus

Broer Vrienden Broer Vader/Moeder

Vrienden Vader/Moeder

Vrienden

Leeftijdsgenoten Leeftijdsgenoten/reclame

Reclame

Vrienden

Leeftijdsgenoten Verkopers Leeftijdsgenoten Verkopers

Reclame Reclame

Vader/Moeder Vader/Moeder

Verkopers Verkopers

Laag

Snoep VS Snoep Mexico Frisdrank VS Frisdrank Mexico

r e l a t i e v e i n v l o e d

Hoog Zus Broer/zus Vrienden/zus/broer Broer/zus/vrienden

Broer Vader/moeder Vader/leeftijdsgenoten/reclame

Reclame Moeder

Vrienden Leeftijdsgenoten Vrienden

Leeftijdsgenoten/reclame

Leeftijdsgenoten Vader

Vader/moeder/Reclame

Moeder Verkopers

Verkopers

Verkopers

Verkopers Laag

Fast-food VS Fast-food Mexico Films VS Films Mexico

r e l a t i e v e i n v l o e d

(14)

Hoog Vrienden/zus Zus/vrienden Broer

Zus Broer

Zus/moeder

Broer Moeder Vrienden Vader

Leeftijdsgenoten Leeftijdsgenoten Broer

Vader/reclame Vrienden

Reclame/leeftijdsgenoten Leeftijdsgenoten

Reclame Verkopers

Reclame

Verkopers Verkopers

Verkopers Moeder/vader

Moeder

Laag Vader

Kleding VS Kleding Mexico Tennissschoenen VS Tennisschoenen Mexico r

e l a t i e v e i n v l o e d

Relatieve invloed van socialisatieagenten per productgroep op Amerikaanse en Mexicaanse jongeren (Keillor, Parker en Schaeffer 1996)

(15)

Bijlage 10 Enquête

VRAGENLIJST

Voor mijn afstudeeronderzoek ben ik op zoek naar jongeren (8 - 12 jaar) die mij willen helpen. Er is geen goed of fout antwoord, maar geef per vraag aan wat op jou van toepassing is. Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 15 minuten. Bedankt voor je hulp!

Persoonlijke gegevens (omcirkel het antwoord dat van toepassing is)

Geslacht jongen / meisje

Leeftijd ………

Mijn gewicht is te laag / niet te laag of te hoog / te hoog Ik woon in een stad / dorp

Mijn nationaliteit is Nederlandse / Turkse / Marokkaanse / Surinaamse / Antilliaanse / anders, namelijk ………

Naast mijzelf bestaat ons gezin uit vader / moeder / …… broer(s) / …… zus(sen) Van mijn ouders werkt mijn vader / mijn moeder / zowel mijn vader als moeder Boodschappen doen doe ik nooit / soms / vaak / heel vaak

Ik heb per week ……… Euro zelf te besteden

In mijn vrije tijd speel ik buiten / sport ik / kijk ik televisie / speel ik spelletjes op de computer / surf ik op internet / lees ik een boek / anders, namelijk ……….………

Ik kijk ………… uur per week televisie

Ik zit ………… uur per week achter de computer

Ik sport ………… keer per week

Ik eet/drink (gemiddeld) …….. snacks, ….. snoepjes en …. glazen frisdrank per dag Snacks, snoep en frisdrank gebruik ik vooral 's ochtends / 's middags / 's avonds / 's

nachts

Meestal eet ik Snacks, snoep en frisdrank thuis / op school / op straat / bij vrienden / anders, namelijk ………

(16)

Stellingen (omcirkel het beste antwoord)

(met ongezonde voedingsmiddelen worden voedingsmiddelen zoals snoep, frisdrank en snacks bedoeld; gezonde voedingsmiddelen zijn bijvoorbeeld groente en fruit)

Ik eet ongezonde voedingsmiddelen omdat ik deze lekkerder vind dan gezonde voedingsmiddelen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik eet ongezonde voedingsmiddelen omdat deze goedkoper zijn dan gezonde voedingsmiddelen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik eet ongezonde voedingsmiddelen omdat makkelijker te verkrijgen zijn dan gezonde voedingsmiddelen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik eet ongezonde voedingsmiddelen omdat voor deze voedingsmiddelen veel reclame wordt gemaakt.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Als ik honger heb en ik kom langs een snoep- of frisdrankenautomaat dan koop ik iets lekkers.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik eet minder ongezonde voedingsmiddelen wanneer deze duurder worden dan gezonde voedingsmiddelen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik eet minder ongezonde voedingsmiddelen wanneer meer reclame voor gezonde voedingsmiddelen wordt gemaakt.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

(17)

Ik eet alleen minder ongezonde voedingsmiddelen wanneer deze duurder worden dan gezonde voedingsmiddelen en er reclame voor gezonde voedingsmiddelen worden gemaakt.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik zou minder ongezonde voedingsmiddelen eten wanneer het moeilijker wordt deze te kopen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik vind het belangrijk om voedingsmiddelen van bekende merken (zoals Coca-cola) te kopen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Wanneer iemand die belangrijk voor mij is vindt dat mijn merk niet goed is koop ik dat merk niet meer.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Ik koop alleen die merken die anderen ook kopen.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Nu ik ouder ben vind ik het minder belangrijk wat anderen van mij denken.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Mijn ouders en ik praten over reclame die ik zie.

Helemaal mee eens Mee eens Niet mee eens of oneens Mee oneens Helemaal mee oneens

Invloed

Er zijn veel mensen in je omgeving (bijvoorbeeld je ouders, broer/zus, vriend/vriendin) die belangrijk voor je zijn, maar de ene is belangrijk dan de ander. Er zijn dan ook een aantal punten die bepalen of iemand een voorbeeld voor je is.

Een persoon is een voorbeeld voor mij als deze (meerdere antwoorden mogelijk):

‰ er leuk uit ziet ‰ laat zien hoe ik later ook kan zijn

‰ geloofwaardig is ‰ laat zien dat hij/zij problemen op kan lossen

‰ succesvol is ‰ anders, namelijk …………..…………

‰ ouder is dan ik ben

(18)

Wanneer je iets koopt of wilt kopen dan kijk je soms naar wat anderen kopen of goed vinden. Soms kijk je alleen naar wat iemand aan heeft of eet/drinkt (bijvoorbeeld welk merk spijkerbroek of cola) en soms vraag je aan de persoon wat hij of zij goed of niet goed vind.

Hierdoor wordt een persoon of media (bijvoorbeeld televisie of Internet) een informatiebron die de ene keer belangrijker is dan de andere keer.

Hieronder staan zes producten waarvan ik graag wil weten hoe belangrijk de verschillende informatiebron voor jou zijn.

Geef een cijfer van 1 tot en met 5 aan de verschillende bronnen. Een 5 aan de bron die jij het belangrijkst vindt en een 1 aan de bron die jij niet belangrijk vindt. De cijfers kunnen dus meerdere keren voorkomen, maar probeer wel een onderscheid te maken tussen belangrijke en niet belangrijke bronnen. Mocht het zo zijn dat een bepaalde bron niet van toepassing is, je hebt bijvoorbeeld geen broer, dan vul je daar een streepje (–) in.

Bronnen

Voorbeeld computer- spelletje

Snoep Films Frisdrank Merk- kleding

Fast-food Sport- schoenen

Vader 1

Moeder -

Opa 1

Oma 1

Broer 5

Zus -

Vriend/vriendin 5

Leeftijdsgenoot (zijn geen vrienden)

1

Meester / juf 1

Reclame 4

Televisie 4

Internet 1

Beroemdheden 1

Overheid

(bijv via Postbus 51)

1

Verkoper 5

Maker van producten (bijv. via verpakking)

2

Radio 1

Anders,………

………

-

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor die situatie keur ik vooruitlopend op wetgeving goed dat aan de gedupeerde ouder of toeslagpartner compensatie wordt verleend ter hoogte van het bedrag van de betaling van een

Deze jongeren willen normaal meedoen, maar dat lukt niet goed (‘Ik ben niet goed in vissen.’). Ze hebben vaak afgebroken opleidingen en zijn vaak aan iets

• De LOS kosten voor het jaar 2018 van € 600.000 zijn verdeeld op basis van de historische verdeelsleutel overige kosten.. Basis; ingebrachte fte;s bij de oprichting van de ODG

Identificatiegegevens van de verantwoordelijke verpleegkundige van de groep van verpleegkundigen die de permanente opvang zullen garanderen (als de groep beschikt over een

Wanneer een component in de productiefase obsolete wordt zijn volgende vier opties mogelijk: LTB van componenten, bridge buy, minor herontwerp en een major herontwerp, zie figuur

capaciteit van de resource aantal machines/werkplekken tijd dat de resource per dag beschikbaar is voor productie 1 shift = 480 min aantal verschillende type producten dat in het

Dit artikel beperkt de toegang/ opvraag uit het meet- register. Tot op heden was er volgens onze leden ook nog een optie voor een gemachtigde. De volgende nieuwe artikelen

is op 1 maart 2020 beoordeeld of er beschermde planten- en diersoorten aanwezig zijn binnen de planlocatie en of deze soorten schade ondervinden van de gewenste