• No results found

(1)Onderwerp: Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Onze referentie: R&P 098 Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Uw referentie: OPTA/TN februari 2008 BEDENKINGEN UPC NEDERLAND B.V

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "(1)Onderwerp: Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Onze referentie: R&P 098 Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Uw referentie: OPTA/TN februari 2008 BEDENKINGEN UPC NEDERLAND B.V"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Onderwerp: Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte

Onze referentie: R&P 098 Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Uw referentie: OPTA/TN/2007/202641

13 februari 2008

BEDENKINGEN UPC NEDERLAND B.V. EN PRIORITY TELECOM NETHERLANDS B.V.

MET BETREKKING TOT EEN ONTWERPBESLUIT INZAKE INTERREGIONALE GESPREKSDOORGIFTE (OPTA/TN/2007/202461)

(2)

Onderwerp: Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte

Onze referentie: R&P 098 Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Uw referentie: OPTA/TN/2007/202641

13 februari 2008

1. UPC Nederland B.V. (UPC) en Priority Telecom Netherlands B.V. (Priority) hebben met belangstelling kennis genomen van een ontwerpbesluit van 21 december 2007 inzake interregionale gespreksdoorgifte (OPTA/TN/2007/202641) (ontwerpbesluit) van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA).

2. UPC en Priority maken graag gebruik van de mogelijkheid om conform de openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht een

zienswijze te geven. Omwille van efficiëntie reageren UPC en Priority, voor zover mogelijk, gezamenlijk. UPC en Priority volgen bij hun zienswijze zoveel mogelijk de structuur van het wijzigingsbesluit. UPC en Priority behouden zich het recht voor om hun bedenkingen in een eventuele beroepsprocedure aan te vullen en nader uit te werken.

3. UPC en Priority begrijpen dat OPTA KPN op de markt voor lokale gespreksdoorgifte en op de markt voor transitgespreksdoorgifte aanmerkt als aanbieder met aanmerkelijke markt macht (AMM). Op de markt voor interregionale gespreksdoorgifte wijst OPTA KPN niet aan als aanbieder met AMM.

4. UPC en Priority gaan er vanuit dat het niet aanwijzen van KPN als aanbieder met AMM op de markt voor interregionale gespreksdoorgifte, en dientengevolge het niet opleggen van verplichtingen, enkel betrekking heeft op de RAP-POP omgeving in het PSTN netwerk van KPN en niet ziet op het toekomstige All IP netwerk van KPN. Interregionale

gespreksdoorgifte is immers onlosmakelijk verbonden met het PSTN netwerk van KPN.

5. Het is niet ondenkbaar dat KPN een IP-interconnectie aanbod introduceert in de komende reguleringsperiode. UPC en Priority achten het onwenselijk, indien dit aanbod zodanig is opgebouwd dat het afnemers van KPN verplicht om uit te rollen naar het lokale niveau. UPC en Priority wijzen OPTA er op dat het bij interconnectie van IP-netwerken efficiënter is om nationaal te koppelen op enkele punten dan lokaal op meer dan honderd. Hierbij tekenen UPC en Priority aan dat een vergelijkbare hoeveelheid access punten door UPC en Priority kunnen worden ingebracht als randvoorwaarde voor regionale terminatietarieven.

6. In de PSTN regulering is het netwerk van KPN het uitgangspunt en koppelt KPN UPC danwel Priority terminerend verkeer uit op KPN POP locaties. Bij IP regulering is er voor dit uitgangspunt geen goede grond. Vanuit efficiency oogpunt verdient het de voorkeur om elke partij zelf zijn distributie door haar netwerk te laten verzorgen en te beperken tot enkele interconnectiepunten. De introductie van IP biedt een goede aanleiding deze efficiencyslag te maken.

(3)

Onderwerp: Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte

Onze referentie: R&P 098 Reactie ontwerpbesluit interregionale gespreksdoorgifte Uw referentie: OPTA/TN/2007/202641

13 februari 2008

7. Gelet op het voorgaande zijn UPC en Priority van mening dat OPTA interregionale gespreksdoorgifte in relatie tot All IP separaat dient te bezien. UPC en Priority verzoeken OPTA om het ontwerpbesluit op dit punt te verduidelijken.

8. Met betrekking tot de beschrijving van de markt voor interregionale gespreksdoorgifte door OPTA merkt UPC het volgende op. OPTA heeft de markt voor interregionale

gespreksdoorgifte niet op een juiste wijze geschetst. UPC wijst er op dat er in de relatie tussen UPC en KPN (tenminste) twee soorten interregionale gespreksdoorgifte bestaan.

9. De eerste is die waarin UPC gespreksopbouw verzorgd. UPC is niet uitgerold naar alle 20 POP's van KPN en zal derhalve interregionale gespreksdoorgifte dienen in te kopen. OPTA stelt in dit verband dat UPC daarvoor niet uitsluitend is aangewezen op het netwerk van KPN (door middel van het afnemen van een nationale terminatie dienst) maar ook gebruik kan maken van derden voor het afwikkelen van verkeer. Een derde levert het verkeer dan op de juiste POP aan bij KPN. Tot zover ondersteunt UPC de zienswijze van OPTA dat er sprake is van (potentiele) concurrentie.

10. De tweede situatie is die waarin KPN de gespreksopbouw verzorgt voor een gesprek met een abonnee van UPC. Als deze abonnee in een regio woont waar KPN niet met UPC is geinterconnecteerd en UPC ook niet is aangesloten op de KPN POP, wordt UPC

noodzakelijkerwijs gedwongen sleeptarieven te betalen aan KPN. KPN is monopolist op haar eigen sleepdienst en zal zonder externe prikkel geneigd zijn de prijs van deze dienst op te voeren. Op de dienst 'Interregion Connect' heeft KPN dan ook 100% markaandeeel en wel degelijk AMM.

11. UPC ziet hiervoor twee oplossingen: Ofwel KPN wordt verplicht om de mogelijkheid aan te bieden dit verkeer af te leveren bij een door UPC te kiezen derde partij op de juiste POP van KPN, waardoor UPC bij die derde partij interregionale gespreksdoorgifte kan inkopen, ofwel de sleeptarieven van KPN zullen op basis van kostenorientatie dienen te worden

gereguleerd. UPC heeft een uitgesproken voorkeur voor het eerste. Dit bevordert de

concurrentie op de doorgifte dienst daar waar de infrastructuur zoals OPTA stelt 'substantieel is gerepliceerd' (zie randnummer 231 ontwerpbesluit).

12. UPC verzoekt OPTA haar definitieve besluit op dit punt te wijzigen en als verplichting expliciet op te nemen dat KPN gehouden wordt aan het afleveren van verkeer bij een derde aanbieder naar keuze van een aanbieder, indien die aanbieder, zoals UPC, niet is uitgerold naar de POP waarvoor het verkeer is bestemd.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het college heeft geconcludeerd dat voor het onderhavige besluit de markt voor de ontvangst van (analoge) omroepsignalen zonder systeem voor voorwaardelijke toegang via de kabel in

UPC Nederland is van mening dat high speed bit stream access wel degelijk dient te worden beschouwd als een vorm van collocatie, aangezien voor het beheer van apparatuur ten

1 Beleidsregels inzake de redelijkheid van vaste terminating tarieven, OPTA/IBT/2003/201171, 18 april 2003.. Deze norm van redelijkheid dient te worden vastgesteld tussen

Indien en voor zover OPTA onverhoopt alsnog de op KPN rustende verplichtingen intrekt, dringt ACT er met klem op aan dat OPTA in het besluit bepaalt dat zij halfjaarlijks onderzoekt

3 jaar met louter een afwijkingsmogelijkheid naar boven.. vi) Ten onrechte zou KPN op grond van het Ontwerpbesluit een implementatietermijn van 9 maanden krijgen voor de

In het SPC-rapport is aan de orde gesteld dat de retailopslagen die OPTA toestaat ontoereikend zijn. Dit geldt in bijzonder ook voor de diensten die op basis van HKWBT/HL

Hoewel OPTA tot de conclusie komt dat er geen sprake is van aanmerkelijke marktmacht voor ODF-access (FttO) is Tele2 van mening bij de analyse van de mededingingsproblemen op de

In deze eerste verkenning zijn uit de drie stappen (de bedrijfsmigraties binnen de provincies van Noord-Nederland, de bedrijfsmigraties tussen de provincies van Noord- Nederland