Vraag nr. 71 van 21 maart 2002
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Publiekstheater Gent – Samenstelling raad van be-stuur
Op 6 februari 2002 heeft de minister een beslissing genomen in verband met de afgevaardigden van de Vlaamse Gemeenschap in de raad van bestuur van het Publiekstheater Gent.
Hij benoemde als vertegenwoordigers vijf mannen en één vrouw. De bestuurders zijn allen ten zeerste vertrouwd met de wereld van de podiumkunsten, aldus de minister, die ook verklaarde overtuigd te zijn dat hij met deze beslissing goede beheerders aanstelde.
Nochtans is deze beslissing van de minister in te-genspraak met het decreet dat stelt dat bij elke voordracht één man en één vrouw worden voorge-d r a g e n , en voorge-dat bij voorge-de uiteinvoorge-delijke samenstelling één derde van alle leden van eenzelfde geslacht moet zijn.
1. Hoe is de samenstelling van de raad van bestuur van het Publiekstheater Gent ?
2. Waarom heeft de minister bij het aanwijzen van vertegenwoordigers namens de Vlaamse Ge-meenschap zich niet gehouden aan het betrok-ken decreet ?
Vroeg hij hiervoor een afwijking aan zijn colle-ga Vogels, bevoegd voor Gelijke Kansen ?
Antwoord
Het Publiekstheater Gent is een instelling van openbaar nut, die oorspronkelijk werd opgericht als "Nederlands Toneel Gent". De instelling wordt bestuurd door een raad van bestuur van dertien l e d e n . De leden worden benoemd door de subsi-diërende overheden naargelang hun inbreng. D e raad kan het aantal van zijn leden wijzigen tot een maximum van negentien. In dit geval zijn de subsi-diërende overheden : de Vlaamse Gemeenschap, de stad Gent en de provincie Oost-Vlaanderen. De mandaten gelden voor een termijn van vier j a a r. Om de twee jaar wordt de raad voor de helft h e r n i e u w d . De uittredende bestuurders kunnen opnieuw benoemd worden. De volgorde van de beëindiging van de mandaten wordt bepaald door het lot.
Met ingang van 1 juli 2002 dienden ook zes leden voorgedragen door de raad van bestuur van AC R A VZW, te worden gecoöpteerd.
Met het besluit van 6 februari 2002 heb ik zes nieu-we leden benoemd in de raad van bestuur. Ik be-noemde vijf mannen en één vrouw :
de heer Luc De Leersnyder uit Elsene ; de heer Guy Reyniers uit Sint-Martens-Latem ; de heer Luk Coppens uit Affligem ; de heer Walter De Meyere uit Merelbeke ; de heer Jan Sprimont uit Gentbrugge ; mevrouw Katrien Laporte uit Gent. Verder zetelen in de raad van bestuur, voor de stad Gent :
mevrouw Anne-Marie Dua uit Gent ; de heer Ja n Gheysens uit Mariakerke ; mevrouw Martine Bode uit Gent ; de heer Daan Bauwens uit Sint-Amands-berg ; mevrouw Sylvie Van Maele uit Oostkamp ; voor de provincie : de heer Marc Lootens uit Gent ; de heer Jean-Pierre Van Der Meiren uit Oudenaarde ; voor A R CA : de heer Jo Decaluwe uit Mariakerke ; de heer Lieven Decaluwe uit Gent ; mevrouw Ingrid De Ketelare uit Brussel ; de heer Gert De Schoenmakere uit Wingene ; de heer Marc Wylleman uit Mariakerke ; de heer Jo De Vos uit Gent.
De Vlaamse volksvertegenwoordiger wenst van mij te vernemen waarom ik mij bij het aanwijzen van de vertegenwoordigers niet heb gehouden aan het decreet dat stelt dat bij elke voordracht één man en één vrouw worden voorgedragen, en dat bij de uiteindelijke samenstelling één derde van de leden van eenzelfde geslacht moet zijn.