Pagina 1 van 8
Beëindigingsovereenkomst
Integrale MIRT/HWBP Verkenning Meer Maas Meer Venlo
Partijen
1. De Staat der Nederlanden, te dezen vertegenwoordigd door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, mevrouw drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, handelend in haar hoedanigheid van zowel bestuursorgaan, als rechtsgeldige vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, hierna te noemen: “de Staat”;
2. Gemeente Venlo, gevestigd te Venlo, rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder drs.
M.P.A.G. Pollux, daartoe gevolmachtigd door de burgemeester, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van XXXXX,
hierna te noemen: “de gemeente Venlo”;
3. Waterschap Limburg, gevestigd te Roermond; in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door portefeuillehouder R.E.W.M. Dupont;
hierna te noemen: “Waterschap Limburg”;
4. Provincie Limburg, gevestigd te Maastricht; in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door
gedeputeerde H.J.H. Mackus, daartoe gemachtigd door de Commissaris van de Koning, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van Gedeputeerde Staten van XXXXX;
hierna te noemen: “de provincie Limburg”;
alle partijen worden hierna gezamenlijk aangeduid als: “Partijen”;
elke partij afzonderlijk, ook wel te noemen ”Partij”;
overwegen het volgende
a. Op 7 oktober 2015 is een intentieverklaring ondertekend door de provincie Limburg, (de
rechtsvoorganger van) Waterschap Limburg, de gemeente Peel en Maas en de gemeente Venlo.
In deze intentieverklaring wordt onder meer de intentie uitgesproken om:
- de doelstelling van het koploperproject “Maas Venlo” te omarmen: “Gegeven de
vraagstukken op het gebied van waterveiligheid en hoogwaterproblematiek, en gegeven de regionaal-economische ruimtelijke ontwikkelingen op en langs de Venlose maasoevers, wat zijn dan de kansen voor hoogwaterproblematiek en de kansen voor de regionaal-
economische ontwikkelingen, en op welke wijze - zowel inhoudelijk, tactisch als ook financieel - kan het benutten van deze kansen aan elkaar worden gekoppeld?”
- klimaatmitigatie en -adaptie, hoogwaterveiligheid, economie en ruimtelijke kwaliteitsopgaven te zien als één opgave die om integrale oplossingen vraagt.
b. Op 12 oktober 2016 heeft de toenmalig Minister van Infrastructuur en Milieu besloten om het koploperproject Maas Venlo de status MIRT-verkenning toe te kennen. Tevens besloten Rijk en
Pagina 2 van 8 regio de systeemmaatregel (dijkteruglegging) bij Venlo-Velden mee te nemen in de al lopende HWBP-verkenning van Venlo-Velden.
c. Gezamenlijk overleg tussen Partijen heeft vervolgens geresulteerd in een “Startdocument integrale verkenning MIRT/HWBP Meer Maas Meer Venlo” (hierna: het Startdocument) dat is gepubliceerd op 6 februari 2018. Dit Startdocument markeert de officiële start van een integrale verkenning MIRT/HWBP naar rivierverruiming in de regio Venlo die door Partijen wordt
uitgevoerd. De systeemmaatregel (dijkteruglegging) bij Venlo-Velden wordt meegenomen in de al lopende HWBP-verkenning voor dijkversterking van Venlo-Velden.
d. In het Startdocument wordt benoemd dat er sprake is van een urgente waterveiligheidsopgave, een ruimtelijk-economische opgave en kansen voor synergie door een integrale benadering. De Verkenning heeft dan ook tot doel om te komen tot een integraal voorkeursalternatief met bijbehorende bestuursovereenkomst.
e. Partijen zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de integrale verkenning Meer Maas Meer Venlo.
Partijen zijn vertegenwoordigd in de stuurgroep Meer Maas Meer Venlo. Deze stuurgroep is verantwoordelijk voor de (bestuurlijke) aansturing van de Verkenning.
f. Op 13 maart 2018 zijn in de vergadering van de stuurgroep Meer Maas Meer Venlo de volgende documenten vastgesteld:
- Het Plan van Aanpak voor de Verkenning;
- Notitie Kostenverdeling en kostentoerekening Verkenningsfase Meer Maas Meer Venlo;
- Notitie Vrijgeven budgetten Verkenningsfase Meer Maas Meer Venlo.
g. Het totaal benodigde budget voor de verkenningsfase is in het Plan van Aanpak geraamd op
€ 7,73 miljoen.
h. In de Notitie Kostenverdeling en kostentoerekening Verkenningsfase Meer Maas Meer Venlo zijn Partijen de volgende kostenverdeling overeengekomen voor de verkenningsfase:
- Waterschap Limburg: 43%
- Minister Infrastructuur en Waterstaat: 25%
- Provincie Limburg: 9%
- Gemeente Venlo: 23%
i. Partijen zijn, blijkens de Notitie Vrijgeven budgetten Verkenningsfase Meer Maas Meer Venlo, overeengekomen het beschikbaar stellen van budgetten per tranches gedurende de
Verkenningsfase plaats te laten vinden.
j. Partijen hebben in het kader van de Verkenningsfase van het project Meer Maas Meer Venlo de volgende bedragen betaald/ter beschikking gesteld:
- Waterschap Limburg heeft aan de gemeente Venlo ten behoeve van het project Meer Maas Meer Venlo een bedrag van € 300.000,-- als voorschot ter beschikking gesteld.
Pagina 3 van 8 - De gemeente Venlo heeft ten behoeve van het project Meer Maas Meer Venlo een bedrag
van € 350.000,-- als voorschot ter beschikking gesteld.
- De Staat heeft uit hoofde van het project Meer Maas Meer Venlo een bedrag van
€ 1.100.000,-- gestort in het Gemeentefonds, zijnde de bijdrage voor 2018 zoals opgenomen in het Plan van Aanpak voor de Verkenning en nadere besluitvorming in de Notitie Vrijgeven budgetten.
- De provincie Limburg heeft aan de gemeente Venlo ten behoeve van het project Meer Maas Meer Venlo een bedrag van € 696.036,-- betaald, zijnde de bijdrage zoals opgenomen in het Plan van Aanpak voor de Verkenning en nadere besluitvorming in de Notitie Vrijgeven budgetten.
- De provincie Limburg heeft naar aanleiding van de stuurgroepvergadering van 3 december 2018 een compensatie van €XXX ter beschikking gesteld aan Waterschap Limburg.
Waterschap Limburg is bereid 43% van de productkosten op zich te nemen. De overige kosten die ten laste van Waterschap Limburg komen, worden door de provincie Limburg gecompenseerd. Dit wordt in de verrekening van het project meegenomen.
k. De totale reeds gemaakte kosten voor de Verkenningsfase bedragen €XXX, conform de financiële verantwoording, zoals opgenomen in de Verantwoordingsrapportage opgesteld door de
projectorganisatie Meer Maas Meer Venlo.
l. Op 10 juli 2018 hebben de leden van de Stuurgroep Meer Maas Meer Venlo in de vergadering van de Stuurgroep kennis genomen van de mededeling van de Gemeente Venlo om een pas op de plaats te maken ten aanzien van Meer Maas Meer Venlo en in gezamenlijkheid geconstateerd dat deze mededeling er toe leidt dat het project Meer Maas Meer Venlo daarmee tijdelijk on hold staat.
m. Het college van burgemeester en wethouders van Venlo heeft op 9 oktober 2018 het besluit genomen om uit de Verkenning Meer Maas Meer Venlo te treden. Dit besluit houdt verband met de financiële situatie bij de gemeente Venlo en de daarmee verband houdende noodzaak om het risicoprofiel bij projecten, waar mogelijk, naar nul terug te brengen.
n. In de vergadering van de stuurgroep van 3 december 2018 zijn Partijen gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat de Verkenning Meer Maas Meer Venlo in zijn huidige vorm ophoudt te bestaan. Standpunten van Gedeputeerde Staten van Limburg en het College van B&W van de gemeente Venlo betekenen de facto dat er geen ruimte is voor de Integrale Verkenning Meer Maas Meer Venlo in zijn huidige vorm.
o. In deze beëindigingsovereenkomst maken Partijen, afspraken over de wijze waarop de MIRT/HWBP-verkenning Meer Maas Meer Venlo wordt afgewikkeld en beëindigd. Bij de totstandkoming van deze overeenkomst hebben Partijen zich mede laten leiden door de afspraken die zijn gemaakt in het Startdocument en de besluitvorming in de Stuurgroep op 13 maart 2018.
Pagina 4 van 8 en komen het volgende overeen:
Artikel 1 – Definities
a. HWBP: Hoogwaterbeschermingsprogramma.
b. MIRT: Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport.
c. Plan van Aanpak: het plan van aanpak ‘Integrale Verkenning Meer Maas Meer Venlo’, zoals vastgesteld in de stuurgroep van 13 maart 2018.
d. Startdocument: het Startdocument integrale verkenning MIRT/HWBP Meer Maas Meer Venlo, gepubliceerd op 6 februari 2018 (Tweede Kamerstuk 34775-A-57).
e. Stuurgroep: de stuurgroep Meer Maas Meer Venlo, bestaande uit de bestuurlijke
vertegenwoordiging van Partijen, zoals beschreven op pagina 17 van het Startdocument en pagina 30 van het Plan van Aanpak.
f. Verkenning: de Integrale MIRT/HWBP-verkenning Meer Maas Meer Venlo zoals beschreven in het Startdocument.
g. Verkenningsfase: de fase vanaf de start van de Verkenning tot en met de Voorkeursbeslissing.
Voor het HWBP-deel is de Verkenningsfase reeds gestart bij de verlening van de HWBP-subsidie op 9 februari 2017. Voor het MIRT-deel is de formele start 6 februari 2018, namelijk de
publicatie van het Startdocument.
Artikel 2 - Beëindiging
1. Partijen hebben besloten de integrale MIRT/HWBP-verkenning per 30 januari 2019 te beëindigen en willen de gevolgen c.q. afwikkeling van deze beëindiging in deze beëindigingsovereenkomst uitputtend regelen.
2. De aanleiding van deze beëindiging is gelegen in de omstandigheid dat de gemeente Venlo, partner, gastheer en trekker van het project, heeft besloten om uit de verkenning te treden.
Dit besluit houdt verband met de financiële situatie bij de gemeente Venlo en de daarmee verband houdende noodzaak om het risicoprofiel bij projecten, waar mogelijk, naar nul terug te brengen.
3. Partijen zijn, tenzij nader schriftelijk wordt overeengekomen, ieder voor zich verantwoordelijk voor de verplichtingen en taken die voortvloeien uit deze beëindigingsovereenkomst.
Artikel 3 - Waterveiligheidsopgave en ruimtelijk-economische opgave
1. Deze beëindigingsovereenkomst doet geen afbreuk aan de wettelijke rechten,
verantwoordelijkheden en bevoegdheden die Partijen ieder voor zich hebben ten aanzien van de opgave die er ligt in het kader van het HWBP en de ruimtelijk-economische ontwikkeling binnen het projectgebied, zoals beschreven in het Startdocument.
2. De hoogwaterbeschermingsopgave in het kader van het HWBP is primair een taak van Waterschap Limburg en zal door Waterschap Limburg verder worden opgepakt.
3. Dijkteruglegging (MIRT) betreft een verantwoordelijkheid van de Staat.
4. Voor de gemeente Venlo geldt dat binnen de gemeente nog nadere besluitvorming zal plaatsvinden over de toekomst van de in het project Meer Maas Meer Venlo ingebrachte
Pagina 5 van 8 ruimtelijk-economische ontwikkelingen. Het gaat hierbij meer specifiek om de uitbreiding van de Barge terminal en de besluitvorming over de industriehaven en (de verplaatsing van) de jachthaven.
Artikel 4 - Delen informatie
1. Alle schriftelijke en/of digitale bescheiden die (in voorlopige versie, respectievelijk in conceptvorm, dan wel in definitieve versie) in het kader van de Verkenningsfase door (toedoen van) een of meerdere Partijen zijn opgesteld of van derden zijn verkregen (met inbegrip van, maar niet beperkt tot: adviezen, rapporten, notulen, nota’s, analyses, begrotingen, ramingen, berekeningen, alsmede de in opdracht van Waterschap Limburg uitgevoerde ingenieursdiensten) zijn en blijven beschikbaar voor elke Partij. Elke Partij is gerechtigd de hier bedoelde bescheiden in te zien en de daarin opgenomen informatie te gebruiken en/of te bewerken.
2. De Partij die de in lid 1 bedoelde informatie onder zich houdt, zal deze op eerste verzoek delen.
3. De resultaten van het in het kader van de Studies uitgevoerde onderzoek, in opdracht van de provincie Limburg, zijn en blijven beschikbaar voor alle leden van de Stuurgroep Meer Maas Meer Venlo, zoals beschreven in het Plan van Aanpak op pagina 30.
Artikel 5 – Financiële afwikkeling
1. Gelet op de in de stuurgroep op 13 maart 2018 vastgestelde verhouding voor de verdeling van de kosten in de Verkenningsfase, alsmede rekening houdend met het feit dat de
projectorganisatie administratief en fysiek is ondergebracht bij de gemeente Venlo, zullen de reeds ten behoeve van het project Meer Maas Meer Venlo gemaakte kosten worden
verrekend.
2. Voor een onderbouwing en overzicht/calculatie van de verrekening wordt verwezen naar de Verantwoordingsrapportage die is opgesteld door de Projectorganisatie Meer Maas Meer Venlo.
3. Na verrekening, zal de gemeente Venlo in de hoedanigheid van hoeder/beheerder van het projectbudget de volgende betalingen verrichten:
- een bedrag van €XXX zal als melding worden opgevoerd in de Meicirculaire 2019 van het Gemeentefonds, waarop het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat middels een brief een terugvordering zal doen.
- uiterlijk op 28 februari 2019 zal een bedrag van € XXX worden overgeboekt ten gunste van Waterschap Limburg, waarbij het Waterschap Limburg aanvullend voor een bedrag van € XXX wordt gecompenseerd door de provincie Limburg;
- uiterlijk op 28 februari 2019 zal een bedrag van € XXX worden overgeboekt ten gunste van de provincie Limburg.
4. Na verrichting van de in lid 2 genoemde betalingen resteert een saldo van € XXX, zijnde de bijdrage van de gemeente Venlo ten behoeve van het project Meer Maas Meer Venlo.
Pagina 6 van 8 Artikel 6 - Archief
Onverminderd de eventuele verplichtingen van andere Partijen voortvloeiende uit de
Archiefwet, is de gemeente Venlo verantwoordelijk voor de archiefbescheiden die gedurende de MIRT/HWBP-verkenning ‘Meer Maas Meer Venlo’ zijn ontvangen, gecreëerd of uitgewisseld.
Deze archiefbescheiden worden beheerd conform de geldende Beheerregeling
informatiebeheer Gemeente Venlo. Daarmee wordt voldaan aan de wettelijke taken en verantwoordelijkheden op grond van de Archiefwet 1995.
Artikel 7 - Decharge
1. Partijen verlenen decharge aan de projectdirecteur/projectmanager en aan de leden van de projectorganisatie ten aanzien van het project ‘Integrale MIRT/HWBP Verkenning Meer Maas Meer Venlo’.
Artikel 8 - Finale kwijting
1. Partijen verklaren dat zij na uitvoering van alle uit deze beëindigingsovereenkomst voortvloeiende verbintenissen in het kader van de Verkenning en alle daarmee verband houdende activiteiten niets meer van elkaar te vorderen te hebben en verlenen elkaar te dien aanzien finale kwijting over en weer.
2. Partijen doen afstand van hun recht deze beëindigingsovereenkomst (geheel of gedeeltelijk) te ontbinden op grond van een tekortkoming in de nakoming. Partijen zijn wel steeds bevoegd om nakoming, al dan niet met schadevergoeding, te vorderen.
Artikel 9 - Overig
Ingeval van strijdigheid tussen het bepaalde in het Startdocument, het Plan van Aanpak en de in de Stuurgroep van 13 maart 2018 vastgestelde notities met betrekking tot de kostenverdeling en kostentoerekening en de vrijgegeven budgetten prevaleert het bepaalde in deze
beëindigingsovereenkomst.
Artikel 10 - Geschillenregeling
1. Indien er in het kader van de uitvoering van deze overeenkomst een geschil ontstaat, zullen Partijen zich tot het uiterste inspannen om dat geschil in gezamenlijk overleg op te lossen.
Pagina 7 van 8 2. Een Partij die meent dat er een geschil bestaat over de uitvoering van deze overeenkomst, deelt
dat schriftelijk en gemotiveerd aan de andere Partijen mee.
3. Binnen veertien dagen na de schriftelijke mededeling als bedoeld in het tweede lid overleggen Partijen over een oplossing voor het geschil en trachten zij via minnelijke weg tot overeenstem- ming te komen.
4. Indien Partijen er niet in slagen om in overleg tot een oplossing te komen, trachten partijen een geschil in verband met deze overeenkomst of afspraken die daarmee samenhangen op te lossen met behulp van mediation overeenkomstig het reglement van het Nederlands Mediation Instituut te Rotterdam.
5. Indien het onmogelijk is gebleken een geschil, als genoemd in het vierde lid, met behulp van mediation op te lossen, wordt het geschil beslecht door de bevoegde rechter.
6. Het bepaalde in de vorige leden laat het recht van een Partij onverlet om een kortgeding- procedure te starten. In dat geval zijn de voorgaande leden niet van toepassing.
Artikel 11 - Openbaarmaking
Binnen een maand na ondertekening van deze beëindigingsovereenkomst wordt de zakelijke inhoud daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.
Pagina 8 van 8 Ondertekening
Aldus in enkelvoud opgesteld en ondertekend:
DE STAAT DER NEDERLANDEN rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
………
naam: drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
functie: Minister datum:
GEMEENTE VENLO
rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
………
naam: drs. M.P.A.G. Pollux functie: Wethouder
datum:
WATERSCHAP LIMBURG
rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
………
naam: R.E.W.M. Dupont functie: Portefeuillehouder datum:
PROVINCIE LIMBURG
rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
………..
naam: H.J.H. Mackus functie: Gedeputeerde datum: