• No results found

Lesbrief Wat kun je tellen?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Lesbrief Wat kun je tellen?"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Lesbrief ‘Wat kun je tellen?’

Voor bij het prentenboek

‘Willemijn wil een optocht zijn’

© Fabien van der Ham Alles is rond | www.filosofiejuf.nl

Leuk dat je wilt gaan filosoferen met je kinderen of klas.

Filosoferen is niet moeilijk, het is hooguit even wennen want als volwassene mag je nu eens niet je mening geven. Het gaat om het denken van de kinderen en om hun antwoorden. Het enige wat jij als gespreksleider mag doen, is vragen stellen en beurten geven. Het zal beslist mooie gesprekken opleveren, die soms kort en soms lang duren.

Als je nog nooit met kinderen gefilosofeerd hebt, kun je eerst de gratis mini-cursus filosoferen met kinderen doorlezen op: http://www.filosofiejuf.nl/mini-cursus-filosoferen-met-kinderen/

Thema

Deze lesbrief gaat over het begrip ‘ontelbaar’. Het is een mooi onderwerp omdat het iets concreets heeft, iedereen kan zich er iets bij voorstellen, en tegelijk is het iets ongrijpbaars. Over ongrijpbare dingen kun je per definitie goed filosoferen.

Vooruitblik

Deze les bestaat uit het voorlezen en nabespreken van het boek ‘Willemijn wil een optocht zijn’, een onderzoek met behulp van voorwerpen, een filosofisch gesprek en een afsluitende tekenopdracht.

Voorbereiding voor de leerkracht/ouder

Zorg dat je zes à tien voorwerpen hebt die je kunt gebruiken om het begrip ontelbaar te onderzoeken. Denk bijvoorbeeld aan:

 Een pot zand

 Een doosje lucifers

 Een fluit

 Een mandarijn (of ander stuk fruit)

 Een fles water

 Een pak melk

 Een schilderijtje

 Een heel dik boek

 Een leeg doosje

 Een suikerpot

Je kunt dit van te voren zelf klaarzetten maar het is ook spannend als je de kinderen voor aanvang van de les opdrachten geeft zonder uitleg over het waarom. Bijvoorbeeld:

(2)

2

‘Jan, wil jij in deze emmer zand uit de zandbak doen en mee naar binnen nemen?’

‘Kees, wil jij dit flesje even vullen met water?’

‘Laura, heb jij fruit mee vandaag? Wil je het even voor me pakken?’

Etc.

De kinderen vinden het natuurlijk bijzonder mysterieus waar deze spullen voor nodig zijn.

Nieuwsgierigheid is altijd een goede beginstemming voor een gesprek.

Over het boek ‘Willemijn wil een optocht zijn’

In dit boek gaat de muis Willemijn met haar step op stap. Ze zou graag een optocht zijn, maar dat gaat niet in je eentje. Ze heeft niet in de gaten dat er achter haar wel degelijk een optocht ontstaat met panda’s, kippen, vlinders, kangoeroes en allerlei dieren. Steeds worden de aantallen aangegeven die oplopen van 1 tot en met 10. Op de laatste uitvouwbare plaat staan alle dieren bij elkaar.

Start

Ga bij elkaar of in de kring zitten en lees het boek ‘Willemijn wil een optocht zijn’ voor.

Napraten

Bekijk met zijn allen de laatste uitvouwbare plaat van het boek. Vraag wat je allemaal kunt tellen. De dieren, de bloemen, alle poten bij elkaar, oren, neuzen etc. Dat is allemaal nog telbaar. Dat vinden de kinderen waarschijnlijk ook. Maar kun je bijvoorbeeld ook haren of veren tellen?

Nu krijgt het gesprek een andere wending.

Voorwerpen in de kring

Nadat je met de kinderen hebt nagedacht of je haren en veren kunt tellen, breng je de voorwerpen in de kring en stel je er een vraag bij. Bijvoorbeeld:

– Een bus schelpenzand (of zand uit de zandbak) Kun je dit zand tellen?

– Een doosje lucifers

Hoeveel vuur zit er in dit doosje lucifers?

– Een fluit

Hoeveel muziek zit er in deze fluit?

– Een mandarijn (of ander stuk fruit) Hoeveel vitaminen zitten er in deze mandarijn?

– Een fles water

Hoeveel watermoleculen zitten er in deze fles water?

– Een pak melk

Hoeveel sprieten gras heeft de koe gegeten om een liter melk te maken?

– Een schilderijtje

Hoeveel verf zit er op dit schilderij?

– Een heel dik boek

Hoeveel woorden staan er in dit boek?

– Een leeg doosje

Hoeveel lucht/zuurstof/stof zit er in dit doosje?

(3)

3 Graafvragen

Afhankelijk van de antwoorden die gegeven worden bij elk voorwerp kun je kiezen of je nog even doorvraagt of niet. Als je alle voorwerpen besproken hebt, kun je ook nog verder doorvragen om het onderwerp uit de diepen, oftewel graafvragen stellen.

Mogelijke graafvragen kunnen zijn:

– Waarom kun je het niet tellen?

– Kan een wetenschapper het tellen?

– Kan een wetenschapper er achter komen?

– Heb je het dan geteld of uitgerekend?

– Weet je het dan precies of is het een schatting?

– Is dat tellen of ben je dan aan het meten of wegen?

– Wat is het verschil tussen tellen, meten en wegen?

– Zijn er instrumenten of machines waarmee je het wel kunt tellen?

– Is het belangrijk om te weten hoeveel het is?

– Hoe ziet ontelbaar eruit?

– Is niets ontelbaar?

– Waarom willen mensen eigenlijk dingen tellen?

– Wat is het nut van tellen?

– Wat heeft tellen met rekenen te maken?

– Wat is het verschil tussen schatten en tellen?

– Is tellen beter dan schatten? Waarom?

– Waarom willen mensen weten hoeveel er van iets is?

– Waarom kun je vuur en lucht bijvoorbeeld niet tellen? Wat is de overeenkomst?

– Hoe groot is ontelbaar? Hoe lang is ontelbaar? Hoe breed is ontelbaar?

– Is iets wat nu ontelbaar is over 100 jaar nog steeds ontelbaar?

– Zijn dingen wel echt ontelbaar of is de mens gewoon een beetje lui?

– Wie zou tellen hebben uitgevonden en waarom?

– Zouden holbewoners al dingen geteld hebben?

– Kunnen dieren tellen?

– Kun je de verkeerde kant op tellen?

Afronding

Geef ten slotte aan de kinderen de opdracht om iets te tekenen wat ontelbaar is. Wat, dat mogen ze zelf bedenken. Bespreek de tekeningen na.

(4)

4 Bijlage 2

Enkele voorbeelden van de kindertekeningen ‘ontelbaar’

“Je kunt niet tellen hoeveel stappen het naar de horizon is want als je de stappen zet schuift de horizon op.”

“Je kunt niet tellen hoeveel blauwe streepjes ik heb getekend omdat het een soort van geheel is geworden.”

“Je kunt niet tellen hoeveel cirkels ik

heb getekend omdat je ze niet meer

precies kunt zien.”

(5)

5

“Muggen kun je niet tellen want er komt er steeds weer een bij en er gaan er steeds weer dood.”

“Je kunt mensen en dieren niet tellen want het verandert steeds en je weet ook niet altijd precies waar ze wonen.”

Vera:

“Ik heb niets getekend want ‘niets’

kun je niet tellen."

(6)

6

“Wolken, die veranderen steeds.” “Sterren, want het heelal is te groot. Ik heb weleens gehoord dat er meer sterren zijn dan zandkorrels.”

“Bacteriën, want je kunt ze niet zien, “Teveel om te tellen, dan raak je in de war.”

ze bewegen en het worden er steeds meer.”

“Omdat je niet weet wat het is, kun je het ook niet

tellen. Moet je de punten tellen, de millimeters, de

oppervlakte, de potloodkleurstofjes. Je weet het

niet en dus is het ontelbaar.”

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het Landelijk Servicecentrum Lokale Versterking zou zich moeten verbreden tot alle terreinen van landelijke en regionale belangenbehartiging van de lidorganisaties van het

‘Omdat de units hoger zijn dan 70 cm, leggen we beluchtingsbuizen in de groeiplaats aan om onder in de boom- bunker voldoende zuurstof te hebben voor de boomwortels.. Wanneer

Cijfers en letters, getallen en begrip- pen, tellen en vertellen, rekenen en redeneren: vaak worden deze begrip- penparen tegenover elkaar geplaatst en gekwalificeerd als volstrekt

Het Oude Testament is het boek bij uit- stek over mislukking en de hardnekkige hoop op een nieuwe toekomst, over klacht, strijd en de intrigerende kwestie van de

Een slecht gesoci- aliseerde hond kan voor de rest van zijn leven allerlei angsten ontwikkelen voor situaties en prikkels waar hij nog nooit eerder mee in contact is

Weet, dat is niet wie je bent, jij zult altijd veel meer voor Mij zijn.. Elke dag de worst’ling met de stemmen die me zeggen dat ik

 voorbeelden geven van maatschappelijke zaken die de omvang en samenstelling van de beroepsbevolking beïnvloeden,.  voorbeelden geven van wetgeving die de omvang en samenstelling

Dan als de duisternis wijkt voor het licht, {problem}} (bis.) Lauwheid voor moed en ontwikkeling zwicht, } (bis.) Dan davert als juichtoon vol vuur en vol gloed, } (bis.) Ons Vrank