• No results found

Richtlijnen Kind en Gezin

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Richtlijnen Kind en Gezin"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Richtlijnen Kind en Gezin

Borst/flesvoeding tot 4 à 6 maanden

Borstvoeding/ flesvoeding is gedurende de eerste 4 à 6 levensmaanden de aanbevolen voeding voor alle zuigelingen.

Een gezonde voeding is van groot belang voor uw baby, niet alleen voor de lichamelijke gezondheid maar ook voor de algemene en verstandelijke ontwikkeling.

Vaste voeding vanaf 4 tot 6 maanden

De normale ontwikkeling van de baby maakt het mogelijk om vanaf de leeftijd van 4 tot 6 maanden met vaste voeding te starten.

Vanaf dit ogenblik is de slikreflex goed ontwikkeld en is het de beste periode om uw kind met een lepel te leren eten.

De bijvoeding is noodzakelijk na de leeftijd van 6 maanden om te kunnen voldoen aan de toenemende nutritionele behoefte en de normale ontwikkeling van uw kind.

Rond de leeftijd van één jaar moet de voeding van een zuigeling al voldoende gevarieerd zijn.

(2)

Voeding in het kinderdagverblijf

Het kinderdagverblijf start met vaste voeding in samenspraak met de ouders.

De ouders lichten ons in wanneer hun kind een dieet moet volgen.

De kokkin kookt elke dag verse voeding.

Zij doet dit volgens de richtlijnen van Kind en Gezin.

Een maand- en dagmenu hangt uit aan het infobord van het kinderdagverblijf.

De afdelingen “Beertjes “en “Konijntjes” (3 maanden tot 18 maanden) werken volgens het ritme van het kind.

De “Dolfijntjes” en “Vlindertjes” (+ 18 maanden) hebben vaste eetmomenten.

Om 10 uur soep.

Om 11 uur middagmaal

Om 3 uur een fruitmaaltijd of boterhammen of yoghurt of plattekaas Om 17 uur een kleine snack

Tussen 12 en 18 maand leren wij het kind zelf eten.

Eenmaal een kind goed kan eten, raden we aan om niet meer zelf over te nemen.

Het is belangrijk om samen duidelijke afspraken te maken over de start met vaste voeding of met andere texturen (bv. brokjes).

Als er specifieke of afwijkende afspraken nodig zijn (bv. dieetvoeding, andere voedingsgewoonten, allergie, enz.) dan moet dit doorgegeven worden aan het kinderdagverblijf (met doktersbriefje).

(3)

Groentepap

Start met enkele lepeltjes groentepap.

Het kind geeft zelf aan hoeveel het wil eten.

Als je kindje stopt na enkele hapjes, geef je nadien nog melkvoeding bij.

Gaat het goed, dan wordt de hoeveelheid opgevoerd tot gemiddeld 150 gram.

Tegen de leeftijd van 1 jaar neemt dit toe tot 250 à 300 gram. De ideale verhouding is: 2/3 groenten en 1/3 aardappelen, deegwaren of witte rijst.

Wist je dat kinderen vetstoffen en cholesterol nodig hebben voor een optimale groei en hun hersenontwikkeling?

Het is belangrijk vooral onverzadigde vetstoffen toe te dienen!

Voeg afhankelijk van de hoeveelheid pap een koffielepel tot eetlepel vetstof toe.

Dit maakt het papje smeuïger en geeft een baby voldoende energie om te groeien en zich te ontwikkelen.

Kies bij voorkeur voor een olie (bv. maïs-, olijf-, arachide-, koolzaad- of

zonnebloemolie), een zachte plantaardige margarine of bak- en braadvet rijk aan onverzadigde vetzuren.

Het kinderdagverblijf probeert zoveel mogelijk een variatie van seizoensgroenten aan te bieden.

De groenten worden aangeboden met aardappelen, rijst, pasta of granen.

De groentepap wordt bereid zonder zout.

Groenten worden fijn gemaakt of gemixt tot de leeftijd van 9 maand.

(belangrijk voor de opname en vertering)

Vanaf negen maanden kan het kind met brokjes leren eten.

Uit ervaring merken we dat brokjes eten beter aanvaard wordt rond de leeftijd van 1 jaar

.

(4)

Fruitpap

De fruitpap wordt fijn gemixt of geplet. (Geen brokjes tot negen maanden.) Het kinderdagverblijf probeert zoveel mogelijk een variatie van seizoensfruit aan te bieden.

Yoghurt en plattekaas kunnen zwaar verteerbaar zijn voor kleine baby's.

Pas rond de leeftijd van 12 maanden wordt het gebruik ervan door Kind & Gezin aangeraden.

Vlees, vis , ei en vegetarisch

Vanaf 6/7maanden wordt er vlees, vis, ei of een vleesvervanger bij de groenten gevoegd.

We starten met 1 eetlepel vlees per dag (ongeveer 15 gram).

Geleidelijk wordt dit 25 gram per dag.

Op 1 jaar is deze hoeveelheid voldoende.

We kiezen er bewust voor om elke dag een andere toeleverancier van eiwitten te voorzien: vis, rund, gevogelte, varken, ei of quorn.

Broodmaaltijd:

Vanaf 8 à 9 maand kan uw kind een stukje brood eten.

Vanaf 2 jaar kan er grof volkorenbrood gegeven worden.

Brood wordt gesmeerd met margarine of boter, vooral bij mager beleg.

Het broodbeleg is gevarieerd (vlees, kaas, confituur, humus …).

Let op! Nooit kind alleen laten bij het eten van een broodkorst.

Verslikkingsgevaar!

(5)

Drank

De kinderen drinken plat water in het kinderdagverblijf.

Af en toe wordt er ook een lichte infusie aangeboden en 1 maal per week persen we vers appelsien-/pompelmoessap.

Let op! Wanneer het kind thuis alleen maar gezoete dranken aangeboden krijgt dan gaat uw kind het water in de kribbe weigeren.

Rond de leeftijd van 6 à 7 maand leren de kinderen in het kinderdagverblijf drinken uit een beker.

Water of soep aan tafel worden aangeboden uit een beker.µ

Tussendoor kunnen de kinderen zelfstandig uit hun drinkbus drinken.

Dieetvoeding

Als de arts het kind een dieetvoeding voorschrijft, dan zal het kinderdagverblijf de aangepaste voeding toedienen.

We vragen aan de ouders op regelmatige tijdstippen de veranderingen in het dieet door te geven aan het kinderdagverblijf.

In sommige gevallen kan het nodig zijn dat de ouders zelf een aangepaste portie voeding (of bestanddeel) voorzien.

(6)

Wat doen we met….

Nieuwe smaken

Kinderen hebben angst voor het nieuwe. Zo ook om nieuwe smaken te leren kennen. Hoe reageren wij hierop?

Het leren kennen van smaken is belangrijk. Wij beginnen hier liefst zo vroeg mogelijk mee. Het is belangrijk de voedingsstoffen apart aan te bieden en niet alles te mengen.

We veranderen ons menu niet voor het kind.

Voor het kind is het belangrijk dat het eten aantrekkelijk is voorgesteld.

" Ik lust dit niet. ": negeren.

Wij proberen zoveel mogelijk een machtsstrijd te vermijden.

Het kind moet proeven (1 lepel) maar het mag controle houden over zichzelf.

Als hij het eten uitspuwt, is het best hier niet op te reageren.

De opvoeder bepaalt wanneer, wat en waar het kind eet.

Het kind bepaalt hoeveel hij wil eten.

Opletten voor machtsstrijd.

(7)

DE PEUTER die niet wil eten…

Tijdens de eerste levensmaanden weigert een baby zelden te eten, al is het enthousiasme niet altijd even groot.

Tussen de leeftijd van 12 tot 18 maanden vertraagt de groei en heeft hij dus minder voedsel nodig. Ten tweede heeft hij al kennis gemaakt met verschillende smaken en is hij in staat om duidelijk te maken wat hij wel en wat hij niet lust.

Tussen 1,5 en 3 jaar neemt het groeitempo van de kinderen sterk af, daardoor kan de eetlust sterk verminderen.

Vele ouders maken zich hierover zorgen en de peuter weet dit vaak handig uit te spelen. Door eten te weigeren krijgen ze macht over hun ouders.

Voor het kind is dit een manier om zich te laten gelden en bovendien heeft een kind ook recht op een eigen smaak.

Een peuter/kleuter heeft duidelijke grenzen nodig, al zal hij die grenzen steeds opnieuw proberen te overschrijden.

Ook hier blijft de stelregel gelden:

Ouders bepalen wat en hoe er gegeten wordt, het kind bepaalt hoeveel.

Zorg dat etenstijd geen poppenkast wordt!

Dat wil zeggen: het begint als een blijspel en eindigt als een drama.

Ouders en opvoeders zijn verantwoordelijk voor:

- de timing van de maaltijden en tussendoortjes - de keuze van de voeding

-de bereiding (ervoor zorgen dat de peuter de voeding kan eten) - het tafelmoment aangenaam maken

- tafelmanieren

terwijl de peuter verantwoordelijk blijft voor - hoeveel hij/zij eet

- of zij/hij eet

(8)

Kleine tip: schep het bordje niet te vol. Beter wat bijvragen dan veel laten liggen.

Een kind dat kieskauwt maar toch bijkomt, is een gezond kind. Bent u er overigens wel zeker van dat hij weinig of niets eet? Het volstaat om eens na te gaan wat een kind dat zogezegd niet eet, zoal per dag consumeert.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Wanneer je kind voldoende zelfstandig kan eten, prikkels in zijn mond kan verdragen en motorisch klaar is om vaste voeding te leren eten, moet hij stapsgewijs leren om de

Voor de samenstelling van de piloot werd rekening gehouden met variatie qua deelnemers (arts, dienstverlener, gezinsondersteuner die de taal van de cliënt spreekt,

Mogelijke signalen van radicaal gedachtengoed hoeven niet noodzakelijk een direct gevaar in te houden voor jonge kinderen in het gezin, sommige wel.. Om te kijken naar de situatie

Verspreid de mozzarella en zet 25-30 minuten in de oven, tot de randen goudbruin en knapperig zijn en de gehaktballetjes gaar.. Strooi het basilicum eroverheen en

Als u als tweede ouder of verzorger gebruik wilt maken van de mogelijkheid om tegen betaling mee te eten, is de gang van zaken als volgt:?. • u koopt een voucher bij de receptie

De recepten in dit boek zijn geïnspireerd op alle reizen die David en Luise hebben gemaakt – naar verre bestemmingen, maar ook dichter bij huis.. Begin de dag eens met snelle

Met zijn beproefde Kleintjesmethode kunnen alle kinderen op een leuke manier leren zelfstandig nieuwe vaste voeding te ontdekken, te leren kauwen, eten en verteren.. Met dit

De biologische waarde van andere eiwitten uit het plantrijk (tarwe, rijst, couscous, …) of die van peulvruchten is minder gunstig omdat niet alle essentiële aminozuren in