• No results found

Als je dit hoofdstuk hebt bestudeerd kun je:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Als je dit hoofdstuk hebt bestudeerd kun je:"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Als je dit hoofdstuk hebt bestudeerd kun je:

 met voorbeelden uitleggen dat elke levensfase haar eigen economische beslissingen kent,

 uitleggen dat de ontwikkeling in de consumptie van een mens en die van diens inkomen niet in elke levensfase gelijk op gaan,

 op basis van tijdstip/periode het onderscheid uitleggen tussen een voorraadgrootheid en een stroomgrootheid. Ook kun je voorbeelden van beide noemen.

 verklaren in welke levensfasen je het best kunt sparen en wanneer je waarschijnlijk geld moet lenen,

 concrete spaarmotieven zoals het speculatiemotief en voorzorgsmotief noemen en toelichten,

 de uitdrukking “ruilen over de tijd” verklaren,

 de uitdrukking “Let op! Geld lenen koste geld” verklaren,

 op basis van de looptijd van het krediet het verschil duidelijk maken tussen de geldmarkt en de kapitaalmarkt,

 uitleggen waarom de vermogensmarkt veel weg heeft van een volkomen concurrerende markt,

 verklaren dat je op de vermogensmarkt te maken hebt met opofferingskosten,

 de verschillen, de voordelen en eventuele nadelen benoemen van een annuïteitenhypotheek, een spaarhypotheek en een beleggingshypotheek,

 uitleggen waarom je de bank de hypotheeknemer noemt en de huiseigenaar de hypotheekgever,

 het verschil uitleggen tussen de openbare en de onderhandse kapitaalmarkt. Ook kun je een voorbeeld van beide geven.

 de drie soorten geldscheppers noemen (Rijk, particuliere banken en centrale bank),

 het verschil duidelijk maken tussen de geldmarkt in enge zin en in ruime zin,

 voorbeelden noemen van geldmarkttransacties,

 met behulp van kennis over de inflatie duidelijk maken wat het verschil is tussen de nominale rente en de reële renteopbrengst,

 uitleggen waarom inflatie niet hetzelfde is als geldontwaarding,

 uitleggen (met woorden en met behulp van een formule) welk verband er tussen inflatie en geldontwaarding bestaat,

 eenvoudige koopkrachtberekeningen maken als je informatie over inkomensontwikkeling en inflatie hebt,

 uitleggen wat de interne waarde van het geld en de externe waarde van het geld is,

 verklaren dat zowel de interne als de externe waarde van het geld dalen als de staatsschuld van een land onverantwoord toeneemt,

 uitleggen dat als de overheid geld leent, je dit als uitgestelde belasting betaling kunt beschouwen. Dit is dus ook een vorm van “ruilen over de tijd”.

 uitleggen waarom economen in het algemeen geen moeite hebben met overheidsleningen bedoeld voor investeringen,

 beschrijven hoe het Centraal Bureau voor de Statistiek het consumentenprijsindex- cijfer berekend. Daarbij maak je gebruik van de begrippen: 1) budgetonderzoek, 2) consumptiepatroon, 3) partiële prijsindexcijfers en 4) samengesteld gewogen prijsindexcijfer (het cpi),’

 duidelijk maken wie voordeel heeft van inflatie in het land en wie nadeel,

 met voorbeelden duidelijk maken wat kosten en bestedingsinflatie is,

 met behulp van de Verkeersvergelijking van Fisher verklaren waarom een stijging van de geldhoeveelheid kan leiden tot bestedingsinflatie.

 met dezelfde vergelijking kun je ook uitleggen dat een stijging van de geldhoeveelheid niet altijd tot inflatie hoeft te leiden,

 een definitie geven van het begrip prijscompensatie,

(2)

 met voorbeelden duidelijk maken dat de gevolgen van inflatie weer invloed kunnen hebben op de oorzaken van inflatie,

 situaties bedenken dat het kopen van een huis de voorkeur heeft boven huren, maar ook andersom,

 uitleggen dat een lage hypotheekrente een prijsverhogend effect heeft op de huizenmarkt,

 uitleggen dat de Nederlandse hypotheekrenteaftrek een prijsverhogend effect heeft gehad op de Nederlandse huizenmarkt,

 het verschil uitleggen tussen welvaartsvaste en waardevaste uitkeringen. Ook kun je eenvoudige berekeningen maken met deze beide begrippen als je informatie hebt over de hoogte van de uitkering, de inflatie en de loonontwikkeling.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een subquery die de plaats van een enkele waarde inneemt moet precies een cel groot zijn: veelal eenvoudige aggregatiefunctie-queries... Subqueries: tabel met een kolom:

ouderschapsverlof heeft een langdurig doch tijdelijk karakter. Het ouderschapsverlof bedraagt maximaal je arbeidsduur per week vermenigvuldigd met 26 weken. Het recht

(Le patient a le droit de se faire assister par une personne de confiance ou d’exercer son droit sur les informations visées au § 1er par l’entremise de celle-ci. Le cas

Voor mijn gevoel heb ik best stilgestaan.” Ook was de vader van Aniek van mening: “maar kind, je moet gewoon gaan werken, dan is alles opgelost.” Aniek heeft haar vader op een

De lof weerklinkt door het heelal Gods’ kind’ren zingen overal.. Gloria, Gloria voor de

Dan als de duisternis wijkt voor het licht, {problem}} (bis.) Lauwheid voor moed en ontwikkeling zwicht, } (bis.) Dan davert als juichtoon vol vuur en vol gloed, } (bis.) Ons Vrank

‘Omdat de units hoger zijn dan 70 cm, leggen we beluchtingsbuizen in de groeiplaats aan om onder in de boom- bunker voldoende zuurstof te hebben voor de boomwortels.. Wanneer

De natuur wacht niet op ‘integrale beleidsaan- pakken’, ‘ketensamenwerking’ en meer van dat soort hardnekkige kwalen waarvan je soms ook jeuk kunt krijgen.. Wat is dan