G EMEENTE E PE
D RIE LOCATIES LANGS DE R ODE B EEK TE V AASSEN
Inventariserend veldonderzoek (karterende fase)
BAAC rapport V-09.0110
ARCHEOLOGIE BOUWHISTORIE CULTUURHISTORIE
G EMEENTE E PE
D RIE LOCATIES LANGS DE R ODE B EEK TE V AASSEN
Inventariserend veldonderzoek (karterende fase)
BAAC rapport V-09.0110 April 2009
Status definitief
Auteur(s)
ir. E.H. Boshoven
Colofon
ISSN 1873-9350
Auteur(s) ir. E.H. Boshoven
Redactie drs. A. ter Wal
Cartografie ir. S. van Daalen
Copyright Tauw B.V. te Deventer / BAAC bv te Deventer
Eindcontrole drs. A. ter Wal 17-04-2009
Autorisatie
(senior archeoloog) drs. A. ter Wal 17-04-2009
Administratieve gegevens
Onderzoekgegevens
Type onderzoek Inventariserend veldonderzoek (karterende fase) Datum opdracht 23 maart 2009
Datum rapportage 28 april 2009
Uitvoerder BAAC bv, vestiging Deventer Postbus 2015
7420 AA Deventer 0570-670055 Projectleider ir. E.H. Boshoven
e.boshoven@baac.nl BAAC-rapport V-09.0110 Veldmedewerkers Ir. E.H. Boshoven
Drs. B.R. Eijlander Opdrachtgever Tauw B.V.
T.F.van derHorn Postbus 133 7400 AC Deventer Bevoegde overheid Gemeente Epe
Postbus 600 8160 AP Epe 0578-678787 Beheer documentatie BAAC bv, Deventer Beheer vondstmateriaal Nvt
Locatiegegevens Verbindingsbeek
Provincie Gelderland Gemeente Epe Plaats Vaassen Toponiem Verbindingsbeek Kadastrale gegevens Onbekend
Kaartblad 27D
Lengte Circa 90 meter ten oosten van bestaande watergang RD-coördinaten 194.905 / 478.392
194.911 / 478.391 194.931 / 478.305 194.935 / 478.306
Gegevens Archis Onderzoeksmeldingsnummer 34511
Onderzoeksnummer 25816
AMK-terrein nvt
Waarnemingnummer(s) nvt
Vondstmeldingsnummer(s) nvt
Periode(s) Steentijd tot heden
Locatiegegevens Deventerstraat 100
Provincie Gelderland Gemeente Epe Plaats Vaassen Toponiem Deventerstraat 100 Kadastrale gegevens Onbekend
Kaartblad 27D
Oppervlakte 375 m
2RD-coördinaten 195.534 / 478.286 195.555 / 478.285 195.562 / 478.275 195.557 / 478.259
Gegevens Archis Onderzoeksmeldingsnummer 34512
Onderzoeksnummer 25817
AMK-terrein nvt
Waarnemingnummer(s) nvt
Vondstmeldingsnummer(s) nvt
Periode(s) Steentijd tot heden
Locatiegegevens Deventerstraat 89
Provincie Gelderland Gemeente Epe Plaats Vaassen Toponiem Deventerstraat 89 Kadastrale gegevens onbekend
Kaartblad 27D Lengte Circa 200 meter
RD-coördinaten 195.249 / 478.257 195.260 / 478.301 195.325 / 478.276 195.408 / 478.259
Gegevens Archis Onderzoeksmeldingsnummer 34514
Onderzoeksnummer 25818
AMK-terrein nvt
Waarnemingnummer(s) nvt
Vondstmeldingsnummer(s) nvt
Periode(s) Steentijd tot heden
Inhoudsopgave
Administratieve gegevens 3
Inhoudsopgave 5
1 Inleiding 7
1.1 Onderzoekskader 7
1.2 Ligging van het gebied 7
2 Archeologische verwachting 9
3 Inventariserend Veldonderzoek 11
3.1 Werkwijze 11
3.2 Resultaten verbindingsbeek 12
3.2.1 Veldwaarnemingen 12
3.2.2 Lithologie en bodemopbouw 12
3.2.3 Bodemverstoringen 12
3.2.4 Archeologische indicatoren 12
3.3 Resultaten Deventerstraat 100 12
3.3.1 Veldwaarnemingen 12
3.3.2 Lithologie en bodemopbouw 13
3.3.3 Bodemverstoringen 13
3.3.4 Archeologische indicatoren 13
3.4 Resultaten Deventerstraat 89 13
3.4.1 Veldwaarnemingen 13
3.4.2 Lithologie en bodemopbouw 13
3.4.3 Bodemverstoringen 13
3.4.4 Archeologische indicatoren 14
3.5 Archeologische interpretatie 14
4 Conclusie en aanbevelingen 15
4.1 Conclusie 15
4.2 Aanbevelingen 15
Geraadpleegde bronnen 17
Bijlagen
Bijlage 1 overzicht van geologische en archeologische tijdvakken Bijlage 2 boorpuntenkaarten
Bijlage 3 boorbeschrijvingen
1 Inleiding
1.1 Onderzoekskader
In opdracht van Tauw B.V. heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (karterende fase) uitgevoerd op een drietal locaties langs de Rode Beek te Vaassen.
Aanleiding voor het onderzoek vormen infrastructurele plannen aan de Rode Beek. Per deellocatie worden deze plannen toegelicht. De minimale bodemverstoring bij de realisatie van de plannen is te verwachten tot in de C-horizont van de
dekzandafzettingen, waarbij dus een gerede kans bestaat dat eventueel aanwezige archeologische waarden verstoord of vernietigd worden.
Het doel van het inventariserend veldonderzoek is het aanvullen en toetsen van het verwachtingsmodel. Het inventariserend veldonderzoek gebeurt middels
waarnemingen in het veld. Tevens worden grondboringen uitgevoerd om de intactheid en de opbouw van het bodemprofiel te beoordelen en (extra) informatie te verkrijgen over bekende dan wel nieuw te ontdekken archeologische waarden binnen het plangebied.
Tijdens het onderzoek dienen de volgende onderzoeksvragen uit het Plan van Aanpak (Boshoven, 2009) te worden beantwoord:
• Hoe is de bodemopbouw en is deze nog intact?
• Zijn in het gebied archeologische resten aanwezig?
• Wat is de horizontale en verticale verspreiding van de archeologische resten?
• Wat is de vermoedelijke aard en datering van de archeologische resten?
• In hoeverre worden de archeologische resten bedreigd door de voorgenomen ontwikkeling van het gebied?
Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.1 (SIKB 2006a), het vigerende gemeentelijke beleid en het
onderzoeksspecifieke plan van aanpak (Boshoven, 2009).
1.2 Ligging van het gebied
De drie deelgebieden liggen langs de Rode Beek in het noordelijke deel van Vaasen (gemeente Epe). In figuur 1.1 is de ligging van het plangebied weergegeven.
Het deelgebied de Verbindingsbeek is een verbinding tussen de Hartense Molenbeek en de Rode beek. Direct langs de westoever van deze beek bevinden zich de tuinen van woningen langs de Parkweg, terwijl langs de oostoever een groenstrook ligt. De plannen voor deze beek bestaan uit de verbreding van de beek en het aanleggen van een natuurvriendelijke oever. De lengte van het te onderzoeken tracé bedraagt circa 100 meter.
Deelgebied Deventerstraat 100 ligt net ten oosten van de Deventerstraat. Het betreft
een locatie waar een meanderbocht van de Rode Beek wordt afgesneden. Het
plangebied heeft een oppervlakte van ca. 375 m
2en is gedeeltelijk in gebruik als tuin
en deels als grasland.
Deelgebied Deventerstraat 89 ligt ten westen van de Deventerstraat. De geplande werkzaamheden bestaan uit het omleiden van de huidige Rode Beek via deels nieuw aan te leggen dan wel te verbreden watergangen. De lengte van het te onderzoeken tracé bedraagt circa 250 meter.
Figuur 1.1 Ligging van het plangebied
2 Archeologische verwachting
Een specifieke archeologische verwachting voor de drie deelgebieden is opgesteld in het reeds in 2007 door BAAC uitgevoerde bureauonderzoek voor de diverse beken rond Vaassen (Boshoven, 2007).
Voor de Verbindingsbeek geldt een middelhoge archeologische verwachting.
Voor deelgebied Deventerstraat 100 geldt een hoge archeologische verwachting, terwijl voor de Deventerstraat 89 gedeeltelijk een middelhoge en gedeeltelijk een hoge archeologische verwachting geldt. Ter plaatse heeft in het verleden een watermolen gestaan. Het betreft de Bloemkolks molen. Deze papiermolen is gebouwd rond 1700.
Rond 1880 is de molen vervangen door een cichoreifabriek.
Hoewel uit de omgeving van de beeklopen geen archeologische resten uit de steentijd
bekend zijn, zijn dergelijke resten wel degelijk te verwachten in de omgeving van de
deelgebieden aan de Deventerstraat. De kans op het aantreffen van dergelijke resten
bij de Verbindingsbeek wordt minder groot geacht.
3 Inventariserend Veldonderzoek
3.1 Werkwijze
Het inventariserend veldonderzoek is uitgevoerd op basis van de resultaten van het bureauonderzoek. Hierbij is de tijdens het bureauonderzoek opgestelde archeologische verwachting in het veld getoetst.
Allereerst hebben waarnemingen in het plangebied plaatsgehad om de aanwezigheid van archeologische resten te kunnen beoordelen. Gezien het feit dat het plangebied is begroeid, is de vondstzichtbaarheid ter plaatse zeer gering. Een oppervlaktekartering is derhalve niet uitgevoerd. Wel zijn eventueel aanwezige molshopen en slootkanten geïnspecteerd.
Vanwege de hoge verwachting op het aantreffen van archeologische resten uit de Steentijd is een karterend booronderzoek uitgevoerd volgens standaardmethode A1 (SIKB 2006b). Hierbij wordt er van uitgegaan dat eventuele archeologische
vindplaatsen zich kenmerken door de strooiing van overwegend vuursteen. Met deze methode worden gemiddeld 20 boringen per hectare verricht met een edelmanboor met diameter van 15 cm.
In het gehele plangebied zijn zo 15 boringen geplaatst. In tabel 3.1 staat per
deellocatie het aantal uitgevoerde boringen weergegeven. De boringen zijn uitgevoerd tot minimaal 25 cm in de schone C-horizont. Vanwege de geringe grootte van de deellocaties is de locatie van de boringen in het veld bepaald.
Tabel 3.1 Oppervlakte / lengte van de deelgebieden en het aantal uitgevoerde boringen Deellocatie Lengte Oppervlakte Aantal
boringen
Boornummers
Verbindingsbeek 100 m - 4 1-4
Deventerstraat 100 - 325 m
24 5-8
Deventerstraat 89 250 m
1- 7 9-15
De locaties van de boringen zijn ingemeten met meetlinten en vervolgens gekoppeld aan het RD-grid. De hoogteligging ten opzichte van NAP is uit het Actueel
Hoogtebestand Nederland (AHN, 2008) gehaald.
De bodemmonsters zijn in het veld gezeefd over een zeef met maaswijdte van 3 mm.
Het zeefresidu is met het oog gecontroleerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. Archeologische indicatoren kunnen aanwijzingen zijn voor de
aanwezigheid van een archeologische vindplaats ter plaatse of in de nabijheid van de betreffende boring(en). Deze indicatoren bestaan bijvoorbeeld uit aardewerk,
verbrande huttenleem, vuursteen, metaal, houtskool en al dan niet verbrand bot.
Eventuele vondsten die zijn aangetroffen, werden meegenomen, schoongemaakt en gedetermineerd.
Om inzicht te krijgen in de bodemkundige en lithologische gesteldheid van de ondergrond, zijn de boringen lithologisch (volgens de NEN 5104) en bodemkundig beschreven (volgens De Bakker & Schelling 1989). Eveneens is gekeken naar de mate van intactheid van het bodemprofiel. Een nog intact bodemprofiel kan betekenen dat een eventueel aanwezige vindplaats nog gaaf en goed geconserveerd is.
1
In de meest oostelijke 100 meter van deze deellocatie vindt alleen bodemverstoring ter plaatse van de
bestaande sloot plaats. Hier zijn geen boringen uitgevoerd. Het te onderzoeken trace bedraagt dus in feite
150 meter.
Het veldonderzoek heeft plaatsgevonden 7 april 2009. In navolgende paragrafen worden de resultaten van het veldonderzoek beschreven. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een archeologische interpretatie. De locaties van de boringen staan weergegeven op de boorpuntenkaart (bijlage 2). De boorbeschrijvingen bevinden zich in bijlage 3.
3.2 Resultaten verbindingsbeek
3.2.1 Veldwaarnemingen
Door de aanwezige begroeiing (struiken en gras) waren aan het maaiveld geen aanwijzingen zichtbaar die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van archeologische resten in de bodem. Om dezelfde reden heeft geen
oppervlaktekartering plaatsgevonden. Vanaf enkele meters van de beek loopt het maaiveld iets af.
3.2.2 Lithologie en bodemopbouw
De top van het bodemprofiel bestaat uit een ruim één meter dik pakket zwak tot matig humeus, matig fijn zand en is lichtbruin tot donkerbruin van kleur. Dit pakket is onder te verdelen in een drietal sublagen, te weten de bouwvoor (dikte van ca. 20 cm), een wat egaalgekleurde laag en een laag met een sterk vlekkerig uiterlijk.
Op een diepte tussen 120 en 150 centimeter beneden maaiveld is een abrupte
overgang naar de top van het originele bodemprofiel. Dit pakket bestaat uit zwak siltig, matig fijn tot matig grof, grindhoudend zand. Deze laatste laag kan worden
geïnterpreteerd als de C-horizont van fluvioperiglaciale afzettingen.
3.2.3 Bodemverstoringen
Zoals blijkt uit de bodemopbouw is de top van de bodem, tot een diepte variërend tussen 120 en 150 centimeter beneden maaiveld verstoord als gevolg van
vergravingen tot diep in de C-horizont van de originele bodem. Mogelijk zijn deze verstoringen ontstaan bij de aanleg van de naastgelegen woonwijk.
3.2.4 Archeologische indicatoren
Tijdens het veldonderzoek zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats.
3.3 Resultaten Deventerstraat 100
3.3.2 Lithologie en bodemopbouw
De top van het bodemprofiel bestaat uit een pakket zwak tot sterk humeus, matig fijn zand en is lichtbruin tot (donker)bruin van kleur. De dikte van deze laag varieert sterk, van 40 cm (boring 6) tot 130 cm (boring 5).
Op een diepte tussen 40 en 130 centimeter beneden maaiveld is een abrupte
overgang naar de top van het originele bodemprofiel. Dit pakket bestaat uit zwak siltig, matig fijn tot matig grof, grindhoudend zand. Deze laatste laag kan worden
geïnterpreteerd fluvioperiglaciale afzettingen. In twee boringen bevatte deze laag de restanten van een B-horizont (boringen 6 en 7), terwijl in de andere twee boringen alleen een C-horizont is aangetroffen.
3.3.3 Bodemverstoringen
In enkele boringen is een verstoord bodemprofiel aangetroffen. Het betreft boringen 5 en 8. De bodem is hier verstoord tot in de C-horizont. In de andere twee boringen (nrs.
6 en 7) is wel een grotendeels intact bodemprofiel aangetroffen
3.3.4 Archeologische indicatoren
In boring 7 zijn in de top van de B-horizont (op circa 70 cm) enkele fragmenten zwart bot aangetroffen. De ouderdom van het bot is niet te achterhalen, evenmin als de diersoort waar het bot toe behoort. In het humeuze pakket van boring 8 zijn enkele fragmenten bouwpuin aangetroffen, evenals enkele fragmenten subrecent aardewerk (18/19
eeeuws). Het aardewerk is hoogstwaarschijnlijk afkomstig van elders en bij bewerking van de bodem in de grond terecht gekomen.
3.4 Resultaten Deventerstraat 89
3.4.1 Veldwaarnemingen
Door de aanwezige begroeiing (gras) waren aan het maaiveld geen aanwijzingen zichtbaar die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van archeologische resten in de bodem. Om dezelfde reden heeft geen oppervlaktekartering plaatsgevonden.
3.4.2 Lithologie en bodemopbouw
De top van het bodemprofiel bestaat uit een pakket matig tot sterk humeus, matig fijn zand en is lichtbruin tot donkerbruin van kleur. De laag heeft een dikte tussen de 40 en 90 centimeter en in de meeste boringen heeft het onderste gedeelte van de laag een vlekkerig karakter.
Op een diepte tussen 40 en 130 centimeter beneden maaiveld is een abrupte
overgang naar de top van het originele bodemprofiel. Dit pakket bestaat uit zwak siltig, matig fijn tot matig grof, grindhoudend zand. Deze laatste laag kan worden
geïnterpreteerd als de C-horizont van fluvioperiglaciale afzettiingen.
3.4.3 Bodemverstoringen
Zoals blijkt uit de bodemopbouw is de top van de bodem, tot een diepte van maximaal
80centimeter beneden maaiveld verstoord als gevolg van vergravingen tot diep in de
C-horizont van de originele bodem.
3.4.4 Archeologische indicatoren
Tijdens het veldonderzoek zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats.
3.5 Archeologische interpretatie
Hoewel in deelgebied Deventerstraat 100 enkele archeologische indicatoren in de vorm van botfragmenten zijn aangetroffen, is waarschijnlijk sprake van een natuurlijke context. Ondanks de grote dichtheid aan boringen op de locatie (omgerekend naar hectare: ruim 80 boringen per hectare), zijn geen andere archeologische indicatoren aangetroffen. Er is dan ook geen sprake van een mogelijke archeologische vindplaats.
Aangezien bij de andere twee deelgebieden geen archeologische indicatoren zijn
aangetroffen, zijn er geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van archeologische
vindplaatsen.
4 Conclusie en aanbevelingen
4.1 Conclusie
De in het bureauonderzoek (Boshoven, 2007) opgestelde middelhoge tot hoge archeologische verwachting kan op basis van de resultaten van het veldonderzoek worden bijgesteld naar een lage verwachting. In veruit meeste boringen bleek de top van het originele dekzandprofiel, de archeologisch interessante laag, niet meer aanwezig te zijn.
Tijdens het booronderzoek zijn geen archeologische resten aangetroffen die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats.
4.2 Aanbevelingen
In geen van de deelgebieden zijn tijdens het veldonderzoek archeologische indicatoren of aanwijzingen aangetroffen die duiden op de aanwezigheid van een archeologisch nederzettingsterrein of andere complextypen uit alle perioden. Daarnaast bleek in bijna alle boringen het originele bodemprofiel verstoord tot in de C-horizont van het dekzand.
Om deze redenen wordt geen archeologisch vervolgonderzoek geadviseerd.
Bovenstaand advies vormt een zogenaamd selectieadvies. Dit betekent niet dat reeds gestart kan worden met bodemverstorende activiteiten of de daarop voorbereidende activiteiten. Het selectieadvies dient namelijk eerst beoordeeld te worden door de bevoegde overheid en leidt tot een selectiebesluit.
Hoewel getracht is een zo gefundeerd mogelijk advies te geven op grond van de gebruikte onderzoeksmethoden, kan de aanwezigheid van archeologische sporen of resten nooit volledig worden uitgesloten in de gebieden waarvoor geen
vervolgonderzoek wordt aanbevolen. BAAC bv wil er daarom op wijzen dat men bij bodemverstorende activiteiten alert dient te zijn op de aanwezigheid van
archeologische waarden (zoals vondstmateriaal en grondsporen). Bij het aantreffen
van deze waarden dient men hiervan melding te maken bij de Minister (in de praktijk de
RACM) conform artikel 53 van de Monumentenwet 1988.
Geraadpleegde bronnen
Literatuur
Bakker, H. de & J. Schelling, 1989. Systeem van bodemclassificatie voor Nederland.
Staring Centrum, Wageningen
Boshoven, E.H., 2007. Cluster Vaassense beken. Gemeente Epe en Apeldoorn.
Bureauonderzoek archeologie. Rapport V07.0270, BAAC, Deventer.
Boshoven, E.H., 2009. Onderzoeksvoorstel – plan van aanpak plangebied Rode Beek te Vaassen. BAAC bv, Deventer
SIKB, 2006a. Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.1. SIKB, Gouda SIKB, 2006b. Leidraad inventariserend veldonderzoek. Deel karterend booronderzoek.
SIKB, Gouda kaarten
ANWB, 2004. Topografische atlas Gelderland (1:25.000), ANWB, Den Haag
Bijlage 1
Overzicht van geologische en archeologische tijdvakken
Ouderdom
in jaren Chronostratigrafie MIS Lithostratigrafie
Holoceen 1
Formaties: Naaldwijk (marien), Nieuwkoop (veen), Echteld (fluviatiel) Late Dryas
(koud) Allerød (warm) Vroege Dryas
(koud) Laat-
Weichselien (Laat- Glaciaal)
Bølling (warm)
2
Laat- Pleniglaciaal
Midden- Pleniglaciaal Midden- 3
Weichselien (Pleniglaciaal)
Vroeg-
Pleniglaciaal 4 5a 5b 5c Vroeg-
Weichselien (Vroeg- Glaciaal)
5d Eemien
(warme periode) 5e Eem
Formatie Formatie
van Kreftenheye
Formatie van Drente Saalien (ijstijd) 6
Holsteinien (warme periode) Elsterien (ijstijd)
Formatie van
Urk Formatie
van Peelo
Formatie van Boxtel
Cromerien (warme periode)
Formatie van
Formatie van Beegden
11.755 12.745 13.675 14.025 15.700
29.000
50.000
75.000
115.000 130.000
370.000 410.000
475.000
850.000
v/n Chr. zones perioden Nieuwe tijd Vb2
Middeleeuwen
Vb1 Romeinse tijd
IJzertijd Subatlanticum
koeler vochtiger
Va
Loofbos eik en hazelaar
overheersen haagbeuk veel cultuurplanten
rogge, boekweit, korenbloem
IVb Bronstijd
Subboreaal koeler
droger IVa
Loofbos eik en hazelaar
overheersen beuk>1% invloed
landbouw
(granen) Neolithicum
Atlanticum warm vochtig
III
Loofbos eik, els en hazelaar
overheersen in zuiden speelt linde een grote rol
Boreaal
warmer II
den overheerst hazelaar, eik, iep,
linde, es
Mesolithicum
Preboreaal
warmer I
eerst berk en later den overheersend
Late Dryas LW III parklandschap
Allerød LW II dennen- en
berkenbossen
Vroege Dryas open
parklandschap Laat-
Weichselien (Laat- Glaciaal)
Bølling
LW I open vegetatie met kruiden en berkenbomen
Laat-Paleolithicum
Midden- Weichselien (Pleniglaciaal)
perioden met een poolwoestijn en perioden met een
toendra
Vroeg- Weichselien
(Vroeg- Glaciaal)
perioden met bos en perioden met een subarctisch open landschap Eemien
(warme periode) loofbos
Midden-Paleolithicum
Saalien (ijstijd)
Vroeg-Paleolithicum
2650
5000
8000
9000
10.150 10.800 11.800 12.000
13.000 0
815
3755
7020
8240
11.755 12.745 13.675 14.025
15.700 1950
75.000
115.000 130.000
300.000 35.000 8800 5300 4900 2000 800 12 0 450 1500
Chronostratigrafie voor Noordwest-Europa volgens Zagwijn (1974), Vandenberghe (1985) en De Mulder . (2003). Lithostratigrafie volgens De Mulder . (2003). Mariene isotoop stadium (MIS) volgens Bassinot . (1994). Atmosferische data volgens Stuiver . (1998).
Zuurstofisotoop calibratie (OxCal) versie 3.9 Bronk Ramsey (2003), toegepast op het Laat-Weichselien en het Holoceen.
Archeologische periode-indeling en ouderdom volgens de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB).
Vegetatie bewerkt volgens Berendsen (2000). Pollenzones volgens P. Vos & P. Kiden (2005).
et al
et al et al et al
Bijlage 2
Boorpuntenkaarten
9
15 14 13 12 11 10
195300 195300
195400 195400
478 200 478
300
0 7 14 21 28 35 m
bo or pu nt en pl an ge bi ed to po gr af isc he o nd er gr on d
Va as se n, D ev en te rs tr aa t 8 9 bo or pu nt en ka ar t
8 7 6 5
195500 195500
195600 195600
478 300
0 8 16 24 32 40 m
bo or pu nt en pl an ge bi ed to po gr af isc he o nd er gr on d
Va as se n, D ev en te rs tra at 1 00 bo or pu nt en ka ar t
4 3 2 1
194900
478300 478300
478400 478400
Vaassen, Verbindingsbeek
0 9 18 27 36 45 m
boorpuntenkaart boorpunten plangebied
topografische ondergrond
Bijlage 3
Boorbeschrijvingen
referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 12,50 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
20 cm -Mv / 12,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, matig humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: wat grindjes
90 cm -Mv / 11,60 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, uiterst siltig, matig humeus, bruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: verstoord
140 cm -Mv / 11,10 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, sterk siltig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 170 cm -Mv / 10,80 m +NAP
boring: 09110-2
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 194.918, Y: 478.369, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 12,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 12,50 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
20 cm -Mv / 12,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
60 cm -Mv / 11,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, uiterst siltig, matig humeus, donkerbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
150 cm -Mv / 11,00 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, sterk siltig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 170 cm -Mv / 10,80 m +NAP
boring: 09110-3
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 194.924, Y: 478.350, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 12,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 12,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
20 cm -Mv / 12,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos
Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
60 cm -Mv / 11,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, uiterst siltig, matig humeus, donkerbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
120 cm -Mv / 11,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, sterk siltig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 150 cm -Mv / 11,00 m +NAP
referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 12,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
30 cm -Mv / 12,20 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos
Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
60 cm -Mv / 11,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, uiterst siltig, matig humeus, donkerbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
120 cm -Mv / 11,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, sterk siltig, matig grindig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 150 cm -Mv / 11,00 m +NAP
boring: 09110-5
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.555, Y: 478.266, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 10,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 10,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
30 cm -Mv / 10,20 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos
Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
90 cm -Mv / 9,60 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, uiterst siltig, matig grindig, donkerbruin, matig grof, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
130 cm -Mv / 9,20 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, zwak grindig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 150 cm -Mv / 9,00 m +NAP
boring: 09110-6
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.550, Y: 478.273, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 10,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: grasland, vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 10,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
20 cm -Mv / 10,30 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in B-horizont
40 cm -Mv / 10,10 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, matig grindig, lichtoranjegeel, matig grof, kalkloos Bodemkundig: B-horizont
referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: grasland, vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 10,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
50 cm -Mv / 10,00 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in B-horizont
70 cm -Mv / 9,80 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, matig grindig, lichtoranjegeel, matig grof, kalkloos Bodemkundig: B-horizont
Archeologie: enkel fragment onverbrand bot Opmerking: enkele fragmentjes zwart bot
100 cm -Mv / 9,50 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig grindig, lichtgeelgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 140 cm -Mv / 9,10 m +NAP
boring: 09110-8
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.541, Y: 478.282, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 10,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: grasland, vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 10,50 m +NAP
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
30 cm -Mv / 10,20 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos
Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: bk en 18/19e eeuws aw
100 cm -Mv / 9,50 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig grindig, lichtgeelgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 140 cm -Mv / 9,10 m +NAP
boring: 09110-9
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.359, Y: 478.268, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 11,20, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
30 cm -Mv / 10,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald) Opmerking: 70 cm: bk
130 cm -Mv / 9,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, zwak grindig, lichtgeelgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 160 cm -Mv / 9,60 m +NAP
referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont
30 cm -Mv / 10,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: 120: glas
120 cm -Mv / 10,00 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, zwak grindig, lichtgeelgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 150 cm -Mv / 9,70 m +NAP
boring: 09110-11
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.322, Y: 478.281, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 11,20, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont, oxidatie en reductie verschijnselen
30 cm -Mv / 10,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
80 cm -Mv / 10,40 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont, volledig gereduceerd
Einde boring op 120 cm -Mv / 10,00 m +NAP
boring: 09110-12
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.301, Y: 478.287, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 11,20, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont, oxidatie en reductie verschijnselen
40 cm -Mv / 10,80 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtgrijs, matig grof, kalkloos Bodemkundig: C-horizont, volledig gereduceerd
Einde boring op 80 cm -Mv / 10,40 m +NAP
boring: 09110-13
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.282, Y: 478.294, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 11,20, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont, oxidatie en reductie verschijnselen
30 cm -Mv / 10,90 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, sterk grindig, lichtbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: grasland, vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,50 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont, oxidatie en reductie verschijnselen
30 cm -Mv / 11,20 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtbruin, matig grof, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
90 cm -Mv / 10,60 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 120 cm -Mv / 10,30 m +NAP
boring: 09110-15
beschrijver: EB, datum: 7-4-2009, X: 195.256, Y: 478.278, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 27D, hoogte: 11,50, precisie hoogte: 1 m, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: grasland, vondstzichtbaarheid: niet van toepassing, provincie: Gelderland, gemeente: Epe, plaatsnaam: Vaassen, opdrachtgever: Tauw, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 11,50 m +NAP
Lithologie: zand, matig siltig, sterk humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: Ap-horizont, oxidatie en reductie verschijnselen
25 cm -Mv / 11,25 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtbruin, matig grof, kalkloos Bodemkundig: verploegd tot in C-horizont
Opmerking: vlekkerig
70 cm -Mv / 10,80 m +NAP
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, zwak grindig, lichtgeel, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont