Vraag nr. 191 van 6 juni 2002
van mevrouw MARIJKE DILLEN Delinquente jongeren – Vervolgopvang
In Zoersel werd in maart 2002 een project vervolg-opvang opgestart voor jonge delinquenten die uit een gesloten instelling komen of voor jongeren die herhaaldelijk lichtere delicten plegen.
1. De opvang wordt aangeboden door de V Z W Overstap.
Op welke wijze wordt deze vervolgopvang geor-ganiseerd ? Wie is hiervoor verantwoordelijk ? Hoeveel jongeren kunnen hier terecht ?
Op welke wijze gebeurt de samenwerking met de jeugdrechtbanken ?
Welk budget wordt hieraan besteed ?
Wanneer wordt dit project geëvalueerd ? Door wie ?
2. In Mechelen wordt eveneens een dergelijk ver-volgopvangproject georganiseerd.
Wie is hier verantwoordelijk voor de organisa-tie ?
Wat is de stand van zaken van de onderhande-lingen ?
Welk budget wordt hiervoor vrijgemaakt ?
Antwoord
1. VZW Overstap organiseert voor minderjarigen een aanbod van intensieve trajectbegeleiding. Het project richt zich tot jongens en meisjes tus-sen 12 en 18 jaar die een als misdrijf omschre-ven feit hebben gepleegd en daarom door de jeugdrechter aan een gemeenschapsinstelling toevertrouwd zijn alvorens hen intensieve tra-jectbegeleiding op te leggen. De gedwongen in-tensieve trajectbegeleiding betekent bijgevolg dat deze vorm van begeleiding door de jeugd-rechter aan de minderjarige opgelegd wordt bij beschikking of vonnis.
De thuisbasis van de minderjarige moet in het gerechtelijk arrondissement Antwerpen gesitu-eerd zijn.
Intensieve trajectbegeleiding is een individuele hulpverlening waarbij de contacten tussen de minderjarige en de begeleider, vooral in de s t a r t f a s e, heel veelvuldig en intensief verlopen, teneinde met de minderjarige een effectieve dagbesteding uit te werken via integrale en con-textuele hulpverlening en motivatieverhogende tussenkomsten (reële doe-activiteiten i.p. v. a l-leen maar verbale tussenkomsten) om de zelf-redzaamheid en de zelfstandigheid van de min-derjarige te verhogen, met als uiteindelijke doelstelling de (re)integratie van de minderjari-ge in de reguliere samenleving effectief te be-vorderen en te realiseren, recidive te vermijden en jeugddelinquentie te verminderen.
De minderjarige wordt als individu begeleid, binnen zijn integrale context en sociaal netwerk. De hulpverlening gaat uit van de nood en de be-hoefte van de minderjarige en er moet in sa-menspraak met de minderjarige gewerkt wor-d e n . De hulpverlening is bijgevolg participatief en emancipatorisch en wordt beschreven in een h a n d e l i n g s p l a n , in de vorm van een contract dat door de minderjarige en de trajectbegeleider ondertekend wordt waarin duidelijk het stap-penplan en de resultaten die de trajectbegelei-der en de mintrajectbegelei-derjarige effectief willen boeken, vermeld worden.
Het plan bevat :
– een plan van trajectbegeleiding,
– duidelijke werkafspraken met te bereiken resultaten,
– de consequenties bij het niet-nakomen van de afspraken,
– de evaluatiemomenten.
Een exemplaar van het contract wordt naar de jeugdrechter en de consulent van de minderjari-ge opminderjari-gestuurd.
Het contract kan door de jeugdrechter vroegtij-dig afgebroken worden op voorstel van de tra-j e c t b e g e l e i d e r, na samenspraak met de consu-lent van de minderjarige.
De maximumduur van de trajectbegeleiding is zes maanden.
werkingskosten) en begeleidt op jaarbasis min-stens zestien minderjarigen.
Het project loopt van 1 januari 2002 tot en met 3 1 december 2002 en zal in het najaar door de administratie geëvalueerd worden.