• No results found

verbetering in

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "verbetering in"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Arbei dsomsta n d i g heden -

verbetering in de Nederlandse

ru bberverwerkende i ndustrie

H. Kromhoutr, P.H.J.J. Swuste2 S.M. Nossent"

en

M.A.

Ziekemeije13

lnleiding

Dit

nummer van het

Tijdschrift

voor Toegepaste Arbowetenschap is geheeÌ gewijd aan een onderzoek naar ar- beidsomstandighedenverbetering

in

de Nederlandse rubberverwerkende

industrie,

dat van

januari

1987

tot januari

1989 heeft plaatsgevonden.

Het

onderzoek heeft bestaan

uit

twee fasen.

In

de eerste fase is door middeì van literatuuronderzoek, dossieron- derzoek e.d. getracht

inzicht

te

krij-

gen

in

de aard en omvang van ge- zondheids-, veiligheids- en welzijns- risico's en de sociaal-economische en technische achtergrond van de be-

drijfstak. In

de tweede fase is veldon- derzoek

in

een

tiental

bedrijven

uit-

gevoerd, waarin zowel de arbeids- omstandigheden als het arbeids- omstandighedenbeÌeid

in kaart

is gebracht.

Vooral de resultaten van de tweede fase zullen

in

de hierna volgende artikelen uitgebreid aan de orde komen.

Aanleiding

Tien jaar

geleden kampte de rubber- verwerkende industrie met bedrijfs- economische problemen, een hoog ziekteverzuim en een slecht imago, onder meer ten aanzien van arbeids- omstandigheden.

In

deze

tijd

ver- schenen ook in binnen- en buitenland alarmerende publikaties over bloot- stelling van werknemers aan carcino- gene en andere toxische stoffen

in

deze

bedrijfstak.

Resultaten van een onderzoek

in

een rubberverwerkend

bedrijf

van de wetenschapswinkel

1. Vakgroep Luchthygiéne en -verontreini- ging, Landbouw Universiteit lVageoingen, Postbus 8129, 6700 EV Wageningen, tel.

08370-84147

2. Vakgroep Veiligheidskunde, Tæhnische Univereiteit Delft

3. Nederlands Iostituut voor Arbeidsomstan- digheden

Oorspronkelijk werk

van de

Rijksuniversiteit Utrecht

en de Landbouwuniversiteit Wageningen (Ruepert et

al.

1985) kregen

in

de media aandacht.

Dit

vormde mede de aanleiding

tot

het hier beschreven onderzoek naar arbeidsomstandig- hedenverbetering

in

de rubberver- werkende

industrie

(van

Dijk

et al.

1986).

Het initiatief

voor het onder- zoek is uitgegaan van de vakbewe- ging en de werkgeversvereniging en het onderzoek is gefinancierd door het Directoraat-Generaal van de Arbeid van het

Ministerie

van Sociale Zaken en Werkgeìegenheid.

Algemene doelstellingen Het

onderzoek heeft als doel gehad knelpunten op het gebied van de arbeidsomstandigheden en het ar- beidsomstandighedenbeleid op te sporen.

Met

de verworven kennis zouden vervolgens de arbeidsom- standigheden

in

de

bedrijfstak

kun- nen worden geoptimaliseerd. De impìementatiefase heeft nog

niet

plaatsgevonden. Momenteel is deze fase onderwerp van discussie tussen de sociale partners

in

de rubberver- werkende industrie.

Rubberverwerkende lndustrie

De Nederlandse rubberverwerkende industrie

vormt

een reÌatief kleine

bedrijfstak. In

1985 bedroeg de werk- gelegenheid

in totaal

6700-6800 men- sen, waaronder 550 vrouwen. De sector bestond

in

1987

uit tien

ban- denfabrieken, 29 bedrijven die tech- nische vormartikelen produceren en 9

loopvlakvernieuwingsbedrijven (be-

drijven

met meer dan 10 werkne- mers). Ongeveer de

helft

van de bedrijven had minder dan 75 werk- nemers. Daarnaast was er één groot concern met circa 2700 werknemers.

Technologie

De rubberverwerkende industrie

kent

een grote

variatie

aan produktie- processen. Om deze te ordenen is

het

produktieproces geanalyseerd over- eenkomstig de functionele analyse (Kroonenberg

&

Giers 1983). De functionele analyse is een systemati- sche benadering van het <intwerp en opbouw van een produktieproces.

Het

kent een ondetverdeling

in

drie niveaus, die

in

een hiërarchisch ver- band staan: de produktiefunctie, het -principe en de -vorm.

Met

een produktiefunctie

wordt

een essentieel element van het produktie- proces aangeduid.

Het

is de

functie

of de

activiteit

die

wordt

uitgevoerd.

Voorbeelden

zijn

het mengen van grondstoffen of het vulcaniseren van rubberprodukten.

Het

tweede niveau is het produktieprincipe, het principe volgens welke de produktiefunctie

wordt

uitgevoerd.

Hierbij

is onder andere de wijze van bediening van belang.

Het

produktieprincipe maakt onderscheid tussen een handmatige bediening, een mechanische bedie- ning, een afstandsbediening en een automatische uitvoering van een produktiefunctie. De produktievorm, als derde niveau, is gedefinieerd als de

feitelijke

machine waarmee de produktiefunctie

wordt

uitgevoerd.

Hier

vallên ook de beheersmaat- regelen onder, zoals noodstopin- stallaties, gerichte

ventilatie,

om- kasting, eüc.

In tabel

1 is de tech- nologie van de 10 onderzochte be-

drijven

samengevat.

De indeling op het niveau van de produktiefunctie is gelijkwaardig aan de

in

epidemiologisch en arbeids- hygii-inisch onderzoek

in

de rubber- verwerkende industrie gehanteerde indeling van beroepsgroepen (Gamble et al. 1976).

Selectie

en

beschrijving van

de

onderzochte bedrijven

De onderzoeksgroep moest een re- presentatieve doorsnede vormen van de

bedrijfstak.

Daarmee lagen de eerste selectiecriteria vast: de om- vang van de bedrijfspopulatie en de aard van de

produktie

(banden, technische produkten, etc.). Binnen deze geselecteerde groepen is ge- streefd naar een evenredige verdeling van subcriteria zoaìs: de aanwezig- heid van een bedrijfsgezondheids- dienst, van een ondernemingsraad/

commissie Veiligheid, Gezondheid en

Weizijn,

van een bedrijfsledengroep, deeÌname aan het

structuurproject

en een aanvraâg voor immateriële en materiëÌe arbeidsplaatsverbetering subsidie. Deze

criteria zijn

met name

belangrijk

geweest voor het beleids- onderzoek.

De geselecteerde bedrijven die aange- sloten waren

bij

de Nederlandse Vereniging van Rubber- en

Kunst-

stoffabrikanten (NVR),

zijn via

de

Tijdschrift vocùegepaste

Arbowetenschap 3 (1990) nr 2

(2)

Tabel 1. Overzicht van produktiefuncties, bedieningsprincipes en produkt¡e- vormen

AANVOER GRONDSTOFFEN handmabig

geautomaLiseerd

AFWEGEN TOESLAGSTOFFEN handmatig

gruttenchep gemechaniseerd bediend

nd,utúmenger

MENGEN GRONDSTOFFEN gemechaniseerd bediend

open mengwals afstandsbediend

gesloten menger namengwals VORìVIGEVEN

gemechaniseerd bediend opwarmuals, wannoúen,

geslolcn menger

h alander, spui tnac hi n e be[.egmachine afstandsbediend cold.feed ertru.der belegeutomaat

geautomatiseerd

b inne n-, b uíte nb a nde nlij n

VULCANISEREN gemechaniseerd bediend

pefsen auloelaaf afstandsbediend uhf, zoutbad, cu, ir, rotocure

VOORBEWERKEN handmatig

hwast gemechaniseerd bediend

spuítcabine wondb e ha nde li ngs boh, cab i ne

grìtstraalcabine

afstandsbediend ruubank schilunit dampontuetter glasstraalmachine

AFWERKEN handmatig thuíswerk¿rs snijtafel gemechaniseerd bedíend stans-, slijp-, bootmachine ci r hz lzøag, s Iíj p-, draaib ank

afsta¡rdsbediend sníj tafel

Tabel 2. Algemene kenmerken van de 10 onderzochte bedriiven

SBI- Aantal

P¡oduktie

code*

s,erkn.

NVR door middel van een verzoek aan de bedrijfsleiding benaderd om deel te nemen aan het onderzoek.

Bedrijven die

niet

aangesloten \¡/aren, zijn' direct benaderd.

Alle

bedrijven hebben een brief van de onderzoekers ontvangen, waarin formeel om mede- werking is verzocht. Van de 10 bena- derde bedrijven waren 9 bedrijven bereid medewerking te verlenen. Eén

bedrijf

weigerde en is vervangen door een

bedrijf

dat voldeed aan de selec-

tiecriteria.

Door deze

wijziging

heeft slechts één bandenbedrijf deel

uit-

gemaakt van de onderzoekspopulatie.

Bedrijven

die autobanden produceren

zijn

hierdoor

uit

de onderzoekspopu-

latie

gebleven (tabel 2).

Dankbetuiging

Onze dank gaat bovenâl

uit

naar de uitstekende medewerking van de werknemers en de bedrijfsleidingen van de

tien

onderzochte bedrijven.

Literatuur

-

Dijk,

F. van, D.J.J. Heederik, S.M.

Nossent 1986. Projectvoorstel A¡beids- omstandighedenverbetering in de Neder- landse Rubberindustrie. CCOZ-Arn- sterdam, Landbouw Universiteit Wage- ningen, Veiligheidsinstituut.

- Gamble, J.F., R. Spirtas, P. Easte¡

1976. Applications of a jobclassification system in occupational epidemiology.

American Journal of Public Health 66:

769-772.

- Kroonenberg, H, van de & F. Giers 1983. Methodisch ontwerpen. Vakgroep Ontwerp- en Constructieleer, Technische Hogeschool Twente.

- Ruepert, C., T. Stevens, J.A. Annema 1985. Bedrijfshygiënisch onderzoek in de

bandenvernieuwing- en rubberindustrie UBO Holding BV. Vakgroep Gezond- heidsleer 1985-238. Landbouw Universi- teit Wageningen.

31

ll

311r.

3r12

3tr2

3I12 3tL2

31 12

3IL2

3l2r 3t2t

370 220

360

220 80 60 60 60

fietsbanden

bransportbanden, sìangen

voûn- en spuitartikelen, walsbekleding, rubbermetaalve¡- bindingen

slangen, rubbermengsels, accubakken vorma¡tikelen

voun- en spuitartikelen, rubberfolie, rubbermengsels vormartikelen, walsbekleding, rubbermetaalverbindingen vorrn- en spuitaftikelen, rubbermetaalverbindingen truck en indust¡iêle banden, rubbermengsels truck, industriêle en personenwagen banden 90

30

* Standaard Bedrijfs Indeling:

3111 rubberbandenfabrieken

3lt2 rubbera¡tikelenfabrielen

3l2l loopvlakvernieuwingsbedrijven

Tijdschrift

voor toegepaste Arbowetenschap 3 (1989) nr 2 15

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Belangrijke vragen, omdat economische verhoudingen nu eenmaal een uitermate belangrijke rol spelen in elke machtsstrijd, of het nu gaat om de Oude tegen de

• Standaard bedraagt de omvang van een artikel maximaal 4000 woorden (exclusief samenvatting, literatuurlijst, tabellen en figuren); langere artikelen in overleg

De contactpersoon stuurt het herziene artikel met een advies naar de hoofdredacteur: positief als het artikel acceptabel is, negatief als de inspanningen om tot een

Artikelen worden door twee referenten beoordeeld, waarbij maximaal één lid van de redactie kan referent zijn.. Referenten kunnen

Ja Nee Zijn de stellingen helder, eenduidig en voldoende vatbaar voor discussie. Ja

Ja Nee Zijn de stellingen helder, eenduidig en voldoende vatbaar voor discussie. Ja

Indien jullie foto’s hebben die jullie geschikt achten voor de omslag van het TtA dan kunnen jullie die mailen naar

wonden verzorgd en naar een centraal punt vervoerd. Nadat de laatste was binnen- gedragen, gaf dr. Ampt een volledige uiteenzetting van alle verwondingen en vertelde of deze al