• No results found

IDe basisbeginselen of waar je

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "IDe basisbeginselen of waar je"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hoe maak ik een Noordzeeaquarium ?

Frank Van houtte*, Philippe Jouk** & Eddy Eneman***

* Provinciaal Instituut voor Technisch Onderwijs (PITO), Laageind 19, 2940 Stabroek; frank.je@live.be

** Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde van Antwerpen (KMDA), Koningin Astridplein 26, 2018 Antwerpen

* * * Vriendenkring Noordzeeaquarium Oostende (VNAO), Visserskaai, 8400 Oostende

Wie van ons heeft in zijn kin d e rtijd niet eens - gewapend m et een k le u rrijk em m ertje en een netje - in de “ stra n d ke lle n ” of tussen de stenen van de strandhoofden gezocht naar krabben, visjes o f garnalen?

Op het einde van de dag kieperde je met enige tegenzin de Ínhoud te ru g de zee in, niet zonder je af te vragen hoeveel leuker het zou zijn d it alles achter glas en bij een goede b e lic h tin g in een aquarium nog verder te kunnen observeren... Wel, voor w ie zijn jeugddrom en nog niet (helemaal) is k w ijt­

gespeeld, hebben we alvast goed nieuws.

Een Noordzeeaquarium hoeft niet p e rse onbetaalbaar o f technisch zeer ingew ikkeld te zijn. Met wat voorkennis, handigheid en een re la tie f bescheiden budget is een een­

vou dig Noordzeeaquarium ook voor de do or­

snee liefhebber im mers een haalbare kaart,

zo b lijk t. In wat volgt proberen we je alvast warm te maken en in te leiden in de in sta l­

latie van een dergelijke “ k ijk k a s t” van eigen (zee)bodem. M et respect voor de natuur!

I De basisbeginselen of waar je vooral op moet letten

Dé vuistregels bij het opzetten van een Noordzeeaquarium zijn:

1 Bezint eer je begint, m.a.w. inform eer je voo raf goed

2 Wees ge d u ld ig in de opbouw van het aquarium , ga niet overhaast te w erk 3 Verm ijd overbevolking

4 Een degelijke ko e lin sta lla tie en voldoende w ate rcirculatie (zuurstof!) zijn on on t­

be erlijk

5 Hou de w a te rk w a lite it in de gaten en ververs regelm atig een deel van het aquarium w ater

6 Respecteer de natuur!

Bezint eer je begint

Dit a rtike l bied t een eerste houvast.

Bij het zoeken naar bijkom ende in fo rm atie zul je vaststellen dat er b e h o o rlijk w at info te vinden is over de levenswijze van onze Noordzeedieren, maar heel wat m inder over de in ric h tin g van de bak zelf o f over het gedragvan de dieren in het aquarium . Ga daarom vooral op zoek naar inform atie over:

• Waarmee voeden deze dieren zich in de natuur?

• Bij welke tem peraturen leven ze daar?

Zijn er, a fh anke lijk van het seizoen, verschillen?

• Leven ze in de getijdenzone o f in de open zee?

• Leven ze in groep, paarsgewijs o f solitair?

• Op welke ondergrond vertoeven ze graag?

Eens je de n a tu u rlijk e levenswijze en de biologie van het dier kent, heb je al een belangrijke stap gezet en de kans op d e m o ti­

verende m islukkingen in het aquarium drastisch teruggeschroefd.

Wees geduldig

Het is van cruciaal belang dat je voldo en­

de tijd neem t om je bak een zekere tijd te laten ‘ rijp e n ’ vooraleer hem te bevolken.

Ook bij een zoetw ateraquarium is het streven naar een biologisch evenwicht uiterm ate belangrijk, maar daar kunnen beginners- fouten ge m akke lijker w orden rechtgezet.

Bovendien hebben de meeste dieren aan­

geschaft via een aquarium w inkel reeds bewezen binnen bepaalde grenzen om te kunnen m et een m indere w a te rkw a lite it.

Onze w ildvangdieren zijn doorgaans een stab iel m ilieu gewoon. Ze hebben bovendien één en ander te verduren gekregen tijd en s de vangst en het transp ort. De stress vero or­

zaakt door een m indere w a te rkw a lite it kunnen ze dan ook best missen. Beter dus om niets aan het toeval over te laten.

Het laten ’rijp e n ’ van het aquarium heeft voo rna m elijk to t doei de bacteriën, die instaan voor de afbraak van n a tu u rlijke afval­

stoffen, in een voldoende groot aantal te laten on tw ikke len . Het is dus vo lle d ig uit den boze om op dag één je aquarium in te richten en op dag twee al de volledige populatie vissen en andere zeedieren in je bak te

(2)

Enkele interessante bronnen:

ais a lgem een n a sla g w e rk: "D e g ro te a q u a riu m g id s " (Könem ann, 2 0 0 0 ; d e Redactie A m sterdam ). Dit b o e k b e sch rijft o p een d e g e lijk e en e e n vou d ig e w ijz e d e bouw , d e in rich ­ tin g en het o n d e rh o u d van z o w e l het zoet- ais het z e e w a te ra q u a riu m .

ais d e te rm in a tie g id s v o o r vissen e.a. N o o rd z e e d ie re n :

- "V e ld g id s N e d e rla n d se zeevissen" (2 0 0 9 , S portvisserij N e d e rla n d )

- "Z e e la n d O n d e rw a te r. De o n d e rw a te rw e re ld van de O osterschelde en d e G re v e lin g e n "

(1 9 9 5 , R.Van G e ld e re & M .V a n a ld e rw e ire ld t; Uniepers)

- "D e G ro e n e Zee. Paradijs o n d e r g ra u w e g o lve n " (1 9 9 9 , P.Verhoog & G .W ie rs m a ; d ru kke rij Fortuna bv)

- "Tirions G id s van K usten Strand (flora en fa u n a )" (1 9 9 9 , P .H ayw ard, T.Nelson-Smith

& C .Shields; Tirion)

- "Vissengids. M id d e lla n d s e Zee en A tla n tisch e O c e a a n . (1 9 9 8 , H .D ebelius; V ip m e d ia )

• de p u b lica tie svan de Belgische Bond v o o r A q u a riu m - en Terrarium houders: ww w .B BAT.be

• w w w .n a tu u rin fo rm a tie .n l: via de zoe kfun ctie van d e ze site kom je heel w a t te w eten ove r de kenmerken en d e le e fw ijze van d e meest algem een vo o rko m e n d e N o o rd ze e - o rganism en.

plaatsen. De kans is zeer groot dat op dag drie bijna alles boven drijft... Beter is het om ais volgt te werken. Na het inrichten en v u l­

len met zeewater, schakel je de volledige apparatuur aan en laat je deze gedurende 2-3 weken ongem oeid draaien. Vervolgens kan je heel om zichtig van sta rt gaan met het inbrengen van de eerste bewoners. Eigenlijk zou 2-3 maanden proefdraaien nog beter zijn, maar dan worden je geduld en e n thou­

siasme verm o ed elijk toch w el te ste rk op de proef gesteld. Om het biologische proces op gang te brengen kan je, van bij het begin, w el best reeds een kleine hoeveelheid organisch ‘afval’ in het w ater enten: een klein beetje wier, een stukje w rakhout o f één enkel dood alik ru ikje , ze leveren het aquarium de nodige s ta rte rs kit. Na drie weken kun je dan één eerste krabbetje huisvesten,

nog 1-2 weken later gevolgd door enkele garnaaltjes, waarna je g e le id e lijk aan bijvoorbeeld ook anem oontjes en zee-egel- tjes kunt toevoegen. Pas daarna kun je aan de eerste visjes beginnen denken.

Inderdaad, een trage opbouw, maar de kansen op succes worden er im m ens groter door. Bovendien heb je er zo ook veel langer genot van: het verlangen naar... weet je wel.

Vermijd overbevolking

Voor elk aquarium geldt de vuistregel:

hoe groter de bak, hoe ge m akke lijker een zeker biologisch evenwicht kan worden bereikt en hoe gro te r je kans op een succes­

volle levensgemeenschap. Kleine bakjes met een Ínhoud rond de 100 lite r kunnen steeds ge bru ikt worden om een beperkt aantal Noordzeebewoners tijd e lijk te huisvesten en te bewonderen. Indien je ais beginnend liefhebber echter o p teert voor een volw aar­

d ig Noordzeeaquarium kies je beter een Ínhoud van m inim aal 300 liter. W elke Ínhoud je ook kiest, elk volum e heeft zijn boven­

grens qua bevolkingsaantallen. Elk dier of plant laat im m ers zijn ecologische

‘vin -kie u w ’ -afdruk na in je aquarium . Ais je op v e ilig w il spelen, b lijf je best een eindje van die bovengrens verw ijderd. Een rich tlijn hierover op papier zetten (in de trant van zoveel ‘centim eter vis per lite r zeew ater’) is evenwel m oe ilijk. In onze bak komen im mers organismen van diverse pluimage voor. Zo kun je bv. een vastzittende paardenanemoon m o e ilijk vergelijken m et een (h y p e ra c tie f botervisje. Bovendien spelen de k w a lite it van de filter, je w ijze van (over)voederen en b ij­

voorbeeld de tem pe ratuu r een m instens even belangrijke rol in d it verhaal. Het is dus zaak om op tijd te stoppen m et het bevolken van je bak. Aangezien we hierboven pleiten voor een ge le ide lijke op bouw bij het bevolken van het aquarium , kan je m its aandachtige obser­

vatie, een overbevolking tijd ig aanvoelen.

Koeling en waterclrculatle onontbeerlijk Het succes van een Noordzeeaquarium valt o f staat met het onder controle hebben van de koe lin g (tem peratuur) en de w atercir- culatie (zuurstof). Het overgrote deel van de organism en waarm ee je het aquarium bevolkt, overleeft niet indien ze langdurig m oeten verblijven in tem peraturen boven i8°C . In d it verband w ille n we opm erken dat er zom ersoorten en w interso orten zijn.

Het spreekt voor zich dat beiden andere tem peratuursvoorkeuren hebben. Soorten die hier het ganse jaar vertoeven kunnen doorgaans het best tem pe ratuu rscho m m e lin­

gen opvangen.

Al je gasten hebben eveneens voldoende z u u rsto frijk w a te r nodig. Een goede w atercir- culatie door m iddel van een pomp zal hiertoe in grote mate bijdragen. Eigenlijk zou je voor beide zaken bovendien één o f andere back­

up m oeten voorzien. Langer dan enkele uren mogen beide system en im mers niet s til liggen! Ideaal is n a tu u rlijk ais je het in panne vallen van de koe lin g o f de circulatiepom p kan opvangen door beide toestellen in tw e e ­ voud te voorzien. Zo verm ijd je het onhandige gedoe met ijsblokken, indien je koelinstallatie het op een zwoele zomeravond plots laat afweten. In ieder geval moet je steeds alert zijn op het fe it dat de elektricite it volled ig kan uitvallen om dat bijvoorbeeld de differentiaal- schakelaar van je zekeringkast is uitgescha­

keld. Zorg e rv o o r dat er steeds iemand in de buurt is om op korte term ijn de koeling en watercirculatie terug aan de praat te krijgen.

Voor voldoende strom ing - en dus zuurstof - kan je terugvaüen op een krachtige circula­

tiepom p die het totaalvolum e van je bak er per uur enkele malen doorjaagt. Aanvullend kan ook een zogenaamde ‘ lu c h tlift’ worden ingezet. Hierbij brengt men een luchtbellen- stroom onderaan een verticaal in het aquarium opgestelde holle buis, die op zijn beurt het w ater in het aquarium mee naar boven trekt en terug stort boven het water­

oppervlak. Omdat het wateroppervlak daardoor voortdurend in beweging is, verloopt de gasuitw isseling m aximaal (zie fig. p.5).

Ais je dieren o f planten herbergt afko m stig uit ge tijd enp oe ltjes zou je

4 VLIZ IDE GROTE REDË26] 2010

(3)

verw achten dat je ook die ge tijd enw erkin g dient na te bootsen. In de handel zijn daar­

voor dure in sta lla ties verkrijgb aa r die met frequentieregelaars afwisselend het w ater in bew eging zetten. Dat de pompen bij dit systeem voortdurend aan en a fm o e te n slaan zorgt voor grote slijta g e en beperkt aanzien­

lijk hun levensduur. Een beetje doe-het- zelver zou n a tu u rlijk een a lte rn a tie f systeem ineen kunnen knutselen, maar e ig e n lijk is dit alles niet echt nodig. Ais het w ater maar voldoende krach tig circuleert, zullen dieren zoals de strandkrab, de paardenanemoon en de zeester perfect gedijen, ook al hou je in je aquarium eenzelfde w aterniveau aan.

Wie echt w aarheidsgetrouw w il werken en een veranderende go lfsla g w il sim uleren, kan een soort “ s to rtb a k ” voorzien, die regelm atig in het aquarium “ s to rt” . Let w el dat de wanden dan hoog genoeg m oeten zijn voor het extra volum e en de w aterbew eging van het in sto rte nd e w ater (zie fig. rechtsboven).

Een doe-het-zelf-koeling

De p rijs van professionele koelers o ve rstijg t het b u d g e t van de doorsnee lie fh e b be r ruimschoots. G e lu kkig z ijn er a lternatieven d ie je met e n ig e h a n d ig h e id z e lf ineen kan knutselen. Je zo u b ijv o o rb e e ld d e hulp kun­

nen inroepen van een oude ta p in sta lla tie o f koelkast. D a a rto e ontm antel je vo o rz ic h tig de koelkast en houd d a a rb ij d rie b e la n g ­ rijke , a a n e lk a a r ve rb o n d e n , ond erd e le n over: (1) het koelelem ent (be vin d t z ic h in het vriesvakje), (2) d e w a rm te w isse la a r (zw a rte rooster a ch tera a n de koelkast), (3) de m otor (ronde p o t d ie zich onder- en ach tera a n de koelkast bevindt). A fh a n k e lijk van het type koelkast kan de a a n w e z ig e therm ostaat z o afgesteld w o rd e n d a t hij het te m p e ra tu u rb e re ik ron d 1 8 °C regelt.

O m d a t d it echter niet steeds m o g e lijk is, kan het z ijn d a t je d e ze therm ostaat m oet ve rw ijd e re n en d ie n t te ve rva n g e n d o o r een elektronische ze lfb o uw th e rm o sta a t.

Deze kun je aanschaffen via een g e sp e cia ­ liseerde e le ktro za a k en w o rd t a fg eleve rd met een g e d e ta ille e rd b o u w p la n .

A lles w o rd t ve rvo lg e n s gem onteerd o p een v a t w a te r d a t o p d ie w ijz e p e rfe ct kan g e ko eld w o rd e n . Het vo lsta a t d a n om de te ru g lo o p van je filter vo ld o e n d e lang te maken en d ie met enkele lussen d o o r d it v a t te sturen om o o k je N o o rd z e e a q u a riu m o p de gew enste tem peratuur te houden.

Tevens kun je z o tijdens d e rijp in g sfa se van je b a k het te m p e ra tu u rve rlo o p in de gaten houden en d a a r w a a r n o d ig bijsturen.

Plaats het centrale ge d ee lte van je koeling b ij vo o rke u r z o koud m o g e lijk (goed geïso­

leerd en liefst buiten). Dit g e ld t trouw ens o o k v o o r de ballasten van je TL-verlichting.

Deze p ro duceren immers heel w a t w a rm te en kunnen best een e in d je v e rw ijd e rd van je a q u ariu m w o rd e n opgesteld.

Aansluiting op de luchtpomp

De luchtbellenstroom neemt het w ater mee naar boven

Ais de stortbak boven een bepaald niveau gevuld w ordt, kantelt hij om, laat het w ater in het aquarium vloeien en keert terug naar zijn oorspron kelijke stand

A

Hoogste waterniveau

Laagste waterniveau

Circulatiepom p pomt het w ater omhoog

M H e t p rin c ip e van een luchtlift, b e d o e ld om e xtra z u u rs to f in je a q u a riu m te b rengen (FVHj

Zorg vooreen goede waterkw aliteit door regelmatig te verversen

Ais je niet te ver van zee woont en voldoende opslagcapaciteit hebt kun je het vereiste zoute w ater uit zee halen. Indien niet, kun je het aanmaken op basis van artificieel zout, te koop bij de aquariumhandel.

In dat geval vul je het aquarium met zout water dat gem iddeld 32g z o u t/lite r bevat.

Een zuurtegraad o f pH tussen 7.8 en 8.4 (eventueel to t 7.5) is OK voor je aquariumbe- woners. Bij het vullen m et a rtific ie e l zeewater heb je alles welisw aar zelf onder controle, maar m oet je er een steviger prijskaartje bijnem en.

Het is een verstandige voorzorgsm aatre­

gel om w ekelijks één v ijfd e to t één vierde van je aquarium w ater te verversen. Zo voorkom je dat allerlei afvalstoffen (voornam elijk stikstofverb ind ing en ) zich ophopen.

Uiteraard m ag d it al eens achterwege blijven in een m a tig bevolkt aquarium dat in een stab iel biologisch evenw icht verkeert.

Het alte rna tief, een kunstm atige denitrifice- rende be handeling van je water, is te o m slachtig en te du ur voor de beginnende liefhebber. Indien je bak een grote org an i­

sche be la stin g kent - bijvoorbeeld om dat je bepaalde bewoners plankton voedert - kan je overwegen om bijkom end een goede eiw itaf- schuim er in te zetten. Zoals de naam sugge­

reert, doet d it toe ste l ove rto llige organische verbindingen (‘e iw itte n ’) ais schuim boven­

drijven zodat ze kunnen worden afgevoerd.

Omdat ook d it toestel duur is, is het n a tu u r­

lijk nog beter zoveel m og elijk extra organi-

M M e t een p rim itie v e sto rtb a k kun je in je z e e w a te ra q u a riu m een ve ra n d e ren d e g o lfsla g sim uleren. N ie t e cht n o o d z a k e lijk , m a a r a l b ij a l toch w a t e xtra leven in d e b ro u w e rij b re n g e n d (FVH)

M

M e t een e iw ita fsch u im e r kun je o ve rto llig e o rg a n isch e v e rb in d in g e n afvoeren.

N o g b eter is het om o ve rm a tig voederen z o veel m o g e lijk te ve rm ijd e n (FVHj

(4)

B

Een vo ld o e n d e d ikke la a g z a n d en fijn g rin d o p d e b odem van je a q u a riu m is n ie t alleen b e la n g rijk ais w o o n p la a ts v o o r o n te lb a re a a n ta lle n ba cterië n (die het b io lo g is c h e ve n w ich t helpen ve rzorgen). H et is o o k het g e lie fd e speelterrein v o o r z ic h in g ra ve n d e platvisjes, zo a ls d e z e sch o l (MD)

fffc, . 1 Y 2 II jl V i-r V

1. Aquarium 2. Koeling 3. Lichtkap 4 . Circulatiepom p 5. Filter

B

D it schem a to o nt d e b e la n g rijkste com ponenten van een N o o rd z e e a q u a riu m .

De m et z e e w a te r g e vu ld e g la z e n b a k d ie n t m in im a a l uitgerust te w o rd e n m et een ko e lin g (c f tem peratuur), een c irc u la tie p o m p (c f zuurstof), een filte r (c f w a te rkw a lite it) en een lich tb a k (c f genotsaspect)(FVH)

sche druk te verm ijden, bijvoorbeeld door niet overm atig te voederen.

Een filte r die de Ínhoud van je bak elk uur vo lle d ig onder handen neem t, m ag ten slotte zeker niet ontbreken. Het filte rh u is moet voldoende groot zijn en kan gevuld worden m et de klassieke keram ische pijpjes o f met bioballen. Gebroken oesterschelpen o f kokkels zijn echter ook prim a geschikt.

Deze laatste zijn bovendien een stuk goed­

koper en zorgen ervoor dat het kalkgehalte in je bak gehandhaafd b lijft. Om er zeker van te zijn dat je alles goed onder controle hebt, zijn regelm atige w ateranalyses geen over­

bodige luxe. Let er w el op ge bruik te maken van de setjes die o n tw ikke ld zijn voor zout- wateraquaria. Die voor zoetw ateraquaria voldoen niet.

Respecteerde natuur

M isschien is d it laatste puntje nog wel het belangrijkste. Inderdaad, in te g e n ste llin g to t het bevolken van een klassiek tropisch zoetw ateraquarium zijn we bij een Noord­

zeeaquarium sow ieso afh anke lijk van m oeder natuur. Alle Noordzeedieren en -planten zijn imm ers w ildvang. In ru il voor al die gulheid is het m inste wat we kunnen doen het nodige respect op te brengen.

Het aquarium beschouwen ais een reservoir w aarin je een aantal organismen deponeert om vervolgens on versch illig toe te kijken hoe alles langzaam w e gkw ijn t, is dus geen optie.

Een liefhebber die de na tuur respecteert zal er im m ers alles aan doen om het de verschillende dieren zo goed m o g e lijk naar

hun zin te maken. Wees je er ook van bewust dat je, tijd en s het zoeken naar je to e ko m ­ stige gasten (bv. bij het om draaien van rotsblokjes o f stukken w rakhout), hun leef­

om geving g ro nd ig verstoort. Plaats dus na afloop alles netjes te ru g op zijn plaats.

Zo hoeven eventuele bewoners o f eipakket- jes verankerd aan de onderkant van de steen, niet ja m m e rlijk in de zon uit te drogen.

De inrichting van een Noordzee­

aquarium: stap voor stap

Bak, basaltstenen en bodem

De be slissing is genomen: het Noordzee­

aquarium kom t er. M eer nog, de bak staat reeds klaar en kan worden ingericht.

Ais eerste stap begin je met het plaatsen van enkele pa rtijen (basalt)stenen. Daarna pas kom t het zand, d it om het risico te verkleinen dat gravende dieren geklem d geraken onder verzakkende stenen. Basaltstenen - eventu­

eel aangevuld met decoratieve strandvond- sten - verhogen niet alleen het esthetische effect, ze vergroten ook m eerm aals het

‘ bew oonbaar’ oppervlak van je aquarium . M aak de bodem laag voldoende dik, 8 -io cm is zeker niet overdreven. Deze losse laag w o rdt imm ers de w oonplaats van ontelbare aantallen bacteriën die het biologische even­

w icht in je bak g u nstig zullen beïnvloeden.

Bovendien houden som m ige toekom stige bewoners ervan om zich in meer o f m indere

m ate in te graven. Daarom is het ook belang­

rijk verschillende korrelgroottes te com bine­

ren. Een m engeling van gewassen rijnzand of zeezand, fijn grint en schelpenzand is hier­

voor uitstekend. Denk hierb ij w el al aan de voorkeuren van de toekom stige bewoners.

Zo kunnen zee-egeltjes zich nauw elijks voortbew egen op Ios zand, te rw ijl platvisjes niets liever doen dan zich in te graven.

Koeling, filter, circulatiepomp, luchtlift en belichting

Eens bodem en stenen geïnstalleerd, kan je het aquarium vullen m et water. Op dat og en blik plaats je tevens de koeling, de filter, de circulatiepom p, een lu c h tlift en een eventuele eiwitafschuim er. Deze toestellen

werden hiervoor reeds besproken.

We hadden het echter nog niet over de belichting. In te g e n ste llin g to t een tropisch, w e eld erig beplant zoetw ateraquarium is de b e lich tin g bij het Noordzeeaquarium van m inder groot belang. Alleen ais je wieren zou w ille n houden is de controle van het licht zeer belangrijk. Het in leven houden van allerlei wieren is echter zeker geen w erk voor een beginnende liefhebber. Daarom is de b e lich tin g van ons Noordzeeaquarium in hoofdzaak gericht op het esthetische effect.

De eenvoudigste en goedkoopste keuze zijn TL-buizen. Ze hebben het voordeel dat je ze in verschillende lichtkleuren kan aanschaffen en dat ze heel w e inig w arm te vrijgeven aan je aquarium . Nadeel is wel dat hun stra lin g niet

6 VLIZ IDE GROTE REDË26] 2010

(5)

veel dieper do o rd rin g t dan ongeveer 40 cm.

Indien je een grotere diepte beoogt (de prijs en w arm te afgifte moet je er dan w el bijnem en), zou je kunnen kiezen voor hogedrukkw ikdam plam pen (HQL lampen).

O no ntbee rlijk is verder een goede tim e r om een regelm atig d a g - en nachtritm e voor je aquarium bew oners te waarborgen. W il je de natuur zo goed m og elijk nabootsen, dan kun je m et je b e lich ting sdu ur onze Belgische seizoenen volgen.

Nadat je alles in w e rking hebt gesteld en gecontroleerd op het optim aal functioneren, kan je nu ook een kleine hoeveelheid orga­

nisch m ateriaal (zie hoger) in je aquarium brengen. Zo zet je de bacteriën aan het w e rk en stim ulee r je het broodnodige biologische proces in je m ini-ecosysteem . Het wachten kan beginnen. Laat de bak nu maar gerust 2-3 maanden ‘ rijpen’ .

I

Kruiers, hen ge la a rs o f b e vrie n d e kustvissers kunnen je v a a k helpen b ij het verzam elen van de eerste b e w oners v o o r je toekom stig N o o rd ze e -a q u a riu m (MD)

I Het verzamelen van de bewoners

En dan is het m om ent aangebroken w aar­

op je de eerste dieren in het aquarium kunt vrijla te n . Aangezien je het bevolken van je bak toch zachtjes aan m oet doen, heb je de tijd om zelf met een steeknetje op pad te gaan en zo het eerste krabbetje, zeeane- m oontje o f zeesterretje zo ongeschonden m og elijk te vangen. Vooraf een g e tijd enta bel raadplegen laat je toe strandhoofden o f staketsels op het meest gunstige m om ent (bij laagwater) te bezoeken. Probeer ve rvo l­

gens de tra n s p o rtd u u r zo ko rt m og elijk te houden en het w atervolum e aan het aantal organism en aan te passen. Indien het vervoer toch meer dan een uur in beslag

neem t, m oet je het transp ortvat met een pomp beluchten. Bij transporten in de zom er dien je bovendien het vat m et bijvoorbeeld ijsblo kje s koel te houden. Deze m aatregelen zijn doorgaans een kwestie van leven o f dood. Onze Noordzeekust levert, zeker in een beginfase, al een flin k aantal boeiende organism en op. De kusten van Cap Gris-Nez en Cap Blanc-Nez bieden een nog grotere soortenrijkdom. Dit geldt ook voor de kusten

van Zuid-Engeland, Schotland, Bretagne en Normandië, maar hier stelt de lange transport­

duur je m ogelijk voor heel wat problemen.

Een andere m anier om aan je bewoners te geraken is beroep te doen op de hengelaars aanwezig op de pierhoofden o f op de kruiers op het strand. Van hen kan je vooral kleine visjes verw achten, die zich in het kustw ater bevinden. Het spreekt voor zich dat alleen exemplaren die v rij ongeschonden u it de s trijd komen een kans maken om in een aquarium goed te gedijen. Een derde optie om je te bevoorraden is via een bevriende kustvisser. De lange tra n sp o rtd u u r is ook hier een bezwarende factor en de meeste dieren komen doorgaans vrij geschonden u it de netten.

Bij het overplaatsen van de dieren in je bak, dien je erover te waken dat er geen te groot tem peratuurverschil bestaat tussen het

aquarium w ater en het w a te r in het recipiënt van het transp ort. Door bijvoorbeeld, over een tijdspanne van een h a lf uur, het w a te r in je transp ortvat te mengen met kleine hoe­

veelheden aquarium w ater breng je de dieren g e le id e lijk op de ju is te tem pe ratuu r en kunnen ze bovendien ook langzaam wennen aan de nieuwe w atersam enstelling. Bij gro te­

re tem peratuursverschillen dien t de gewen- ning stijd te worden opgevoerd. Dit voo rkom t extra stress.

I Het voederen

Al naargelang de voo rkeu r van het Noordzeedier in je aquarium zal er m eestal gevoederd worden m et verse o f diepgevroren mossels, stukjes vis, garnaaltjes, A rtem ia o f pekelkreeftje, planta ardig plankton, w o rm ­ pjes, ... D ikw ijls heeft men de neiging de dieren teveel te voederen. Voedsel dat niet w o rd t genu ttig d zorgt echter voo r een node­

loze organische be lasting van het aquarium - m ilieu. Voeder dus slecht zoveel ais de bew o­

ners in enkele m inuten tijd kunnen verorberen. Indien m og elijk kan je d it spreiden over verschillende tijd stip p e n op eenzelfde dag. Anderzijds kan één w ekelijkse vastendag zeker geen kwaad. Om meer controle te krijgen op overtollige voedsel- restanten die to t w a te rbe derf kunnen leiden kan je best op een vaste, gem akke lijk bereik­

bare plaats voederen. Veel dieren wennen daar snel aan. Sommige vissen die in gevangenschap m o e ilijk to t de opname van voedsel overgaan kan je beter in groep huis­

vesten. Zo zullen bijvoorbeeld pieterm annen en pitvisjes sneller to t de actie overgaan ais een soo rtg en oo t het hen voordoet.

(6)

ÍQPfitPftST-. fiC R £»rey£ K’KRS ? ~

Organismen die je, als

beginnende liefhebber, beter niet in huis haalt

De meeste wieren zijn zo goed ais onm o­

g e lijk te houden door de doorsnee liefhebber. De eisen die ze stellen aan de b e lic h tin g en de waterbew egingen zijn im m ers in de huiskam er niet te realiseren.

Zeepaardjes, ons aller droom , ja toch?

M aar ik m oet ju llie te le u r stellen. Het zijn bescherm de dieren! Ze horen dus niet thuis in ons Noordzeeaquarium .

Volwassen kreeften en Noordzeekrabben zullen je bak niet alleen naar eigen goed­

dunken vo lle d ig herinrichten m aar zijn jegens soortgenoten in de beperkte omge- vin g va n een aquarium onverdraagzaam.

De meeste platvisjes zoals schar en tarbo t w orden vrij groot en zullen, bij een goede verzorging al snel je bak ontgroeien. Alleen de tongetjes blijven v rij klein. Ook de vissen van de open zee zoals kabeljauw en w ijtin g

kunnen alleen in een heel je u g d ig stadium deel uitm aken van je populatie. Mosselen en oesters vragen heel veel stro m in g en hebben ais zogenaamde ‘filte rfe e d e rs’ nood aan een constante toevoer van zwevend voedsel o n de rvorm van diepvriesplankton of Artem ia-cysten (eitjes van pekelkreeftjes, te verkrijgen in de handel). Bij het voederen m oet de filte r w el enige tijd afgesloten w orden, om dat anders het voedsel gro te n­

deels in deze filte r terecht kom t. Dat dit ge m akke lijk voor een te grote m ilieu be las­

tin g van je bak kan zorgen, hoeft geen betoog.

I Enkele beter houdbare bewoners van een Noordzeeaquarium.

De gewone zeeappel (Psammechinus m iliaris) is zeer goed te houden en kan ge m akke lijk enkele jaren oud worden. In de na tuur kom t hij voor op grinthoudende en rotsachtige bodems. Hij voedt zich o.a. met algen die hij op de strandhoofden en rotsblokken vin d t. In het aquarium zal deze zachte be groeiing snel verorberd zijn maar g e lu kkig s te lt hij zich daar ook tevreden met allerlei afgestorven m ateriaal. Hou ze toch m aar beter niet in te grote aantallen.

Ook het gewone herem ietkreeftje (Pagurus bernhardus) is perfect jaren houd­

baar. Herem ietkreeften zijn noch echte krab­

ben, noch echte kreeften. Omdat ze een week a c h te rlijf hebben, zoeken de diertjes steeds bescherm ing in een lege schelp. Naarmate ze groeien m oeten ze steeds weer op zoek naar een grotere behuizing. Daarom kun je ze in je aquarium best enkele lege slakkenhuizen van diverse grootte aanbieden.

H erem ietkreeftjes scharrelen graag rond op de bodem op zoek naar algen en klein afval.

Wat door de grotere vissen w o rdt gem orst w o rdt door hen met graagte opgeruim d.

Een m og elijk nadeel, ook eigen aan de m ees­

te krabben, is dat ze met hun scharen de aan­

wezige vissen ern stig kunnen verw onden,

met m ogelijke schim m elinfecties to t gevolg.

Verm ijd vooral de com binatie van herem iet­

kreeftjes o f krabbetjes met bodem vissen.

Enkele grijze garnaaltjes (Crangon cran­

gon) mogen in geen enkele bak ontbreken, al was het maar om dat ze daar m eestal ais voedseldier in terecht komen. Zij komen veel­

vu ld ig voor in onze kustw ateren en verkiezen een zandige bodem. Overdag graven ze zich in zodat alleen de ogen en voelsprieten zichtbaar zijn. ’s Nachts komen ze tevo or­

schijn en gaan ze voedsel zoeken. Garnalen zijn alleseters die zich tevreden stellen met plan ta ardig m ateriaal maar ook kleine worm en niet versmaden.

De paardenanem oon (Actinia eguina) kom t in hetzelfde leefgebied voor ais de zee-egel. Dat hij met gemak ruim e tem pe­

ratuurschom m elingen verdraagt, maakt hem uitstekend geschikt voor het beginners- aquarium . Boven w ater ziet hij er uit ais een hoopje snot, maar onder w ater s te lt hij zijn sie rlijke bloem achtige u ite rlijk ten toon.

In zijn kleverige tentakels vangt de paarden­

anemoon kleine visjes en garnaaltjes die hij verlam t m et zijn, voor mensen onschuldig, gif. M eerdere anemonen in een aquarium zullen elkaar bevruchten waarna de larven zich in het lichaam van het m oederdier ontw ikkelen. W anneer ze haar jongen

- " il

i

B

P aardenanem onen z ijn uitstekend g e sch ikt v o o r het b e g in n e rsa q ua riu m (MD)

8 VLIZ IDE GROTE REDË26] 2010

(7)

B

Botervisjes (Pholis gunnellus) z ijn b o e ie n d e be w o n ers van een N o o rd z e e a q u a riu m . D it jo n g e e x e m p la a r to o nt a l enigszins d e karakteristieke z w a rte vlekjes d ie ve rsp re id o ve r d e rugvin voorkom en (M D j

u ite in d e lijk ‘ u itb ra a kt’ , zien zij er al uit ais volledige, maar piepkleine, anem oontjes.

De gewone zeester (Asterias rubens) w o rdt eveneens aangetroffen op stenen en rotsen in het getijdengebied. Zijn voedsel bestaat vooral uit schelpdieren ais m osselen.

Ook krabben, andere zeedieren en aas worden genuttigd. De zeester opent een m ossel door er een aanhoudende trekkracht op uit te oefenen. Ondanks de sterke s lu it­

spieren van de m osselschelp w in t de zeester steevast het pleit en s tu w t - eens de schelp de m inste opening ve rto o n t - zijn m aag naar binnen. De prooi w o rdt levend verteerd en vervolgens opgezogen. Een de rge lijk gevecht in slo w m otion kan vele uren in beslag nemen. Jongere exem plaren zijn tevreden m et kleinere prooien zoals zeepokken.

Het voedsel van onze alom gekende strandkrab (Carcinus maenas) omvat zowel aas, plantaardig m ateriaal, ais kleine visjes, worm en en andere zeedieren. Ze verdragen lage zoutgehaltes (tot 1/6 van de concen­

tra tie van zeewater) en komen daarom ook in brakke wateren en rivierm ondingen veel voor. Zeker de grootste exemplaren

(tot 8 cm) kunnen echter vrij agressief uit de hoek komen.

De zeekat (Sepia o fficin alis) is een in ktvisso o rt met een breed, plat lichaam.

Hij heeft b ru in w itte strepen over zijn lichaam en is in staat om d it kleurpatroon blik se m ­ snel te veranderen. Zo kan hij zich perfect aanpassen aan de ondergrond. W ij kennen hem vooral van zijn plat-ovale, w itte in w en­

dige ‘schelp’ die op onze stranden aanspoelt en een welgekom en bron van kalk is voor volièrevogels. Eigenlijk is d it niet echt een beginnerssoort, maar aangezien de eitjes - ze zien eru it ais zwarte druiventrosjes - op het strand soms zom aar voor het rapen

liggen, is het de m oeite waard om te probe­

ren ze to t o n tw ik ke lin g te brengen. Het jong- broed kan je in het begin, in fun ctie van hun gro otte, voederen m et pekelkreeftjes of aasgarnaaltjes. Naarmate ze groter w orden kan je er fijn ge m aakt diepvriesvoedsel tu s ­ sen mengen om hen hieraan langzaam te laten wennen. Pas w el op, vanaf een zekere grootte gaan de jongen elkaar opeten en is de tijd gekomen om de meeste diertje s het ruim e zeesop te laten kiezen.

De zeedonderpad (Myxocephalus scorpius) eet vooral kreeftachtigen, vissen en ook vislarven. Donderpadden kunnen niet lang hard zwemmen. Ze liggen d o o d stil to t hun prooi dicht genoeg is genaderd en schieten dan toe. Hun leefgebied situ e e rt zich in de ondiepe kustwateren bij rotsen en stenen, tussen w ier en zeegras, op m osselbedden, enzovoort.

Ook steenslijm vissen (Lipophrys p h o lis) (zie voorkaft) zijn typische bewoners van ondiepe rotspoeltjes. M et behulp van de gepaarde borstvinnen kru ip t de slijm vis g e m akke lijk doorheen het zeewier in de spleten en gaatjes van de rotsblokken.

Op zijn menu staan zeepokken, kleine krab­

betjes en andere schaaldieren.

Het koornaarvisje (A the rina presb yter) kom t soms in zeer grote scholen, meestal dicht bij de kust, voor. Ze zijn enigszins schuw, in voldoende aantal gehuisvest voelen ze zich meer op hun gemak.

Hun voedsel bestaat uit plankton, vislarven, kleine bodem dieren en visjes. In het aq ua ri­

um laten ze de garnaaltjes ongem oeid, wat mooi is meegenomen.

De botervis (Pholis gu nn ellus) is een langw erpig visje dat zich voedt m et kleine kreeftachtigen (zoals zeepissebedden), worm en en slakken. Hij gaat vooral ‘s nachts op jacht en to o n t zich dan een echte rover.

Hij is bovendien gek op viseieren en v is ­ larven. Op allerlei bodem s, van rotsen to t slib en tussen w ier en zeegras, voelt hij zich thuis. Hoewel d it visje op het eerste gezicht wat op de pu itaal (Zoarces viviparus) lijk t, zijn er ais je goed k ijk t toch een aantal du id e lijke verschillen. De pu itaa l is wat groter, heeft een re la tie f dikkere kop en de kleur is groener, te rw ijl het donkere patroon op de flanken d u id e lijk anders is dan dat van de botervis. De pu itaa l m ist daarenboven de karakteristieke zwarte vlekken op de rugvin van de botervis.

Van de platvissen is een ton getje (Solea solea) de enige die in aanm erking kom t voor een huiskam er Noordzeeaquarium , te n m in ­ ste ais je er enige tijd genot w il van hebben.

Andere platvissoorten kunnen in een je u g d ig stadium ook wel worden gehuisvest.

Hoe kouder het aquarium w ater, hoe trager die visjes trouw ens groeien. Allen graven ze zich graag in in een zandige o f slijkig e bodem. In de na tuur gaan zij daar op zoek naar allerlei w orm pjes, kreeftachtigen en schaaldiertjes.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Geld voor ander onderdak, eten of om terug te gaan naar mijn dorp bezit ik niet. Ik geloof niet, dat dit het plan is, dat God voor mij heeft, maar ik weet nu niet wat ik

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met het in België van toepassing

De plannen kunnen door de koper gewijzigd worden in samenspraak met de bouwheer, de aannemer en de architect voor zover dit technisch mogelijk is.. Aanpassingen van welke aard

werden feitelijk alle tot Landraden (zoo werd b.v. de Landraadprocedure toepasselijk; D.K. meende dat deze weliswaar voor velen nogal ingewikkeld zou zijn, doch dat men even- als

Op tio ne el su btit el Dagelijks onderh ou d buitenruimteAnita Vermeulen (adviseur beheer bu ite nru im te ). In ho ud eli jk p lanvoor contract 2022

Schrijf hier op hoe jouw ideale klant heet, in welke branche hij/zij zit, hoe oud hij/zij is, welke kanalen hij/zij gebruikt, welke voorkeuren hij/zij heeft etc. Probeer specifiek

Bij Peugeot Assurance bent u ervan verzekerd dat uw auto bij uw eigen Peugeot-dealer of een andere erkend reparateur van het Peugeot-netwerk kan worden gerepareerd met