Vraag nr. 70
van 29 november 2001
van de heer ROLAND VAN GOETHEM NV Indaver Grimbergen – Milieuvergunning Naar verluidt heeft het kabinet van de minister de procedure voor het schorsen van de milieuvergun-ning van de composteringsinstallatie van Indaver in Grimbergen opgestart.
1. Hoever staat het met de procedure tot schorsing van de milieuvergunning van Indaver ?
2. Welke structurele maatregelen legt de minister op aan Indaver om de geurhinder die het bedrijf v e r o o r z a a k t , op een duurzame wijze te verhin-deren ?
Antwoord
1. Het probleem van een eventuele schorsing van de lopende milieuvergunning is sedert een paar jaar in onderzoek bij de bevoegde administratie, afdeling Milieuvergunningen.
Ik heb aan de afdeling Milieuvergunningen ge-vraagd dit dossier administratief voor te berei-d e n , wegens een nieuwe golf van geurklachten tijdens de voorbije zomermaanden.
Een van de moeilijkheden bij deze beoordeling vormt de bepaling van het causaal verband tus-sen de in de omgeving vastgestelde geurhinder en de eigenlijke geurhinderbron.
2. De maatregelen die de exploitant moet nemen om de geurhinder tot een aanvaardbaar niveau te beperken, zijn opgelegd in de milieuvergun-n i milieuvergun-n g e milieuvergun-n . Terzake zijmilieuvergun-n bijzomilieuvergun-ndere vergumilieuvergun-nmilieuvergun-nimilieuvergun-ngs- vergunnings-voorwaarden opgelegd.
Pas wanneer duidelijk kan worden aangetoond dat de exploitant deze voorwaarden niet na-l e e f t , kan worden overgegaan tot een schorsing van de lopende milieuvergunning.
Met het oog op het kunnen leggen van het ver-band tussen de in de omgeving vastgestelde geurhinder enerzijds en de oorzakelijke geur-hinderbron anderzijds, is een studie in voorbe-reiding om de geurcontouren te bepalen voor de verschillende bronnen in de omgeving van het bedrijf. Daarvoor is een samenwerking op-gezet met de gemeentebesturen van Vi l v o o r d e en Grimbergen.