• No results found

Voorlopig BESLUIT inzake geschil Eager Telecom - KPN Telecom

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Voorlopig BESLUIT inzake geschil Eager Telecom - KPN Telecom"

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Voorlopig BESLUIT inzake geschil Eager Telecom - KPN Telecom

OPTA/IBT/2000/202922 3 november 2000

Voorlopig besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 6.9 juncto artikel 6.3 van de Telecommunicatiewet in het geschil tussen: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Eager Telecom B.V., gevestigd te Enschede, gemachtigde: mr. N. Doorduijn, advocaat te Den Haag;

en

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid KPN Telecom B.V. en haar dochtermaatschappijen, gevestigd te 's-Gravenhage,

gemachtigde: mr. M.A.P. Visser, advocaat te Amsterdam.

A. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

- Op 21 juni 2000 heeft Eager Telecom B.V. (hierna: Eager Telecom) het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) verzocht een beslissing te nemen ex artikel 6.9 en artikel 6.3 van de Telecommunicatiewet (hierna: Tw) inzake een geschil met KPN Telecom B.V. (hierna: KPN). Eager Telecom heeft het college verzocht tevens een voorlopig besluit te nemen dat geldt tot het definitieve besluit als bedoeld in artikel 6.3, derde lid, onder b, van de Tw.

− Op 23 juni ontving het college aanvullende informatie van Eager Telecom.

− Op 23 juni 2000 heeft het college KPN op de hoogte gesteld van het verzoek van Eager Telecom en heeft hij KPN in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het verzoekschrift van

Eager Telecom.

− Op 6 juli 2000 ontving het college het verweerschrift van KPN.

− Op 10 juli 2000 ontving het college aanvullende informatie van Eager Telecom.

− Op 25 juli 2000 ontving het college aanvullende informatie van Eager Telecom.

− Op 27 juli 2000 hebben beide partijen tijdens een besloten hoorzitting hun standpunten nader toegelicht. Eager Telecom werd ook vertrouwelijk gehoord.

− Op 11, 14 en 18 augustus 2000 ontving het college aanvullende informatie van KPN naar aanleiding van de hoorzitting.

− Op 14 augustus 2000 ontving het college aanvullende informatie van Eager Telecom naar aanleiding van de hoorzitting.

− Op 24 augustus 2000 ontving het college een reactie van Eager Telecom op de aanvullende informatie van KPN van 11 en 18 augustus.

(2)

B. DE FEITELIJKE GRONDSLAG VAN HET GESCHIL

1. Aan het geschil liggen de volgende feiten ten grondslag:

a. Eager Telecom staat geregistreerd bij het college als een aanbieder van een openbaar

telecommunicatienetwerk in de zin van art. 6.1 Tw en als een aanbieder van huurlijnen als bedoeld in art. 2.1, eerste lid, Tw;

b. KPN is een aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk en een openbare

telecommunicatiedienst in de zin van art. 6.1 Tw en is op grond van art. 20.1, eerste lid, Tw aangewezen als een aanbieder van een vast openbaar telefoonnetwerk, een vaste openbare

telefoondienst en huurlijnen in geheel Nederland die beschikt over aanmerkelijke macht als bedoeld in art. 6.4, eerste lid, en art. 7.2, eerste lid, Tw;

c. Eager Telecom biedt sinds begin 1999 aan haar afnemers (data- en spraak-)verbindingen aan; d. Eager Telecom maakte ter aanvang van haar netwerk gebruik van M.1040 huurlijnen van KPN; e. KPN leverde tot mei 2000 de M.1040 huurlijnen zonder filters;

f. Vanaf begin mei 2000 levert KPN de M.1040 huurlijnen met filters die geen hoge frequenties doorlaten, waardoor deze huurlijnen niet meer gebruikt kunnen worden in combinatie met breedbandmodems;

g. Bij brief van 6 juni 2000 heeft Eager Telecom KPN gesommeerd de filters te verwijderen; h. Bij brief van 16 juni 2000 heeft KPN laten weten aan deze sommatie geen gehoor te geven;

i. Eager Telecom wenst voor de realisering van date- en spraakverbindingen ontbundelde toegang tot de aansluitlijn (hierna: “MDF-access”)van KPN te verkrijgen;

j. Eager Telecom heeft daartoe KPN verzocht om MDF-access voor 11 locaties; k. KPN heeft Eager Telecom nog geen MDF-access geleverd op deze locaties.

C. HET WETTELIJK KADER

2. Artikel 6.9, eerste lid, Tw stelt dat aanbieders, aangewezen door het college krachtens artikel 6.4, eerste lid, Tw, voldoen aan alle redelijke verzoeken tot bijzondere toegang.

3. Op grond van artikel 20.1 Tw zijn KPN Telecom en haar groepsmaatschappijen aangewezen als aanbieder met een aanmerkelijke macht op de markt, voorzover zij aanbieder zijn van een vast openbaar telefoonnetwerk, een vaste openbare telefoondienst en huurlijnen in Nederland. 4. KPN dient aan andere aanbieders bijzondere toegang te verlenen onder gelijke voorwaarden en

gelijke omstandigheden, zoals beschreven in art. 6.5, onder a, Tw en onder gelijke voorwaarden en als die onder gelijke omstandigheden gelden voor haarzelf of haar dochterondernemingen, zoals beschreven in art. 6.5, onder b, Tw.

(3)

stellen die tussen degene die bijzondere toegang moet bieden en degene die er om vraagt, zullen gelden.

6. De Memorie van Toelichting bij Tw stelt dat artikel 6.9 Tw betekent dat, gegeven de redelijkheid van het verzoek van degene die om bijzondere toegang vraagt, deze aanbieders de bijzondere toegang niet kan weigeren. Uitsluitend in het geval dat er sprake is van een onredelijk verzoek zal een vraag om bijzondere toegang niet gehonoreerd hoven te worden. De Memorie van Toelichting bij de Tw stelt voorts de vraag dat of een verzoek redelijk is in eerste instantie door degene die het verzoek doet en degene die het zal moeten honoreren, in onderling overleg beantwoord zal moeten worden. 7. In de Tw wordt bijzondere toegang gedefinieerd als 'toegang tot een telecommunicatienetwerk op

andere punten dan de netwerkaansluitpunten die aan de meeste gebruikers worden aangeboden'. Reeds in het oordeel van het college inzake het interconnectiegeschil tussen EnerTel en KPN d.d. 17 december 1997 heeft het college vastgesteld dat een verzoek om toegang tot onderdelen van het aansluitnet van KPN aan te merken is als een verzoek om bijzondere toegang.

8. In de 'Richtsnoeren met betrekking tot ontbundelde toegang tot de aansluitlijn ("MDF-Access")' d.d. 12 maart 1999 (hierna: de richtsnoeren MDF-access) heeft het college gesteld dat een verzoek om MDF-Access redelijk is indien:

a. de toegang noodzakelijk is voor de verzoekende partij om te concurreren op de

telecommunicatiemarkt. Weigering van toegang zou in dat geval ertoe leiden dat de toegang tot de eindgebruiker onmogelijk of in aanzienlijke mate en onvermijdelijk oneconomisch wordt. Indien de verzoekende partij aantoonbaar (door degene die de toegang weigert) een bepaalde klant direct zou kunnen aansluiten op eigen infrastructuur, of via alternatieve infrastructuur en/of equivalente draadloze aansluitingen op een economisch verantwoorde wijze kan realiseren, is de weigering van toegang tot de aansluitingen in beginsel toegestaan; en

b. er voldoende toegangscapaciteit beschikbaar is. Het college gaat er in beginsel vanuit dat op de hoofdverdelers waar de verzoekende partij één van de eerste partijen is die toegang vraagt, er voldoende capaciteit zal zijn. Hiervan zal bijvoorbeeld geen sprake zijn in een van de

navolgende gevallen. KPN zou kunnen aantonen dat er geen geschikte lijnen meer zijn, doordat een aantal andere partijen al bijzondere toegang heeft, of doordat het aanbod van de

verzoekende partij onvermijdelijk zou leiden tot overspraak of een andere onherstelbare inbreuk op de kwaliteit van de dienstverlening van alle partijen die reeds hun diensten via die

hoofdverdeler aanbieden.

9. Het staat marktpartijen te allen tijde vrij om een redelijk verzoek om bijzondere toegang bij KPN in te dienen. Dat betekent dat, gegeven de redelijkheid van het verzoek van degenen die om

(4)

10. Derhalve zal KPN, als partij met een aanmerkelijke marktmacht op voornoemde markten, op grond van artikel 6.9 van de Tw een redelijk verzoek om bijzondere toegang, ook voor zover het betrekking heeft op collocatie, moeten honoreren. Dit is overigens conform de door de Minister van Verkeer en Waterstaat op 29 mei 1997 gepubliceerde ‘Richtsnoeren Interconnectie’, waarin met betrekking tot collocatie gesteld wordt: “KPN kan een redelijk verzoek niet weigeren”.

D. HET STANDPUNT VAN EAGER TELECOM

11. Het standpunt van Eager Telecom laat zich als volgt samenvatten. Spoedeisendheid

a. Eager Telecom stelt dat [ ].

b. Eager Telecom stelt dat zij door deze onduidelijkheid moeite heeft haar bedrijfsvoering af te stellen op de komst van MDF-access, zowel waar het het bedienen van bestaande klanten, als het afsluiten van nieuwe contracten betreft.

Bijzondere toegang

c. Eager Telecom stelt in haar verzoekschrift dat KPN, op grond van de Europese en Nederlandse wet-en regelgeving wet-en de eerdere besluitwet-en van het college, redelijke verzoekwet-en voor MDF-access in behandeling dient te nemen omdat dit een vorm van bijzondere toegang betreft.

d. Eager Telecom stelt dat KPN een verzoek om bijzondere toegang binnen 3 maanden dient in te willigen dan wel een alternatief dient aan te bieden alsof de dienst op het gevraagde

(centrale-)niveau en de gevraagde locaties is geleverd.

e. Eager Telecom stelt dat haar verzoek redelijk is en dat KPN had kunnen weten dat zij aan haar verplichtingen als partij met aanmerkelijke marktmacht zou moeten voldoen.

f. Eager Telecom stelt dat KPN Eager Telecom geen redelijk alternatief heeft geboden binnen drie maanden nadat Eager Telecom haar verzoek had ingediend bij KPN.

MDF-access

g. Eager Telecom stelt dat zij begin 1999 herhaaldelijk mondeling om MDF-access heeft gevraagd. Eager Telecom stelt dat KPN destijds heeft medegedeeld dat deze dienst (nog) niet aangeboden werd.

h. Eager Telecom heeft bij KPN op 31 december 1999 een aanvraag ingediend voor MDF-access en Adjacent Collocatie op 11 locaties. Eager Telecom stelt tijdens de hoorzitting dat KPN op haar aanvraag geen offerte heeft uitgebracht en dat daarom de aanvraag van 31 december vanaf februari 2000 werd aangemerkt als bestelling.

(5)

j. Volgens Eager Telecom zijn op 29 mei 2000 door KPN mondelinge toezeggingen gedaan met betrekking tot levering van MDF-access op de zes overige locaties. KPN heeft deze mondeling toezeggingen niet schriftelijk bevestigd, waardoor Eager Telecom geen zekerheid kreeg over levering.

k. Eager Telecom stelt dat KPN en haar dochterondernemingen reeds actief ADSL-diensten in de markt zetten.

Huurlijnen

l. Eager Telecom heeft tot mei 2000 daarom ca. [ ] verbindingen voor haar ADSL-dienstverlening noodgedwongen met M.1040 huurlijnen gerealiseerd, die volgens Eager Telecom tot mei 2000 zonder problemen functioneerden.

m. Sinds mei 2000 plaatst KPN filters die hogere frequenties tegenhouden op de huurlijnen, waardoor deze lijnen niet meer geschikt zijn voor gebruik in combinatie met breedbandmodems.

Collocatie

n. Eager Telecom stelt dat zij voor het realiseren van MDF-access geen fysieke of adjacent collocatie van KPN nodig heeft. Eager Telecom stelt dat zij echter van de koppelverkoop door KPN geen punt heeft gemaakt teneinde vertraging te voorkomen en daarom MDF-access in combinatie met adjacent collocatie heeft besteld. Eager Telecom stelt dat indien KPN sneller in staat is om MDF-access aan te bieden met adjacent collocatie Eager Telecom daarvoor kiest. Indien levering van MDF-access sneller kan plaatsvinden zonder adjacent collocatie dan kiest Eager Telecom daarvoor.

o. Eager Telecom stelt dat, daar KPN stelt dat zij problemen heeft bij het realiseren van

collocatiefaciliteiten, het voor de hand ligt dat KPN MDF-access zonder collocatie aan Eager Telecom levert.

E. HET VERZOEK VAN EAGER TELECOM

12. Eager Telecom verzoekt het college het volgende. Algemeen

- Het geschil tussen Eager Telecom en KPN inzake MDF-access en Adjacent Collocatie voor de 11 locaties aan te merken als een spoedeisend geschil in de zin van artikel 6.3, derde lid, onder b, Tw. Voorlopig Besluit als bedoeld in artikel 6.3.3 sub b Tw

(6)

Primair II:

- KPN op te dragen om binnen twee weken na dagtekening van het door het college in deze zaak te nemen besluit en met inachtneming van de voorwaarden die het college als gepast zal beschouwen aan Eager Telecom een volledig aanbod te doen voor MDF-access op de 11 locaties en te bepalen dat het aanbod in ieder zal bestaan uit:

• de leveringsvoorwaarden;

• een opgave van de kosten die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom;

• een opgave van de levertijden voor de verschillende nummercentrales gelegen op de

11 locaties, welke levertijden niet later zullen liggen dan de data als genoemd in paragraaf B.1 van het verzoekschrift.

Eager Telecom verzoekt het college hierbij te bepalen dat KPN ofwel MDF-access zonder Collocatie ofwel MDF-Access met Adjacent Collocatie moet aanbieden, en wel zodanig dat de feitelijke

realisering van MDF-access ten behoeve van Eager Telecom zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen de termijnen genoemd in paragraaf B.1. van het verzoekschrift , kan worden gerealiseerd. - Eager Telecom verzoekt het college om KPN te bevelen om tijdens de onderhandelingen over

voornoemde aanbod haar aanbod aan te passen binnen een termijn van 2 weken na een daartoe strekkend redelijk verzoek van Eager Telecom, dan wel binnen die termijn gemotiveerd aan te geven waarom de gevraagde aanpassing niet redelijk is.

- Eager Telecom verzoekt het college te bepalen dat, indien partijen niet tot overeenstemming komen, partijen daaromtrent, onder opgave van redenen, aan het college dienen te rapporteren en dat KPN daarbij dient aan te geven op welke onderdelen zij aan het verzoek van Eager Telecom voldoet, en met inachtneming van eventuele randvoorwaarden zoals door het college te formuleren, gemotiveerd aan te geven op welke onderdelen zij afwijkt van het verzoek van Eager Telecom, zodat het college alsdan de regels, die tussen partijen zullen gelden, zal vaststellen.

Subsidiair ten aanzien van Primair II: Eager Telecom stelt subsidiair het verzoek aan het college dat indien het college van oordeel mocht zijn dat schaarsteproblemen KPN er toe dwingen om prioriteiten te stellen bij het MDF-access-gereedmaken van nummercentrales en dat dit de levering van MDF-access aan Eager Telecom op de 11 locaties in de weg dient te staan, dan verzoekt Eager Telecom het college KPN op te dragen om een aanbod aan Eager Telecom te doen om door middel van alternatieve leveringen dan wel administratieve afhandeling op dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde kosten als had KPN wel MDF-access op de 11 locaties ter beschikking gesteld.

Dit aanbod dient te bestaan uit:

• de leveringsvoorwaarden;

• een opgave van de kosten die verbonden zijn met de uitvoering van het verzoek van Eager Telecom;

(7)

Het definitieve besluit

- Ten aanzien van het definitieve besluit verzoekt Eager Telecom het college vast te stellen dat KPN ten onrechte geen MDF-access met adjacent collocatie heeft aangeboden voor de 11 locaties en om de regels vast te stellen die tussen partijen terzake gelden.

F. HET STANDPUNT VAN KPN

13. Het standpunt van KPN laat zich als volgt samenvatten. Bijzondere toegang

a. KPN bestrijdt dat het verzoek van Eager Telecom om MDF-access gezien kan worden als een redelijk verzoek om bijzondere toegang als bedoeld in de Europese en Nederlandse

telecommunicatieregelgeving en dat art. 6.9 Tw daarom geen grondslag biedt voor het opleggen van een verplichting tot het bieden van deze vorm van ontbundelde toegang.

MDF-access

b. KPN stelt dat zij de uitrol van de MDF-access dienst tijdig langs verschillende wegen, ook buiten het FIST, bekend heeft gemaakt. Zo ook aan Eager Telecom.

c. KPN stelt dat Eager Telecom pas rond begin februari 2000 heeft aangegeven dat de offerte aanvraag van 31 december 1999 als definitieve order moet worden beschouwd.

d. KPN stelt dat zij de vijf door Eager Telecom georderde locaties niet in behandeling kan nemen, omdat deze vijf niet in de eerste noch de tweede tranche van de uitrolplanning zijn opgenomen. e. KPN bestrijdt dat aan Eager Telecom tijdens de bespreking van 29 mei 2000 mondelinge

toezeggingen zijn gedaan ten aanzien van levering van MDF-access.

f. KPN stelt dat in drie van de door Eager Telecom georderde locaties, uit de tweede tranche, geen ruimte op de hoofdverdeler beschikbaar is voor MDF-access.

g. KPN stelt dat op de drie resterende locaties diverse partijen hebben georderd en dat Eager Telecom niet de enige partij is.

h. KPN stelt dat het verzoek van Eager Telecom niet redelijk is op grond van het gestelde in art. 6.9 Tw en in de Richtsnoeren MDF-access. Het doorbreken van de uitrolwijze zoals deze met de markt is overeengekomen zou tot complete chaos en daarom tot vertraging leiden. Indien KPN

Eager Telecom met voorrang zou aansluiten ten opzichte van andere partijen zou KPN in strijd met haar non-discriminatieplicht handelen.

i. KPN heeft de aanvraag van Eager Telecom voor vijf locaties niet in behandeling genomen, omdat deze locaties niet in de eerste, of tweede tranche van de uitrolplanning waren opgenomen. Voor drie wel in behandeling genomen locaties is gebleken dat fysiek geen ruimte op de hoofdverdeler van de betreffende locaties aanwezig is. Op de resterende drie locaties hebben meerdere partijen MDF-access georderd.

(8)

Huurlijnen

k. KPN stelt dat het college onbevoegd is om over de verzoeken van Eager Telecom aangaande de M.1040 huurlijnen in het kader van dit geschil te oordelen.

l. KPN stelt dat M.1040 huurlijnen niet zijn bestemd voor ADSL-dienstverlening. Het verzoek van Eager Telecom is daarom geen redelijk verzoek tot bijzondere toegang als bedoeld in art. 6.9 Tw.

Collocatie

m. KPN bestrijdt dat Eager Telecom MDF-access zonder fysieke, of adjacent, collocatie kan realiseren. n. KPN concludeert dat het college niet bevoegd is te oordelen over de verzoeken van Eager Telecom in

dit geschil. De verzoeken tot ontbundelde toegang tot het aansluitnet en de verzoeken ten aanzien van de M.1040 huurlijnen zijn geen redelijke verzoeken tot bijzondere toegang in de zin van art. 6.9 Tw. Ook als het college wel bevoegd zou zijn, acht KPN het verzoek van Eager Telecom niet redelijk in de zin van art. 6.9 Tw.

G. DE BEOORDELING VAN HET GESCHIL Bevoegdheid college

14. Op grond van art. 20.1, eerste lid, Tw is KPN aangewezen als aanbieder met aanmerkelijke macht als bedoeld in art. 6.4 Tw van, o.a., een vast openbaar telecommunicatienetwerk. Op grond van art 6.9, eerste lid, Tw dient KPN aan een redelijk verzoek om bijzondere toegang te voldoen. Tevens dient KPN aan andere aanbieders deze dienst te verstrekken onder gelijke voorwaarden onder gelijke omstandigheden, zoals beschreven in art. 6.5, onder a, Tw en onder gelijke voorwaarden als die onder gelijke omstandigheden gelden voor haarzelf of haar dochterondernemingen, zoals beschreven in art. 6.5, onder b, Tw. In de Tw wordt bijzondere toegang gedefinieerd als ‘toegang tot een telecommunicatienetwerk op andere punten dan de netwerkaansluitpunten die aan de meeste gebruikers worden aangeboden’. Reeds in het oordeel van het college inzake het

interconnectiegeschil tussen EnerTel en KPN d.d. 17 december 1997 heeft het college vastgesteld dat een verzoek om toegang tot onderdelen van het aansluitnet van KPN aan te merken is als een verzoek om bijzondere toegang. Het college acht zich derhalve bevoegd om een uitspraak in dit geschil te doen.

Spoedeisendheid

15. Het college acht het spoedeisend belang dat Eager Telecom zou hebben bij een voorlopig besluit voldoende aannemelijk gemaakt. Het college is van oordeel dat Eager Telecom voldoende

aannemelijk heeft gemaakt dat vertraging in de oplevering van ADSL-verbindingen heeft geleid tot vertraging in de levering van haar diensten en dat Eager Telecom bovendien schade lijdt.

Locaties

(9)

- groep 1: de locaties [ ]: deze locaties komen niet voor op één van de door KPN gepubliceerde lijsten voor realisatie van MDF-access;

- groep 2: de locaties [ ]: op deze locaties hebben volgens KPN verschillende marktpartijen om MDF-access verzocht;

- groep 3: de locaties [ ]: op deze locaties is volgens KPN geen capaciteit op de hoofdverdeler beschikbaar.

Groep 1

17. Het college heeft reeds in het voorlopig besluit inzake het geschil Cistron-KPN

(OPTA/IBT/2000/200361) opgemerkt dat marktpartijen te allen tijde een verzoek bij KPN kunnen doen om bijzondere toegang. Het enkele feit dat een verzoek niet binnen de in het FIST afgesproken dienstomschrijving past of buiten de in het FIST afgesproken planning valt, mag voor KPN geen aanleiding zijn om een verzoek niet in behandeling te nemen.

Het college is van oordeel dat het FIST de mogelijkheid aan marktpartijen biedt op vrijwillige basis deel te nemen aan besprekingen en tot onderlinge afstemming te komen bij de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten, om de implementatie van nieuwe producten en diensten te vergemakkelijken en de transparantie van de telecommunicatiesector te bevorderen. Het college acht zich daarom ook niet zonder meer gebonden aan afspraken die zijn gemaakt in het FIST tussen partijen die hieraan deelnemen. Het college is van oordeel dat de resultaten van deze besprekingen, waartoe lijsten voor uitrol van MDF-access kunnen behoren, in elk geval niet bindend zijn voor marktpartijen die niet deelnemen aan het FIST. Omdat Eager Telecom niet heeft deelgenomen aan besprekingen in het FIST, is het college van oordeel dat zij in dit geschil geen rekening zal houden met afspraken die in het FIST zijn gemaakt. Daarnaast is het college van oordeel dat de resultaten van overleg in het FIST niet zonder meer betekenen dat KPN op die grond aan individuele verzoeken om bijzondere toegang van marktpartijen geen gevolg dient te geven.

18. KPN dient daarom, ter beoordeling of er in het geval van een verzoek van Eager Telecom om MDF-access, sprake is van een redelijk verzoek, dit verzoek in behandeling te nemen. Met in behandeling nemen bedoelt het college dat KPN binnen twee weken na indiening van een verzoek de verzoekende partij schriftelijk moet laten weten of KPN het ingediende verzoek zal honoreren en op welke termijn. Indien KPN van oordeel is dat er geen sprake is van een redelijk verzoek dient zij het verzoek gemotiveerd af te wijzen, waarbij zij de overwegingen zoals gesteld in de richtsnoeren MDF-access in acht dient te nemen.

(10)

welke termijn KPN de gevraagde collocatie kan opleveren, dient KPN dit eveneens binnen twee weken kenbaar te maken waarbij KPN voorts kenbaar dient te maken wanneer dit onderzoek afgerond zal zijn.

20. Het college constateert dat KPN aan deze verplichtingen niet heeft voldaan.

21. Het college is van oordeel dat KPN, binnen twee weken na dagtekening van dit voorlopig besluit, dient aan te geven of en, zo ja, wanneer KPN de door Eager Telecom gevraagde locaties kan opleveren met inachtneming van redelijke levertermijnen.

22. Indien KPN de gevraagde locaties kan opleveren dient zij Eager Telecom een volledig aanbod te doen voor MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie. Dit aanbod dien in ieder geval te bestaan uit de leveringsvoorwaarden, een opgave van de kosten die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom en de levertermijnen.

23. Indien KPN verzoeken van Eager Telecom afwijst dient zij dit voldoende te motiveren en te onderbouwen. Hierbij dient KPN aan te geven wat de reden van de afwijzing is. Indien er

bijvoorbeeld niet voldoende capaciteit op de hoofdverdeler is of onvoldoende ruimte voor collocatie dient KPN het optreden van dergelijke schaarste aan te tonen, aan te geven of, en wanneer, deze schaarste kan worden opgeheven en welke inspanningen dat vergt. Het college is voorts van oordeel dat KPN Eager Telecom de mogelijkheid dient te bieden de door KPN aangedragen redenen voor afwijzing via bijvoorbeeld een site survey te controleren.

24. Indien partijen niet tot overeenstemming komen, dienen partijen daaromtrent, onder opgave van redenen, aan het college te rapporteren waarbij KPN dient aan te geven op welke onderdelen zij aan het verzoek van Eager Telecom voldoet, en gemotiveerd aan te geven op welke onderdelen zij het verzoek van Eager Telecom afwijst.

Groep 2

25. Indien een aantal partijen tegelijkertijd MDF-access bestelt en er niet voldoende capaciteit op de hoofdverdeler is of voldoende capaciteit voor collocatie om MDF-access aan alle partijen te leveren, betekent dit naar het oordeel van het college niet dat KPN geen enkele partij kan plaatsen totdat het capaciteitsprobleem opgelost is. Het gebruik van de op enig moment beschikbare capaciteiten dient, naar oordeel van het college, niet gehinderd te worden door het creë ren van additionele capaciteiten.

(11)

27. Daarnaast is het college van oordeel dat het in beginsel niet redelijk is om de levertermijn van adjacent collocatie op een bepaalde centrale gelijk te stellen aan de levertermijn van fysieke collocatie op die centrale. Immers, voor adjacent collocatie behoeven minder aanpassingen in de centrale van KPN te worden gedaan, waardoor deze in beginsel sneller opgeleverd kan worden. Het college is van oordeel dat het marktpartijen in beginsel vrij staat om zelf de afweging te maken en dus voor een bepaalde vorm van collocatie te kiezen.

28. Het college is van oordeel dat na het indienen van een bestelling voor collocatie, deze faciliteiten binnen een redelijke termijn dienen te worden opgeleverd. Als een redelijke levertermijn beschouwt het college, zoals ook gesteld in het Voorlopig Besluit inzake het geschil Cistron-KPN

(OPTA/IBT/2000/200361) een levertermijn van drie maanden voor de faciliteiten met betrekking tot fysieke collocatie.

Aangezien voor adjacent collocatie, in haar algemeenheid minder aanpassingen nodig zijn dan voor fysieke collocatie, is het college van mening dat een levertermijn van korter dan drie maanden voor adjacent collocatie redelijk is.

29. Het college is van oordeel dat, indien er door veel partijen vergelijkbare collocatie-voorzieningen worden gevraagd, het mogelijk is dat niet alle bestelde collocatie ruimten binnen eenzelfde termijn geleverd kunnen worden. Het college is van oordeel dat een bepaalde gefaseerde uitrol noodzakelijk kan zijn en dat daarom levertermijnen langer kunnen zijn dan wanneer de levertermijn voor een individuele centrale zou worden vastgesteld. Wegens het gebrek aan informatie over de

totstandkoming van het uitrolschema zoals dat momenteel door KPN gehanteerd wordt, is het onduidelijk of een beroep op langere levertermijnen voor een bepaalde locatie, op basis van dit uitrolschema, door het college als redelijk zou dienen te worden beschouwd. Derhalve dient KPN aan te geven wanneer ze aan een bepaald redelijk verzoek kan voldoen, en indien dit langer is dan de hierboven gestelde levertermijn dient zij dit te onderbouwen.

30. Hierbij denkt het college aan het overleggen van informatie over de omvang van eerder geplaatste bestellingen voor collocatie, de gehanteerde uitrolplanning van die bestellingen en gemiddelde doorlooptijden voor het realiseren van deze reeds bestelde collocatieruimten.

31. Het college is van oordeel dat KPN de beoordeling en afwijzing van de verzoeken van Eager Telecom niet voldoende heeft onderbouwd en daarmee niet heeft voldaan aan het hierboven gestelde. 32. Voorts is het college, uit de informatie die KPN na de hoorzitting heeft verstrekt, d.d. fax 10

augustus 2000, gebleken dat voor de locaties uit groep 2 er zowel capaciteit op de hoofdverdeler als voor collocatie (fysiek en adjacent) beschikbaar is.

(12)

na dagtekening van dit voorlopig besluit aan Eager Telecom een volledig aanbod moet doen voor MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie op deze locaties. Dit aanbod dient in ieder geval te bestaan uit de leveringsvoorwaarden, een opgave van de kosten die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom en de levertermijnen.

Groep 3

34. Uit de informatie die KPN na de hoorzitting heeft verstrekt, d.d. fax 10 augustus 2000, is het college gebleken dat er in tegenstelling tot hetgeen door KPN eerder is gesteld, op de locaties [ ] zowel capaciteit op de hoofdverdeler als voor collocatie (fysiek en adjacent) aanwezig is.

35. Aangezien Eager Telecom MDF-access en adjacent collocatie heeft besteld en er voldoende capaciteit aanwezig is op deze locaties, is het college van oordeel dat KPN Eager Telecom binnen twee weken na dagtekening van dit voorlopig besluit aan Eager Telecom een volledig aanbod moet doen voor MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie op de locaties locaties [ ]. 36. Dit aanbod dient in ieder geval te bestaan uit de leveringsvoorwaarden, een opgave van de kosten

die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom en de levertermijnen.

37. Op de locatie [ ] geeft KPN aan dat er geen capaciteit op de hoofdverdeler aanwezig is. Het college onderkent dat er mogelijk van schaarste aan hoofdverdeler capaciteit sprake zou kunnen zijn. Voor zover dit een bepaald verzoek om bijzondere toegang naar het oordeel van KPN onredelijk zou maken, is het in beginsel aan KPN om het optreden van dergelijke schaarste aan te tonen, aan te geven of en wanneer dergelijke schaarste kan worden opgeheven en welke inspanningen dat vergt, c.q. aan te tonen dat van haar niet redelijkerwijs kan worden gevergd om deze schaarste op te heffen.

38. Tevens is het college van oordeel dat KPN Eager Telecom de mogelijkheid dient te bieden het bestaan van deze schaarste via bijvoorbeeld een site survey te controleren. Indien de schaarste aantoonbaar blijvend van aard is zou dat naar het oordeel van het college in beginsel een reden kunnen zijn om een verzoek als onredelijk te beschouwen.

39. Het college is van oordeel dat niet aan deze verplichtingen heeft voldaan.

(13)

M.1040-huurlijnen

41. Nu het college van oordeel is dat KPN de plicht heeft Eager Telecom MDF-access, met inachtneming van de voorwaarden zoals gesteld in dit besluit, te bieden, komt het college derhalve niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de vraag of KPN gehouden is om M.1040 huurlijnen zonder filters als alternatief ter beschikking te stellen tot aan het moment dat KPN Eager Telecom daadwerkelijk MDF-access ter beschikking stelt.

De vordering tot het opleggen van een dwangsom

42. Het college gaat er vooralsnog van uit dat oplegging van een dwangsom niet nodig is om naleving van de in dit besluit gestelde regels te verzekeren. Het college wijst daarom de vordering van Eager Telecom om oplegging van een dwangsom vooralsnog af.

H. HET BESLUIT

43. Vooruitlopend op een definitieve beslissing besluit het college op grond van artikel 6.3 en artikel 6.9 van de Telecommunicatiewet als volgt:

(a) KPN dient, binnen twee weken na dagtekening van dit voorlopig besluit en met inachtneming van de overwegingen van dit besluit, aan te geven of en, zo ja, wanneer KPN MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie op de locaties [ ] kan leveren met inachtneming van redelijke levertermijnen.

Indien KPN de gevraagde locaties kan leveren dient zij Eager Telecom een volledig aanbod te doen voor MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie. Dit aanbod dient in ieder geval te bestaan uit de leveringsvoorwaarden, een opgave van de kosten die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom en de levertermijnen.

Indien KPN de verzoeken van Eager Telecom afwijst dient zij dit voldoende te motiveren en te onderbouwen. Hierbij dient KPN aan te geven wat de reden van de afwijzing is en Eager Telecom de mogelijkheid dient te bieden de door KPN aangedragen reden voor afwijzing via bijvoorbeeld een site survey te controleren.

(b) KPN dient, binnen twee weken na dagtekening van dit voorlopig besluit en met inachtneming van de overwegingen van dit besluit, aan Eager Telecom een volledig aanbod te doen voor MDF-access en de door Eager Telecom gevraagde vorm van collocatie op de locaties [ ]. Dit aanbod dient in ieder geval te bestaan uit de leveringsvoorwaarden, een opgave van de kosten die zijn verbonden met het verzoek van Eager Telecom en de levertermijnen.

(14)

om deze schaarste op te heffen. KPN dient vervolgens Eager Telecom de mogelijkheid te bieden het bestaan van deze schaarste via bijvoorbeeld een site survey te controleren.

(d) Indien KPN de verzoeken van Eager Telecom afwijst, danwel niet in staat is om de gevraagde MDF-access voorzieningen binnen de door het college als redelijk geachte levertermijn te kunnen leveren, dient KPN aan Eager Telecom een aanbod te doen voor een tijdelijke alternatieve

voorziening zodat Eager Telecom zijn dienstverlening aan bestaande klanten kan continueren. Dit alternatief moet voldoen aan een door Eager Telecom gewenste en met MDF-access vergelijkbare functionaliteit, totdat levering van MDF-access door KPN wel mogelijk is. Bij de totstandkoming van dit aanbod dient KPN met Eager Telecom in overleg te treden over de door Eager Telecom

aangedragen alternatieven waarbij de kosten van het alternatief de kosten van MDF-access niet mogen overstijgen.

(e) Indien partijen niet tot overeenstemming komen, dienen partijen daaromtrent, onder opgave van redenen, aan het college te rapporteren waarbij KPN dient aan te geven op welke onderdelen zij aan het verzoek van Eager Telecom voldoet, en gemotiveerd aan te geven op welke onderdelen zij het verzoek van Eager Telecom afwijst.

(f) Het college wijst de vordering van Eager Telecom om oplegging van een dwangsom vooralsnog af. (g) Het college houdt verder iedere beslissing op het verzoek van Eager Telecom aan.

Aldus besloten te ‘s-Gravenhage op 3 november 2000

HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT, namens het college,

Prof. dr. J.C. Arnbak Voorzitter

Indien belanghebbenden zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen zij binnen zes weken, aanvangende met ingang van de dag na die waarop dit besluit is bekendgemaakt, daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan:

(15)

Postbus 90420 2509 LK Den Haag

onder vermelding van ‘Bezwaarschrift’. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en dient in ieder geval de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Indien de aanbieder het oneens is met de gedoogplichtige en bedenkingen heeft tegen de constatering dat hij de kosten van het verleggen moet dragen, kan de aanbieder zijn

UPC verzoekt primair te bepalen dat KPN Telecom voor 28 juni 2000 geen transitvergoeding mocht vragen voor het afwikkelen van verkeer naar het mobiele netwerk van KPN Telecom dan

Naar het college begrijpt, gedoogt KPN de aanleg van verbindingen tussen collocerende aanbieders zolang deze is opgesteld in één en dezelfde (collocatie-)ruimte (de hiervoor onder

De kosten van een goedgekeurde accountantsverklaring vallen voorts niet onder de kosten als bedoeld in artikel 5.7, tweede lid, Tw, omdat deze kosten slechts indirect betrekking

oorspronkelijke basistarief voor ATL van fl 22,45 te vervangen door een basistarief van fl 26,85 geldig voor alle op MDF-access gebaseerde dienstverlening. Een deel van de

KPN Telecom verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Ben zullen gelden

KPN Telecom verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Tele2 zullen gelden

KPN Telecom verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Dutchtone zullen