• No results found

Vraag nr. 128 van 21 maart 2001 van de heer FRANS RAMON

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 128 van 21 maart 2001 van de heer FRANS RAMON"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 128 van 21 maart 2001

van de heer FRANS RAMON Patrijs en haas – Jachtbeperking

In het besluit van de Vlaamse regering van 23 juni 1998 betreffende de jacht in het Vlaamse gewest voor de periode van 1 juli 1998 tot 30 juni 2003, werd in artikel 9 de jacht op de patrijs opengesteld van 1 oktober tot en met 30 november en de jacht op de haas van 15 oktober tot en met 31 december. In artikel 12 betreffende de jacht op waterwild werd in § 8 bepaald dat bij zeer harde of langduri-ge vorst de minister, op advies van het Bureau van de Vlaamse Hoge Ja c h t r a a d , de jacht op waterwild tijdelijk kan verbieden. De motivatie voor deze pa-ragraaf ligt voor de hand. Wat minder voor de hand l i g t , is dat het besluit niet in een tijdelijk jachtver-bod voorziet voor andere diersoorten in andere soortspecifieke heel moeilijke omstandigheden. Nochtans is bijvoorbeeld de populatie van zowel hazen als patrijzen heel gevoelig voor bepaalde w e e r s o m s t a n d i g h e d e n . Indien er in het voorjaar gedurende een lange tijd veel regenval is, is dit ne-fast voor heel veel jonge dieren. Tot 90 % kan zo om het leven komen. In dit geval is het duidelijk dat het in het najaar openen van de jacht op hazen en patrijzen de populatie schade toebrengt.

Werden er reeds initiatieven genomen om de jacht op andere soorten dan waterwild tijdelijk te verbie-den wanneer de omstandigheverbie-den dit vergen ? Zo neen, waarom niet ? Zo j a, wanneer kan een jachtverbod op patrijs en haas ingaan ?

Antwoord

Op grond van artikel 4 van het Jachtdecreet be-paalt de Vlaamse regering, minstens vijfjaarlijks, d e openings- en sluitingsdata voor elke wildsoort en voor elke jachtwijze.

Het in uitvoering van dit artikel getroffen besluit van de Vlaamse regering voor de periode 1998-2003 biedt geen mogelijkheden om een tijdelijk jachtverbod in te stellen, behoudens met betrek-king tot waterwild bij strenge of langdurige vorst. Ik meen dat het eventueel instellen van een (tijde-lijk) jachtverbod op haas en patrijs in de toekomst maar kan worden gerechtvaardigd op basis van concrete en betrouwbare cijfers waaruit de nood-zaak voor dergelijke maatregel blijkt.

In het Natuurrapport 1999 van het Instituut voor Natuurbehoud wordt de patrijzenpopulatie begin de jaren negentig op 2.000 à 5.000 broedparen ge-s c h a t , waarbij werd aangegeven dat deze cijferge-s een zeer ruwe schatting waren, onder meer gebaseerd op de gegevens van de Vlaamse Av i f a u n a c o m m i s-sie V l a v i c o, die de patrijs in 1989 als een vrij talrij-ke (500 –50.000 broedparen) broedvogel bestem-p e l d e. Over de haas bestaan helemaal geen be-trouwbare aantalschattingen en populatietrends. Nochtans zijn dergelijke inventarisatiegegevens noodzakelijk om een coherent en wetenschappelijk gefundeerd jachtbeleid te kunnen voeren.

In de reglementering betreffende de erkenning en subsidiëring van wildbeheerseenheden werd met dit probleem rekening gehouden door de erkende wilbeheerseenheden te verplichten om jaarlijks af-schotstatistieken en wildinventarisatiegegevens in te dienen bij de afdeling Bos en Groen. In de loop van 1999 werd op het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer een project opgestart dat de wildbe-heerseenheden hiervoor ondersteuning biedt : i n een eerste fase van het project wordt gewerkt aan de uitbouw van gestandaardiseerde inventarisatie-technieken in samenwerking met een aantal gese-lecteerde wildbeheerseenheden. Dit moet het mo-gelijk maken binnen enkele jaren te beschikken over vrij betrouwbare gegevens over de evolutie van de patrijzen- en hazenstand in een groot deel van Vlaanderen.

Overigens moet erop worden gewezen dat het op dit ogenblik niet evident is eenduidige uitspraken te doen over de evolutie van de patrijzen- en ha-zenstand op Vlaams niveau : uit de eerste voorlopi-ge projectresultaten blijkt immers dat er wildbe-heerseenheden zijn met toenemende populaties van haas en patrijs en wildbeheerseenheden met afnemende populaties. In de Westhoek bijvoor-beeld doet de patrijs het relatief goed : op basis van onderzoek gevoerd door de WBE-groepering "Pa-trijzenbeheer Westhoek" in samenwerking met het Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer wordt de voorjaarsstand geschat op 4,2 broedkoppels/100 hectare ; het totaal aantal broedkoppels wordt er geschat op 2.000 (over een werkingsgebied van 85.000 ha), bijna een verdubbeling ten opzichte van schattingen uit de jaren zeventig. (WBE : w i l d b e -heerseenheid – red.)

(2)

Ik reken erop dat de weidelijke jachtrechthouder voldoende verantwoordelijkheidszin aan de dag zal leggen om te vermijden dat hij door bejaging de wildstand schade toebrengt. Indien blijkt dat dit niet het geval is en dat de wildbeheerseenheden er niet in slagen hun leden aan te zetten tot weidelijke jacht met respect voor de wildstand en de fauna en flora van hun jachtrevieren in het algemeen, e n voor zeldzamere soorten als de patrijs in het bij-z o n d e r, bij-zal ik nagaan of een jachtverbod op patrijs zinvol is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wat de papegaaiachtigen betreft, werd op 23 mei jongstle- den door de Vlaamse regering, op mijn initiatief, een ontwerp-besluit principieel goedgekeurd waarin

Daarnaast wordt in artikel 8 van het besluit van de Vlaamse regering van 26 juni 1996 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende

Wel bedraagt overeenkomstig artikel 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 maart 1998 houdende subsidiëring van de landinrichtingswerken, d e subsidie van het Vlaams

Het ontwerpbesluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 22 juli 1993 betreffende de toegankelijkheid en het occasionele gebruik van

Werkte de dienst met afzonderlijk beheer in het kader van artikel 15 van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 betreffende het financieel en materieel beheer

In het kader van het besluit van de Vlaamse re- gering van 24 juli 1998, gewijzigd bij besluit van 20 oktober 1998, werden door de VHM enkel tegemoetkomingen in de aankoopprijs van

Met toepassing van artikel 83 van het besluit van de Vlaamse regering van 13 novem- ber 1991 houdende uitvoering van het decreet van 19 juni 1978 betreffende het

Het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op wo- n i n g e n , bevat onder meer