Vraag nr. 51 van 13 maart 2000
van de heer JOS DE MEYER
DAC-project vrije internaten – Regularisatie Enkele jaren geleden startte dit waardevolle pro-ject waarbij aan de vrije internaten een aantal vol-tijdse en halfvol-tijdse DAC-arbeidsplaatsen (Derde Arbeidscircuit) werd toegewezen. Deze mensen presteren zeer nuttige en onmisbare arbeid voor deze instellingen en de betrokken kinderen en jon-g e r e n . Ook de tewerkjon-gestelden ervaren hun job als zinvol en maatschappelijk nuttig.
Welke plannen heeft de minister met dit project ? Kan dit tewerkstellingsprogramma eveneens wor-den geregulariseerd ? Wat met de loonharmonise-r i n g ? Woloonharmonise-rdt op teloonharmonise-rmijn de inpassing in de "gewo-ne" erkennings- en subsidiëringskanalen van het onderwijs nagestreefd ? Komt er een werkgroep (met o. a . administratie en sociale partners) om de mogelijke regularisatie voor te bereiden ?
Antwoord
De Vlaamse regering heeft op 26 november 1999 haar goedkeuring gehecht aan de krachtlijnen voor regularisering van de traditionele tewerkstellings-programma's.
Onder "regularisering" wordt, wat het Derde A r-beidscircuit betreft, begrepen : de omzetting en in-tegratie van de bestaande DAC-tewerkstelling in het reguliere beleid in V l a a n d e r e n . Deze integratie zal fase- en sectorgewijze gebeuren. Er werd afge-sproken dat uiterlijk op 1 januari 2001 een aantal deelsectoren geregulariseerd zullen zijn.
In het kader van deze sectorgewijze aanpak werd een interkabinettenwerkgroep opgericht onder mijn voorzitterschap, die is samengesteld uit verte-genwoordigers van alle leden van de Vlaamse rege-ring en de betrokken administraties. Deze werk-groep heeft als opdracht het begeleiden en opvol-gen van de regularisering. Er werd afgesproken dat vanuit de bevoegde kabinetten/departementen overleg zal worden gepleegd met de betrokken werknemers- en werkgeversorganisaties.
In navolging van de in de Vlaamse regering ge-maakte afspraken werd begin dit jaar aan alle mi-nisters en hun administraties een overzicht bezorgd van de projecten die onder zijn/haar bevoegdheids-domein ressorteren. Het bevat de kostprijs per j e c t , het aantal personen tewerkgesteld in hun
pro-j e c t , hun kwalificatie en hun functie. Op basis van deze gegevens dienen de functioneel betrokken de-partementen een raming te maken met betrekking tot de eventuele meerkosten van de regularisering in hun sector.