OVERZICHT VAN BUITENLANDSCHB TIJDSCHRIFTEN.

OVERZICHT VAN BUITENLANDSCHB TIJDSCHRIFTEN.

Lc Spectateur Militaire, 47

Année. S7

Livr., 15 September 1872.

REORGANISATIE VAN HET LEGER. (Vervolg.) Resumé van de beraadslagingen in de Nationale Vergadering gehouden over de legerwet.

NOG EENIGE B E S C H O U W I N G E N Ü E T R E F F E N D E DE R E O R G A N I S A T I E VAN HET LEGER.

De oorzaken die tot de jongste nederlagen hebben bijgedragen. Het materialisme.

De opvoeding der jeugd. (Wordt vervolgd.)

DE NATIONALE VERDEDIGING. MILITAIRE HERINNERINGEN. (Fenolff.) Het 2de Loire-leger onder CIIANZÏ. De terugtocht op Le Mans.

ORGANISATIE EN DIENST VAN DE SPOORWEGAFDEELINGEN IN HET DUITSCHE

LEGER GEDURENDE DEN OORLOG VAN 1870—71. (Slot.)

OVER DE HYGIËNE VAN DE PAARDEN BIJ DE CAVALERIE , DOOR EEN OUD-SOL- DAAT. (Wordt vervolgd.)

OVERZICHT VAN DE DUITENLANDSCIIE MILITAIRE PERS.

BlIiLIOGRAPIIISCH OVEPZICHT.

AANKONDIGING VAN KAARTEN.

Journal des Sciences Militaires, 48

Année, 8

Série.

Tome III. 1^ Lj

_ Septembre 1872.

OORLOGSSTUDIËN. V. Over het effectief en een raüoncele samenvoeging van de actieve legers. De schrijver bespreekt in verband met marschrpgeling, geveehtsleiding, troc- penverzorging, enz. de aan een leger te geven sterkte en komt tot liet besluit dat ongeveer 150000 man de grootste getalsterkte zal zijn, die aan een leger kan gegeven worden. Op een zelfde oorlogstooneel kan geen grootere macht dan van ongeveer 540000 man gebruikt worden. Deze zou dan bestaan uit drie, onder afzonderlijke chefs staande legers, waarvan twee ter sterkte van 120000 en één — de hoofdmacht — ter sterkte van 150000 m a n ; terwijl 1GOOOO man noodig zoude zijn ter organi- seering en beveiliging van de communicatielijnen. De drie legers, alhoewel onder afzonderlijke chefs staande, moeten onder één opperste leiding tot hetzelfde doel werkzaam zijn; die opperste chef is de generalissimus; de voor de communicatielijnen bestemde 150000 man moeten onder de bevelen van den minister van oorlcg blijven.

Om op bovenstaande getalsterkte te kunnen rekenen, moet bij het begin van den oorlog een georganiseerde macht van 648000 man aanwezig zijn, waarvan 180000 tot de

720

reserve behooren. Ben en ander neemt niet weg , dat er tot andere doeleinden tevens nog afzonderlijke legers kunnen werkzaam zijn,

DE QUAESTIE DER BESTE WIJZE VAN L A D E N VAN DE V O U R M O N D E N . De Schrijver meent dat dit vraagpunt meestal te eenzijdig behandeld wordt , door bij de verge- lijkingen een bepaalde soort van elk dezer 2 stelsels te beschouwen. Hij somt de voordeeleu van achterlaad- en voorlaad-kanonncn op , maar meent , dat als een be- hoorlijk sluitingstoestel gevonden is, de betrekkelijke voordeden van laatstgenoemde vuurmonden tegenover de achterlaadkanons grootendeels verdwijnen zullen. In allen gevalle dwingen de omstandigheden om het kanon van 7 %' in Frankrijk nog in groote waarde te houden.

HET „DEPOT DE LA GUERRE." WAT HET GEWEEST IS, WAT HET IS EN WAT HET KAN ZIJN Deze afdeeling van het Departement van Oorlog is omstreeks in 1617 opgericht en in Juni 1871 in de afdeeling „generale staf" opgenomen. Deze opheffing wordt afgekeurd.

STUDIËN OVER DE NIEUWE M A N O E U V R E S DEK BESPANNEN BATTERIJEN. Beschou- wingen over de nieuwe voorschriften. Het snel in batterij komen blijft steeds een zeer nuttige oefening ; daarentegen moet den kanonniers vooral gewezen worden op het dringend vereischte om bedaard te vuren.

DE VELDTOCHTEN VAN 1806 EN 1807. (Met teminschelsen.') Beknopt overzicht van deze veldtochten.

VOORDRACHTEN OVER ARTILLERIE. (Met schetsen.} (Vervolg.} IV. Het veldge- schut in Oostenrijk, Rusland, Nederland, België, Zweden, Noorwegen, Denemarken, Italië , Spanje en Zwitserland. Gevolgtrekkingen.

BOEK AANKONDIGINGEN.

Journal de l'armée beige , 21

année , 42

vol. ,

5ième ljvr. N». 251.

HYPOTHESE D'UNE CAMPAGNE OUTRE-RHIN , PAR LE PRINCE PIERRE NAPOLEON BONAPARTE. Aankondiging van dit vóór den oorlog van 1870 geschreven werk , waarvan slechts een gedeelte in druk is verschenen. Het heeft geheel en al betrek- king op België met het oog op een toen te verwachten oorlog tegen Pruisen.

BUITENLANDSCHE MILITAIRE KRONIJK.

Journal de l'armée beige , 21

année , 42

vol. , N°. 252.

DE OPERATIELI.INEN VAN FRANKRIJK NAAR DuiTSCHLAND. Frankrijk handelt onverstandig als het zijn leger door België tegen Pruisen doet oprukken.

RESTERONS-NOUS BELGES? Aankondiging van dit onlangs te Antwerpen ver- schenen werk.

LA FORTIFICATION a FOSSÉS SECS PAR A. BRIALMONT. Aankondiging van dit jongste werk van dezen schrijver.

DE RUSSISCHE LITERATUUR.

Colburn's United Service Magazine, N°. 524. August 1872.

ZF.KBOÜWENDE PANTSERSCHEPEN ZONDER MASTEN. Beschouwingen over de waarde van dergelijke tchepen , als de T/iundercr en Devastation tu over die van gepantserde schepen met hulp-zeilvermogen.

721

DK MILITAIRE INRICHTINGEN EN EXAMINEER-COMMISS1ËN IN ENGELAND. (Vit hel R/tssisfh.) Beknopte gegevens omtrent het militair onderwijs in Engeland.

D E P A A R D E N V A N H E T PRUISISCHE L E G E R , 1845—70, M E T B E N I G E O P M E R K I N - GEN OVBR VETERINAIRE STATISTIEK. Aankondiging van ,,7)ie Remonierung der Preus- zisclirn Armee von C. O. MENTZEL, Remonie-Depot-ÏHrecteur".

STRATEGISCHE MISSLAGEN VAN DE PRUISEN. Uittreksels uit het onlangs ver- schenen werk „Les faules siratégiques fles Pntssiens. Libraïre générale. Paris". 1° Het na den slag bij Woerth niet doen vervolgen van het geslagen legerkorps van MAC- MAIION door de üuitsclie cavalerie. 9" Straatsburg had men door een roup-de-main kunnen nemen. 3" De aanval op Spicheren, hoenel gelukt, was onvoorzichtig, omdat FIIOISSAKD op meer hulp mocht rekenen , dan KAMECKB. 4° De operatien van den Kroonprins na den slag bij Woerth worden veroordeeld, vooral omdat hij het leger van MAC-MAHON tijd gelaten heeft zieh te Chalons te herstellen. 5° Generaal VON DEK TANN en Orleans. (i" Het ontkomen van NAPOLEON op zijn reis van Melz naar Verdun, enz.

VERHAAL VAN HE DIENSTEN VAN HE „UOYAL FUSILIERN". (Vervolg.)

DE SLAG uu BERLIJN IN 1875. Uittreksels uit dit onlangs in Frankrijk ver- schenen werk.

DE LAATSTE OPERATIËN VAN HET ZuiDER-LEGEii. Het bezetten van Dyon. Du omsingeling van Auxonne. Belfort.

DE FRANSCHE I.EGER-WET. Uittreksels uit de bij de behandeling van dit ontwerp van wet in de Nationale Vergadering gehouden redevoeringen, geput uit \\etJouniul Officiel.

DJ; HHIJN EN DE MOEZEL. Iets over de streken, waarin deze rivieren zijn, ook naar aanleiding van „Wines of the Rhi/ie, Moselle and Saar by M. A. VERKRDZEX. 8.

Fellstreet, E. C.".

ONZE M I L I T A I R E S T A A T K U N D E IN ÏNDIË. Een inlandscli leger is noodzakelijk.

BEKNOPT OVERZICHT UIT DEN VREEMDE.

G E V A N G E N GENOMEN EN BELEGERD. (Vervolg.)

Jahrtmcher für die Deutsche Armee und Marine.

lV'

' Band, 3

Heft. N". 12.

BESCHOUWINGEN OVER DEN VESTING-OORLOG IN 1870—71. (Slot.) Overzicht van de plaats gehad hebbende belegeringen. Beschouwingen over de tegenwoordige waarde van den onverhoedschen aanval, de insluiting, den geregelden aanval en het bombar- dement. Tegen een onverhoedscheu aanval is tegenwoordig flankement door geweer- v u u r voldoende; de laatste oorlog heeft, geleerd dat het doorbreken eener insluitings- linie bij de blokkade eener vesting, veel meer bezwaar oplevert dan vroeger; om tegenwoordig met goed gevolg bij den geregelden aanval de bres te bestormen, zou men niet, zooals vroeger, met scctiën maar met bataljons in front door de bres moeten kunnen binnenkomen ; althans als de bezetting nog niet gedemoraliseerd is. De ver- hoogde waarde van het bombardement in den tegenwoordigen lijd i-< grootendeels toe te frdirijven aan de betere middelen van vervoer. Denkbeelden over de ligging en het profiel der versterkingen eener vesting bij de tegenwoordige wijze van aanval.

Het ver-ting-stelsel in Frankrijk ; over het algemeen waren de groote vestingen te dicht aan de grenzen gelegen. Denkbeelden over een mobiele vesting; namelijk een zoodanige die eerst in oorlogstijd tijdens de mobilisatie van het leger gebouwd wordt.

Hiertoe zouden in en nabij de eventueel te versterken stad een groote voorraad vooraf geheel gereed gemaakte materialen, zooals uit elkaar genomen blokliimon, b u s k n i i t - magazijnen , h o u t , ijzer, enz. moeten worden opgelegd.

HET ISTE BEIERSCHE KORPS v. D. TANN IN DEN OORLOG VAN 1870. (l'enolg.}

III. S. 17. I). N". 11. r,

722

De operatien in December. Gevecht bij Villepion. Slag bij Bazoches-les-Hautes.

Slag bij Artenay. Slag bij Orleans. Gevecht bij Meung.

H E T 2l)E DEEL V A N H E T W E R K : „ S T U D I Ë N Ü B E R Ï R U P P E N - F Ü H R U N G " D O O K

v. VEKDV DU VEKNOIS. Een woord van opeulijken dank aan den kolonel v. VERDY nu VERKOIS voor den dienst aan bet leger bewezen, door zijn uitmuntend werk.

Uiteenzetting van het laatstgenoemde.

EEWGE WOORDEN OVER DE UITVOERING VAN ONZE VELDMANOEUVRES. Met bet, oog op bet feit dat do reglementaire orde in de gelederen in den oorlog altijd achteruit K'iat, wordt gewezen op het wenschelijke om bij de groote manoeuvres in vredestijd, dit punt streng in het oog te houden.

DE LUCHTBALLONS VAN HET LoiRE-LEGER. De groote moeilijkheid bij de lucht - ballons is bet besturen. Proeven van DUPTJY DE LOME dienaangaande. In Duitseh- land is reeds sints geruimen tijd een van staatswege benoemde commissie werkzaam , om dit vraagstuk te onderzoeken. Bijzonderheden omtrent den luchtballon-dienst bij het Fransche Loire leger. De luchtballons hebben daar weinig nut gehad , omdat de zaak bij de krijgskundigen te weinig bekend is. Zoolang hot vraagstuk van de besturing niet opgelost is , moet men zich te vreden stellen met ballons die vastgehouden worden (bnllons capti/s* ; de oprichting van een doelmatig georganiseerd , militair Aeronituleii- korps is daarbij een eerste vereischte.

VREDESOKFENINGEN VOOR HET GEVECHT.

BI.IK IN DE MILITAIRE LITERATUUR. Boekaankondigingen.

Archiv für die Artillerie- und Jngenieur-OlTicierc des Deutschen Reichsheeres, 36

Jahrgang.

72

Band, !'<* Heft.

HET H O N D E R D J A R I G JUBILÉ VAN HET OOST-PRUISISCHE R E G I M E N T A R T I L L E R I E N°. 1. {Vervolg."] Geschiedenis van liet regiment.

ONTWERP VAN EEN NIEUWE CONSTRUCTIE VOOR GRANAATKARTETSEN. (Mei ee/ir teekeniny.) . Beschrijving van twee modellen voor granaatkartetsen; één voor een vroeger voorgestelden eenheidsvuurmond voor de artillerie te relde (beschreven in het 5e Beiheft van het Mit. Wochenblatt van 15 Nov. 1871), en één voor het bestaande Pruisische kanon van 8cm. De grondbeginselen c waarop deze granaatkartetsen berusten, is het plaatsen van de springlading achter de kogels, om daardoor de snelheid en indrin- gingskracht van deze te vermeerderen , den tophock van den verspreidingskegel kleiner te maken enz.

OVER DE TOEKOMST DER PANTSERSCHEPEN. Ofschoon Engelschc autoriteiten op het gebied der nijverheid beweren , dat de pantseringeu op den duur voor het geschut zullen moeten onderdoen, zoo acht men het, aangenomen dat zulks werkelijk het geval zal zijn, toch noodig de pantserschepen te behouden, omdat bij een gevecht tussclieu 2 schepen, het gepantserde aanmerkelijk boven het niet gepantserde in het voordeel zal zijn.

EEN GRONDVEKSCIIUIVING, DE DAARTEGEN AANGEWENDE MIDDELEN EN HET RESUL- TAAT D A A R V A N . (Met eene leekening.) Bij het aanleggen van versterkingen op bcrg- a''htig terrein zullen de aardlagen zelden horizontaal , maar meestal hellend zijn , zoodat bij een zware beliisting daarvan, lichtelijk afschuivingen kunnen voorkomen.

Voorbeeld hiervan bij een vesting tijdens de bevrijdingsoorlogen. De toen aangewende middelen om do afsclmiving tegen te gaan. (Wordt vervolgd.)

V E R S C H E I D E N F I E D E N . Het Turksche Rodman-kanon van 35-ton. Het Woolwieh- kanon van 35-ton. Het Russische zware gietijzeren geschut. Gattling-kanonnen aan- gewend op den rug van kameelen.

BOEKA A F K O N D I G I N G E N .

Deutschen Reichsheeres. 36

Jaargang.

T2*r Band, 2

Heft.

H E T H O N D E R D J A R I G J U B I L É V A N H E T OOST-PRUISISCHE R E G I M E N T A R T I L L E R I E

N". 1. (Vervolg.} Geschiedenis van dit regiment. Verrichtingen der verschillende onderdeelen iu de oorlogen van 1866 en 1870.

STUDIE OVER STEENMIJNEN. Aankondiging van het werk : Etudes sur les mines

•militairei door den Belgischen majoor BHALION. (Met eene teekening.) (1).

EEN GRONDVERSCHUIVING , DE DAARTEGEN A A N G E W E N D E M I D D E L E N EN HET RESUL- TAAT D A A R V A N . (Slot.)

BüEK AANKONDIGING.

Allgemeine Militar Zeitung, 47

Jahrgang. N°. 31—32.

HKT 100-jAiiiG JUUILÉ VAN HET OOST-PRUISISCHE REGIMENT VELD ARTILLERIE.

(Vervolg.}

V O O R D R A C H T E N OVER DE KRIJGSGESCHIEDENIS VAN ELSAS-LOTHARINGEN. IV.

He belegering van \lelz. 1552.

BENIGE D A G E N OP HET LECHVELD. Beschouwingen over dit Beiersche kampe- ment.

TER H E R I N N E R I N G AAN DE EERSTE DAGEN VAN AUGUSTUS 1870.

Allgemeine Militar Zeitung, 47

Jahrgang. N». 33—34.

WlE HEEFT AANLEIDING GEGEVEN TOT DEN FRANSCH-DüITSCHEN OORLOG ? Onder anderun ten gevolge van een artikel in de Frankfurter Zeitung, waarin beweerd wordt, dat zulks Duitsehland was, tracht de schrijver aan te tooneu, dat integendeel Frankrijk tot dien oorlog aanleiding heeft gegeven.

HET 100-JAHiG juniLÉ VAN HET OOST-PRUISISCHE REGIMENT VELD-ARTILLERIE.

(J'enolff.)

BENIGE GEDACHTEN OVER HET VERIIETEREN VAN HET G E T R O K K E N GESCHUT. In het algemeen hebben de vuurmonden goed voldaan; dat sommige onbruikbaar zijn ge- worden , moet men wijten aan de buitengewone omstandigheden en aan de groote cischcn , die men aan de getrokken kanons dikwijls stelde. De schrijver dringt aan op het vergrooten van de lading van 1:11 tot 1:6 kogelzwaarte, ten einde een meer bestreken baan te verkrijgen, en in de tweede plaats wenscht hij een beter sluit- loestel. Wat de schrijver omtrent dit laatste voorstelt.

MILITAIRE BRIEVEN UIT DEN ELSAS EN LOTHARINGEN. III. Met/., Augustus jl.

De vorderingen van den bouw der Forten om Metz en Straatsburg.

OVER SALVO-VUUR. Zoowel in 1866, als in 1870 zijn de meeste salvo's mi-lukt.

Het salvo-vuur en het snel-vuur. Het salvo-vuur van een bataljon , van een kom- pagnie en van kleinere afdeellngen. De aanvoerder moet weten, wanneer het eene of het andere v u u r gewenscht is.

BRIEVEN VAN DE HEZETTINGSTROEPEN IN F R A N K R I J K . IV. Uit het departement v;m de Meurtlie 14 Augustus. De dislocatie van het bezettiugslegcr na de ontrui- ming van de departementen Marne en Haiite-Marue.

, ' / Zie hieromtrent M<1. Speet. blz. 653 van dezen jaargang.

724

Oesterreichische Militarische Zeitschrift. XIII" .fahrgung.

VlII

* Heft (August.)

DE ZWERMVORM ALS GEVECHTSFORMATIE. Schrijver prijst, den zwe^mvorm , ieder zwerm (er sterkte van niet minder dan ééne sectie, aan; die vorm is geschikt zoo- wel in stellingen als in de beweging, zoowel voor liet individueel of tirailleur-, als voor liet salvo v u u r ; de officieren kunnon den troep beter in de hand houden, de

bewegingen besturen en de vuren leiden.

DE OORLOG VAN 1870—71. (Vervolg.) De slag bij Sedan op den l sten September 1870.

DE STRATEGISCHE V E R H O U D I N G TUSSCHEN OoSTENIUJK EN R U S L A N D . Een bij- drage tot de studie der militaire aardrijkskunde. (Vervolg.)

DE WEEBKBACHT VAN SPANJE. De landmacht, de koloniale strijdkrachten en de marine.

REGLEMENTEN-STUDIE. XI De instructie voor het tactisch onderricht vmi de Italiaansche infanterie-korpsen.

EMANIIEI, DIKMMER , MAJOOR VAN DEN GENERALEN STAF. Necrologie.

Oesterreichische Militarische Zeitschrii't, XJJI

Jahrgaii#.

IX'« Heft (September.)

OVKR TIRAILLEURAFDEELINGEN BIJ DE INFANTERIE. De noodzakelijkheid van het formeeren van een tirailleurkompagnie per bataljon wordt aangewezen ; de tirailleur- kompagniën van een regiment moeten voor hare afzonderlijke oefeningen in vredestijd tol irn bat.iljon vereenigd worden.

STREFFLEUR'S W E R K E N OP HET GEBIED VAN DE T E R R E I N L E K R , T E K R E I N V O O I : - STELI.ING EN KARTOGRAPHIE. Niettegenstaande zijne veelomvattende werkzaamheden, wijdde STREITLEUR veel tijd aan zijne lievelingsstudie : de terreinleer en de karto- praphie. Men verwachtte een „Algemeene terreinleer" van zijne h a n d ; maar zijn dood stelde het belanghebbend publiek in deze verwachting te leur. Nochtans zijn er over bedoeld onderwerp zoo vele verspreide opstellen in tijdschriften en onuitgegeven manus- cripten van hem voorhanden, dat zijne beschouwingen en beginselen daaromtrent niet verloren zijn ; zij vormen ten deelo den grondslag van een onlangs verschenen leer- boek : Het situatie-teekenen en de militaire kartographie. De geschriften van STHEPFIEUK zijn meerendeels bekend ; maar met zijne rijke verzameling van graphische en plastische kunsl is dit minder het geval.

D K TACTISCHE VERDEELING VAM DE KoMPAOxiE. Schrijver voert zeer gedetail- leerde bewijsgronden aan lot staving van zijn gevoelen, dat eem: verdeeling der kom- pagnie in drie onderdeelen te verkiezen is boven ecne verdeeling in vier.

DE OORLOG VAN 1870—71. (Vervolg.) De slag bij Sedan.

DK STRATEGISCHE V E R H O U D I N G TUSSCHEN OOSTENRIJK EN R l J S L A N M . (Slot.^

OVKR D O R P S V E R S T E R K I N G E N . In den lantsten oorlog hebben verscheidene ge- vechten om bewoonde oorden of dorpen plaats gehad , die in staat van verdediging waren gebracht. Schrijver vraagt zich a f , of bij het versterken \an die dorpen zich nieuwigheden hebben voorgedaan, en beantwoordt dc/.e vraag o n t k e n n e n d , door l.et aanvoeren viin voorbeelden van bevestigingen , welke in den veldtocht van ISfifi in Italië door de Oostenrijkers zijn verricht, als: het versterken van Sominncampagna, Custozza, Val legio, Monte Baiber, en andere punten in de stelling van Custoz/.n en elders.