• No results found

Cultuur is een verbindende factor in onze samenleving. Zuidwest-Brabant. najaar 2020 BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Cultuur is een verbindende factor in onze samenleving. Zuidwest-Brabant. najaar 2020 BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE"

Copied!
44
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Cultuur is een verbindende factor in onze samenleving

BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

Zuidwest-Brabant

w w w .ra b oe nc o.n l

najaar 2020

(2)

Wij mensen zoeken elkaar graag op, zeker in tijden van crisis. Maar uitgerekend nu we een van de meest ingrijpende crises uit ons leven doormaken, hebben we onszelf moeten aanleren om anderhalve meter afstand te houden tot (bijna) iedereen die ons lief is.

Duurzaam verbonden blijven

Deze editie van Rabo &Co staat in het teken van duurzame verbindingen, in tijden van corona. In ons werk, maar zeker ook privé. Zo geeft Thirza Tetelepta ons een inkijkje in haar familie. De intelligente lock- down viel zowel haar ouders als kinderen zwaar.

Immers, hoe onderhouden kleine kinderen de band met hun grootouders als ze elkaar niet mogen knuffelen of aanraken?

Hockey-international Terrence Pieters en aanstormend kunstenares Klaskie nemen ons mee in het rijke Nederlandse verenigingsleven. Zonder de begeleiding van Kunstbende was de ster van Klaskie nooit zo snel gerezen. Pieters leert ons dat een hockeyclub veel meer is dan een plek om te sporten. De vrijwilligers op de club hebben hem belangrijke levenslessen geleerd, die hem hebben gevormd tot de zelfbewuste man die hij is geworden. De club is van kinds af aan zijn tweede thuis geweest.

De oud-directievoorzitter van Rabobank Hengelo Jan van Holstein (1932) neemt ons mee terug in de tijd. Van Holstein begon in 1948 als jongste bediende bij de Boerenleenbank in Naaldwijk en bleef Rabo tot aan zijn pensionering in 1992 trouw. Hij herinnert zich nog hoe de klerken de juiste formulieren uit de la trokken als ze hun klanten de straat in zagen fietsen.

Zo hecht was de relatie tussen de bank en haar klanten. Na zijn pensionering is de bank in grote mate gedigitaliseerd. Tevreden constateert Van Holstein dat het persoonlijke contact is gebleven. ‘Vertrouwen is de basis van de bank’, aldus Van Holstein. ‘Dan helpt het als je elkaar een beetje kent.’

Afhankelijk

De toekomst van het coöperatieve bankieren wordt verkend door Roland van der Vorst, Head of Innovation bij Rabobank Nederland. ‘De uitdagingen van deze tijd overschrijden de grenzen van onze eigen haard’, aldus Van der Vorst. ‘Ze vragen om een coöperatieve grondhouding. Eén waarbij we ons realiseren dat we afhankelijk zijn van elkaar.’ Met andere woorden, duurzame onderlinge verbindingen zijn belangrijk.

Juist nu.

Cover:

Mirella Ooms, Myra Ceti Steenbergen

Lees haar verhaal op pagina 32

Duurzaam verbinden (op 1,5 meter)

De coronacrisis maakt zichtbaar wat we bij Rabobank al heel lang weten: alleen samen kunnen we bouwen aan een betere wereld.

Daarom zoeken we voortdurend naar duurzame verbindingen, ook op anderhalve meter.

BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

Rabo &Co

(3)

Rabo &Co is een uitgave van de lokale banken van Rabobank Groepsorganisatie en wordt kosteloos verspreid onder leden en relaties van de bank en op verschillende openbare gelegenheden. Rabo &Co wordt gedrukt op duurzaam gerecycled papier en verschijnt in 87 verschillende lokale edities.

Het magazine geeft een inkijk in wat er speelt in de lokale en regionale gemeenschappen en op welke manier de Rabobank hier vanuit haar missie Growing a better world together bij betrokken is. Het magazine verschijnt drie keer per jaar. Concept en realisatie: Coöperatieve Rabobank U.A., Altavia Sumis, MPG, Pop Up Press. Mailadres redactie: communicatie.zwb@rabobank.nl. Lithografie en drukwerkcoördinatie: Altavia Sumis.

Rabo &Co is een uitgave van Rabobank. Niets mag worden overgenomen, opgeslagen en/of verspreid worden zonder toestemming van Rabobank.

Rabobank en leveranciers zijn niet aansprakelijk voor schade van welke aard dan ook als gevolg van onjuistheden in deze uitgave. Afmelden voor Rabo &Co kan per e-mail communicatie.zwb@rabobank.nl of bel (088) 72 26 600.

4

Koop lokaal

Eten wat het seizoen biedt is duur- zaam én je steunt de economie van Zuidwest-Brabant er mee!

8

Interview

Pieter Hack is met zijn bedrijf hard op weg om de eerste blauwe- energiecentrale ter wereld te bouwen, waarin stroom wordt opgewekt uit zoet en zout water.

12

Zoom-party met de familie

13

Portretten

15

Ondernemen in crisistijd Zij volgden een online masterclass van de Rabobank.

16

De coöperatie is springlevend!

18

Rabo ClubSupport

20

Ik werk thuis

Ook bij de Rabobank wordt kantoor straks meer een ontmoetingsplek.

21

Kort Nieuws

Uit de regio Zuidwest-Brabant.

22

CO2 opslaan in de bodem

‘Goed voor de boer en het klimaat’.

24

Ik blik terug

25

Column van Rob van den Aarsen

‘Zonder cultuur vervlakt en ver- schraalt onze samenleving’.

26

Interview

met Steenbergenaar Ad Vermeulen.

28

Arbeidsmarkt

West-Brabant kampt nog steeds met een tekort aan personeel in de zorg en de techniek. Juist in deze tijd zijn er kansen!

32

Cultuurpodia in onze regio Startklaar voor het nieuwe seizoen!

33

De vrijwilliger

Zó zet Christ de Weert zich in voor Hoogerheide.

34

Thuisadministratieloket helpt Mensen in de gemeente Roosendaal met geldzorgen kunnen vanaf dit najaar terecht bij het Thuisadministratieloket.

35

Ledenaanbiedingen

36

Huisje-boompje-beestje Wat gebeurt er als mensen opeens gedwongen moeten thuisblijven?

Hoe maak je het?

38

Help egels met dit hotel de winter door!

Technologie of ecologie?

40

Ligt de toekomst van ons voedsel in hoogproductieve landbouw of juist in meer ecologische technieken?

Rabo & Kunst

42

Stichting Paul

43

Alle kinderen zouden moeten kun- nen sporten. Stichting Paul maakt het in Roosendaal mogelijk!

Puzzel

44

3

inhoudsopgave

(4)

TEKST: MARJOLIJN BERGMANN BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

De coronacrisis heeft de vraag naar streekproducten een enorme impuls gegeven. Consumenten zijn meer gaan

koken, terwijl boeren op zoek gingen naar nieuwe afzetmarkten. Maar blijven

we ook lokaal consumeren, als deze crisis straks voorbij is? En wat voor lekkers heeft onze regio te bieden?

KO OP JI J AL LO KA AL ?

4 Rabo &Co

(5)

Eten wat het seizoen biedt is duurzaam én je steunt de lokale economie ermee

Lokaal je voedsel kopen draagt bij aan de plaatselijke economie en het is duurzaam, want transport over lange afstand is niet nodig. Bovendien maakt het je bewuster van je voeding: wat eet ik eigenlijk en waar komt het product vandaan? Ook brengt het je op plekken waar je anders wellicht niet komt. Dat alles was voor Waterpoort de aanleiding om voor 2020 het thema

“streekproducten” te kiezen. Waterpoort is een samenwerkingsverband van het waterschap en zes gemeenten rondom het Volkerak-Zoommeer, waaronder Bergen op Zoom en Steenbergen. Rabobank ondersteunt dit samenwerkingsverband van harte.

Hans Leermakers is vanuit de Provincie Brabant gebiedsmanager Waterpoort en vertelt enthousiast over het thema: ‘Streekproducten zijn ontzettend actueel, want door de coronacrisis staat het stimuleren van de lokale economie enorm in de belangstelling. We hebben dit jaar tal van initiatieven ontplooid om lokaal geproduceerd voedsel op de kaart te zetten. Zo is Jeroen de Vries – mede met hulp van Waterpoort – de coöperatie Streekproducten gestart, waar lokale producenten hun krachten bundelen. Zij leveren producten aan klanten uit het Waterpoortgebied: zo worden bedrijfskantines en restaurants voorzien van bijvoorbeeld asperges uit Wouw of authentiek brood uit Bergen op Zoom. In het verlengde daarvan is het magazine Proef Streekproducten uitgebracht. In dit tijdschrift kunnen boeren, vissers en tuinders zich presenteren en staan er voor de consument tips in over koken met seizoensgroenten, gezonde voeding en inspirerende locaties om te bezoeken. Bij voldoende animo verschijnt het magazine vier keer per jaar, zodat je elk seizoen bepaalde producten onder de aandacht kunt brengen.’

Zelf oogsten en gerechten bedenken

Een ander mooi project dat perfect past bij het thema is “Bietje gezond op Waterpoortgrond”, gericht op schoolkinderen van groep 6, 7 en 8. Hans: ‘Zo leren ze waar hun eten vandaan komt. Met de klas bezoeken de leerlingen een producent waar ze uitleg krijgen, zelf fruit gaan plukken, aardappels mogen rooien of kunnen vissen. Van die ingrediënten stellen ze vervolgens een menu samen. De beste ideeën worden gebundeld in een boekje. Wij proberen vervolgens de lokale horeca te stimuleren om die gerechten op de kaart te zetten: door kinderen, voor kinderen! Dat is gezonder dan kip met patat en appelmoes op het kindermenu. Dit initiatief is opgepakt door Petra Wevers en Leontine Ouweling en ondersteunen wij vanuit Waterpoort.

Door corona konden niet alle geplande activiteiten doorgaan, daarom is besloten om in 2021 met het thema streekproducten door te gaan. Hopelijk kunnen we in december een kerstmarkt organiseren en volgend jaar in juni ons driedaagse Waterpoortweekend. Daarvoor organiseren een aantal bij ons aangesloten ondernemers – samen met anderen – activiteiten. Er waren al zulke leuke ideeën bedacht: bijvoorbeeld zelf kersen plukken in een boomgaard en hiermee op een ander adres een taartje bakken. Of op braderie “Klundert op ’n Kluitje” een lekkere knapzak vullen en hiermee gezellig gaan picknicken aan de waterkant. Wellicht kunnen we deze plannen in een andere vorm aanbieden, bijvoorbeeld als dagtripjes.’

Wat Hans zijn droom is als het gaat om streekproducten? ‘We hopen echt dat de inwoners streekproducten gaan ontdekken en ondernemers deze trend goed oppakken. Dat het niet iets tijdelijks is, maar blijvend. Het is gewoon een andere manier van boodschappen doen: niet alles bij de supermarkt halen, maar je kaas bij de kaasboerderij, je asperges rechtstreeks van het land, je appels uit de boomgaard en je oesterzwammen in Bergen op Zoom.

Zo eet je wat het seizoen je te bieden heeft, steun je de ondernemer om de hoek én de lokale economie. En het is nog beter voor het milieu ook!’

Zó zetten we lokaal geproduceerd voedsel op de kaart

koop lokaal 5

(6)

De voedselsector kan veel meer doen om consumenten te helpen om meer lokaal te kopen

6 Rabo &Co

(7)

TEKST: REDACTIE RABO &CO BEELD: BAS LOSEKOOT

De coronacrisis heeft de aandacht voor lokaal geproduceerd voedsel ver- groot. Er mogen zich in Nederland dan wel geen echte voedselproblemen hebben voorgedaan, het virus liet wel zien dat het volledig vertrouwen op een globaal voedselsysteem ons kwetsbaar maakt als grenzen plots worden gesloten. De vraag is of we voortaan niet veel beter al ons voedsel lokaal kunnen gaan produceren? En moeten we nog wel zoveel willen produceren voor de export?

‘Soms wordt export tegenover alles-moet-lokaal gezet, maar we moeten vooral op zoek naar een betere balans’, zegt Joris Lohman, oprichter van FoodHub. Met zijn bedrijf is Lohman op zoek naar nieuwe, duurzamere verbindingen in het gepolariseerde landbouwdebat. ‘Lokale consumptie en im- en export kunnen, én moeten, naast elkaar bestaan. Als er één wegvalt door welke oorzaak dan ook, dan vangt het andere dat op.’ Om beide systemen meer met elkaar in balans te brengen, moeten we meer lokaal gaan consumeren, zegt Lohman. ‘Op dit moment is vooral de korte keten in Nederland onderontwikkeld.’

Geen doel, maar middel

Kortere voedselketens moeten nooit een doel op zich worden, zegt directeur Food & Agri Nederland Carin van Huet van Rabobank. ‘Korte ketens kunnen wel een goed middel zijn om andere doelen te realiseren.’ Bij het verpakken, vervoeren en verhandelen van voedsel is een groot aantal bedrijven betrok- ken die allemaal iets willen verdienen. Van Huet: ‘In een keten met minder schakels kunnen we een betere opbrengst voor de boer realiseren.’

Het inkorten van de voedselketen zal de ervaren afstand tussen de stad en het platteland bovendien verkleinen. Als consumenten weer weten waar hun voedsel vandaan komt, hebben ze mogelijk ook meer begrip voor de mensen die hun voedsel produceren. ‘Als samenleving stellen we heel veel eisen aan boeren, bijvoorbeeld qua duurzaamheid’, zegt Van Huet. ‘Maar we moeten dan ook wel samen bereid zijn om hiervoor te betalen, je kunt de rekening niet eenzijdig bij de boeren neerleggen.’

Eten met de seizoenen

Consumenten zullen hun eetpatroon wel moeten aanpassen, als we meer lokaal willen eten. Asperges behoren tot de laatste producten waarvan de meeste stedelingen nog weten wanneer ze groeien. De meeste andere gewassen liggen het hele jaar door in de schappen. Sperziebonen bijvoor- beeld, die alleen ’s zomers uit eigen bodem voorhanden zijn. De rest van het jaar worden ze ingevlogen uit landen als Kenia.

‘In de drukte van alledag is het lastig om de aandacht van de consument te vragen voor lokaal en seizoensgebonden voedsel’, zegt lector Voedsel en Gezond Leven Sigrid Wertheim-Heck van de Aeres Hogeschool in Almere.

De voedselsector zou veel meer kunnen doen om de consument te helpen.

‘Supermarkten kunnen bijvoorbeeld een schap inrichten met uitsluitend regionale seizoensgroenten.’ De consument wil dit ook, denkt Wertheim:

‘We zien in de bierwereld dat seizoensgerelateerde producten het heel goed doen. Denk bijvoorbeeld aan Herfstbock.’

Balans

Conclusie? Het is goed om onze boeren te steunen door meer lokaal te ko- pen, maar we moeten onze mondiale ketens evengoed koesteren. Lohman:

‘Je moet voedsel verbouwen op de plek die zich hier het beste voor leent.

Koffie, thee en bananen blijven we importeren.’ Van Huet: ‘85 procent van onze export blijft binnen Noordwest-Europa. Op wereldschaal is dit eigenlijk gewoon regionale afzet.’

Verbouw voedsel vooral op de plek waar dit het beste groeit

koop lokaal 7

(8)

8 Rabo &Co

(9)

Pieter Hack is oprichter en aandeelhouder van Redstack. Zijn bedrijf is hard op weg om de eerste blauwe-energiecentrale ter wereld te bouwen, waarin stroom wordt

opgewekt uit zoet en zout water. Een Nederlandse topinnovatie, die Redstack in 2016 de titel Nationaal Icoon opleverde. En dat voor iemand die eigenlijk boswachter wilde worden. ‘Ik wilde nooit zo hard gaan werken als mijn vader die huisarts was.’

PI ET ER HA CK

TEKST: SELMA OSMAN BEELD: FRANK RUITER

9

interview

(10)

H

Pieter Hack (61)

Wie

Ondernemer in

Wat

duurzame techniek.

Oprichter van Redstack.

Wereldwijd met

Waar

als thuisbasis Nederland. Woont in

Zevenbergen.

Waarom

Met Redstack wil hij een schone, duurzame oplossing bieden voor het energieprobleem.

Redstack is een uit de hand gelopen hobby

et liefst had hij dit voorjaar naast Mark Rutte gestaan in Mexico. En was hij in Seoul met de Koreaanse energiemaat- schappij Kepco om de tafel gaan zitten. Die landen willen net als Nederland gaan proefdraaien met blau- we energie: het opwekken van elektriciteit uit zoet en zout water. Maar corona gooide roet in het eten. Alle buitenlandse trips werden geannuleerd.

Pieter Hack (61), in zijn tuin in Zevenbergen, blijft er goedgehumeurd onder. De ondernemer heeft zich er allang bij neergelegd dat infrastructurele werken van formaat veel tijd kosten. En geld. ‘Altijd twee keer meer dan je denkt.’ Het duurt nog zeven tot acht jaar voor de eerste blauwe-energiecentrale ter wereld er staat, voorspelt hij. Liefst wel in Nederland.

Na het gifschandaal in Lekkerkerk in de jaren zeventig verruilde Pieter zijn studie bosbouw voor milieutech- niek. Met onderdelenfabriek Magneto in Schiedam,

die titaan anoden produceert voor elektroche- mische apparaten, vergaarde hij zijn fortuin. ‘Ik heb van dit bedrijf een kopie in China gebouwd.

Binnen zes jaar was het Chinese bedrijf groter dan het Nederlandse.’ Sinds Pieter Hack in 2018 beide bedrijven aan een Amerikaans concern verkocht, heeft hij volop tijd voor Redstack. ‘Een uit de hand gelopen hobby’, zo noemt hij het zelf.

Wat is een blauwe-energiecentrale?

‘Zo’n centrale gebruikt het verschil in zoutgehalte tussen zeewater en rivierwater om duurzame elektriciteit op te wekken. Door zoet en zout wa- ter bij elkaar te brengen, kun je met behulp van membranen de energie oogsten die opgeslagen zit in dat verschil.’

Hoeveel stroom kun je daarmee opwekken?

‘Als je al het beschikbare rivierwater pakt dat in zee stroomt, van IJssel, Rijn en Maas, kun je in een droge zomer met een lage waterstand 1.750 megawatt opwekken. Dat is 15 procent van het Nederlandse stroomverbruik, net zo veel als drie kolengestookte centrales. En dan is er nog genoeg water over voor de boten en de vissen.

Het proces werkt volcontinu en is niet afhankelijk van zon of wind.’

Gaat blauwe energie de wereld redden?

‘Nee, ook wereldwijd kunnen we maar 12 tot 15 procent van het elektriciteitsverbruik opwekken.

Niet meer dan dat. In landen als Zwitserland heb je er helemaal niks aan, want die hebben geen zee. Maar in Zuidoost-Azië en Latijns-Amerika heb je heel veel rivieren, dus is daar meer potentie.’

Toen u in 2014 op de Afsluitdijk een proefcentrale opende, was dat een wereldprimeur. Waarom hebben we nog steeds geen blauwe energie?

‘Onze installatie op de Afsluitdijk maakt stroom

10 Rabo &Co

(11)

Ik wil een motor en auto met veel lawaai blijven rijden

voor een paar huishoudens. Wil je een serieuze bijdrage leveren aan de Nederlandse energie- opwekking, dan moet die proefinstallatie 10.000 keer zo groot worden. Niemand durft zoiets in één keer. Dus moet het stapsgewijs: eerst een demonstratie-installatie met stroom voor een klein dorp. Die installatie kunnen we kopiëren tot je genoeg stroom maakt voor een hele provincie.’

In Zeeland?

‘Er zijn meer locaties in Nederland waar zoet en zout water samenkomen. Op het kruispunt van de Philipsdam en de Grevelingendam, bij de Krammersluizen, zou je een centrale kunnen bouwen. We hebben goede contacten met de Zeeuwse provinciebestuurders en Rijkswater- staat, maar nog geen concreet plan.’

Waar wacht u op?

‘Op 30 miljoen euro! Ik heb medeaandeelhou- ders, subsidie en overheidssteun nodig.’

Hoe raakte u bij Blue Energy betrokken?

‘Ik hoorde de onderzoekers van waterinstituut

Wetsus in Leeuwarden praten over een energie- centrale die door gebruik van het IJsselwater dat in de Waddenzee stroomt de huishoudens van Groningen, Friesland en Drenthe van stroom kon voorzien. Ik zat dat op de achterkant van mijn sigarendoosje eens uit te rekenen en dacht: tjon- ge, als ze die centrale gaan bouwen, hebben ze voor 6 miljoen euro aan elektrodes nodig. En mijn bedrijf Magneto maakte die onderdelen.’

En wat deed u toen?

‘Toen heb ik meteen een spin-off bedrijfje opge- richt van dat instituut, Redstack. De eerste jaren volgden we alleen maar wat de onderzoekers in het laboratorium aan het doen waren. Tot in 2011 bleek dat de berekeningen over hoeveel energie je uit een liter water kunt halen, klopten. Toen werd het menens.’

Je zou denken dat u een mooie omzet zag. Of was het meer een po- ging om de wereld beter te maken?

‘Blauwe energie is een onderdeel van de energietransitie. Ik zou het mooi vinden als ik een steentje kan bijdragen aan het gebruik van hernieuwbare grondstoffen.’

U aarzelde even bij deze vraag.

‘Ik zag de vraag aankomen, maar ik weet het antwoord nog niet. Blue Energy is een bedrijfs- matige activiteit, maar wel eentje met heel veel technisch en financieel risico. En ja, ik wil wat toevoegen aan deze wereld. Daar moet ik wel bij zeggen: ik wil best milieuvriendelijker leven, maar geen luxe inleveren. Ik ga niet in de kou zitten, wil vlees blijven eten en ik wil ook een motor of een auto met veel vermogen en veel lawaai rijden.’

U houdt wel van een ritje met de Harley Davidson. En die sportwa- gen in de garage is vast ook niet elektrisch?

‘Een Aston Martin, gekocht toen ik zestig werd.

Een ouderwetse 12-cilinder met heel veel lawaai.

Ik zie het als taak voor de techneuten om ervoor te zorgen dat auto- of motorrijden ook duurzaam kan. Dat mensen zoals ik over heel veel energie beschikken, zónder dat we daar de wereld mee tekort doen. Dat is de uitdaging.’

11

interview

(12)

Door het coronavirus konden veel grootouders hun kleinkinderen een poosje niet bezoeken. Hoe ging een hechte familie daar mee om?

En hoe belangrijk zijn sterke familiebanden eigenlijk?

‘Onze Zoom- party voelde

vertrouwd’

Toen haar kinderen twee en vier jaar oud waren, nam Tirzah Tetelepta hen mee naar de Molukken, naar het geboortedorp van haar ouders. Tirzah is geboren in Winterswijk, haar man is een geboren Groninger, maar de Molukse cultuur zit in de familie. Haar kinderen moeten wat leren over de afkomst van hun familie. Dat is immers ook een deel van hun identiteit, meent Tirzah. ‘Familie vind ik erg belangrijk. Je deelt een onverwoest­

bare band met elkaar.’

Tirzah Tetelepta (1976) werkt bij de Rabobank Groepsorganisatie in Utrecht als projectmanager cyber security. Ze is tevens voorzitter van het Kleurrijk Rabo­netwerk. Het begrip ‘familie’ neemt ze ruimer dan anderen: alle generaties, aftakkingen en partners horen erbij. Tirzahs dochter Amy is vernoemd naar haar vader, haar zoon Ruben naar haar lievelingsoom. Familieverjaardagen zijn áltijd druk bezocht. Oma en opa sturen vrijwel dagelijks appjes naar hun kleinkinderen: ‘Hoe gaat het met onze kindjes?’ Regelmatig logeren Tirzahs kinde­

ren bij hun grootouders, waar alles kan en mag.

En toen was daar het coronavirus.

Tirzah: ‘Omdat mijn ouders tot de risicogroep behoren – vanwege hun leeftijd, maar ook omdat mijn moeder een aangezichtsverlamming heeft – konden we elkaar niet meer bezoeken. Dat vond ik vervelend, ook voor mijn kinderen, maar ik merkte dat met name mijn ouders het er moeilijk mee hadden.’

Steun aan elkaar

We houden misschien niet allemaal van familie­

bezoeken, maar vanuit sociologisch perspectief is familie uiterst belangrijk.

Katya Ivanova is universitair docent sociologie aan Tilburg University, gespecialiseerd in interge­

nerationele saamhorigheid in complexe families.

‘Alle familieleden hebben profijt bij sterke familie­

banden — daar is tal van wetenschappelijk bewijs voor. In zo’n familie voelen mensen zich minder eenzaam en hebben ze steun aan elkaar.

Men zorgt ook voor elkaar. Je kunt ook aan heel praktische voordelen denken: goede kans dat opa en oma regelmatig op de kleinkinderen passen of dat ouders hun kind financieel kunnen steunen bij het kopen van een huis.

Kinderen op hun beurt kunnen ouderen leren omgaan met WhatsApp, om maar wat te noemen, en ze kunnen voor hen zorgen wanneer dat nodig is. Voordat we de verzorgingsstaat hadden, was de familie ons veiligheidsnet. Nog altijd is familie ons belangrijkste netwerk.’

Ivanova vervolgt: ‘Familieleden die regelmatig op de een of andere manier contact met elkaar hou­

den, plukken de vruchten van een familieband — die correlatie is aangetoond. Maar dat hoeft niet per se lijfelijk contact te zijn.’ Dat is goed nieuws, in tijden van corona. Met elkaar bellen of video­

bellen kan dus een goed alternatief zijn.

Op een kluitje

Ook in Tirzahs familie werd bij gebrek aan bezoeken van en aan opa en oma uitgeweken naar videobellen. Pardon: ‘Zoom­parties’, met de hele familie (zie fotobijschrift). ‘Rommelige gesprekken, maar daar staat onze familie om bekend. Het voelde dus heel vertrouwd’, lacht Tirzah. Natuurlijk, videobellen is niet hetzelfde als elkaar in het echt zien. Knuffelen.

Maar de familie bleef er nuchter onder: wat niet kan, kan niet. Maar de opluchting was groot en duidelijk zichtbaar toen Tirzah en haar ouders het weer aandurfden om elkaar te bezoeken.

‘We hadden afgesproken anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Maar zowel de kinderen als mijn ouders konden zich niet bedwingen: ze omhelsden elkaar gauw.’ In juni was er ‘eindelijk weer’ een familieverjaardag en werd het nog eens duidelijk hoezeer ook de ande­

re familieleden fysiek contact hadden gemist.

‘De halve woonkamer bleef leeg. Op de andere helft zat iedereen op een kluitje. Heerlijk.’

TEKST: RENS LIEMAN BEELD: MARCO VAN DUYVENDIJK

Rabo &Co

12

(13)

Agnes (1950) en Joseph (1948) Tetelepta, met hun dochter Tirzah (1976) en hun kleinkinderen Ruben (2013) en Amy (2014). Tijdens de lockdown konden ze alleen online met elkaar praten, via Zoom. Het was de eerste keer voor iedereen even wennen, maar opa en oma zijn blij wanneer hun (klein)kinderen in beeld verschijnen. ‘Kunnen we al die smoeltjes niet ook in een raster zien?’, vraagt Joseph bij hun eerste Zoom-party. Na wat drukken op de knoppen krijgt hij het voor elkaar.

Kijk, daar zijn de kleinkinderen, Ruben en Amy hangen over Tirzah heen. Ze trekken gekke bekken.

‘Hallo lievelingen! Hoe is het daar?’ Agnes ziet Ruben antwoorden, maar ze hoort alleen haar beide zonen, die druk met elkaar in gesprek zijn. Joseph mengt zich erin, wil ook het woord. Agnes trekt zich juist terug. Laat ze hun gang maar gaan. Het wordt steeds rumoeriger, drukker, luider — net zoals op verjaardagen hier in huis. ‘Fijn, zeg.’

Kleinkinderen in tijden van corona

portretten 13

(14)

Tirzah vertelt hoe haar kinderen het online contact met haar ouders tijdens de lockdown hebben beleefd. ‘Ze weten hoe videobellen werkt, dat het nu even wachten is totdat de anderen ook ingelogd zijn.’ Pling: oma en opa. Ruben:

‘Oma, we zien alleen je voorhoofd, haha!’ Tirzah zegt tegen haar moeder dat ze de telefoon iets moet kantelen. ‘Heeee, oma!’ roept Amy blij. Terwijl de rest van de familie inlogt, trekken de twee gekke bekken. Amy drukt haar neus bijna tegen het telefoonscherm, het is reuze interessant om iedereen te zien en te horen praten. Ook hun ooms melden zich en die beginnen met elkaar te praten. Weet de rest wel dat zij er ook nog zijn? Zo is er niets meer aan. De twee springen van de bank. ‘Doei allemaal, wij gaan buiten spelen’, roepen ze nog. En weg zijn ze.

Dochter in tijden van corona

portretten

14

(15)

ONDERNEMEN IN TIJDEN VAN CRISIS

Hoe ondersteun je ondernemers in economisch zware tijden? Met een online masterclass! Want dan kun je elkaar toch spreken, ideeën uitwisselen

en van elkaar leren. Vier deelnemers blikken terug.

Weten wat we nog meer doen voor ondernemers? Kijk op www.rabobank.nl/zwb

online masterclass

Hét moment om dingen te veranderen

‘We moesten plotsklaps dicht, dus hadden tijd genoeg’, vertelt Jeroen Akkermans van Akkermans Leisure & Golf in De Heen. ‘Het is altijd goed je te blijven ontwikkelen, dus super dat de Rabobank dit aanbood. Door de masterclass ben ik met mijn broer, met wie ik het bedrijf run, om de tafel gaan zitten. Want zo’n periode is hét moment om dingen te veranderen. We openden middenin de coronacrisis een coole Adventure Golfbaan. Het was toen frustrerend, maar pakte goed uit:

het is nu superdruk, want gezinnen verlangden na de lockdown naar een leuk uitje. Heel fijn!’

Je team motiveren

‘De Rabobank organiseert wel vaker iets voor ondernemers en nu speelden ze direct in op deze uitdagende periode’, vertelt Jeffrey Coppens, mede-eigenaar van Coppens Uitvaartzorg. ‘Dat waardeer ik enorm! Vooral de sessie over leiderschap heeft me veel gebracht: hoe motiveer je je team, straal je vertrouwen uit en houd je de stress onder controle? Daar kreeg ik nut- tige handvatten voor mee die ik meteen kon toepassen. Online vind ik zo’n master- class iets zwaarder, door het ontbreken van non-verbale communicatie. Een volgende keer kom ik dus graag weer fysiek bijeen, want ik ben een echt mensen-mens.’

Samen innoveren

Vooral het sparren met ondernemers uit an- dere branches vond Bram Beening van Henri’s Fashion uit Hoogerheide erg inspirerend.

‘En de sprekers waren heel enthousiast. Ze gaven praktische voorbeelden waar je echt wat aan had. Zo leerde ik hoe je je personeel kunt betrekken bij het ontwikkelen van innovatieve ideeën – doe het samen! Door de masterclass ben ik de coronacrisis ook minder spannend gaan vinden: maak je alleen druk om dingen dichtbij, waar je zélf invloed op hebt. Dat bracht rust. Super dat de bank zo’n masterclass organiseert. Vooraf leek “online”

me vreemd , want in de winkel hebben we na-

tuurlijk altijd fysieke ontmoetingen. Maar het was ontzettend interactief, je kon al je vragen stellen en het was praktisch: je hebt geen reis- tijd en doet het lekker vanuit huis! Toch gaan we wel een keer met de groep borrelen, want we willen elkaar graag beter leren kennen.’

Het programma

Erwin van Schilt, manager MKB bij Rabo- bank Zuidwest-Brabant: ‘Juist in uitdagen- de tijden is het belangrijk elkaar te spreken, ideeën uit te wisselen en van elkaar te le- ren. Fysiek samenkomen was niet mogelijk, dus gingen we online. Docenten deelden in vijf masterclasses hun expertise en prak- tische tips: over strategisch en financieel management, disruptie, bedrijfsorganisatie en innovatie. Enorm inspirerend!’

Denken in kansen en vooruitkijken!

De coronacrisis bleek voor Reza Smit, eigenaar van Brasserie De Berk uit Bergen op Zoom, hét moment voor reflectie. ‘We moesten toch sluiten en dankzij de masterclass heb ik de bedrijfsvoering weer eens tegen het licht gehouden. Sommige dingen heb ik meteen aangepakt: we richten onze flexibele schil slimmer in en gaan de taken anders verdelen. Verder probeer ik vooral te denken in kansen. Gasten vinden sfeer belangrijker – daar spelen we dus op in, zoals met een take-away Lounge on the Beach.

De masterclass was erg nuttig: ’t hadden meer online sessies mogen zijn!’

15

(16)

Corona houdt de wereld in haar greep. Maar behalve de negatieve gevolgen die we ervan ondervinden, kunnen we er ook iets van leren: terwijl we elkaar fysiek op afstand houden, groeit het besef dat we in geestelijk opzicht juist naar elkaar toe moeten bewegen.

De coöperatie is springlevend

TEKST: ROLAND VAN DER VORST BEELD: BAS LOSEKOOT

heeft op het waterniveau in Bangladesh. Dat de brandende regenwouden in Brazilië wel eens zouden kunnen bijdragen aan de noodzaak tot ophoging van onze dijken. Ook de oplossingen voor deze uitdagingen beginnen bij het besef van onderlinge afhankelijkheid.

Je zou denken dat technologie ons daarbij kan helpen. Maar achteraf bekeken is de hele global village vooral een praatclub gebleken. Iedereen kan online naar hartelust communiceren, spelle- tjes spelen en zaken doen met de hele wereld.

Maar om nou te zeggen dat dit heeft geleid tot een diepgaand besef dat we elkaar nodig hebben, valt nog maar te bezien.

Digitale ecosystemen

Toch komt daar verandering in. Er komt steeds meer ‘coöperatieve technologie’. Zoals systemen die de onderlinge afhankelijkheden tussen meerdere partijen op een goede manier regelen.

De meeste platforms – zoals e-commercebedrijven, dating platforms en marktplaatsen – stimuleren nu nog de economische uitwisseling tussen twee partijen. Maar er komen steeds meer digitale ecosystemen die verschillende spelers met elkaar verbinden op een manier waar iedereen beter van wordt. Denk aan de digitale platforms in bijvoorbeeld Afrika en India die boeren gemakke- lijker verbinden met financiers, zadenleveranciers en afzetmarkten. Goed voor boeren en alle bedrijven in die keten. Deze digitale systemen stemmen de onderlinge afhankelijkheden zorg- vuldig op elkaar af. De spelers staan zo niet meer tegenover, maar tussen elkaar. We zijn vanuit

innovatie bij Rabobank actief aan het investeren in dergelijke platforms in de wereld.

Op de tweede plaats zijn er platforms die expli- ciet het algemene belang behartigen. Een klein voorbeeld dat bedoeld is om voedselverspilling tegen te gaan is Olio, een gratis app die buurtge- noten met elkaar verbindt die eten hebben dat ze zelf niet kunnen opeten. De app werkt eenvoudig:

je maakt een foto van je eten en mensen die zijn aangesloten ontvangen een alert. Inmiddels hebben een miljoen mensen in 49 landen zich hierbij aangesloten. Olio zorgt ervoor dat mensen niet tegenover, maar naast elkaar staan.

Hier zie ik traditioneel een belangrijke rol voor ons in Nederland. Het platform Support Your Locals, dat Rabobank actief heeft helpen bouwen, is zo’n voorbeeld hiervan.

Dit zijn nieuwe coöperatieve systemen die mensen bijeenbrengen op basis van wederzijdse afhankelijkheid. Dat is misschien wel een van de meest hoopgevende ontwikkelingen: het blijft niet meer bij praten alleen. Deze nieuwe syste- men maken het verbinden van mensen minder vrijblijvend.

Bouwer van coalities

Maar er is een derde manier waarop we het individuele belang kunnen helpen overstijgen:

een fysieke plek inrichten waar mensen onder elkaar zijn. Zo is de voetbalkantine voor veel ondernemers in het Westland een plek waar geschillen worden beslecht en oplossingen bedacht. De kantine is een neutrale, derde ruimte, waar men elkaar vertrouwt. Onder het voetbal ontstaat er tijd om het eens te worden.

De kantine is juist zo effectief omdat hij niet bedoeld is voor overleg. Langzamerhand kunnen we elkaar weer gaan ontmoeten. Laten we die mogelijkheid gebruiken om mensen uit ons netwerk bij elkaar te brengen. Van elkaar te laten leren. Hoe zij met de crisis zijn omgegaan.

Kunnen we samen misschien een buurt vooruit helpen?

Zelf ben ik onder andere betrokken bij een initiatief waarbij Rabobank kijkt hoe we boeren wereldwijd kunnen laten profiteren van de opslag van CO₂ in hun land. Ik zie een belangrijke rol weggelegd voor de bank als bouwer van coalities. Op lokaal niveau en op wereldschaal.

Daarmee helpen we de wereld vooruit.

En het is goed voor zaken, want nieuwe initiatieven moeten ook gefinancierd worden.

Twintig jaar geleden klonk de coöperatie voor veel mensen misschien ouderwets.

Tegenwoordig is zij springlevend. Rabobank is bij uitstek de organisatie om te laten zien dat de coöperatie kan werken. Let’s grow a better world together!

Roland van der Vorst Head of Innovation, Rabobank Nederland Meer dan ooit wordt duidelijk dat we alleen door samenwerking problemen kunnen oplossen.

De schade van deze crisis was veel kleiner geweest als landen een gezamenlijke strategie tegen Covid-19 hadden gekozen. Als er goede afspraken waren gemaakt over het delen van kennis, medicijnen en de mobiliteit van mensen.

De schade was minder groot geweest als we gekeken hadden naar de samenhang van de ver- schillende elementen (zoals gezondheidssymp- tomen, ziekenhuiscapaciteit, mobiliteitspatronen en culturele context) en hun systeemdynamische effecten. Als deze crisis íets duidelijk maakt, is het dat we de wereld als geheel moeten beschouwen.

Dat geldt niet alleen voor het bestrijden van Covid-19. De uitdagingen van deze tijd overschrij- den de grenzen van onze eigen haard. Ze vragen om een coöperatieve grondhouding. Eén waarbij we ons realiseren dat we afhankelijk zijn van elkaar. Dat het gebruik van fossiele brandstoffen in New York, Shanghai en Amsterdam invloed

16 Rabo &Co

(17)

Meer dan ooit wordt duidelijk dat we alleen door samenwerking de problemen van deze tijd kunnen oplossen

17

coöperatief

(18)

Hockey-international Terrance Pieters en kunstenaar Klaskie kunnen excelleren dankzij alle vrijwilligers die het verenigingsleven dragen. ‘De club voelt als mijn tweede huis.’

Onze

TEKST: SABINE SLUIJTERS BEELD: STUDIO POLAT

club

Maar we zaten ook jankend in de kleedkamer na een verloren finale.’

ClubSupport

Het verenigingsleven is een van de steunpilaren onder de Nederlandse samenleving. Naar schat- ting telt ons land 28.000 sportclubs en een kleine 40.000 culturele verenigingen. Hier komen jong en oud samen om te ontspannen, te leren of zichzelf uit te dagen. Verenigingen verbinden mensen en bieden een waardevol netwerk. En soms helpen ze jongeren bij het realiseren van hun ultieme droom.

Met ClubSupport ondersteunt Rabobank het Nederlandse verenigingsleven.

errance Pieters is zes jaar als hij begint met hockeyen in de F5 van Almere.

‘Ik was eigenlijk altijd op de club.’

Als hij terugdenkt aan die tijd verschijnt er een grote grijns op het gezicht van de 23-jarige aanvaller van het Nederlands elftal. ‘Op woensdag en vrijdag had ik training. Maar op dinsdag en donderdag organiseerde de vereniging instuif- trainingen voor wie zin had. Daar was ik altijd bij.’

Voor Pieters voelt zijn club als een tweede thuis.

Zijn ouders zijn actief als vrijwilliger. ‘Mijn vader coördineerde de zaalhockey en mijn moeder zat in de communicatie-commissie.’ Hij leert er al zijn beste vrienden kennen. ‘We speelden jarenlang in hetzelfde team. Dan breng je veel tijd met elkaar door en deel je heftige emoties. Intense blijdschap als we een belangrijke wedstrijd wonnen.

Ik wil mee naar de Olympische Spelen in Tokio

T

Samen vieren we de winst

Als coöperatieve bank investeren we elk jaar een deel van onze winst in clubs. Dit doen we onder andere met Rabo ClubSupport. En het mooie is, onze leden hebben er invloed op! Verenigingen en stichtingen kiezen een mooi doel en voeren hier campagne voor om veel stemmen van onze leden te winnen. Elke stem is geld waard.

Rabobank Zuidwest-Brabant stelt in 2020 een bedrag van 150.000 euro beschikbaar. Maandag 5 tot en met zondag 25 oktober kunnen leden hun stemmen uitbrengen. www.rabo-clubsupport.nl.

Rabo &Co

18

(19)

Ik mag

mijn collectie showen in New York

Code

Pieters wordt zes jaar achtereen gecoacht door de vader van zijn beste vriend Manuel Verga.

Van hem leert hij ‘de code’: ongeschreven omgangsregels die hem vormen, ook buiten het hockeyveld. ‘Dat je altijd eerlijk moet zijn.

En iemand moet aanspreken als je het ergens niet mee eens bent.’ Maar wanneer hij gecon­

fronteerd wordt met racistische opmerkingen in en om het veld spreekt hij zich niet uit. ‘Ik vond dat ik ermee moest leren omgaan.’ De grappen die gemaakt worden – ook door teamgenoten – lijken onschuldig, maar raken hem wel degelijk.

‘Mensen realiseren zich gewoon niet wat woorden als ‘zwarte’ en ‘neger’ met je doen.’

Inmiddels hockeyt Pieters vier jaar in de hoofd­

klasse, het hoogste niveau in de hockeysport en maakt hij deel uit van de selectie van het Nederlands elftal. Vorig jaar stapte hij met pijn in zijn hart over van Almere naar Kampong.

‘Dat was een hele moeilijke beslissing, maar ik wilde hogerop. Mijn doel is meegaan naar de Olympische Spelen in 2021 en bij Kampong kan ik beter laten zien wat ik kan.’

Toch biedt een club een sporter niet alleen een platform om te leren en te excelleren, vindt Pieters. ‘De meerwaarde zit ook in het netwerk.

Ik ken genoeg jongens die stageplekken of werk hebben gekregen dankzij de vereniging.’

Zelf vond hij via een bestuurslid van Almere een huis in Amsterdam. Een notaris binnen Kampong hielp hem met het oprichten van een eigen bv.

‘Als ik iets nodig heb, kijk ik eerst even binnen de vereniging of er iemand is die me kan helpen of advies kan geven.’

Kunstbende

Hockey is een teamsport en dus bij uitstek een verenigingssport. Maar ook in de kunst en cultuur spelen verenigingen een belangrijke rol.

Uit recent onderzoek blijkt dat zo’n 1,5 miljoen Nederlanders een creatieve activiteit beoefenen bij een culturele of kunstzinnige vereniging.

Voor de 16­jarige Klaske Duin – of Klaskie zoals haar artiestennaam luidt – is dat Kunstbende, een jaarlijkse wedstrijd voor jong creatief talent, die eerder grote artiesten als Duncan Laurence en Martin Garrix voortbracht. Deelnemers komen uit in diverse categorieën uiteenlopend van fashion en theater tot dj, taal en influencer.

Met gratis workshops bereiden ze zich voor en wie de regionale voorronde wint, mag mee naar het finalistenweekend. ‘Dat is zo leuk. Je ontmoet daar zoveel nieuwe creatieve mensen.’

Met haar kledingcollectie won Klaskie de finale

van 2019 in de categorie fashion. ‘Daardoor mocht ik naar de Fashion Clash in Maastricht en Lowlands. Ik heb daar zoveel geleerd over het organiseren van een modeshow.’ Ook krijgt ze coaching in social media, waardoor ze beter vindbaar is op Instagram. ‘Daardoor ben ik gevonden door NY Fashion Week en mocht ik naar New York om mijn collectie te showen.’

Kunstbende geeft jonge talenten een podium en de kans om te ontdekken of ze echt verder willen in een bepaalde discipline. Naast de workshops en masterclasses zit de meerwaarde vooral in het enorme netwerk dat de vereniging biedt.

Maar liefst 85 procent van de deelnemers krijgt later werk in de cultuursector. Ook Klaskie weet zeker dat ze hierin verder wil. ‘Ik ben interdiscipli­

nair verteller. Ik vertel verhalen en gebruik daar­

voor alle kunstvormen die er zijn. Bij Kunstbende kan ik dat uitproberen. Tot ik achttien ben, ga ik elk jaar meedoen.’

Rabo ClubSupport 19

(20)

KANTOOR WORDT STRAKS MEER EEN ONTMOETINGSPLEK

Geen stress rond de klok van zes, geen reistijd, geen files. Dat vindt HR-professional Linda Jansen van de Rabobank het grote voordeel van thuiswerken. ‘We hebben zelfs online een nieuwe collega ingewerkt en een vijfdaagse opleiding gevolgd. Digitaal kan veel!’

‘Qua ict heeft de Rabobank het allemaal goed geregeld, dus dat is geen belemmering’, vertelt Linda. ‘Ook kregen we – direct na de corona- uitbraak – een thuiswerkvergoeding, bedoeld om je werkplek beter in te richten. Daar heb ik een tweede computerscherm van aangeschaft.’

Hoe ging het samenwerken vanuit huis?

‘Met mijn collega’s stelden we al snel om tien uur een online koffiemomentje in, om onderling goed contact te houden. Sterker nog, we spraken elkaar haast vaker dan ooit! Want normaal werkt ons vijfkoppige team verspreid over de acht kantoren van onze “kring”.

Ook waren er collega’s die op vrijdag online met elkaar borrelden of een pubquiz deden.

Mooi om dat soort initiatieven te zien.’

‘Mijn man werkt op zolder en ik aan de keukentafel: met uitzicht op het water, waar altijd veel te zien is. Daar houd ik wel van, wat reuring. Normaal zitten we in een kantoortuin en is het lastig om vertrouwelijke gesprekken te voeren. Vanuit huis gaat dat eigenlijk veel beter. Ook zit ik liever niet te lang, dus ik loop veel tijdens het bellen. Dat doe je op kantoor niet zo snel. Alleen is het onhandig als je net online met een presentatie bezig bent en de voordeurbel gaat. Of de hond begint te blaffen.

Verder is het belangrijk om structuur aan te brengen in je dag. Zo houd je werk en privé goed gescheiden. Of ik thuis wil blijven werken?

Het liefst twee dagen thuis, twee dagen op kantoor – als er veel collega’s zijn. Dat wordt dan echt een ontmoetingsplek.’

TEKST: MARJOLIJN BERGMANN BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

ik werk thuis

20

(21)

KORT NIEUWS

regio Zuidwest-Brabant

Move Me

ondernemersevent

powered by StartToGrow

Op 29 oktober wordt om 19 uur in de C-Ci- nema’s in Bergen op Zoom & Roosendaal het inspirerende Move Me ondernemerse- vent van StartToGrow gehouden. Vanuit je bioscoopstoel word je geïnspireerd door boeiende sprekers, live Q&A met onderne- mers die anticipeerden op de coronacrisis, de lancering van het eerste STG Magazine en een film die je als échte ondernemer niet mag missen! Met een borrel na afloop.

Dit alles coronaproof! Het event is ook via een livestream te volgen. Info en aanmel- den via: www.starttogrow.nl/moveme.

Food Waste Challenge 2019 bewijst:

horeca behaalt meer resultaat door minder verspilling!

Nederlandse restaurants en hotels kunnen gezamenlijk jaarlijks 61 miljoen kilo minder voedsel verspillen en daarmee 582 miljoen euro besparen. De Food Waste Challenge is een initiatief van de stichting Samen tegen Voedselverspilling en de Rabobank. Deelname is gratis, gemakkelijk en kost bovendien weinig tijd. Voorinschrijving voor de Challenge in 2020 is al mogelijk. Je ontdekt hoeveel je kunt besparen door minder te verspillen, door gebruik van slimme tips en tools. Meedoen is goed voor de wereld én goed voor je portemonnee. En dat smaakt naar meer. Kijk snel op: www.horecafoodwastechallenge.nl.

Duurzamere voeding

Samen op weg naar duurza- mere voedselproductie

Met Food Forward stimuleert Rabobank consumenten en voedselproducenten om duurzamere keuzes te maken in hoe we met ons eten omgaan. Deelnemers gaan in teams onder begeleiding van experts aan de slag met de voedseluitdagingen van de toekomst. Meer info en de regioscan West-Brabant & Zeeland lees je online op www.rabobank.com/FoodForward.

Rabobank tekent FIT!

akkoord

Samen bereik je meer dan alleen

Ruim dertig organisaties tekenden deze zomer het akkoord. Zij zoeken de samenwerking op, om inwoners van de gemeente Roosendaal lichamelijk, geestelijk én sociaal fit te krijgen en houden. Als bank hebben we inmiddels een gezonde werkvloer gecreëerd. Zo zijn onze kantoren o.a. rookvrij en voorzien van gezonde kantines. Ook bieden we aan onze medewerkers gratis fruit aan en stimuleren we bewegen door lunchwandelingen en het beschikbaar stellen van fietsen voor klant-

bezoeken. Daarnaast pakken we ook onze maatschappelijke rol om een boost te geven aan de vitaliteit van inwoners binnen de ge- meente. Denk aan bijdragen die we als Rabo- bank beschikbaar stellen vanuit onze fondsen zoals Coöperatiefonds en Rabo ClubSupport om projecten gericht op het bevorderen van de vitaliteit een warm hart toe te dragen.

BioVoice

Challenges van start

Rabobank is betrokken bij BioVoice, een programma voor biobased en circulaire business innovatie. Van de maar liefst 85 ingediende pitches, sloten er 32 aan bij de behoeften van de uitdagers. Na een uitgebreide, digitale kennismaking bespraken de vragende en aanbiedende partij de voorgestelde oplossingsrichting en stelden vast of er een match was.

Twintig potentiële samenwerkingen is een resultaat om trots op te zijn.

Vol enthousiasme is er begonnen aan het uitdiepen van het projectvoor- stel om toe te werken naar een innovatiecontract. www.biovoice.nl.

21

(22)

Zijn vader zette de toon.

Die reed naar Flevoland om roofmijten te halen om de spint onder controle te houden. Milieubewust heette dat toen. Fruitteler Joris Wisse gaat een stap verder. Hij slaat CO₂ op in de bodem. ‘Goed voor de boer en het klimaat.’

voor wordt betaald. Boeren kunnen zo bijdragen aan de klimaatdoelen, zeggen Teus Baars van Zeeuwind en Luuk van Wezel van landbouworga- nisatie ZLTO, de initiatiefnemers van het project.

De boeren krijgen er ook wat voor terug: gezon- dere bodems vol vruchtbare organische stof die werkt als een spons; het kan nattigheid opnemen en ook weer afscheiden. De bodem is zo beter bestand tegen extreme droogte en hevige regenval.

Meer oorwormen

Niet dat fruitteler Wisse last heeft van de droogte.

‘Ik heb voldoende zoet water uit het Zoommeer, maar boeren op Schouwen-Duiveland en Noord-Beveland hebben wel een schrijnend te- kort aan water.’ Aan een beter bodemleven werkt hij zelf al vijf jaar. Planten halen CO₂ uit de lucht en ls Joris Wisse (42) tussen zijn

fruitbomen loopt, kan hij ze zien. De windmolens van het Krammerpark in het noordoos- telijke puntje van Zeeland. De eigenaren van dat windenergiepark – de coöpe- raties Zeeuwind en Deltawind – investeren een deel van de opbrengst uit hun groene energie in de omgeving. Lokale boeren krijgen jaarlijks 100 euro per ton koolstof die ze opslaan in de bodem.

Over vijf jaar moet er in totaal 2.750 ton CO₂ in de klei zijn opgeslagen: dat staat gelijk aan tweedui- zend retourvluchten naar New York.

Met zijn 18 hectare fruit en 16 hectare akkerbouw in Anna Jacobapolder is Wisse een van de vijftien boeren die koolstof uit de lucht gaan vastleggen in hun landbouwbodems. Het zogeheten ‘carbon farming’ is niet nieuw, wel nieuw is dat er nu

TEKST: SELMA OSMAN BEELD: ANNABEL OOSTEWEEGHEL

Zeeuwse akkers slaan CO 2 op

A

22 Rabo &Co

(23)

zetten dat om in koolstof. Voeg je plantenresten zoals compost of stro toe, dan sla je koolstof op in de bodem.

‘Sinds ik natuurcompost gebruik, heb ik meer oorwormen. Een heel nuttig insect dat de perenbladvlo bestrijdt.’ Zo spaart hij een ge- wasbeschermingsmiddel uit. Dit voorjaar heeft Wisse vanwege het carbon farming-project wel méér natuurcompost uitgereden. Het is een van de twaalf boven- en ondergrondse maatregelen waar boeren uit kunnen kiezen. Net als diepwor- telende groenbemester inzaaien, niet meer ploe- gen of het hakselen van stro achter de combine.

‘Waar je normaal geld kunt krijgen voor stro als diervoer, kies je er nu voor om dat te investeren in je bodem’, zegt Wisse. En dat vijf jaar lang.

Want gaat de boer ploegen of rooien, dan komt de koolstof als CO₂ weer in de lucht. Niet alle maatregelen zijn zonder risico, waarschuwt hij.

‘Ik heb een contract getekend dat ik 40 ton CO₂ per jaar ga vastleggen op mijn bedrijf. Dat is tech- nisch gezien best een risico. Je kunt niet zomaar op al je percelen starten met niet-kerende grond- bewerking. Want stel dat je bepaalde onkruiden niet meer weg krijgt of een misoogst hebt? Dat risico komt niet in je opbrengstprijs terug.’ Daar-

om is het volgens Wisse terecht dat boeren die meedoen aan het proefproject beloond worden voor hun inspanningen. En die vergoeding? Die is hij dit jaar al helemaal kwijt aan de aanschaf van de compost.

Tweede Maasvlakte

Achteroverleunend geld opstrijken is koolstof- boeren zeker niet, grinnikt Wisse. Klimaatactivis- me al evenmin. Hij hoopt dat de pilot anderen over de streep trekt. ‘Dat we als boeren over vijf jaar met een goed onderbouwd verhaal naar de industrie kunnen gaan. Zou het niet mooi zijn als over een paar jaar de Tweede Maasvlakte aansluit om haar CO₂-uitstoot bij agrariërs in de bodem te bufferen?’

De industrie heeft met de overheid afspraken gemaakt in het Klimaatakkoord. De grootste uitstoters mogen hun rechten alleen onderling verhandelen. Zij kunnen hun CO₂ niet compense- ren met vrijwillige koolstofvastlegging.

Wisse: ‘Het staat bedrijven vrij om te werken aan een betere leefomgeving.’ Wisses opa en vader kwamen uit een andere generatie fruittelers. ‘Bij hen draaide het vooral om méér kilo’s appels en peren van een hectare halen.’ Voor Joris Wisse telt ook andere winst: ‘Koolstofboeren is een extra inspanning die je niet direct in je portemonnee terugziet. Je krijgt er wel een betere bodem voor terug of appels gekweekt met minder chemische middelen.’ Als hij een kans ziet om duurzamer te werken, dan grijpt hij die. ‘Vooruitlopen geeft energie. Maar het moet wel win-win zijn. De continuïteit van het bedrijf staat voorop.’

Boeren kunnen zo bijdragen aan

klimaatdoelen

Rabo & koolstof

‘Rabobank ziet potentie in het verwaarden van koolstof’, zegt specialist klimaat en duurzaamheid Cees van den Bos van Rabobank. ‘Uit

deze pilot kunnen we leren of carbon farming bijdraagt aan

betere bodems en hogere opbrengsten

voor boeren. Een eerlijk verdienmodel

is een belangrijke voorwaarde voor de verduurzaming van de

sector.’

23

voorlopers

(24)

Jan van Holstein (1932) is van jongste bediende bij de Boerenleenbank opgeklommen tot kassier. Bijna een halve eeuw later gaat hij in 1992 als directeur van Rabobank Hengelo met pensioen. In al die jaren zag hij het bankwezen enorm veranderen.

jongste Van bediende tot kassier

TEKST: RENS LIEMAN BEELD: JITSKE SCHOLS

beetje aan persoonlijk contact, bij de alledaagse bankzaken althans. Maar dat is logisch, we leven in een andere tijd.’ Bovendien is het persoonlijk contact met de klant bij Rabobank zeker niet verdwenen, zegt Van Holstein: ‘Als een klant in mijn tijd een lening aanvroeg, dan bekeek ik zijn track record en controleerde ik de cijfers.

Toch was vertrouwen de basis. Dan helpt het als je elkaar een beetje kent. Dat is, denk ik, onveranderd gebleven bij Rabobank. De direc- teuren van de lokale Rabobank kennen de bedrijven en de ondernemers uit de buurt.’

e schrijven 1948. Jan van Holstein - dan 16 jaar oud, nu 88 - komt op voordracht van zijn vader bij de Naaldwijker Boerenleenbank te werken. Hoewel hij later naar Twente zou verhuizen, bleef hij de bank altijd trouw. Hij maakte de fusie tussen de Boeren leenbank en de Raiffeisenbank mee en zag bovenal van dichtbij hoe het bankieren én zijn clientèle veranderden. Een van die belangrijke veranderingen was automatisering en digitali- sering. Als jongste bediende zette Van Holstein zelf de eerste stapjes in die richting. ‘Mijn werk bestond aanvankelijk vooral uit het uittypen van dagafschrijvingen. Dat deed ik op een typemachine in een achterkamertje van de bank.’

Als de eerste boekhoudmachines op de markt komen, wordt Van Holstein op cursus gestuurd.

‘Toen ik terugkwam, was ik een hele pief: ik wist als enige hoe je die machine moest bedienen.’

Na de ‘giralisering van het loonzakje’ in de jaren zestig kreeg de bank steeds meer particuliere klanten. Het contact met klanten is dan nog heel persoonlijk. ‘Ik had een medewerker die kon zien als er een vaste klant aan kwam fietsen en dan alvast het juiste formulier en geldbedrag klaar- legde. ‘Honderd gulden weer, meneer Jansen?’

Als een boer voor een lening de bank binnenliep, dan hoefde hij maar te vragen: ‘Is Van Holstein er?’’ De grote vlucht van de digitalisering kwam pas later, nadat Van Holstein in 1992 pensioneer- de als directeur van Rabobank Hengelo. ‘In de banken van tegenwoordig ontbreekt het wel een

Vertrouwen was de basis. Dan helpt het als je elkaar

een beetje kent

W

ik blik terug

24

(25)

et is opvallend hoe door de corona-pandemie discussies opeens in een ander licht komen te staan. Zo hebben we als ledenraad heel wat keren gesproken over het sluiten van pinautomaten. Door corona is dat opeens minder relevant, want contant betalen gebeurt veel minder. Als ledenraadslid voel je je meer betrokken bij de bank: je weet wat er leeft onder de leden en wat er speelt in de bancaire sector. Bovendien heb ik er veel nieuwe mensen leren kennen en geniet ik van interessante bedrijfsbezoeken. Wellicht gaan we in de toekomst vaker bijeenkomsten organiseren bij de ondernemers op de werkvloer. Op die manier leer je elkaar nog beter kennen en kun je van elkaars ervaring leren.

Het is bijzonder om te zien dat het de bank lukt om lokaal verbonden te blijven – ook in deze tijden van verdergaande digitalisering. Je ziet medewerkers bij lokale evenementen, ze bezoeken scholen en ondersteunen verenigingen met Rabo ClubSupport. Ook bij problemen staan ze voor de samenleving klaar: het Coöperatief Fonds gaf veel instellingen een steuntje in de rug toen de inkomsten wegvielen door corona. Het stilvallen van al die culturele activiteiten vervlakte en verschraalde de samenleving. Kunst en cultuur zijn de slagroom op de taart! Als dat wegvalt, is het moeilijker om een zinvolle invulling te geven aan je leven. Het is zó inspirerend om samen aan iets te werken.

Digitaal is efficiënt, maar minder inspirerend

Bij mij zat het er al jong in: altijd was ik actief in verenigingen en genoot ervan om samen iets op te bouwen. Daarbij is voor mij het proces belangrijker dan het doel. Al vind ik het ook heerlijk om het eindresultaat te delen met het publiek. De verbondenheid die je voelt met de toeschouwers of deelnemers maken mij een gelukkig mens. Van huis uit ben ik geschoold als musicus. Aan het conservatorium deed ik de opleiding barokmuziek en aanvullend heb ik de directie opleiding gedaan. In het verleden was ik dirigent bij diverse koren; nu alleen nog bij het CQ-koor. Dat staat voor Casu Quo – we zingen van alles en nog wat. Het leuke is dat onze zestig zangers bijna allemaal koppels zijn. Zo hebben we altijd een goede mix van mannen en vrouwen.

Daarnaast ben ik voorzitter van de Bergse Operette Vereniging (BOV). Vanwege corona zijn onze jaarlijkse voorstellingen in Theater De Maagd helaas een jaar uitgesteld, naar maart 2021.

We bestaan nu 66 jaar en in de loop der tijd werd de operette verdrongen door de populaire musical. We hebben 45 leden die een jaar lang keihard werken aan de nieuwe productie: audities doen, repeteren, decors bouwen, rekwisieten verzamelen en kostuums maken. We huren altijd een artistiek team in – een regisseur, choreograaf en muzikaal leider – dat met ons repe teert. En met succes, want al vier jaar op rij hebben we de Nederlandse Amateur Musical Award gewonnen! Nu we niet

kunnen repeteren, zoeken we naar alternatieven om onze vereniging toch levend te houden. Dus zijn de leden druk met een experiment:

een musicalfilm. Ze schrijven zelf de verhaallijn, componeren de muziek en maken de choreografie. Heel bijzonder dat we nu op de ontwerpersstoel gaan zitten. Dat heeft corona toch maar losgemaakt! Mocht de productie lukken, dan gaan we de film uiteraard ook vertonen. Een bijzonder proces! Ook op andere manier zoeken de leden elkaar op, waardoor online initiatieven ontstonden als een digitale quiz night.

Toch maar beginnen met voorbereiden

Elkaar digitaal ontmoeten – zoals bij vergaderingen – is misschien wel efficiënt, maar niet zo inspirerend. Dat ervaar ik ook als voorzitter van de “kemissie Prottekol” van de Stichting Vastenavend. Als commissie verzinnen we ieder jaar het motto, maken daarover een liedje en schrijven het spel voor het Vastenavendspektakel voor de kinderen op de Grote Markt. De sfeer in de stad, de optocht, de meer dan honderd dweilbandjes en de enorme betrokkenheid van de bevolking…

dat maakt het zo’n bijzonder evenement. Het is niet voor niets dat voor veel mensen het jaar loopt van Vastenavend naar Vastenavend. Ondanks corona zijn we gewoon begonnen met alle voorbereidingen: we bedenken weer een motto en kiezen op de 11e van de 11e gewoon een nieuwe prins. Natuurlijk houden we er rekening mee dat het niet zal worden zoals we gewend zijn. Er liggen al diverse scenario’s klaar, want op een kluitje samenkomen in een zaal zal dit jaar waarschijnlijk niet gaan. Wellicht doen we meer buiten of gaan we dingen online uitzenden. De tijd zal het leren…

Me inzetten voor mijn koor, de BOV, Vastenavend en actief mee- doen – dat geeft mij energie. Voor anderen is dat weer anders:

die worden blij van passief meedoen. Dat is dus heel persoonlijk.

Maar door betrokken te zijn, ontstaat echte verbondenheid. Dat voelt de Rabobank haarfijn aan. Zij zetten zich actief in en staan daardoor nog altijd dichtbij de samenleving.

Rob van den Aarsen (55)

Lid van de ledenraad van Rabobank Zuidwest-Brabant

Zonder cultuur vervlakt en

verschraalt onze samenleving

BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

H

column 25

(26)

Zijn hart klopt voor Steenbergen:

voor de geschiedenis, de cultuur, het carnaval en het behoud van

de kerk. Ad Vermeulen – voor velen beter bekend als Sinterklaas – wil graag iets terugdoen voor de

samenleving. En hoe!

AD VE RM EU LE N

TEKST: MARJOLIJN BERGMANN BEELD: KOEN MOL FOTOGRAFIE

d is een echt familiemens; komt zelf uit een gezin van tien kinderen. Als klein jochie luisterde hij al ademloos naar de verhalen van zijn oma over de geschiedenis van hun stad aan zee. ‘Op de oude kaarten kun je dat zo mooi zien: Steenbergen had toen nog een verbinding met zee en dreef veel handel met Antwerpen en Engeland. We zijn een ondernemend volkje, dat zie je nu nog terug.’ Die geschiedenis houdt Ad graag levend én hij houdt van de Brabantse gezelligheid. Zo heeft hij in 2018 samen met Heemkunde Kring “de Steene Kamer” een Historische Culturele Stadswandeling georganiseerd.

‘Op verschillende locaties in de stad werden verhalen verteld: bijvoorbeeld over Napoleon, de suikerfabriek en het galgenkerkhof. De verhalenvertellers waren uitgedost in historische kleding, om nog meer de sfeer van toen te creëren. De reacties waren zo positief, dat daaruit de stadsherauten zijn ontstaan. Nu kan men via de VVV historische wandelingen boeken over diverse thema’s.’

De theaters in!

Ook met zijn nieuwe theatergroep “D’ouwe Stukke”

brengt hij liedjes en sketches over Steenbergen. ‘Door ouderen, voor ouderen. We hopen dat mensen de verhalen herkennen, voelen “dat is van ons”.

A

26 Rabo &Co

(27)

Ik ben dit gaan doen naast Totaaltheatergroep Cameleon, waar ik nog spelend lid en voorzitter van ben. De afgelopen dertig jaar heeft Cameleon meer dan vijfentwintig producties op de planken gebracht; soms in samenwerking met harmonie De Volharding. Dan trokken we drie avonden een volle zaal van negenhonderd bezoekers. Dat werd indertijd mede mogelijk gemaakt door een gift van de Rabobank. Dat is echt de kracht van de bank: lokale doelen ondersteunen die de samenleving leefbaar houden. Dat geldt ook voor de sponsoring die veel clubs krijgen van ondernemers. Iedereen heeft belang bij een levendige gemeenschap. En de vele vrijwilligers die zich voor dit soort dingen inzetten, zijn het cement van de samenleving.’

De mooiste rol

Voor Ad begon zijn vrijwilligersloopbaan al in de jaren zeventig. Met een groepje jongeren richtte hij Jeugd Inspraak Steenbergen op, om voor de jeugd activiteiten te organiseren als filmavonden en popfestivals. Daar kwam het jongerencentrum

“De Gammelen” uit voort. Nog steeds vindt hij het belangrijk om jongeren te stimuleren een bijdrage te leveren aan de samenleving. Zelf deed hij dat op veel manieren. Ad: ‘Toen ik trouwde, zei ik tegen mijn vrouw Helma: ik zou wel Sinterklaas willen worden. Dus maakten kennissen een mooi pak voor mij, trok ik met de pietengroep langs de scholen en ging op bezoek bij gezinnen. Ook onze kinderen hielpen mee, verkleed als Piet.

We studeerden thuis dansjes in en schreven zelf liedjes. De vreugde dat zo’n feest brengt, is echt onbeschrijflijk! Ik weet nog dat ik de eerste keer aankwam in de haven van Steenbergen en me realiseerde: nu mag ik Sint zijn! De Sinterklaas uit mijn jeugd – koster Van de Welberg – vergeet ik ook nooit meer. Het is de mooiste rol uit mijn leven. Vooral de interactie met de kinderen is heel bijzonder.’

Blààuwe Snor

Een feest dat net zo verbindt als Sinterklaas, is natuurlijk Carnaval. Ook daar heeft Ad zijn sporen verdiend. ‘Zo was ik als lid van Stichting Karnaval Steenbergen elf jaar de Nar Meej z’n Blààuwe Snor. Die naam? Die verzonnen we ter plekke, tijdens het schminken. Hup, de snor blauw en de nar was geboren. Het straatcarnaval op maandag, samen dweilen door de straten, het spel op de Markt voor de kinderen – wat een verbondenheid! Iedereen werkt samen, het bruist van de ideeën en creativiteit. Dat is toch prachtig!

Nu vorm ik met zes gezellige gepensioneerden de “Muppets”. Wij verzorgen hand- en- spandiensten voor het carnaval – van de loods opknappen, bordjes maken tot een stukje weg bestraten. Op verzoek doen we dat ook voor andere verenigingen en Ons Steenbergen. Zo beland ik niet achter de geraniums!’

De stad leefbaar houden

Dat zal zeker niet gebeuren. Ad ging na een loopbaan bij offshore-bedrijf Heerema in 2017 met pensioen, maar lijkt drukker dan ooit. Hij past twee keer per week op de kleinkinderen, houdt

al dertig jaar met de wijkvereniging de buurt tiptop in orde en zet zijn schouders onder nieuwe projecten. ‘Zo stuur ik de gemeente mailtjes over de herinrichting van het stadspark. Hoe mooi zou het zijn als daar een leuke speeltuin komt voor de kinderen en een openluchttheater? Ideaal voor optredens van de harmonie, voordrachten van dichters of voorstellingen met zang, toneel of dans. Dan wordt het een echte ontmoetingsplek – dat komt de leefbaarheid weer ten goede.’

De parel van Steenbergen

Tot slot nog een laatste missie waar Ad zijn tomeloze energie insteekt: ‘Met 120 (oud-) Steenbergenaren hebben we een brief gestuurd naar de gemeente, het kerkbestuur en bisdom voor het behoud van de Sint-Gummarus. Die kerk is echt de parel van ons stadje. Als we daar toch eens de Heemkunde Kring en het Archeologisch Centrum kunnen onderbrengen? En dat er plek komt voor jonge ondernemers? Dan wordt het ’t kloppende hart van onze mooie stad!’

De vele vrijwilligers in Steenbergen zijn het cement van onze samenleving

Ad Vermeulen (66)

Wie

Was Sinterklaas en de

Wat

Nar bij Carnaval, maar zet zich ook in voor cultuur, zijn wijk en

de kerk

In Steenbergen, want

Waar

daar is hij geboren en getogen

Waarom

Hij wil de verhalen van Steenbergen levend houden en bijdragen aan de samenleving

27

interview

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om hen een steuntje in de rug te geven hebben we deze stichting opgezet in de Bommelerwaard; waakmanden bestaan al, maar voor zover wij hebben kunnen nagaan alleen in

Voor de werknemers in de subsector GID (PC 331.02) wordt nog een aparte regeling rond koopkracht uitgewerkt, aangezien hun barema’s direct gebaseerd zijn op de federale barema’s

verschijnselen zijn zijn onderwerpen, andere heeft hij niet (als 'hebben' hier iets moet betekenen); die onderwerpen moet hij begrijpen en bespreken met zijn eigen brein en de daarin

Toekomstige bewoners van ‘t Vaneker kunnen dit voortzetten door hun woningen (en gebouwen) zoveel mogelijk te bouwen en te gebruiken met respect voor mens en milieu..

Welk tiental komt net voor en net na de gegeven getallen?.

Joosten: “Onze gemeente heeft zelf geen instelling voor maatschappelijke opvang die als briefadres kan fun- geren, maar voor mensen uit Nieuwegein is het niet altijd eenvou- dig

Zeg dus niet alleen dát je iemands financiële gegevens moet hebben om te helpen zijn schulden op te lossen, maar ook wat je precies met die informatie gaat doen.” *. Gerrit

9 kai touto proseuchomai ina è agapè umón eti mallon kai mallon perisseuè en epignósei kai pasè aisthèsei en dit bid ik dat de liefde van u nog meer en meer