Vergelijking van de drie divisies binnen de Groep DANONE 2000-2004

Bijlage I

Vergelijking van de drie divisies binnen de Groep DANONE 2000-2004

(bron: http://www.danone.com)

Bijlage II

Groei- en omzetcijfers LU Benelux 1999-2003

Growing sales (in tons) brand products LU Benelux

Increasing turn over (in mio ) LU Benelux

38.391

39.570

38.893

40.914

40157

37.000 37.500 38.000 38.500 39.000 39.500 40.000 40.500 41.000

1999 2000 2001 2002 2003

278.758

288.718

294.860

301.041

306337

260.000 265.000 270.000 275.000 280.000 285.000 290.000 295.000 300.000 305.000 310.000

1999 2000 2001 2002 2003

Bijlage III Strategie LU Benelux

Vision

In 2007, LU Benelux will be the inspiring trend setter and growing undisputable leader on the biscuits and cereal

food market. Daily enjoyment and health are our Trade Mark.

We launch real innovations one step ahead, reshaping and building categories.

We will be the nutrition reference in our categories, meeting consumers health and pleasure needs.

We create an open, entrepreneurial inspiring culture in which everyone’s talents are valorised.

We value passion, pragmatism and team-spirit.

Added value

•

•

• •

•

•

•

•

•

•

Talents

Deploy for all categories the management program

Develop a creative culture

Stimulate entrepreneurship

•

•

•

•

•

Strategic activities

•

Make a nutritional charter

Make our suppliers an integrated part of our innovation program

•

ISO certification Improve Quality control

Organise audits, benchmark Quality review into board meeting

•

•

Prince, TUC, Pim’s

•

Follow up consumer pricing Benchmark margin vs.

competition :

- Co-operation with the top 3 customers

- Track info from the shop

Build a close surveillance program to monitor our price and detect

Openness

Enthusiasm

Proximity

Humanism

•

We will drastically reduce our costs and improve our efficiency to fuel our growth. We will make Herentals best-in-class in productivity on its core products.

Critical success

Mission

Bijlage IV

Groep DANONE Human Resources Policy Principles

Principle 1: Develop the professionalism of all employees in order to anticipate changes in the work environment and contribute to their employability

Principle 2: Improve managerial performance through the Odyssée approach

Principle 3: Develop organisations, competencies and the networking attitude

Principle 4: Base our management on proximity and social dialogue

Principle 5: Build an attractive recognition policy based on both individual and collective contributions

Principle 6: Build a socially responsible company through the

implementation of the DANONE Way approach

Bijlage V

HR-strategie LU Benelux

Vision

Mission

In 2007, the HR business & people partner will contribute to the strategic growth of LU Blx by being a recognised change catalyst and promoting the development of everyone’s talents

We are an inspiring and stimulating business partner for each department of LU Benelux in the accomplishment of their strategic goals

As people partner, we create an open environment in which all

employees can develop their talents and are valorised for their personal and team achievements through our proximity and commitment to our clients

We drive organisational change projects by bringing our expertise to all departments and by insuring the efficiency and consistency of the processes

Openness

Enthusiasm

Proximity

Humanism

Bijlage VI

Waarden van Groep DANONE

‘HUMANISM’

“The attention paid to individuals, whether they be consumers, employees or citizens, is at the heart of all our decisions."

Sharing

An approach that emphasises dialogue, transparency and teamwork.

Responsibility

Danone pays attention to the safety of people and products, acts pro-socially and is environmentally friendly.

Respect other people

Danone is sensitive to cultural differences, treats social and commercial partners with respect, and facilitates the development of its partners

‘OPENNESS’

“Diversity is a source of wealth and change a

constant opportunity."

Curiosity

Characterises an attitude of awareness and looking ahead, of being attuned to others, refusing to accept preconceived ideas and models, and imagination.

Agility

Synonymous with vitality, energy, speed, flexibility and adaptability.

Dialogue

Positive reaction tot personal challenges, desire to convince and get agreement, providing energy for action to the teams.

‘PROXIMITY’

“Coming closer means greater understanding.

And understanding is itself a form of adjustment.”

Accessibility

Reflected in a decentralized, informal management style with managers who make themselves available to staff.

Authenticity

Be true to be yourself. This means taking responsibility for decisions and getting involved in initiatives (hands-on approach).

Empathy

Characterised by a willingness to reach out to other people. Implies an acceptance of the importance of feelings in human relationships

‘ENTHUSIASM’

“There are no limits...only obstacles to be overcome.”

Boldness

As opposed to bureaucratic security. It symbolises the desire and capacity to take risks and explore new, unorthodox paths. It also implies the ability to endure and overcome failure.

Passion

Synonymous with conviction, a drive to convince and lead, the pleasure of work, the ability to surpass oneself and achieve excellence.

Appetite

Strives to go further than expected,

characterized by the desire to grow.

Bijlage VII

Voorbeeld van functiebeschrijving bediende bij LU Benelux

LU

ORBA - FUNCTIEBESCHRIJVING

Functie : Hoofd laboratorium en

ingangscontrole Status : Definitief

Functiecode : 05.15.01 Afdeling : Industrial

Datum : 20/10/2004 Subafdeling : Quality assurance &

Hygiene/Lab & Entry control Plaats in de

organisatie

Directe chef : Manager Quality Assurance & Hygiëne, onder wie ressorteren direct: 1 manager Quality Assurance, 1 manager Hygiëne & HACCP, 1 manager Quality Assurance Outsourced Products en 1 verantwoordelijke

laboratorium & ingangscontrole en indirect: ca. 11 medewerkers en ca. 10- 15 operators

Onder : Direct: 3 laboranten en 3 medewerkers ingangscontrole

Context van

de functie Cijfermatige informatie: niet relevant

Doel van de functie

ƒ Coördineren van de werkzaamheden in het laboratorium en de ingangscontrole, zodat verpakkingsmaterialen, grondstoffen en eindproducten aan de gestelde kwaliteitsnormen voldoen.

Verantwoor- delijkheids- gebieden

ƒ Leidinggeven aan en aansturen van laboratorium.

ƒ Bijdragen aan de uitvoering van audits.

ƒ Oplossen van problemen.

ƒ Behandeling van klachten

Sociale interactie

ƒ Geven van aanwijzingen en instructies, mondeling en schriftelijk, aan medewerkers t.b.v. een goede uitvoering van laboratorium- en ingangscontrolewerkzaamheden.

Motiveren van de medewerkers en voeren van selectie- en evaluatiegesprekken.

Bespreken werkzaamheden en problemen met manager Quality Assurance & Hygiëne.

Oplossen van kwaliteitsproblemen van grondstoffen en eindproducten met andere afdelingen (Inkoop, Productie, R&D, Quality & Food Security, Magazijn, Planning, Supply Chain,..). Behandelen klachten met Inkoop en leveranciers. Bij aankoop nieuwe apparaten contact met vertegenwoordigers. Contact onderhouden met externe laboratoria.

ƒ Alle interacties met medewerkers van eigen en overige afdelingen in Nederlands en Engels, mondeling en schriftelijk. Interacties met externe laboratoria af en toe in Frans, telefonisch en per mail.

Specifieke handelings- vereisten

ƒ Instellen en bedienen van laboratoriumapparatuur bij problemen en bij testen of in gebruik name nieuwe toestellen. Bedienen van pc.

ƒ N.v.t.

ƒ Smaak- en reukzin voor het beoordelen van kwaliteitsafwijkingen

ƒ Verantwoordelijkheden 05.15.01 . Kerntaken

ƒ Leidinggeven aan de medewerkers en coördineren van de activiteiten in het laboratorium en de ingangscontrole, opdat kwaliteitscontrole van grondstoffen, verpakkingen en eindproducten goed wordt uitgevoerd. Hiertoe o.m.:

. verdelen van de werkzaamheden en aangeven van prioriteiten;

. uitvoeren van personeelsmanagement: functioneringsgesprekken, interne opleidingen voorzien, organiseren van maandelijkse teammeetings en voor vervanging zorgen;

. bevorderen van een goede werksfeer en zorgen voor informatiedoorstroming.

. beoordelen van de kwaliteit van inkomende grondstoffen, in overleg met planning en productie vervolgacties afwegen en beslissen over niet courante problemen;

ƒ Organiseren van de eigen afdeling zodanig dat de juiste laboratoriumapparatuur en analysemethoden gebruikt worden. Hiertoe o.m.:

. introduceren van nieuwe analysemethoden en procedures (schrijven, implementeren, opvolgen).

. opvolgen van budget van de afdeling

. inkopen van benodigde apparatuur voor het laboratorium, bij grote uitgaven goedkeuring nodig van manager quality assurance & hygiëne;

. uitbesteden van controles aan andere vaste laboratoria in binnen- en buitenland, vervolgens opvolgen van de concrete uitvoering;

ƒ Oplossen van problemen binnen het laboratorium en over de afdelingsgrenzen heen, zodat de kwaliteit van de producten en grondstoffen op elke afdeling gewaarborgd blijft, hetgeen in hoofdzaak inhoudt:

. ondersteunen van de afdelingen Inkoop, R&D, Productie met aanwezige vakkennis bij introductie nieuwe grondstoffen en producten;

. ondersteunen van diverse afdelingen (Inkoop, Productie, R&D, Magazijn, Quality & Food Security, Planning, Supply Chain) bij allerhande problemen op het gebied van kwaliteit (geblokkeerde goederen, kwaliteitsproblemen bij opgeslagen grondstoffen, afwijkingen van de norm. etc…);

. ondersteunen laboratoriummedewerkers bij problemen met betrekking tot kwaliteitscontroles.

ƒ Bijdragen aan de uitvoering van audits, zodat de voedselveiligheid gewaarborgd wordt. Dit houdt o.a. in:

. organiseren van maandelijkse interne audits in de fabriek rondom bestaande normen (voorbereiden, uitvoeren, verslag maken en opvolgen);

. Opstellen van programma’s (gmo, sécurité alimentaire) in het kader van de garantie van voedselveiligheid, hiertoe op basis van bestaande normen methodes schrijven, implementeren, opvolgen, conclusies trekken en actiepunten bepalen en opvolgen;

. invoeren van ISO kwaliteitssysteem binnen laboratorium, hiertoe procedures schrijven en werkinstructies in database invoeren;

. assisteren van externe audits bij leveranciers van grondstoffen in samenwerking met manager quality assurance raw materials, R&D of Inkoop.

ƒ Behandelen van klachten, teneinde de kwaliteit van de grondstoffen en verpakkingsmaterialen op peil te houden. E.e.a. houdt met name in:

. zorgen voor het correct invoeren van klachten over de kwaliteit van grondstoffen en verpakkingen in database;

. opvolgen van afhandeling samen met de betrokken afdelingen en leveranciers.

Bezwarende omstandigheden:

ƒ N.v.t.

ƒ N.v.t.

ƒ N.v.t.

ƒ Verhoogd risico door werken in laboratoriumcontext.

Bijlage VIII

Voorbeeld van competentieprofiel bediende LU Benelux

COMPETENTIEPROFIEL

Functie(s) : Hoofd labo (6) Datum : GEDRAGSCOMPETENTIES

Generieke Competenties Houding

Organisatie Competenties

. Organisatiebetrokkenheid

. Resultaatsgerichtheid . Flexibiliteit

. Samenwerken . Initiatief

1 2 3

X X X X X

Functionele Competenties Houding

Relevantie competenties per afdeling

. Kwaliteitsgerichtheid . Communiceren . Probleemanalyse . Plannen en organiseren

1 2 3

X X X X

. Leidinggeven*

. Coachen*

1 2 3 Nvt

X X

TECHNISCHE COMPETENTIES kennis en vaardigheden

Vakkennis niveau

Product- en proceskennis:

. kennis van verpakkingsmaterialen . kennis van grondstoffen

. kennis van afgewerkte producten . kennis van productieproces

. kennis van meetmethoden grondstoffen

. kennis van meetmethoden voor afgewerkte producten

. kennis van analysemethoden grondstoffen/ afgewerkte producten . kennis van analysemethoden verpakkingen

. kennis van ijkmethoden voor meettoestellen . kennis van organoleptische testmethoden . kennis van statistiek

. kennis van chemie en microbiologie

X X X X X X X X X X X X

Voorschriften en procedures:

. ISO . AIB . GMO . sec. alim.

. hygiënenormen

. procedures klachtenbehandeling

X X X X X X

Informatica niveau

PC

toepassingen :

. Word . Excel QMS

X X X

Talen niveau

Talenkennis: . Engels . Frans

X X

Legende

Expert

Ervaren

Bekwaam

Junior

Bijlage IX

Gedragscompetenties met definitie en omschreven gedragsniveaus

* Organisatiebetrokkenheid:

In staat zijn om invloeden en gevolgen van eigen beslissingen of acties op andere onderdelen van de organisatie te onderkennen

1

o Heeft aandacht voor en maakt gebruik van alle mogelijke linken/samenwerkingsverbanden met andere CBUs, andere afdelingen, etc.

o Begrijpt de redenen voor de lopende organisatorische aandachtspunten en problemen.

o Houdt rekening met de (politieke) invloeden binnen de organisatie en in relatie tot de omgeving.

2

o Ziet de verbondenheid van de eigen afdeling met de organisatie als geheel, heeft er aandacht voor en maakt er gebruik van.

o Betrekt andere afdelingen binnen de organisatie bij de belangen/activiteiten van de eigen afdeling.

o Houdt rekening met de impact van eigen handelen op andere afdelingen en handelt steeds in het belang van het bedrijf.

3

o Handelt naar de waarden van het bedrijf en de afdelingsdoelstellingen.

o Is op de hoogte van gebeurtenissen in eigen afdeling en houdt daar rekening mee.

o Handelt in het belang van de afdeling.

* Resultaatgerichtheid:

Handelingen en besluiten richten op het daadwerkelijk realiseren van beoogde resultaten 1

o Formuleert uitdagende doelstellingen die een impact hebben op de werking van een eenheid/ afdeling.

o Spreekt anderen aan op het bereiken van resultaten en stuurt bij wanneer dit nodig blijkt.

o Gaat op zoek naar nieuwe methodes, technieken of middelen om het gewenste resultaat te bereiken.

o Benut de beschikbare middelen op de meest efficiënte wijze en behaalt daardoor maximale resultaten.

2

o Is zich voortdurend bewust van de doelstellingen/resultaten die moeten behaald worden in de functie en de afdeling en organiseert zich op doelmatige wijze.

o Evalueert kritisch en regelmatig het eigen resultaat en onderneemt verbeteringsactiviteiten waar nodig.

o Heeft duidelijk zicht op de verschillende methoden om de doelstellingen te behalen en kan de realisatie ervan plannen.

3

o Werkt gericht en actief aan het bereiken van de vooropgestelde doelen binnen de functie.

o Bij moeilijkheden zet hij/zij door of gaat actief op zoek naar de hulp van een collega om samen te zoeken naar verbeteringsactiviteiten.

o Zoekt naar resultaatsbevorderende methodieken binnen vertrouwde situaties.

* Flexibiliteit:

Gedrag en aanpak aanpassen in functie van de situaties waarin men zich bevindt en personen waarmee men geconfronteerd wordt met het oog op het bereiken van een bepaald doel

1

o Anticipeert, stimuleert, promoot aangepast gedrag in functie van veranderende omstandigheden.

o Reageert efficiënt op velerlei onvoorziene situaties door het initiëren en implementeren van een andere of nieuwe werkwijze/ methode voor meerdere medewerkers.

o Brengt organisatorische wijzigingen aan binnen de eigen afdeling of verandert prioriteiten binnen het werk om aan wijzigingen binnen de bedrijfsdoelstellingen of organisatie te voldoen.

o Past zijn/haar eigen strategie, doelstellingen of projecten aan de situatie aan.

2

o Speelt effectief in op en past zich makkelijk aan nieuwe of onverwachte ontwikkelingen/situaties aan.

o Kan zelfstandig snel overschakelen van de ene werkwijze/opdracht naar de andere, wanneer de situatie dat vraagt.

o Past het eigen gedrag en werkmethoden aan en verwerft bijkomende kennis indien noodzakelijk, om op nieuwe/ gewijzigde omstandigheden effectief in te spelen.

o Verandert agenda en eigen planning in functie van tijdsdruk, nieuwe prioriteiten dringende vragen of behoeften.

3

o Aanvaardt nieuwe ontwikkelingen/ situaties

o Volbrengt taken op een voorgestelde alternatieve wijze of neemt andere taken erbij indien noodzakelijk.

o

* Samenwerken:

Actieve bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat (organisatiedoel) of aan het oplossen van problemen of conflicten, ook wanneer de samenwerking een onderwerp betreft dat niet direct van particulier belang is

1

o Neemt vaak het initiatief tot het leggen van informele contacten en bouwt op die manier een netwerk uit binnen de hele organisatie.

o Stimuleert anderen tot het leveren van een actieve bijdrage binnen multidisciplinaire samenwerkingsverbanden door het creëren van een open, gemoedelijke sfeer, het delen van kennis, etc.

o Vraagt om ideeën en meningen van anderen als hulp bij het nemen van beslissingen of bij het ontwikkelen van plannen.

o Moedigt anderen aan om samen een vooraf bepaald resultaat te behalen.

o Plaatst het groepsbelang boven het eigenbelang en creëert een positief samenwerkingsklimaat.

Verdedigt de inspanningen en resultaten van het team binnen de ruimere organisatie.

2

o Doet bewust inspanningen om een goede verstandhouding op te bouwen met collega’s, ook over afdelingen heen.

o Werkt constructief samen met anderen: geeft blijk van verdraagzaamheid, respecteert andermans mening, deelt kennis, ondersteunt anderen en komt de gemaakte afspraken na.

o Steunt voorstellen van anderen en bouwt daarop verder in de richting van een gemeenschappelijk doel.

o Blijft meedenken en meewerken tot een gemeenschappelijk doel bereikt is.

o Vertegenwoordigt de mening van het team naar buiten, ongeacht zijn/haar persoonlijke mening.

3

o Doet inspanningen om zich te integreren in de groep . o Behandelt anderen met respect.

o Heeft waardering voor de input van anderen.

o Doet wat in overleg afgesproken is.

o Aanvaardt groepsbeslissingen.

* Initiatief:

Het uit eigen beweging voorstellen en/ of ondernemen van acties 1

o Neemt vernieuwende initiatieven die het eigen werk/ afdeling overstijgen.

o Moedigt collega’s en/of medewerkers aan om initiatieven te nemen.

o Betrekt anderen bij de eigen initiatieven (laat anderen participeren).

o Handelt zelfstandig en efficiënt in moeilijke situaties.

o Anticipeert op diverse situaties.

2

o Ziet problemen en situaties binnen de afdeling en de functie en neemt zelfstandig gepaste initiatieven.

o Zoekt kansen om het werk te verbeteren en speelt in op mogelijkheden.

o Formuleert geregeld voorstellen en ideeën.

o Gaat spontaan uitdagingen aan.

3

o Onderneemt af en toe acties die nieuw zijn, voornamelijk binnen de eigen functieomgeving.

o Werkt regelmatig zonder instructies af te wachten.

o Komt af en toe met voorstellen of ideeën.

* Leidinggeven:

Het op een efficiënte wijze willen en kunnen beïnvloeden van medewerkers in het kader van hun functie 1

o Geniet het volledige vertrouwen van zijn/haar medewerkers, stimuleert en bereikt teamgeest.

o Heeft moreel gezag en is toekomstgericht.

o Heeft voeling met het functioneren van de medewerkers, voert een open communicatie en bevordert zelfstandigheid en zelfvertrouwen.

o Is een stuwende kracht (inspireert, neemt initiatief, heeft dynamiek).

o Helpt medewerkers bij het oplossen van interpersoonlijke problemen wanneer zij er zelf niet uitraken.

o Overschrijdt met zijn/haar team regelmatig de beoogde resultaten, ook op langere termijn en in complexe omstandigheden.

2

o Geniet vertrouwen bij de medewerkers .

o Geeft duidelijke instructies/richtlijnen aan medewerkers en speelt zo ook in op minder voorspelbare situaties.

o Neemt beslissingen rekening houdend met de groep maar in belang van de afdeling.

o Heeft oog voor processen die remmend of faciliterend kunnen werken en neemt op basis hiervan de juiste beslissingen/ maatregelen.

o Geeft grenzen aan met consequenties en gaat om met weerstanden.

o Weet de beoogde resultaten te behalen in wisselende omstandigheden.

3

o Wordt geaccepteerd aIs leidinggevende door de groep en verkrijgt medewerking.

o Geeft routinematige instructies en organiseert eenvoudige werkzaamheden.

o Zorgt ervoor dat alle medewerkers met respect worden behandeld en geeft hierin zelf het goede voorbeeld.

o Treedt controlerend en corrigerend op.

o Korte termijndoelstellingen worden behaald.

* Coachen:

Het nemen of ondersteunen van acties ter bevordering van de professionele en/ of persoonlijke ontwikkeling van medewerkers

1

o Creëert situaties on-the-job waarin met vaardigheden kan worden geoefend.

o Geeft specifieke en constructieve feedback en zoekt samen met de medewerkers naar oorzaken van succes en falen.

o Richt zich niet alleen op het kunnen volbrengen van taken, maar ook op de persoonlijke ontwikkeling van de persoon.

o Onderzoekt continu het potentieel van de medewerkers (sterktes/zwaktes).

o Heeft een overzicht van wat de medewerkers kunnen en waarnaar zij zouden kunnen/ moeten evolueren (potentieel).

o Geeft bemoediging, stimuleert professionele groei op langere termijn en zorgt voor de juiste vorming en opleiding.

2

o Weet medewerkers te motiveren om beter te presteren, om hun capaciteiten tot uiting te laten komen.

o Stimuleert anderen om zelf oplossingen te vinden.

o Heeft oog voor voortgang van groei in gedrag en vaardigheden.

o Geeft stelselmatige feedback.

o Stimuleert de professionele groei bij medewerkers en geeft (of zorgt voor) de nodige training.

3

o Speelt in op behoeften aan ondersteuning van medewerkers.

o Moedigt anderen aan om nieuwe taken te leren.

o Legt uit hoe iets moet uitgevoerd worden en waarom.

o Begeleidt anderen tijdens het leren.

o Definieert ontwikkelactiviteiten op korte termijn en voert deze uit.

* Kwaliteitsgerichtheid

Uit eigen beweging zijn taak tot in de kleinste details verzorgen om tot de best haalbare kwaliteit te komen

1

o Stelt kwaliteit steeds voorop en zoekt naar hulpmiddelen (systemen of procedures) om verbeteringen aan te brengen.

o Betrekt ook anderen (intern/ extern) bij het zoeken naar en uitwerken van ideeën om kwaliteit te verbeteren.

o Realiseert een nauwkeurige afwerking en deelt inzichten en ervaringen aan anderen mee.

o Geeft werkstukken of dossiers door aan andere afdelingen.

o Brengt collega’s kwaliteitsbewustzijn bij.

2

o Stelt uit zichzelf kwaliteitseisen aan zijn/haar producten of diensten en controleert het eigen werk.

o Werkt nauwkeurig en verzorgt zijn taken tot in de kleinste details.

o Werkt oplettend en nauwkeurig: doet de juiste dingen op de juiste manier.

o Realiseert een goede afwerking in alle aspecten en details.

o Zorgt voor accurate en volledige documentatie van dossiers die ook voor anderen toegankelijk zijn.

o Weet welke informatie/gegevens kritisch zijn en controleert doelbewust.

3

o Leeft standaarden en normen na.

o Heeft oog voor details.

o Realiseert een goede afwerking.

o Weet zelf onmiddellijk alle informatie terug te vinden.

o Is zich bewust van de impact van fouten.

* Communiceren

Het vaardig overbrengen van een mondelinge of schriftelijke boodschap zodat het publiek tot wie de boodschap gericht is, ze begrijpt

1 Mondeling:

o Past de communicatiewijze, en woordenschat aan de eigenheden van de gesprekspartner aan.

o Brengt moeilijke boodschappen, slecht nieuws, … op een aangepaste wijze over.

o Brengt de bedoeling van een boodschap goed over en toetst of de ander die goed begrepen heeft door in te spelen op verbale en non-verbale reacties.

o Geeft boeiende presentaties voor grote groepen.

o Heeft een goed contact met gesprekspartners/toehoorders.

Schriftelijk:

o Is een meester in het schriftelijk weergeven van concepten, ideeën, strategieën, …

o Geeft ingewikkelde zaken helder en begrijpbaar schriftelijk weer, desnoods op verschillende manieren, bijv. in de vorm van handleidingen, discussieteksten, grafische weergave.

o Maakt een heldere, correcte en leesbare schriftelijke synthese van complexe situaties of problemen.

o Formuleert heldere en complete voorstellen of besluiten en brengt goede voorbeelden aan.

2 Mondeling:

o Formuleert ideeën, adviezen en meningen op een doordachte en heldere wijze.

o Praat rustig en let op de reacties (verbaal) van de gesprekspartners en reageert hierop.

o Spreekt vlot voor kleine groepen . o Speelt in op vragen.

Schriftelijk:

o Bouwt dossiers, rapporten, notulen en teksten logisch en gestructureerd op.

o Stelt éénduidig leesbare documenten op, beknopt en ter zake.

o Hoofd- en bijzaken worden evenwichtig weergegeven.

o Formuleert heldere en complete voorstellen of conclusies.

3 Mondeling:

o Spreekt duidelijk verstaanbaar en brengt over wat hij/zij bedoelt.

o Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner en luistert ook naar het standpunt van de ander.

o Brengt een probleemsituatie helder onder woorden, bijv. klacht, processtoring (volledig, duidelijk en goed geformuleerd).

Schriftelijk:

o Schrijft korte, bondige, heldere en concrete mails, notities, brieven, enz.

o Beperkt zich tot de essentie.

o Hanteert een correct taalgebruik.

o Structureert gegevens en presenteert ze op een verzorgde manier.

* Probleemanalyse

Het duiden van een probleem in zijn verbanden en het op een systematische wijze op zoek gaan naar bijkomende informatie om een probleem op te lossen

1

o Maakt eenvoudige analyses van complexe problemen.

o Legt verbanden tussen opgezochte informatie, theoretische modellen en de dagelijkse realiteit.

o Ziet trends en patronen in ogenschijnlijk niet gerelateerde feiten.

o Zorgt ervoor dat andere werknemers inzicht krijgen in de problematiek door de problemen op te splitsen in kleinere delen.

2

o Kan orde scheppen in een probleem.

o Dringt snel door tot de kern.

o Legt verbanden en ziet oorzaken en brengt gegevens logisch met elkaar in verband. En gaat hierbij op zoek naar extra informatie binnen de hele organisatie

3

o Analyseert problemen en legt eenvoudige causale verbanden.

o Ziet de basisrelaties in een probleem of situatie.

o Verwerft een algemeen inzicht in de problematiek door het gebruik van op de afdeling aanwezige informatie.

* Plannen en organiseren:

Het aanbrengen van structuur in tijd, ruimte en prioriteit bij het aanpakken van problemen 1

o Beheert efficiënt meerdere complexe situaties tegelijkertijd. Anticipeert daarbij op externe factoren en weet ook onverwachte problemen te ondervangen en in het geheel in te passen.

o Heeft zijn/haar taken onder controle op langere termijn.

o Respecteert de zelf gestelde prioriteiten ook bij zeer grote werkdruk.

o Informeert alle belanghebbenden systematisch over de voortgang.

o Creëert opvolgingssystemen ten behoeve van het halen van de planning.

2

o Werkt systematisch en planmatig en houdt daarbij rekening met werkzaamheden van anderen.

o Ontleedt eigen verantwoordelijkheden in deeltaken en maakt op basis daarvan een planning voor de middellange termijn.

o Stelt zelf in functie van planning correcte prioriteiten en respecteert deze.

o Informeert de directe omgeving over de voortgang.

3

o Brengt structuur aan in zijn/haar eigen manier van werken.

o Bezint voor hij/zij begint: maakt een korte termijn plan en een werkschema voor de eigen werkzaamheden.

o Ziet op korte termijn vooruit en kan in overleg met de directe chef prioriteiten bepalen en de benodigde acties, middelen en doelen aangeven.

o Toetst samen met de directe chef de voortgang.

Bijlage X

Technische competenties met omschreven gedragsniveaus

*Product en proceskennis

Junior (basis)

Kennis is toereikend om basishandelingen of taken uit te voeren. Kennis van een aantal basisprincipes van een kennisgebied, proces, product.

Bekwaam

Voldoende kennis om zelfstandig te functioneren, standaard situaties te beoordelen en om standaard beslissingen te nemen.

Ervaren

Uitgebreide kennis om processen, producten volledig te doorgronden en om in de functie toe te passen.

Uitgebreide kennis om anderen te begeleiden/instructies te geven en om niet standaard situaties te beoordelen en beslissingen te nemen.

Expert

Expert kennis over processen, producten, wordt intern geraadpleegd voor advies. Geeft opleiding (formeel of on- the-job) over specifieke kennisgebieden. Kan nieuwe toepassingen, processen uitwerken.

Procedures/normen

Junior (basis)

Kennen van enkele basisnormen en procedures.

Bekwaam

Werken binnen de voorgeschreven normen. Correct volgen van alle procedures en werkinstructies.

Ervaren

Kennen en toepassen van alle procedures/normen binnen het vakgebied. Doet interne controles/audits op toepassing normen/procedures. Formuleren van voorstellen ter verbetering/ aanpassing van procedures, nomen.

Expert

Expert kennis van procedures /normen en van de systemen waarvan ze afgeleid zijn. Implementeren van nieuwe systemen in de organisatie. Uitvoeren van interne of externe audits (bv. leveranciers)

PC toepassingen

Junior (basis)

Gebruik van enkele basis functies van een IT tool. Ingeven, opvragen, opzoeken van gegevens, tekst,..

Bekwaam

Gevorderd gebruik: efficiënt gebruiken van de meeste functies van een tool, van toepassing voor de functie.

Ervaren

Gebruik van alle mogelijkheden van een IT tool. Analyses maken van aanpassingen/ verbetermogelijkheden, kleinere aanpassingen aan systemen uitvoeren. Gebruikersondersteuning geven (praktisch).

Expert

Technisch opzetten van gegevens beheersystemen, programmeren van functies, programma’s, linken maken tussen systemen. Opleiding geven.

Talen

Junior (basis)

Lezen en begrijpen van korte boodschappen, teksten (e-mails, brieven, faxen,…) Zich mondeling kunnen bedienen van enkele basisuitdrukkingen/begrippen.

Bekwaam

Lezen en/of schrijven van korte, relatief eenvoudige of standaard boodschappen, teksten, enz.

Zich verstaanbaar maken aan een gesprekspartner in een vreemde taal

Ervaren

Zich vlot uitdrukken in een vreemde taal, mondeling en schriftelijk. (dagelijkse communicatie: informeren, vragen beantwoorden, informatie opvragen,…)

Expert

Zich foutloos uitdrukken in een vreemde taal. (gespecialiseerde communicatie: opleiding geven, klachten behandelen, onderhandelen, vertalen van teksten, controleren van vertalingen, vakjargon hanteren, …)

Bijlage XI

Competentiematrix voor de afdeling Kwaliteit

Cat.3 Cat.4 Cat.5 Cat.6

QA ass. import Mdw. kwaliteitszorg Ingangscontr grst. Ingangscontr verp. QA techn. ontwerp Laborant Coörd. Procescontr. QA ass. grondstoff. QA ass. verp. Hoofd labo&ingangscontr. Hygiënemanager

Generieke competenties

Organisatiebetrokkenheid 2 2 2 2 2 2 2 2 2 1 1

Resultaatsgerichtheid 2 2 2 2 2 2 2 2 1 1 1

Flexibiliteit 3 3 3 3 2 2 2 2 1 1 1

Samenwerken 2 2 2 2 2 2 2 2 1 1 1

Initiatief 3 3 2 2 2 2 2 2 1 1 1

Afdelingsgebonden competenties

Kwaliteitsgericht 2 2 3 3 2 2 1 1 1 1 1

Communiceren 3 3 2 2 2 2 2 2 2 2 2

Probleemanalyse 3 3 3 3 2 3 2 1 2 1 2

Plannen en organiseren 3 3 2 2 2 3 2 1 1 1 1

Leidinggeven 3 1 2

Coachen 3 2 2 3 2 2

Technische competenties

Product-/ Proces- en Vakkennis

Kennis van verpakkingsmaterialen Er Er Ex Er Kennis van verpakkingsproces/-technieken B Er

Kennis van grondstoffen Er Er Ex

Kennis van allergenen Ex

Kennis van afgewerkte producten B B Er Ex

Kennis van productieproces B Er Er Er Er

Kennis van meetmethoden grondstoffen B Er Er Ex Kennis van meetmeth. voor afgewerkte prod. Er Er Er Ex Kennis van meetmethoden verpakkingen Er Er Ex Kennis van analysemeth. grondstoff./afgew.prod B Er Ex Kennis van analysemeth. Verpakkingen B Er Ex Er Kennis van ijkmethoden voor meettoestellen B B B Er Er Er Kennis van kwaliteitsopvolgingtools Ex Kennis van organoleptische testmethoden B B B B

Kennis van statistiek B J Er

Kennis van chemie en microbiologie Er Ex Kennis van afvalstromen en afvalverwerking Ex

Kennis van pestcontrole Ex

Kennis van reinigingsmiddelen,-equipment &-processen Ex

Kennis van intern transport Er

Voorschriften en procedures

Kwaliteitsnormen en recepten verpakking Er Er Ex

Verpakkingsestimaties Ex

Productnormen/-parameters Er Er Er

Kwaliteitsnormen grondstoffen Er

ISO B B Er B Ex Ex B

AIB B B Er Er Er Ex J

HACCP B B Er Ex J

GMO Er Ex

Sec. alim. Ex

Wetgeving allergenen Er

Hygiënenormen J J B B Er Er Er Er Ex

Veiligheidsnormen Er B

Procedures klachtenbehandeling B Er Ex

QA ass. import Mdw. kwaliteitszorg Ingangscontr grst. Ingangscontr verp. QA techn. ontwerp Laborant Coörd. Procescontr. QA ass. grondstoff. QA ass. verp. Hoofd labo&ingangscontr. Hygiënemanager

PC toepassingen

Word J J J J B B Er Er Er B

Excel B J Ex B Er Er Ex Er B

PPT B B B

AS400 Er

Access Ex Ex J

AutoCad Ex Ex

Artios Cad Ex Ex

Visual Basic Ex

Java Ex

SQL Er

PiM's databank Er Er

Fost databank Ex Er

Datalyzer Er

SPC Wizard Er

QMS B Er Er

JD Edwards J J J

DANONE systeem B

ALBA J

Cape Software Er

Admin J

Talen

Engels B J J B B J J Er Er B B

Frans J J B J J Er B Er Er

Duits J J J B Er