• No results found

Paddestoelen en het beheer van vegetaties (Relations between macrofungi and nature-management)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Paddestoelen en het beheer van vegetaties (Relations between macrofungi and nature-management)"

Copied!
60
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

tw:•, Postb\18 273, 3740 AG ~ (tel. 02l54· 14758) of van Speyklu.a 13, 3742 PB Baarn

(ee1. 02154•17516).

Ra:Sakteureru or.a.A. van der Aa (Baarn), ora.B. Arnolda (tUjater), J. De.-. (XorteMoet) 1 J. ~sint (Den &tl4er) J DrseMo8e Moord•loos (LeJ.<Sen) J Dr.JeAo SU.lp•n (&urn).

UW artlke1en voor eH volgenct. CCX)LIA's kunt U sturen n•ar de eln4n4&ktie te IIAMN

ot

uar de vol9t.rde .&'eeaenr ·

ja.nuari-n..-er1 J. Daama, ZuidSingel 23, 1241 1!8 Xorte.nhOef. aprll•n'-Mt' 1 M.B. NOOrdeloos, IUjkahubari\liD, SehdpenkMe 6,

2313 Z'l" Leiden.

--BZ:Sl'UUR van de Naded.ndaa N;tcologlsche Veraniqinqr

Dra.F. Benjaai.Men, voordeter ... H\lllerweg 23, 5624 JC 81nd.bov't:n, t81e 040-446288

Mevr.DJ:a.A.Be Jansen, vice voor&itster - 8101091sch St-ation, Xoamp$we9 26, ~9418 PG Wijstar Dr.,

tel. 05936-441

Dr.H.A. van 4•r Aa, sekret-aris - lemM;S.ente9 90, 3741 GC &urn, tel. 02154-UU9

Je Geea1nJt, peruUng.eeater - Javast.rut 17, 1782 Dl Den Belde:r, tele 0223G-1378Se Gironre 90902.

J.B.M. P'l'encl.en, .Joh. Gera4tsveg 71, 1222 PN HU . . rsua, tel. Ols-856622

Drs.B.JeM. Arno14s, tloltl1e 21, 9411 1W Elc>lth4 (vuteqenwoor41pr v•n 4e rlorllto-'•ss!e)

OUlagt Jk)l•tu• ~al.b Prles Foto c.A ... 4e Vries

(3)

verschijnt driemaandelijkt

COOL

IA

~0!1'1AXTBLAD """ d# V11RENIG11f(;

DEEL

21,

NR,

q

OKTOBER

1978

PADDESTOELEN EH NA.'lUURBEIIOUD

G.c. BOEJIE .... St.e.ataboabeheer en paddestoelen

C. BAS - Yeranaerln9fn in de U.CS.rl.And•e pacSclesto.-lenflora

F. TJALLINGII - lnvlo..S van plWcken op ct. JIYCOflora 2. JANSEN en T. de WIT -- V.r~erint~en in de

venpre1-din9 v•n de cantharel in Nederlan4

! . AIUCILOS ... PaMeatoelen en het beheer van vegetaties

91 98

lOS

117 137 140

____

,

_______

,

_______________________ _

(4)

'

PADDESTOELEN EN

NATUURBEHOUD

Deze Ooolla bevat. de -vaak enigszins qewij&igde- Uktt van vijf voor4rachun, die 9ehowSen zijn cp 22 april 1978 in bet RijkaherbariUID te Leiden tijcSena de ja_arlijkse Mycologendag, ge-orguiseerd. door de PloralooMD.Usle. Bet tJM . . vu dit keer de

relotlea tueeen paddestoelen en natuUX'behoud..

Geden bet vermeende belang van Qeze bijeenJto.at voor perso-nen en inatanties buiten cSe myCOlO<Jiaehe verentging vazen k~

katles

v.r~n na~

diverse organitatiee

en

vaa

een

aankon4i-g1nq geplaatst in het blad. •Natuur en Milieu•. Bet

vu

teleurlte.l-lel'\4, dat z.ich oncSer cSe 60 u:nvez.igen slechts .rutden b~n v~ buiten de verenlglng. Wij hopen evenwel, dat door de publika-tie van deze teltaten de belanghebbenden toch vcrden bereUtt. Bet betit.uur zal met dat d<Htl " n beperkt aantol eki8111Pl..nn qratb verspreiden.

'

Bet va.s onveraijdelljk, dat aaam1ge artikelen eni<Je overhP"" ping vertonen in 4lt behandelde onderwerpen. Wij hebben getracht

c:-

ctupllcering zoveel .oqelljk te voozk~n zonder het karakter van 4e tetsten gevel4 aan te 4cwtn... Door de afgeronde inhOud en 4e qrote OIIVM9 van dit nUDDC .oeat ~ arden kopij ev'ltn t.rdj&l worden gele-gd .• Wij bop<en, &t 4e deabetrefte.nde auteurs &u-voor begrip Mbben.

(5)

e.c. Boere

STAATSBOSBEHEER EH

PADDESTOELEN

StaatsbOsbeheer

Inspektie Natuurbehoud

Postbus 20020 Utrecht

Het huidige beleid van Staatsbosbeheer t.a.v. paddes~elen

.anlfesteert

zich

door

het handhaven van een

redelijk stzen9

plukverb04 in boswt.chterijen en natuurreservaten. Roe dit beleid

tot

stand is gekomen in het verleden

is

mo

oilijk

te

traceren

,

maar berutt,

zoals

blijkt

uit archiefstukken, vooral op

prakti-sche groncten (o.a. het tegengun van koa:nercille pluk en de

bij-verschijnsolen daarvan zoals veelvuldig geloop buiten vegen en

paden) en nauvelijk

.

s op wet

ensehappellj

k

gefundeerde

argumenten

die aantonen

dat het

pl

ukken

van paddestoelen schadelijk

is

voor

deze groep van

organis.en

e

n leidt

tot

achteruitqa09.

Bet is %.1nvol om de voorgosehiec:Jenis van dit S.B.B.

stand-punt na te gaan en na kennisneai~ van de inhoud van de lezinqen

von andere

spr

ekers

te beoord

elen

of er

~ronden

aanwezig zijn

voor bijSt41Un9 van het. beleid. Voor

zover

ik

heb

kunnen nagaan

werd het Staatsbosbeheer

in september

1968 voor het

eerst

be-1~14SD&t19

met paddestoelen

~ekontronteerd.

Het ging dAorbij

mer.kwurdi<Jerviju

niet ca de siq.nüerin9

van een achteruit(J&f\9

van

aantallen of soorten, aaar

ju.ist

oe een verzoek ca

de

hoe-veelheid pa&Sestoelen

in

<14

ste:at&bossen

te

laten toenemen door

men

se

lijk ingrijpen. Bet proefstation voor

de

chaqpignonkultuur

te

Horst vroeg het Staatsbosbeheer een

oordeel

te

geven over de

inschakeling

van

staatsbossen

of bossen van partikulieren bij de

ka.mercille teelt van

eetba

re

soorten als Boleten,

Canthar~llen,

MOri

e

lje& etc., vooral

voor

de

eklport

en om du

e

teelt d.aarmee

een bredere bestaansb4sis te geven. Deze .agelijke funktie van

bossen

werd

hierbij vergeleken •et de aanleg van

plukwe

lden

voor

vilde planten, orchideeintuinen etc.

Reeds toen

verd

dOor de Dir

e

kti

e

Staatsbosbeheer aan de

toe~lige

R.t.v

.

o.N

.

/lTBON•kombinatle

c.

een diepgaand onderzoek

~vra&94

en heeft de Inspektie Natuurbehoud zich intern over een

paddestoelenbeleid beraden.

In

februari 1969 werd men bij d

e

Direktie StaatSbosbeheer opni

e

uw met

·

het paddestoelenbeleid

ge-kon

tront"rd

door een brief van

de

Nationale

Raad

voor

lAndbouw-kundig

onderzoek T.N.O.,

die een

publikatie

toezond van E. veaseyt

•Anqaben Ober

die <Jrossindustrielle Erzeugung des

Auttern-Seit-lings

in

ungarn.R(Sehveizerische Zeitachritt

tOr

P112kun4e,

•7e

(6)

jrg no. 1, jan. 1969) ••

Opnieuw werd van Stutaboabehe.r "n oordeel ~onU94 over de reaU.a.ert>aarheid. nn het ~bru.Ot van bossen bij de teelt en

produ.ktie van in d1 t geval de oeaterzwaa. 0.. Direktie an~cScSe dat Nn niet verwacht:

c:tat

bij boMl"iJJInaren hier te lande veel belang·steUlng voor de t.eelt van de oeaterwu zal best.a.a..n. •

S.gin 1969 vu er biMen de Int~Ue Natuw:behoud. een dh-Jcuaeie gaande over cSe &19 . . . ,... ac:htenait9an9 van padcSeatoelen-eoorten: hoe nfel b die en vat zijn de oorzaken? Men legde dit probleelll voor aan R.I.V.O.N. en 4t Lan<lxN.vhoqescbool te waqenln-gen. 'l\:>eh werd u t10en 99en formeel en uitqebreid onde.noek opge• zet, dflt dize.kt beleidson<Serbouwende geqnena zou kunnen opleve-ren. De redenen daarvoor zijn niet geheel duidelijk, . . ar een be-lal'lqrijke ooruak is 0"9etwijfeld de Ol'lbeken4he14 . . t de gro.p van paadeatoelen al.a geheel

e.n

het ~ring:e aant.a.l spec.idisten. Ook de taks.onoali.sehe problce.n rond de ruim 3000 voor Nederland bekende soorten . . ken het er niet eenvou41gu op o. bijvoorbeeld studenten zich in het kader van bun dOktoraal ttu4ie Mt 4eze c;roep te laten be~iqhouden.

In dit stadiwa van beleidsvoorbereidlnq wordt steutl quoebt bij de zenualstelle ftlr PU%.forachunq UJ'l4 P1lzververtun9 in MOnehen. Uit de infonu.tie die door dit instituut werd verschaft, blijkt dat in Duitsland duidelijke aanwijz.inqen bestaan dat de

pa&!es~len in aantal ofntiDC'I, vooral in de buu.rt van stedelijke awloaa.uatJ.es. De oor&u.k daarvoor aoekt • n niet ~o zeer bij het plukken, ~~~aar 1n de biotoopveranc2erlnqen, i.c. biotoopverslechu-rinqen.

ln dezelfde periode vroegen ook enkele C)8meenten in Neder-land het Sta.atsbosbeheu ca advtea nadat

u

. .

t over~Nti9 plWI;-ken, o.a. voor de k~cie, varen flek~ronteerd. ZO wilde de c;e.eente Ede een plukverbod voor pa44estoelen opne.en in de

Alqe-mene Pouue Verorct.m.nq. Reed~ in 1970 heeft Dr. s.s in een brief aan 8 & W van Beerenvee.n duidelijk uiteengezet vat er Mt paddestoelen aan de l\41"14 iS en welke preble=en er zijn. Ik no.~

een aantal van die pu.nten omdat ~ l\4&r mijn aenin9 ook nu D09 onverkort van kracht ~ijn en mee kunnen spelen bij de

bele14abe-pa.lin,g:

1. Pa64estoelen fluktueren van rtat\IZ'e al sterk van plaat. tot pl . . u en van jaar tot jaar dit n~r ).

2. B4t d1rek~ effekt van ku.ltuuru.chn-ische 1DMtr-velen 4oet in elk c;eval c;rulandsoorten aantoonbaar achte:ruitA)aan.

(7)

3.

eemestinq.

Kultuurt~chnische . . atregelen etc., nivelle-ring van biotopen en landschappen in het algemeen zijn

belangrijke ne9atieve taktoren voor de instandhouding van

een 9evarU!erde mycoflora, OOk via ind.ireku effekten op

reservaten door WlltiJZ\Û.9in9 van 9X'ond'llater, inwaaien van

kunstmest etc:. (v9l. Arnolds in cUt n~.~a~~er).

4.

De

invloed van plukkon is nauwelijks onderzocht (ehampiq-DOnlcultures buiten beschouwing gelaten) en in het vd.d wa.arschi.jnUjk alleen aantoonbaar van invlo.d op u.ntal• le.n en verspreiding van de Cantharel (vgl. J&l\sen & De Wit in dit nu.mer).

5. Wel zijn er zeer lokale .aar vxijwel steeds tijdelijke

i.nv'loed:en ziehtb4u van veel pluleken (vgl. Tja.lHngU in

dit n~r).

6. Op kleine schaal plu.khn VOOX' bijv. edukatieve en/of we-t.ensch.appelljke doeleinden 1a absoluut 1\iet erq (vql.

TjalliNiJli).

7. De taksonoCDitçhe en oekoloqiaehe ken.nls van ont:e a:yçoflo-ra is n09 steeds zeer fra~ntariach.

8. De grote nadzuk dle het plukken krijqt staat in qee.n ver-hOuding tot de andere veel n~liger invl~den op de Dtf•

coflora, zoals blotoopverandering en biotoopverlles. Alge~~~C~a konklusie ult deze opaerkingen van Dr. Bas uit

1970: BlotooptHl!seheriDing iS 4e belte paci<S.Itoelenbesehermifl9.

Dit geldt ~i teraard niet alleen voor pa4de$toelen. Voor an•

dere organilmen, die

nog

geen vor• van wettelijke beache~ng gc-niet4n in het kader van bijv. vovel- en/of Jachtwet blijkt het noclig te %lja i.n 1973 een lijst • t t>eachermde inheeeee pl&nten en dieren te produceren vaarvoor 9eric:hte 60<.>rtsbescher.tng

nood-ukelijk wordt geacht. Op deu lijst kollilt geen padautoel voor, al heeft de Canthairel er wel o~sta.an in • .,.. zeer vroeq stadium.

Ult de korre5pondent.ie van Staatabosbeheer in het begin van de jaren zeventig komt st..S• duicSelijker n . . r voren dat men alS d9etae.ne belei<lslljn ziet: een toeaal plukverbod dat in eerste instantie en vooral bedoeleS is om kODIDerciHl, musaal plukken tegen te CJ&&n. Strikt wetensehçpeUjk vu en is de ba.slS dur-voor zwak en de grote problemen bij een goed on~Senoek naor het effekt van plukken zijn voorlopig weinig hoopgevend, als het gaat c. Mn snelle en betere onderbouvin9 van dit beleid of de

(8)

OIDSc:ha-keling naar een an4n•~ betladering. Ban4havinq van Mt pluJc.ve.rbocl geldt in .U 9tval voor d.e . . . . te s.a.B./C.R.M. reservaten vaar ten aanzien van de hele

nou.

en taUlUl een beldeS wol'dt CJ"OU4, geriCht op " "

ao

ulftundi9 DQ9eUjke ontw1Jdtel.i.n9 van flora en hun•, waarbinnen voor het ooqatprineipe in be.;in.sel qeen plaats la, ten.zij het vanuit een velov~n ~:z~ beheut.,.tx.,qel

voorka-t (b.v. riet -..t

e

n).

In 1974 vat het R.I.N. nog eens een aantal bekende ~evena

sa.men in een a4vies un de geDtente !de en de eerste vuoorde-Hft9en van kOIIIIMrcille plultken lddden dan toeh tot het 1Datellen van een alge-een plukverbod met als aeat c;even1te uitvouings-aaatr~el: • n 111119 niet buit.en paden of vegen k~. Dit plukver-bod z.lt er 1nmi&Sela %0 stringent ingehamerd., dat bij wijze van spreken gHJ.\ CJI\4uW1jq,r het

.-r

in z'n hoofd h ... l t oa herflt-boJc.j" in school te lwllen of .oob sporefi<]Uren t.e laten --.ken in een donkere ka.r op kontraaterend papier, zoals vij vroe.ger

.

. . , . " .

!n Gaa.raee kvu de paddestoel veer terecht in de taboesfeer zoals Dr. 8&.8 reeds konsuteerde. Daarvan getUigen o.a. een aan-tal reeenu art-ikden 1n Natura ~ ~ tUel.-waol, waarbij e nt.hOu-d .ute en ter zake ku.ndiqe .ycol09en bij het plukJten van enkele eksempla.ren voor studiedo.leinl!en op de vingers woreen get.ikt &>or natu.u.rl:>eschcu·•n• die het uiuraud.

9084

bedoelen.

Ben dexgelljke ekstreme benadering- kc.t echter de natuurbe-scherming i.h.a. toch niet ten qoecSe. Had:er Otl4erzoek was 4rin-genl5 gewenst a dauo- is recent het R..I.N. gn tart Mt een p.act-deetoelenoncierzoek waarbij 4e cantharel in eerste instantie wordt bekeken

(z.te

Jansen " De Wit

,l

n

dit n~r).

SaJDei~Vattend is de ontwikkeU.nv van het p41ddeetoelenbele1d biMen het Staatsl>osl>ehMr alS VOlgt a&o te g_.,.n:

a.

Eer•t nauwelijks belan9Stelling, -..arschijnlijk c.5at de verkeerde, t .... n ko.~~ercille vraven verden 9eeteld. b.

o.n

de konfrontatie u t de plukprobl.,.n en de eu ate

signalen over een eventuele achteruitqAn9.

e.

V~~· een wat chaotische periede van zoeken naar in-fomatie bi,j R.I.V.O.N./I'1"80N an in het bW.tenland.

d. Tenslotte de u rn lende bele141fonn.~..lering- r . . u.ltennd 1n een plukverbod vooral bedoeld om k011111ercille akt1v1teiten te

kunnen

voorkomen.

Te9811jkertijd de

aanz.t

tot 4e uit-voering van het huidige R.I.N. onde.noeJc..

De kweetie van het plukwrboa ~ in 1977 weer uer aktueel 4oor de procuvoering tef~en de paddestoelenhandelaar Beman Wi-cheu. Den werd tenslotte veroordeeld voor het plukken van een aantal kilo1s Bcm.ingzwa.men in de &oavachteri.j Diever. De enorM

(9)

pu,blici Wit rond deze zaak konfronteerde Sta a tabo'sbeheer lOet de

noodzaak het paddestoelenbeleid, in feite alleen

b4

st&ande uit

"n plu.kver-bod, nader te bekijken en te plaatsen in het licht van

algemene flora• en taunabeschermin9,

waarbij

het Staatsbosbeh

e

er

tenslotte op landelijk niveau een qrote rol speelt.

Op dit

ogenblik

cirkuleert een

intern

diskussiestuk bi

j

S.B

.

B

.

en R.I.H. over de wijze

waarop

het beleid naar buiten moet

komen

.

Uit het voorgaande is wel duidelijk, dat er bij h

e

t

StaatsbOsbeheer

w

e

inig konkre

e

ts aanwezig is

oe

een beleid op te

baseren.

Dit betekent

,

dat

vooral algemene ethische en

estheti-sche aspekten naost oekologlestheti-sche en beheersaspekte

n

een belang•

rijke rol spelen bij de tormulerift9

van

het beleid en geen &aken

alS kvantltaUeve qogevens over aehteruitg.ang, fluktuaues in het

voorko.en van paddestoelen,

areaal~rschuivi~en

etc.

Het

i

s

mi

s

schien een schrale

troost,

dat in feite bij qoed

bekende 9.roepen als bijvoorb•ld vogels dit SO<>l't prob

l

._n

ook

opduiken,

namelijk;

hoe is de

intel'~etatie

van

verspreidinq en

aantallen in r

e

latie tot blotisehe en abiotische faktoren en hoe

is deze

los

te

koppelen

van menselijke

invloeden.

&en enkel voorbeeld: het ornitholoqisch atla

s

pl'ojekt "Sovon",

dot de af90lopen vijf jaar is uitqevoerd, bracht noqal wat

ver-rassin98n~

Juist in de onderzoekperiode kree9 .en

te ~oken

met

het broeden

van

soorten die voor zover bekend nooit eerder of

ze

e

r

ze

lduam

in N

e

d.rhnd h

e

bben gebroed, o.a. Rode

WOw,

eetti's zanger en Kra.svogel. vooral de areaaluitbrel<lift9

van

beid

e

laatst

e

sool'ten kan spektakulair venotmd word

e

n.

Zel4za~

held kan een

ar~nt

zijn om tot specifieke maatregelen van

be-se

he

rmin9 over t

e

qaan. H

e

t is echter d

e

vraag of dit altijd zo

strikt nodig is

.

Ik

kan

u

verzekeren,

dat dit aspekt bij

Staats-bOsbeh"r zeer vaak onaerv

e

rp

va.n

diskussie is: lokale z

e

ldzaa.e-heid in

relatie

tot bijvoorbeeld de Europese situatie.

Als voorbeeld de

reoen~

broedgevallen van d

e

eetti's Zanger

in Nederland

.

Deze soort is van .aditerrane origine

,

maar

proti-teert ver.oedelijk

van

we

e

l's

-

en kli..atsverbetel'ing

e

n van de

laatste 10 jaar

om

z'n areaal

naar het noorden uit

te

breiden.

Ilt

ben er van overtui9c.l, <lat

"

n str•nge

win~r

zoals 1962/1963

deze uitbreidinq

te

niet z.al

doen. Ik

ben er

ook

van

overtui9d,

dat dit "pendelen" tussen

Zuid-

en

Noordwest-Europa

de laatste

1000 jaar

herhaalcSelijk

1&

voorgekomen

en

het

betekent dat,

waar

het

hier

vrijwel zek

e

r niet 9aa.t

om d

e

r

es

ultaten van menselijke

bemoeienis,

.en

niet tot elke prijl de eetti's Zanger, dool'

wat

voor

ingrepen

4an ook,

als

broedvogel

1n

Nederland

IDOet prober

e

n

te

hOuden.

Zo 1.s

het nawurlijke spel, zo zijn àe

r~elS

•n zo

moet het qespeeld vorden.

wann"r

het voor een 90ed beken4e 9l'Qe

.

p

als Y'09elS .aar in

zeldz.ae

gevallen duidelijk li9t, hoe 100eilijk

is het dan,

al•

(10)

thans voor bet. Staatsbçlebeheer, om voor een qroep all de PW19i met nog IDtU soor~n, met ta.kS<lnomisehe proble-en, ID8t qrote

lakunes in de kenn

i

s van de oekol09i

e

, verspreiding en voorkomen

in de tijd o. te beoordelen vat menselijke invloeden zijn en vat inherent h un de populAtiedynamica van een soort als gevolg van alle in- en ekste.rne faktoren, die daarop inwerken. Hoe .oet je bij deze wetenschappelijke on~ekerheden een beleid opbouwen en

verkopen aan

~et

grote publiek•? In zo'n

tituatie

heeft men naar

ik aeen terecht gekozen voor de veiUqe weg: bescherm zoveel ~

gelijk tegelijk,

inklusief

padd

es

toelen

.

Binnen het Staatsbosbeheer kan dan n09 wel eens een arbi-trair onderscheid ~t worden tussen

a.

strikte reservaten en

bijvoorbeeld boswachterijen waarbij

in

de laatste

kat~orie

in

veel qevallen H n vat sterkere rekreatieve 4ruk kan worden qeto-lereerd. In de reservau.n worden mense.lijke invloeden zovHl ~ gelijk geveerd of pas toeqelaten vanneer ze niet st.rijdig djn

• t de doebU1lU09 van het nsKVUt zoals vost.qel~ in het vigerende beheersplan. Bij de.r.e doelatelllft9en qaat het ulden of nooit om Mn Jocxt of een qroep van soorten, aaaa.r om de

bescher-aing van het qehele biotoop en de <lau'un verbonClan levenSC)..ee~ tchappen.

Dit betelcent ook dA.t Stu.UbosbthMr principieel moeite heeft

o-

een Jektoraal beleid voor ~eatoelen te ontwikkel~' er is ook qeen apart vogelbelcdd, vllnderbeleld,

paardebloemenbe-leid of wae..rvant.senbele.id. Dat er toch apart over wordt g;tspro-ken, heeft te .sten met de

na.uve

relatie tussen paddesto-elen en de oogst.(Jedachte. van verschillende bosprod'ukten en veldvruchten,

zoals bosbes, cranberries, br~n, hooi, hakhout, blezen, riet etc. wordt qeoo<Jst., vaak op Nlis van een pachUontro.kt. Ik zou mij kunnen voorstellen, dat iets clu!Jel~jka voor packhsto.len ook

ontwikkeld zou kunnen worden, mit:a de negatieve kanten van de zaak, o.a. betredinq en onru.Jt qoe4 1.n de hand kunnen worden 9..,. ho\14en en bovendien vaststaat dat het plukken 98en naddi~ in-vloecl heeft op het voork~n van po&Sestoelen. &etticher'• i4e . . n

vastgelegd in r.•n publikatie over de •w.ltwirtschaftliche Proble-aae der Speiae~il.zverwert.\ltl9", djn in dit licht noq steeds de

.oei te waard om on<Serzocht te worden.

Alles bij elkaar is het duidelijk, 4at er ule..rlij>t

een

dui-delijke beleidslijn is, namelijk alqeheel plukv~, maar dat

men bij het St.aatsbotbehMr 41 t toch ook wel als een nare . . at-regel det, die vellicht eniqe bijstellinq verdient. Tot hoever bijsU!Uen is op dit -=-ent ter 41aku&sle en daarin kan de Myco-J.o9ische vereniqlnq met hur kennl8 en i.nforaatie zeker

aeeape-lon.

Mycoloqiache informatie zou ook . . & 4aJ\ tot voorheen

(11)

natuurwetenteha,p-'

pelijke intormau.e tot %.1jn ueht aoet kocoen. De waarde die un mycoloqische intormat:ie zou moete.n worden toegekend, dient naar mijn ...ening niet onder te doen voor ornitholoqbche of botanische

vaarderingen van

natuurgebieden of delen van het

landelijke

ge-bied. vooral voor het beleid in het landelijke gebied met al z'n

ruilverkavelinqen

%OU

meer informatie bijzonder velkom %ijn.

Ik hoop dan ook dat deze studiedag en de dooruit ontst~e kontakten do NI!Kinverking tussen Staatsbosbeheer en de Mycologi-sche Verenlginq wat Struktuur 11149 gevon en kon leiden t.ot een

bijdra99

van

de Vereniging in het natuurbesehermingsbeleld in

~e­ derland.

(12)

VERANDERINGEN IN DE

NEDERLANDSE

PADDESTOELENFLORA

c. Bos Rij Jtsherbari 1.1111

Leiden

Verand:erln~n in de t.amen8telUng von <M Ne4u landse aryco-·tlora moeten er altijd 9eveest. djn. Op lant~e teraijn varen er,

los gezien van de geologische processen

cUe

ons lan4 liiOdeUeer-den, kUaa.aa.t.svera.ncSerinqen met ing:rijpen\Se qevolqen. Zo heeft het na de laatste ijstijd tot ong-evev 1500 jur v .c. q.Suurd voor de be\1). ons lan4 bereikte. Toen pas kon de intocht van de grote schare ~ukaitu\ende padaestoelen beginpen. Andere l&.n9&&me na-tuurlijke processen zoals aukse•d• van <M v.,getaties, veenvor-ming e.d., :ullen hun uitwerking op de .ycoflon niet qemist heb-ben. Het ziet er echt.er niet nur uit dat ve daar ooit ieta over

te veten zullen komen, &ar noch vru<:htlicbaen, noch sporen van po;ddest0411_.. op " " schaal van erU.ge betelten.is bewaard zijn ge

-bleven.

De

invloeden

van

de mens

zijn

v

e

xmo.del

i

jk in

ee

rste

instan-tie verrijken<! geveest. BOutltap, afbranden, beweldi.n9, ont9iiU\1ft9 en ontven.inq (en daardoor, voonl in de leoqveengebieden, her-niel.IW<le veenvondng) achiepen nieuwe biotopen, terwijl van de be-st.aande biotopen qenotq ovu bleef. De diversiteit in oekoloql-sehe OCIIStan4ighe4en nu eoe. Het is niet onwaanehijnlijk 4at, net ale bij <t. ho99:re planten, de aooreenrijkcto. van de pfldde-stoelen in Ol\.8 land in de tweede helft van de vodqe eeuw Mt 9X'OOtat vu. Maar ook <lu.e stelling nl.vel nooit. bewezen of

ont-zenUIId kunnen worden.

Twee van de ve.randerinqen op lan9e tenr~ijn 41e c.toor de Mns

in het Nect.rl~• landschap verden aangebracht en noq:

n..as

een

zeer grote invloed op onze pa44ettoelen.flora h~, z.ijn park-aanlev en herbebQssinq.

De aanleg- van parken (waar ik qemakthalve ook de aanplant van laatlbolrlen toe reken) 'lliCtet. al hMl VX'099 zijn begOnnen, vooral ron4 kastelen en buitenplaatsen. Deze vaat eeuvenoucSe lanen en parken liggen dikvijls op voedselrijke 9Tonden, vur in de wijde omtrek 9il•n bol ge.tpaard. U qebleven. Bet. ia 4a.aroal niet ve~ derlijk dat een aandenlijk 4eel van onze zeldzaae pa4Mst.oelen alleen dAar groeien. Dit. ia bljvoo~eld het 9eval met vrijvel alle zeldz&~~~e soorten on4er <Ie diketellqe bolet.en (de ook arti -kel van Arnolda in dit nu=aer).

Door ka•blaq en b~azinq varen in de loop van 4e " wen grote delen van ons oorspronkelijk boerijke land van hun

(13)

bo.en-klee4 ontdaAn. Op de zandgr:on4en ontstonden \lib)Utrokte heW.-velden en enorme zandverstuivingen. Het Kootwijkar zand was eens

het grootste stuitz.and-komplelc.s van Europa. In de.twoede helft

van de vorige

,

maar

vooral in de eerste helft van deze eeuv,

is

Mn echter op grote schaal tot herbebossing overgegaan. Het

areaal van vooral Den, Eik en Beuk verd daardoor sterk uitgebreid

en hetze

lfde

was

ongetwijfeld het

geval met dat

van

de

bljbeh~

rende paddo$t.JOel.en. D-At geldt bijv. voor H!Jgrophoru8 hypothejus en La:ctar1us hepatJcus die de Den volqden, Uct.~~r.1u.t subdulc.fs en

OudeiM.tlSiella mucida die de Beuk volgden en LactarJus quietu.s

Cantharellus cHll!rius die de Eik voltjden. Maar ook vele soorten

paddestoelen

met

een minder

sterke

voorkeur

voor één bepaalde

booCI'I$00rt DOeten sterk in aantal zijn toegenomen. &r moet echter

gezegd

worden

dat mycologisch gezien de vaak monotone

aanplantin-gen leidden tot het ont.ttaan van indiviauenrijke, mUr relatief soorten-arme paddestoelenpopulaties.

Bij de herbebossing verd ook gebruik gemaa!ott van uitheemse boomsoorten. De invloed daarvan op onze paddestoelenflora wissel•

de van boo~t tot boomsoort. Met de Larix hebben zich een aan

-tfll opvallende soorten in ons land gevestigd, zoals de Gele

ring-boleet

(Suillus grevillei)

,

de Grijze ringboleet

(s.

aerugi-nasce.ns) en de HolSteelboleet <BoletJnu.s:

c.vipes)

.

De intrOduktie

van de Douqlasspa.r (P.seudot.$1.!9'4 llliMZ1e..sJ1) heeft echter nauwe-lijks eniqe invloed gehad. De spar (Picea ab1e.s> heeft op de arme gronden vrijwel alleen de kleine

Ha.rasm.ius

perLorara

meegebracht, maar in de zelduae 9eva.llen dat de Spu op rijke bodem werd aan-geplant, konden een aantal typische sparrebe9eleiders als

Russula

quelet11, R. nau.soo.sa, Hygropborus agatho.smus en H. pustulatus optreden. Met de Zeeden (Plnu.s pjnaster) kwam de De

nneke9el.myee-na,

Hyce

na

seyn11,

ons land binnen en met de weymouthden (P • .strObus) do Ivoorboleet, Suillus pllcidus. Ook in parken vestig-den zich voor ons 1-.nd nieuwe soorten bij gelntroduceerde exoten,

zoals de Bruine h.ari~ bekenwo~m~

Sepultaria

sumneriana

bij de Atlasceder (Cedru$ atlanticus).

Enigszins merkwaardig iS, dat de vraag of een bepaalde

pad-destoel inheeas is of niet, nooit een belanqrijk diskussiepunt is geweest. Is dat oadat paddestoelen vat het al of niet ergens voorko.en betreft, nauwelijks manipuleerbaar zijn?

Een

opvallend voorbeeld van verrijking van onze paddestoe

-lenflora door beboss1n9 is de aanplant van dennen in onze kalk -rijke duinen. Een

voor

ons land vrijvel

nieuw

biotoop werd ve-sehapen en verschillende soorten die elders in ons land niet ~f

nauveUjks te vinden zijn, zoals TrS.choloaa myomyees, Nvcona cJ• ..

vS.cularis,

Strob.ilu.ros tenacellus: etc., zijn karakteristiek voor deze kunstmative duinbossen.

Er

zijn ook enkele zeldzaamheden

(14)

el-dera in ons land ontbr~n.

Bet h"ft er alle schijn van, dat 4e <Jennenbcasen in de kalkduinen &ieh op de duur niet zullen kunnen hanclhaven. 1tw1

areaal ia sterk teruqqelopen. Een geh . . l verdwijnen ervan zou

ayc:ologiach qezlen een aonzienlijt verliea betekenen.

Een a:eu apart hoofdstuk in de g•chiedenis van de

Neder-landse paddescoelenflora bl

.

ijkt

te

zijn ingeluid

. .

t

de

boaaanl~

1n de IJ'Uelmeerpolders. ondier een gevuiëer<J aasortiaent bolllen, qephnt op relatief vochti~ bocSa met een vaak u . r

hoo9

kalkqe-ha.lte, bl1jkt z.lch snel een rijke en zeer inuresaante padd . . tor

tenflora te ontwikkelen. Als zeldzaam te ~ at.ande soorten worden er vaak 1.n grote aantallen gevoncSen. De lk>Jtaalkluifjeuvaa

(Helvella

ac•t.tbul•>,

staat er in het voorjaar ults bij

Uendui-z.naen. Gelukkig heeft de N.M. V. de ont»iltkeling van de

Mct:Oiay-cetentlora van d

e

ze

boa

s

en officieel

1p

studie 91nom1n

.

On9aaerkt z.ljn ve zo op de k.Orte-teraijn ve.randerbgen in

ons paddesto.l~st.and gekoMn. Ben groot u.nt&l menselijke faJt ..

toren U.jken de laaute tijd de paddestoelenflora te be4rei~n .. 1. Verminc:ledf\9 van het arHal van natuurlijke en semi•

natuurlijke terreinen. HJ.erbij dient ook te worden ~

dacht

un

het verloren qu.n van de

voor

pa&Sestoelen

zo

belangrijke ve:rget.:a hotkj . . in het landael\ap,

aan

4e

rationalisatie van het b.ndachap dus.

2. De verhoogde nlc.r . . tiedr\lk

op

de reaterende terreinen.

Vooro.l de hierdoor versterkte betr.:Jing is van betekenia. 3. Verdroging door verla9in9 van de qrondvaterst.and ten

l>eoo-hoeve van landbouw zowel alt vaten-inning.

4. Intensivering van de ,grulandkul.tuur door adddel van

kunstmest

en herbiciden.

s. Vervuiling van

bod•,

lucht en ':fàter. 6. Bub'opbilrinq, en~.

Al deze faJttoren zijn e~ 1e4er bekend en hun invloed op de

~coflora ia waarschijnlijk. Maar hoe die te bewijzen?

zo gemakkelijk alt leken en iets-van-paddestoelen-af-wetera

cSe aehterultqa:ng van de padd.eat.oelennaDd varkondi9'1n, zo

voor-zichtig zijn uvaren mycol09an in hWl uitlati.nqen hierolltnnt. van ee.n achteruitc)an.g van de paOa.esW.lenflora kan alleen

gesproken wordien als het aantal aycel1& kleiner wordt en dot h

niet vaat te stellen, daar allMn de vruchtl.iehamen van de myeelia zijn vaar te nemen. Het aantal vrucbtliehUMn 4ot ver-schijnt 1.8 in hoge mate afhankelijk van het Jtorte-termijn wee

(neerslag, t•peratuur 1 uitdrQ9ende vind, nach~nt) dat het

IlO-ment Mpaalt waarop z.e verschijnen en weer verdwijnen, uar 18 tevens afha.Dkelijk van het l8Jl9e'"'teradjn veer (4roge zomer, kOUISe winter, natte herfst) dat vooral ~t of ze in een bepaald

(15)

vruchtliduuoen in ' t alC]CIII.Mn sleehts korte tijd boven de 9"roncJ

zijn, loopt de vaarnemer bove.ndlen qrot.e kans ze mis te lopen.

Ooa.rbij .::>et er tevens rekenir19 mee worden 9ehouc:Jen dat. ook de

.ycoflora suksessies vertoont, zoaat bepaalde soort

e

n op bepaalde

pl&at.sen om natuurlijke redenen kunnen verdwijnen, om. al dan niet door andere te worden OP9evol9(1.

Voeq bij dit alles nog het qrote aantal soorten

<:

!

2S.00) waar het om gaat, het gorinC]C aantal akticve Nederland.se mycolo-gen

<

<

100), de vaek moeiuae determinaties door ontoereikende lheratwr en de in ho~ mate onverqolijkbare gogovans van vrot

-qer

,

en het

zal

duidelijk zijn dat het

zeer

moeilijk is vast te

stellen of onze p,addu:toelenflora achteruit gaat.

Enkele veranderingen

in de paaaestoelonwereld zijn echter

zo

duidelijk, dat daarover wel iets te ugge.n valtt

~· Er is een du14eUjke achteruitgang waar te neeeon van een

•anual goed herkenbare opvallende paddestoelen.

voorbeel-den; (I) De H.o.neltam of Cantharel (wordt elders in dit n\ltl'lttler

bo-sproken)e (II) tn oude ekekursieverslaqen (tussen 191S en 1950)

valt op dat men vaak tussen de S en 10 soorten 9rondb4wonende

stekeh:vaii'IDE!n (Hydnum, Sarcodon, HydMllum, Phellodon en &tnkera)

op ttn ek&Jtursie vond. NU is het heel IDOOl als men er 2 of 3

vindt. Op verschillend.e van ouds bekende vindplaatsen komen ze

vrijvel niot me4r voor. (111) Arnolds (in Coolia 17 auppl.}

con-stateerde dat van de 17 ooit in Nederland gevonden tak.Sa van

HY'fJrophoru.s sqenus Hygrophorus (de slijlllkoppen) er na 1945 8

niet meer Ujn ter1.19gevonden. Het vex<lwijnen van vindplaatsen en

verdroqinq van de bossen zijn ver1110ec!elijk de oorz.aak.

ongetwij-feld zijn no9 een aantal van deze voorbeelden te vinden.

!•

Er ia een duidelijke vooruitga.nq van enkele opvallende

soorter~a voorbeelden: (I) Oe spektak·uldre

Vemdljoen-houtzvu, ~cnoporus

clnMbarlnus,

niet lang geleden voor • t

eerst in Nederland gevonden, is thans reed$ van een lG-tal vind

-plaatsen bekend. (II) De Inktvisstinkzwu, Anthuru.~ muelledanu.s,

tot voor kort hier onbekend, is nu op 2 plaatsen in Drente

gevon-den. (111) Twee verwante St.ropharia's, de oranjerode Stropharia

•ur•ntiaca en de okergele s. ~al11 hebben zich de laatste

jaren sterk verbreid en zijn nu van tientollen vindpl~tsen

be-kend. Bij de onder (I) en (II) genoemde gevallen hebben we te

ma-ken met soorten die ook in 't oa.rln9ende buitenland in Opl'lar&

zijn. De onder (III) g~noemde soorten hebben voorkeur voor

stand-pl.atson met een ruderale inslag.

~· Duidelijke aehte.ruitgang van de myeoflora in bepaald~

biotopen en terreinen: (I) Er is een zeer duidelijke

ach-teruitgang bij

ae

qrasla.Ra-pa&3estoelen over de 9ehelo linie cSoor

(16)

op alle qron4scorten ~jn ~r rijk un 1*1<hatoelen. CJn9eveer 10\ van on.ze plu.tjeszv&llllllen wordt hier bedreiq4. Deze 10\ U

niet <JeUjtelijk over de families vud: . . ld. Van de HIJ9ropbor•ceae (ttaaplaten) heft ca. 50\ in qraslandenJ van. de RhodophyJ.Ltc.ae (SoUjnzw.-en) ca. 25\. Speeifiek voorbeeld: het enUle jaren qeleclen verloren 9aan van de •c:hr•û~Fasla.nden langs het

Droft9e--lens kanoot, Nederlanc58 rljk:ate Hygro;h)~vindplaots. (I!) Op

venehUlende bij het publie.k z" r vellelde rekreatieterreinen ie de pa4destoelenflon sterk teruq<;elopen, vermoedelijk door over-111at.19e betreding, die OOk tot 9t~V0l9 heeft dat de veget.atie aterk

verandert of

zelfs

9eheel

verdWijnt.

Speelf14k voorb

ee

ld:

a.ge-vill9 van de boerderij Meyenclel en het l.andgoed Duinrel il'l cSe ge-meente Wassenaar. (111) Rond veel vennea1 ~ide een interetsante 9%'oep hoogveenpo.ddestoelon. Door uit4ro9"P en betredin9 djn de.ze vaak verdwenen. (IV) Het voor hoogveenpaddestoelen beschikl)are arual is wel zeer klein 9eworden .. Voorol de Spblgnu.-O.Wontn worden becSJ:eiqd. Deze opeoaainq ia niet ~leet!

D. Duidelijke vooruitgang van de .ycoflora in bepaalc!e bio-oo

- topen •n tu-r-.lnen: (l) Ir is ec opvallende rijkcSo. aan P4dcfeatoelen in aangeleq,Se bossen op voedselrijke bodem, %oala

het Aastera.amse Bos, het Xrdingse Bos en de boasen in de IJasel-meerpolcSere. Bierbij elient echter vel te vor'd.en ungetetencl, dat

het vaak 01111 andere po44e.stoelen gaat

dan

die in oude boasen

voor-ko.en. vooral de G~Ykorrhiza-vor1D8nde soorten Mt grote vruchtU-ehamen djn in de nieuwe bossen ook na tientallen jaren nog slecht vert.qenwoo~194. (11) Het jaarlijkse . . alen van weiden, heiden en duinvalleien {en atvoeren van het maa.i.Sel) of ekSUn-shve beg:r&z:1Jl9 daarvan, :zoals tegenwoordig 1n vele naeuurrese.r-vaten gebeurt, heeft een zeer gunstig effekt op 4e p..sd . . toelen-flora. (IJl) De Mthode van b • . . ting eJt bod.tledekking Mt

ve.r-anipperd snoeihout in parken en plantsoenen werkt duidelijk be-vorderend op

a.

groei va.n tal van hout- en stroolsel.bwonend.e paddestoelen.

E. Milieuveranderingen waarvan M9 worden verwacht dat d j

- verantenel werken op de mycoflora, zonder dat daar 009 duidelijke aanwijzingen

voor

zijna {I) Verlaging van het grondva-terpeil zal vermoedelijk op de duur deeutreue djn voor de p.td-destoelen. vooral vochtige boebiotopen wor4en steeds achaareer, 11144% ook veel .oerasalge plaa.tsen voxden ste~ <b:oger. De on-gunstige invloed van droogteperiOden lijkt sterker te worden.

{II) Het vervljderen uit boa.sen van hout (vooral d1Jtlc.exe tûJcen en at.an.en), strooisel en 110s. van de plaatjeszwa-en ia

!:

10\ hOutbtvOnen4 en 3\ 1110$bevonend, het pexe.nta~ sb:oolselhewoners ia .oe111jk te bepale.n. Bij de Aphyllophoralu (houtgaatjesw..,.. . . n, korttzw.-.n •nz:.) U h•t pexce:ntaqe houtbewoners z" r "..1

(17)

Het u l opvallen, dat. het. plukken van ~ddestoelon hier niet al& ongunstlqe faJttor wordt 9enoead. Het is mijn stelliqe

over-Wiqir.g 4a.t in het algemeen het plukken op de schul waarop dat in Nederl.OO gebeurt, 9een vennlijke MnSlQ9 op 6e paddestoelen•

flora 1nhoU(lt1 men oe>qst slechts de vruchtlic:ha.aen van oen

be-perkt aantal ol9emene eetbuo soortenr 4e myeeU.a blijven intakt. Het. lijkt verst.a.nctlq voor de Canthuel wat dit betreft un slag om de arm te hOw:Son, . . u ook hier lijken andere laktoren

lnqrij-pende.r (zie Jansen & De Wit in dit R\IIIKDOX).

Samenvattend: Er zijn altijd

veranderingen in

d

o

N

ede

rlandse

paddestoelenflora geweest

,

zowel door natuurlijke oorzaken als

door het i.nqrijpen van de mens. De veranderinçen zijn echter om

verschillende redenen uiterst moeilijk

te

konstateren, laat staan

te analyser

e

n. Van enkele opvallende soorten

staat

achteruitqang

vel vast; van andere d&Arentegon is vooruit9an9 qeko~atateerd. Bepaalde, voor paddestoelen belangrijke biotopen zoals schraal

-9'l'•slanden en hoo9venen hclbben sterk in oavang ingebOet. Aanqe• legde bossen op voedselrijke gronden qeven een dulóelljke verrij

-king, maar de betrokken paddestoelen zijn vaak and:ore dan in oude bosg•bieden worden aangetroffen. De paddestoelenflora van be-staande boasen en ftiOera.ssen wordt vooral bodze19d Q:oor verdro-ging. Spc;ci.aal vochtige boSbiotopen en de z.ich &ar thuisvoelende P4ddeatoelen lijken schaarser te vol'd.en. Het plukken van p&Me-atoelen heeft in ' t alg~en een te verwaarlozen lnvl09d op de poddestoelenstand.

swa.ary.

Chanqes in ID!lCr01rfcete-floras are very difticult to ascer• tain. Only the nwaber of frultinq...,bodies can be count.d., not the nusrber of aycelia. Fruetification, however, h subject to

enormo\l.S fluçtuatlons beçause of a hl9h dependenee on long-term and short-term weather eondiUons. Moreover there 1& auocesslon in the maC'l'omycete-flora to bo reekOne<J vith, partiC'Ularly vhen, as in the Netherlands, a large proportion of the forests are

pUnted, consisting of plots vl th trns of about the same 49•• 'n\e problem is still more compHc;ated. because of the epheceral

nature of the frultinq-bodles of aany species, the qreat nu~r

of species involved, a.nd the far from cecplete ki'IOWledge of many of the l4r9er qenera of the macroayeetes.

Notwithstandinq all this it is clear that novMaya at least a tew oonspicuous species are •et with at a much lower frequency than before, ••9·: Cantharellus clbarius, the st1p1tate Rydnu.s, and aeveral species of Byqrophorus subgenus Hyqrophorus (•

u ....

(18)

ei Uil s. auct.). 'the Nme appu . . to aaey fWlgi of graasl&n48 in

~ener al, natural poor gruslanda 1n putlcular,

.na

the fungi 9'%'C*ing on pe.at ana Spha,qrna. some areas vith an originally rela-tively dch lll'.fCOflora have lolt a p u t of their aycoloqical value beoause of t:r'4111pl1NJ and.

eoapaet.in9

of the eon by heavy nc:n a-Uon.

Bowever, not only loasea are to be reported. SOM contpl -CUO\IS fUngi are a.pparently sprea&ng1 Anth\U'US welledanus haa reached our country, Pycnopol'us cinnabarinut, founcl for the first time in the Methe.rlan4S in 1967, now ia knovn frc. a dec.cle of loeal1Ue.s. '!tie nuabu of ploces where Stropharia aurant.iaea and S. percevalil are found is rapidly 1ncrN81n9.

'ltie MVlY plantea at1xe4 foreat.a in tbe new polden of the tonter Zulderzee are surpde1fl9lY rich 1n fun9i {but relatively poor in myconhizal fungi with l&r9"er f.ruie-bodiea); any species nev or rare in our COW'Itry have alrea4y been reoorded trom there and

are sometimaa found in very large nQabers {

e

.g. lO.OOOnda of

Helvell4 acetabW.a).

In nature ree:e.rvet, controlled

mowil\9

or eontrolled exten:~i­ ve grazing on heatha and qrassl&na. and 1n volleys in the duftea have proveà to be profitable to tbe M)'COtlora. Coverinq of the soU vith voodchips in parks in vJ.sibly enriching the ll'fCOtlora

there.

So«De environMnt.o.l changes have not ·been proved. to 4f.ma.ge our mycoflora bu~ a.re auppo$ecl to tie real threats on. logical 9r0Wldl. Probably the most important of ~se changes 1S the lovering of the water level in the soU for va~erwortt.s ar4/or aqricultural reasons, as W\fo;ctWlat.ely b 4one l.n many paru of

the Netherlanda. In the long run this wUl probably be ht.o.l to e ny species of 1r10ist toreat habitatl 0{14 aarshes.

COlleetinq of tun9i tor foo4 ia eonaidered hardly a threat to our myeonora. only tbe frW.c-bocliea of a Umited nwaber of COlliDOn edible f\lf\91 are 9atherecS, and not u a very larve seüe.

(19)

INVLOED

VAN PLUKKEN OP

DE

KYCOFLORA

NaderlaM

g

. .

n volk van ea&:tenoeletera

KarterlaU~ 10 Waq~in;.n (Hooq)

Het verza.elen van vild

e

paddestoelen is

in

ons land

-

in

t~.natelllng ~

oost-

en Zuid-Europa - nooit een

volk89ebr~ik

9-"lllt of - zoals in Kidden .. Europe - gewordM. Dit ondanks Mn bi1Cht14ien propa~a die er in O.&e MVW wel voor gevoerd

te.

Jteoeda in 1936 schreef v.n der a..k dat er a..i. c;ee:n reden vu de

9et"incjle ~ \oiOOr <te II!YCOfagie te betrem:~. In

..n

zo dicht

M-volkt. u dun bebost 1an4 vr . .

.ct.

Mj door een toene.i.n9 van het wr....,.len voor d.e Jtons-.pt.le op een of ate!ere viju schade WIOr 4e

peddeacoeltlora.

Bedreivingen voor de peddeaeoelflora?

1. Schoolwedstrijden u t pt.d.deatoel-ahntuJc.j ... In de jaxen

1950-1960

kwam

hiervoor

. .

n propa9anda

op gang met

het

doel, de

ac

hooljeu9d

intenaiev.r . .

t

de natuur

in

aanraklnq

te

bren~n. Met d.e dikwijls in u . . aw.-rbancS verzamelde padd . . toelen verden de.rm..OOjes ~moMt voor echooltentoonstelllngen.

Uitu-aud vaa 4it Mn erg qoed bedoelde aktie (vgl. de vriu 1955,,

-.u na enige t.ijd ble.Mn deu ondernndn9@n te vaak Mt ltu&ktu aa.n t4l n..." van plW'dert.od\t.en.

'!'Oen _ . CMSt.reelta 1960 de ltwtnk 1»e9QQ t.e krijg-en, At op ~ge tureltlen in de o.;evinq van e~en e:n d.«pe.n, waar 11\ de VHite....S. tn in v&k&nt.hpe..r1o4en e«~ q:rote toeloop van 5'\lbliek p-laa.tevoncs, ainder paddestoelen te a.ten vu-en 4aft vroeger, werd e.r 9...tJtelljk verband «Jelef~C! Mt. de e1entu.kjeaakt1vitdt.en en kvuen u pr<>t.est.en los. Oattreûa 1965 o.nUt.ond een 90ed 9eorv•-niaeerde tege.n•akt.ie, ep.c-iul qevoud door het. Inadt.uut. voor Nat.uurbeacherm1n9Se4uk•tie (I.V.M.) via de scholen. Het aukeee

wu verraasend en verheug-endr bJ.nzwn dechts enkele luen kwam er een e1n4 aan de sierstukjetwe4atr1j~~ . . t-nasleep!

2. He.ne~njacht cloor toerieten. In de periode ! 1950.1970

4r0rLcJ

hier de qewoonte door, bil VMkenê- en vakantleqa.~ 9er·•, vooral in de bo89a.bied4in in het ooaten e.n %ulden van het la.nd, eetbare pe.&:Jestoelen te vu&-l.n vooc faalU.~ebruJJc.. IJtt betrof praktisch uitsluitend de Banek• (of ca.ntha.rel). In de&e tl'd viel tew.DI de coel.-l.n; va.n de welvaart en v~n 4e wi:te

(20)

Ujd, eh explosie van bet autobezit en de enone u.U.breiding van

het weg-ennet, waardoor veel grotere auN's sted:elinqen naar

buiten trokken clan vro~r. In de tweede helft van deze periode

begon het velen op te vallen, dat de Haneka. in veel 9el>i~en

schaarser wud. Na

!

1970, toen u " n r" b <trot;e ZOM.rs optrad,

was hij vaak zelfs opvalletliS atwezi9. De konklusie leek voor 4e

hand. te li99en: dit m&SMle plu)c moest de oorzaak van de ad\t.r-uitqang Ujn.

3. JCoaalexcieel YUUUDelen van Banet.a..n. In dezelfde pedo-de zijn pedo-de Hanelc4lllllen in enkele stnken '(N.Veluwe, oren-te) in %10-.er en nazo.er ook op enoxme schaal ko.De:rcieel

verza-Mld en verhandeld. Ze 9in9en .et vrachtauto's vol nu.r de qrot.

st.:Jen in het vesten. Toen de &nekem achaarter wud, speciaû na

1970, hield dit bedrijf op. Voor zover ik heb kunnen natJaan, is er noch dOor natuurb4sctMrmers, noch in de pers ook .aar eniqe

aanaacht un 41t toch spekt.akulaire beclrijf besteed.

4. T.ommercieel veru~~elen van bolet.n. Incidenteel al e

er-der, uar vaker in de 70'er jaren, viel een anc:lere k~

merc!!le plukkerij te s19ftaleren. Gxo.pjes qemotoriaeerde Duit• sera kv~n in het latAJre najaar de 9TeM over om in de

ooste-lijke provincies op (in veler ogen) grote schaal in de boasen

eetbare pacJdeatoelen te verza..elen. Bet betrof hier voor~Ujk

tk Katt4njeboleet (Xttrot:OtJWU$ bad1us) met tau enkele ek&ecapluen van andere boleten. Op kvallteit werd vltiniq 9tlet, dus werden,

wat deze soort(en) betreft, de bo~JPUcelen zoveel 11109elijk leeg

~plukt. Deze "strooptochten" veroorzaakten - in t.eqenstelling tot het vzo~e.re h&nekatrlbed.rijf - veel aktiviteit van (vooral sinds 1965 QP9erichte) aktiegroepen voor natuur- en atJ.Ueube-scherm.in; en een opvallend 9r00t rt,JIIOer in 4e

pen.

Optreden

te-98ft deze plukkerij bl . . k veel juridltch~ proble.en op te leveren en vanaf 1974 9in9en enkele ~eenten d.e.arOlll zelf over t.ct het uitvaardl9en van alqe.ene plukverboden voor alle poddettoelen

{b.v. Ber9en N.H., Rheden, Vaals, a.ll~).

Xrititch onderzoek nodig

Het aantal reoktiet van aycoloCJen op de 988Chet.ste 9ang van

zaken iS tot dusver o~rkelijk gerinq 9eweest. In Coolla hebben alleen

oaa.

(1970) en De Vries (1973) zich er .ee be:d.9 9ehouden

en hun artu.elen zijn nocJ 9eMel aktueel. Iedere ll)'oolooq zal

1n-&t411'1men 10et akti" tec;en nawurver&r'lld.ng en -verniellnq, ... r

wanneer .en in bepaalde krinqen op 9%ond van oppervlakki9e

in-drukken en duidelijk a.onaer vol4oen4e kentliS van zaken de onge-nuanc . . rde stellln9 pon" rt "(elk) pltlk.ken Js u1troe1e.n" en

daar-uit allerlei verstrekkende konsekwenttea worden 9eb:okken, is niet alleen een kritiaehe boudlrl9, maar ook een uitvoeriqer

(21)

4at <kt ervarin~n in het buit.nland, .et: nU~& die in OOSt• en Mi&Sen-Europa, tot dusver vreemd 980C*J buiten buchowinq djn

9ebleven

(v91. b.v. Gramber9 1921, Neuhoff 19S6).

o.

de toch al

%0 talrijke aisverstanden niet noq te ve.ra~~~erderen z•l het ec:i\Ur

nodiq djn, enkele d ementaire gegoeovens over bouw en levenswijze van paMeatoelen nog eens kort te MlDOreren, hotzeer <1e2:e onder IQYCOlogen ook beJc.n4 moqen djn.

Mycelium en vruchtlichamen

Ben p.sdetto.l, zoals wij die in de natuu.r waarneJDen, U u lf niet een plant, maar alleen een vruchtlich•• wu.rin de

spo-ren worden

9~

die

voor d

e

v

e

rspre14ing dienen,

~la

bij

hogere planteft de zaden. oe eigenlijke plant echter 1S de zvu-vlok, het JIIYCeUum, b . . tu.ncte uit een vlechtwerk van

mikroclk.opi-sch dunne I:Vamdraden, die in grond, hout, mett, -'lZ. l...,en.

Ver-w

ijd

e

rt

-.n

de

vruchtllchaaen,

4an

blijft

het

myceliu.

int&kt.

Dit kan onbepaalde t.ijd verder lev.n, d.w.z. er word.n geaicldeld evenveel nie\llfe zvaiDISrad.n gevontd ala er oude afsterven, waar-bij per seizoen overigens grote s~lin91Jn kunnen optreden. Het kan

n...ss "-"

nieuwe vrue'htlicha.en produceren. Een en

an-der op drie voorwaarden: 10) E:r ...,.ten .oldoende ÇfNchikt.e voe-d1n9SStoUen ($Ubt:traat) beaehJ.Jtbu.r blljveru 20) bet biotoop

(plaats vaar een bepaal4e leven • .eensch.ap ia <JeveaUqd Ol'ld:er invloed van een zeker kocapleka stanaplUUfaktor-.n (1f9l. Nalter, 1973)

.,.t

voldo_. 9\U\Stiq blijven voor M soortJ 30) het II}'Ce-11\11111 IDOet niet door ziekten of pl~n worden oaf\9etaat.

De produktie van vr-uehtlicha..n ia niet alleen afhal\telijk van het Vel"'DD988l van het m:yceUUJD, vo14oende stoften op te hopen voor M

V'Or!D.incJ

daarvan, maar in hoge ute van de uit:wend19e

omsundigheden, speciaal de te.peratwr en

a.

vochtlpid van

bod.em en lucht.

Het b altijd veer verbazinpekkend. te Mrken, op eJtakuraiee en lez.inqen, hoe weiniqen buiten de kl:ift9 van vak- en ..at4un~Y­

colCMiJen met due feit.en vertl'ouvd zijD, hoewel men %e in elk boeltje

tan

lezen.

Levensduur van de myoelia

De leveft&duur van een r~YceU~

han9t

dul: in de eento plaat.l af van de beSChikbare hoeveelheid voedsel. Bij mestbevenende zw-....n ie deze kortt na enkele weken of . . .nden raMt de koeie-vla of de paardevijq opgesoepeerd en ...,.t de paddestoel •vezbQi-un•, d.w.z. door 1Di4del van djn aporen elcSers nieuwe -roelia in verse '1De8t .eat.igen. Bij houtbevonen 1a de hoeveelheid voedlel eveM«nS b4Çerkt (461 t~oo.atc:IDp, wortel, aua of Uk), ..ar de ervaring leert dat lll)'oelia in hout vaak vele jaren in leven

(22)

kun-nen blijven en dus op hetzelfde substraat vruehtlichaaen

kunnen

vormen. Gevallen van lS-25 :tau d.jn al~en beketl4. De hOning-zwo.m (ArmJJlar.f•ll• ~rtel.leaJ kruipt zelfs met myceliumkabels door

de qrond

van

de ene

~t.l

naar de and

e

re. In de fruitteelt

is vroeger vel 9tPl'Obeerd, deze paraslet te bestrijden door de podclestoelen "89 te plukken v66r de sporen rijp djn (DOg

gead-viseerd

door

Stieltjes 1935), uiteraard

zonder

eni9 r . .

ultaat

.

Bij grondbewonen behoeft het sUbst.raat praktisch niet op te raken. lUk jaar is er nieuwe aanvoer van afgestorven plantedelen

(strooisel) voor de saprotieten en produceren de bOIO!-n nieuwe worteltjes, die ~c:orrhiza's kunnen vor.en aet het II)'Celiua van die soorten die in symbiose • t bomen leven. ZOlang het biotoop voor de soort ooJt voldoende qunaUg blijft, is de levenad:U"U.r van

het mycelium onbeperkt.

De lan98 levensduur van de IIYeelia van grondpaddestoelen U bijzonder duid.eUjk gebleken uit het heksenkringond:er%0elt.

r.nera: een heksenkrin9 vertegenvoordigt fl.n lll)ICeliwa dat u.n de buitenkant verder uitgroeit en in het centrum afsterft.

Door

~ ting van de jaarlijkse uitbrolding ia zijn leeftijd te berekenen. Mycelia van tientallen jaren oud zijn heel gewoon en er djn ver-scheidene gevonden van hond.rden

jaren

oud (Shantz • Pie.eiael

1917)! Aan de u1tJ)re1ding is geen spore te pu 94JkCIIDeD. Veel hek-senkringen kc.en overigens voor i.n gruvelden (sportvelden, golf-tez:reinen, 90-ZOI\S), die regelma.ti.q geaaaid woNen, waardoor tel-kens praktisch alle vruchtlichoMn worden vernieti(jd. Op de

hek-senkr1J19en bUjkt dit niet de ainste invloed te hebben, ~e groeien vrolijk door.

.

Misverstanden bevorderd in populaire lMtuu:r

Heel wat achrijvers van populai.re boeken blijken JDet d.e bo-vengenoe-Se feiten, die in el.k 9eva1 d j tlOCh ~ouden IDCIOten

w.-ten, onbekend to djn:

"••• Wordt een ~eatoel qeplukt, dan kan hij dch niet voortpla.nten. Als u volgend jaar weer p.sdestoelW' in d.e vrije natuur vUt zien, laat ze dan nu staan ••• '" (Bet beste boek van

a..

veg,

1969).

" ••• Het l&nqst levende deel (tot cirka 5 I 8 jaar) van een

zw•

is een vurige zwamvlOk ••• " (Den Hoed, 1970). Dit lutste citut kOIIrt 1n een bijzonder •rkvaudi9 licht als men het 1$9t naast een pas.sage in 'nlijsse (Verltad.e1e albUII 1929), die uit een unt-.1 eigen vaarneat.ingen konk.ludoerde dat 4e JIYCelia van de be-treffende soorten op z.'n minst vier, vijf en acht jaar oud moes-ten geweest zijn. Dit lijkt ons vel een kru 91val van inforaa-tievervu.iling, helaas in dit, nota b«ne speetaal voor het oncSer-wije bedoelde boekje l&n9 niet het enil)e!

(23)

PUnttie van de

seren

Gez.len de Unge levenadwr va.n de myeelia blijken bij de

grondpaddestoelen de utronocoische aanUUen sporen rwauwelijks

een rol te speler. bij het in stand houden van de soort op een

be-paald

terrein.

Hun rol

ligt

daaxent4gen in d

e

mogelijkheid voor

de soort,

ver(der

)at

gelegen substraten

te

bereikén en da

a

r

nieuwe ..yeelia te vestiqen. Zo wordt het areaal in stand gehouden

en vaar IDOI}elijk uitqebreid. Ook u l op z4U 1All9e te~jn ieder biotnop eens vera.ndenn (t:e denk·~ is b.v. aan de

kU.maatavijzi-qingen na de laatste ijstijd), zodat

op

deze wijze

tevens

de

in-standhol.ldiing over lange perloden vordt gewaarborgd. De produktie

van onvoorstelbare sporenaantallen is dus zeker ni

e

t zinloos,

mou ge&J.C\ binnen een beperkt gebied en op af:tienbare teraijnen

produceren de paddest.oelen konst&nt een enorm S\.\rplu.s aan sporen

(vgl. Ramsbottom 1953).

In een I.V.N.-tnochure van 1965 wordt qest4!!1d dat de enome

sporenaantallen voor de instandhouding v&n de podd..stoelen t.er plaatse en binnen puioden van een 10..15 jaar onatsbaar zouden zijn. Deze opvattinq lijkt

dus wel

in strijd .et alle bekende

feiten en ervaringen.

De ervaringen in

o.

en Z.Europa,

va

ar

zoveel honderden en in M. Europa, waar vele tientallen jaren op talloze ter-reinen

jaar-lijks enorme musa's eetbare p«<càttoelen geplukt zijn (vele

mil-joenen kilo's per land per jur), tot voor kort z.ooc:)er waarneem-bare aehteruit~;ranq, bevestigen <tie.

Trouwens, ook bij hogere plUlten kennen ve <11 t : in ons lan4 zijn honderden jaren lang en in versebillende streken bepaald ID4taa.l bosbessen, bra.men en fra.boz.n 9eplukt en de zoaen zijn dus even langdurig en massaal aan de natuurlijke k.rinqlopen ont-trokken, zonder dat eni9• a'*-t4'ruitA)ang is wurgenomen. OOk hie.r

bl1jkbaar1 een groot surplus.

's.ac:hadiqing"en en ziekten van het IIIYodium door plukken?

In de bovenge~e brOChure wordt ook qesteld, dat bij het plukken meestal een gat in de grond wordt 9_..akt en dat het ayeeliua daardoor zou vo.r4en gewond en qemakkelijk getnfekteercJ,

wauc:Soor dekten onde.r de wilde p.Sdestoele:n zou4ttn worden ver-breid. Deze 14ee!n zijn kennelijk ontleend aan de c:~~qnon­ teelt, waar een monokultuur op een halt-steriel substraat in een

kunst.at.19 ailieu wordt bed.reven. Bij de paddestoelen in de na-tuur hebben we echter totaal ana.re ·out.aruSighec!en. In de Merge-noemde landen, vaar sinds onheugUjke tJ.j<t.n . . . al poadestoelen geplukt Ujn, is nooit iets van zulle bescha41qingen of zulke

ziekten VUX9eno.M! Ook deze opvattinq milt dus elke f-.tulljke grond.

(24)

Betreden acba&llijk ·wor de !Ycoflo.ra?

Een verhaal dat steeds weer opduikt en dat

nll•

af ~ toe 'of!Or<lt 9edrukt, is dat "4e" aêhteruitgang van "<le" p«ldeatoelen

(IM<Se) het gevol9 zou djn van de b4-t:teding van de grond bij ~et

plukJten (v91. b.v .. Frentrop 1971, bea.ntvoord,ii"'CJ door va.n Z&nen

1977). Hu dienen we ons even ~ de vol9'8nde punten te realise-ren: !O) Het plukken van pa&Seaeoelen kan op e~ tArrein

hoo9-stena drie aaande.n per jaar WOX"de:n bedreven en qebeurt ctu.a in elJt geval neqen IIIUtlden hele. u l niet. 20) Jui.at l:IOSC}l'On4 (vant ~!.er­ over ~~&at het) 1.8 door zijn opbouw (strooi.ael, wortels en VOZ'te·

l-reaten, h~sdeeltjes, kru.htebtruktuur ~~~et zqn. •ag9regaten") het bodaatype Mt de qroot.ste veex.krac:ht en de grootste

resisten-tie teqen betre1ing en d . . rdoor het ainat vatbaar voor de

gevreude bodearverdichting .. 30) De mycelia van de grondpacJc1 . . toe-len zitten binnen 1n de hWNSlaaq QP9ebol'9en en lijken in elk ge-val v" l aindlir kwet.a.baar dan de boven d.e

9T0J'14

uitst.ketlde delen

van

de hoqere pLanten. 40) Incidentele (1),

mur eo.s

vel vdj

ausale bet:r:~in9 heeft b.v. plaats bij het plukken van bosbes-sen, ~~~aar enige blljvetu5e schelde aan de bosvrond of aelfa aan het gewas zelf is bij •ijn weten nooit vaat.qeateld. Bieruit kan

vei-119 worden gekonklud.ee:rd 44t als bij

het pl~en van p.adeatoelen n.iet

tot hlijvencte boèl-chad:e voeren. In feite ia deu ook ne:r-9ena aangetoond. OOk van de pa&1eetoelplukt.rrelt\4n in

o.

en M.

Europa 18 iets derqelijka niet

bekend.

Nu kent ieder vel terreinen, in de buurt van dichte bewo-ninqen en in turpaalde nkreat1e~J8bie<len, vaar door het druk>te

be-zoek (veekend.9edrang, honden Dit.laten, troepen spelende kinderen,

brcatietscroasen, enz.) <Ie v'9"tatie bNchadiqd, de atrooiael14a9

kapotqel.open en tenalotte de hUJIIUalaaq vernietiqd ia. In cSeu ~Je .. va.lle.n ta.n men beter van oved:let:tecUng of vertrawing spreken en heel vat vroeger mooie plekken zijn hle.rcloor totaal verloederd. Er b hier duidelijk sprake van biotoopverstoring of oekologUche schade. Dat hier ook I'Dinc:Su pa<JcSestoelen te vinden z.ijn dan

~oeqer" ia wel uker, mu.r het incidentele paMeatoelpl\IXte:n ia niet de oorzaak van <Ie achteruitqang 98W'M•t.

Echte en acMjnl>are achtcultgang

In het vele en cloorC}Aana ft09Al e.:>tionele geschrijf over

"de" achteruit.g.&ng' van de paddeat:oeltlora, ook in het buitenland, mist Mn vt'ee.S genoeg altijd weer oen goe4e analyse van vat er

nu. preeles onder "achteruitgang" . , . t worden verstaan. Men dient

in elk qeval drie zaken ~<I te onderschei~n:

(25)

het aantal 111;toella per terrein of per ~lees, van alle of van be-paalde soorten. Daar echter dleen de vruetltlich.alaen v.arneelllbau djn en a.ze

door

JMtto:'OlQ91tehe faktor~ stuk in aantal

wisse-len

en SOlliS gedurende

een

reekS van jaren helemaal niet optreden,

is hierover binnen te.rllljnen van eniqe tientallen jare.n vrijwel

niets zekers te zeggen. Alleen waar het biotoop duidelijk is

aan-getast (Zie boven), is een afneaing van het aantal mycelia,

al-thans

van

een

aantal soorten, wel

vaarsehijnlijk.

~) Achteruitqang van fertiliteit. Hiervan zouden we kunnen apre-ken bij gelijk blijven van het aantal .ycelia, .aar ver11linderde produktie van vruchtlichamen. Jets derq:elijks is algemeen bekcd bij hOgere planten, die in een vegetatie tientallen jaren een

(zichtbare!)

rol kunnen blijven spelen zonder

te

fru.ktificoren,

maar vaak met een optialle vegetatieve voortplanting. OOk dit ge-val is binnen afzienbare te.rad.jnen·niet ~Mkkelijk vast te

stellen. Vermoedelijk hebben ve een goed vooxbfteld in de WeicSt -ehulpignon (Ag.u.teus e&~~~.st.ri.s), vaarvan het vC"dwijnen uit onze graslanden jarenlang toegeschreven is aan a) te veel pl\lk.k.en, b) het verdwijnen van de paarden (mest), e) toeneming van het trunstmestqebruik. Maar in september 1976 kon men e-en ware

ekeplo-sie zien van o.a. deze soort in talloze wei landen, Mt of ZQnder pe.ardtn, mot of zonder kunstmest. De myc.Ua waren daar in elk

qova.l in ljJE'Ote aantallen intaJc.t qebl.wn.

JO) Dit geval

zou

zich voordoen,

als

het en de gemiddelde

vruchtlichulen-pr<x1uJttie eveneens, maar

wanneer op bepaa.l.ae tijc!&tippen (b.v. na weekendS) de aantallen zichtbare vruchtUehamen veralrderd zijn door telJctns we.gplukken. De achtuui~ berUit hier op 9t-zichtabedrog .. Internationaal 1S de neiging groot, in zulke

qeval-len achteruit(Jang te konseatoren en al gauw de kreet '"uitroei-ing" aan te heften. In werkelijkheid hebben we hier vi.suele scha-de. alt konJturrentie-effekt: veel varken~ aaktn de spoeling dun

(vql. SChlumpf

1976)1

Klachten

ovu

de aehtcuit9M9 van Eelchoorntjesbrood (.8ole-tus edul.fs) en Morielje (HorclHtlla •.scul•.ne.), in M. Europa n4 dt HenekM de meeat gezochte paddestoelen, zijn zo oud als de pa.dd:e-ttoeleterij zelf (Baas 1976, Stanql,pers • .ed., Hotz,pers. med.). Explosiejaren vo~en gevol9d door (toms reekten van) jaren van schaarste en 4an verschijnen

u

v.u plotseling op 4tulfdt

plaatsen, waar ze wt!êr, evenals vrceqer, massaal worden verza-meld. Dt JIIQrielje wordt plaatselijk "VOOr 100\ geplukt, nog voor

er êên sport verspre1d 1s. D1t gebeurt zelfs op druk bezochte

terreintn bij steden (voor zover deze D1•t te ver af99t&ktld zijn). Maar me hteft de neiqln9, zleh elleen de rijke jaren van •vroeger• te heri.r\neren tn de (vele) paddestoelarM "jaren niet

(26)

(U.a 1970, Baaa pers. mea.).

Bierte9enover z.ij herinnerd. aan de tpektakulaire achteru1t-9&ft9 van de ~ende korst.oasen in West-Europa, a.onaer dat hiervan ooit Mn soort qeplu.kt u . In \Ut qeval ia de oorzaak be-kend: de luehtwrontrelniqin9.

VooX' de gang van uk.en met de BaMkam in Nederland verwijzen we naar de bij4l:'a~ van Nevr. Janaen.

Konklusie a

Uit

aue hiv

qenoemde leiten en

vaunaLL.ngen

en uit andere hiu niet behandelde ~evena, voo~al uit het buitenland:, moet worden 90konklud.eerd dat enige blijven4e nadelige invloed, &rekt of indirekt, van pluk.hn op de paddestoelflOra in 9"R ~val 18

un~toond. De slogan *elulclc.en is uitroeien•, hoezeu ook

begrij-pelilt

e.n

met de beste be&>elinqen qelaneeerd1 lld..st iedue

talt.e-lijke grond.

Visuele schade en maatregelen tegen excessen.

Uiteraard

ka

n het

.ottaal plukken van vooral qrotere

padde-stoelen een, d j het tijcSelijke, verarming gevon van het aspekt va.n ee.n leveftS9tmeensc:bap zoab een bos. De vroegere sierstukjes-plunderingen en de latere k0111111ereil-le ven.Uldtochten zijn hier-van du14elljke voorbeelden. Iedere bezoeker van bossen en an4Sere

t:e.rrelnen heeft er recht: op, de levensq....,..nsehappen hier zo

koçleet mogelijk waar t:e nomen, te beleven en desgewenst: t:e ~

studuen en hiertoe behoren t:eker ook 4e paddntoelen. Er kunnen dc:h gevallen yoordoen waarin er, b.v. voor

I}E!MenUbesturen, oanleldlng is tegen zulke vormen van vandelisme en visuele schade even%eer maatreqelen ~ nemen als tegen het maasa.a.l afrukken van w1l9ehtjes en bloeien4Se bremtakken (hOewel OOk hier va•tstaat cSat cSe atruU:en door het plu.kk.en niet worden uitgeroeid.). Men zou kunnen volstaan . . t - naar ZWitsers voor-beeld - het verza.Mlen en vervoeren van een ~tere hertveelheld dan bv. 1 kiloqram por voertui9 (auto), per qroep gez.aaenUjk reizende

ot

verblijvende personen (ge;.in

ot

ploeq)

ot

per persoon

(bij individu.el opererende Heden) te verbieden (vgl. LOthi

1978). oa.armee

zou.

men ~91n elke V'()%'D van k~cleel pluklten afdoende kunnen optreden, want dit bedrijf 1s nu eenmaol niet reneSabel beneden een oogst van min.sten.s eni9e tientallen kilo1a. Mocht ooit de siermandjesrage

ot

iets dergelijks de kop weer eens opsteken, 4a.n kan ~~~en ook due hiermee aanpakken.

Wet het verzamelen van eetbare paddtt:toelen voor fa.aûllege-bruik betreft, sinèl$ het schaara worden van de cantharel ia de

betekenis hiervan in ons land gering en de l-k9'""'9Tens, hierboven qenoelld, :al vol<Joende JD09elljkh.&ln qeven om tegen vanda.Us-e op

(27)

te treden. zo nodig kan het op bepaalcSe terreinen, zoals natuur-reservaten en enkele zeer kwetsbare of ond:u l}rOte rekreatiedruk

liggende 9ebieden (niet in hele geDeenten), worden verboden (ytl. ook Hotz 1971). Overigens vinden ve dat in een b .nd als het onze qeen propO!Ja.nda voor de taailiekonsumptie .eer .oet worden

ge-a.aa.kt. Bet is jaaner dat dit in bijna alle uit het buitenland vertaalde paddestoelboekjes nog steeds kUkkeloos ~beurt (DOtto: '"veten 011 te eten: .. ).

Algemene plukverboden onnodig en

ongewenst

De door enkele gemeenten uit9evaar4igde al9.-ene plukverbo-den voor alle pOISclu toelen zijn ain of meer gebaseerd op de

on-juist gebleken opvatting "(elk) plWclc.en is uitroeien". Deze ver-ordeningen schieten hun doel (bescherlling van de _.yooflora) ten

e

ne male voorbij. I.mers, zij v

e

rb1

e

44n

ook

het plukken en

ver-voeren (of "onder zich hebben'") van enkele ekSOlllplaren, voor welk doel ook verzameld.

Nu is het voor het goed leren U) kenMn van pac.Wutoden absoluut nOdig enkele (!) ekseapt.ren van een soort

u

kW1nen veru.J~elen om ze U• bestuduen, te aetend.neren

ot

aan leerlin9en of belantit:tellenden te demonstreren. Men zou het "studiepluJc"

kunnen noemen. Op andere wijze, bv. met het van zekere zijde aangepreun a:pieqeltje, gaat dit beslist. niet, ~h eJ.Xe

.tskur-sie aet leken of .et begiMers op padd . . toelgebled aantoont. Dit kan all . . n leLden tot gissingen en vergiSsingen, waarin zelfs

tradities 4reigen te ontstaan en op den duur een soort pseucSo-arycologie of su.rrogaat-pe&testoelkennis. Deze studiepluk kan geen

enkel gevaar voor achteruitgang opleveren en behoeft uiteraard. geen enkele vis-uele schade te 9even.

Het binden van deze studiepluk aan ontheftingen of vergun• ni09en is natuurlijk geen relle oplossin<J. Ieder koat tegenvoor-dig, dankzij de auto, op een klein tOChtje al gauw in een hele

reeks 99Ment.n.. Bij ~u dan eerst moeten uitvinden c)f ugent een

plukverbod bestaat en zo ja, ziel\ dan (tijdig) van de nodige pa-pieren voorzien, wat in de .aeste gevallen onmogelijk zal zijn

O::n.tro's gesloten), in de andeA' . . n eindeloze ro.pelolllp.

Hier koat 009 een bel.ang'rijk punt bij. '1'1J9en bepaalde, he-lau nog vrij vaak voorkatende vor.en van vandalisae: massaal

om-schoppen en aa.saaal plat-trappen, Yel'11X)9en dergelijke algemene plukverboden niets te doen. De daders van dit: nare bedrijf zijn pcoktisc:h nooit te achterhalen, ~n: nieaand heeft de

verniel-de pacSdHtoelen •onder zich". Tegen cJi t en un..,.rvanu soorten vandalis~te: helpt slechts

"n

alg-.ne verbeterinq van de Mntalt-t:eit taquover de nat.uur. Kierbij %.0\)den de scholen een belang-rijke rol kunnen spelen. W.t de paddestoelen betreft U hiervoor een veel rul•re verspre14ing van de kennis van deze orqanit~~ten

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit boek begint weliswaar in 1648 met de Vrede van Munster, maar vanuit het perspectief van culturele en politieke natievorming hadden ook andere jaartallen als beginpunt

Het is waarschijnlijk dat een nieuwe eigenaar van de grond (in 2017/2018) een ander plan zal (willen) maken dan het plan uit 2004 van Pre Wonen. De gemeente wil ruimte bieden om

Door je fiets in huis te nemen, is niet alleen je fiets veilig, het is ook veiliger voor jezelf en je zorgt er bovendien ook voor dat je fiets minder snel. aangetast wordt door

Daarna begin je mensen te leiden naar je gratis webinar / challenge / video serie.. Waarin je waarde geeft en dan een verkooppitch doet naar je dienst

Dit document voor ouders is bedoeld om jou als ouder concrete tips te geven hoe je aan de veerkracht van je kind - en jezelf - kunt werken. In deze uitgave gaan we specifiek in

Bij uitkeringsovereenkomsten is het uitvoerbaar om de indicatieve gevolgen voor het pensioeninkomen en de indicatieve hoogte van de afkoopwaarde te tonen als een (gewezen)

bankrekeningnummer, of niet correct zijn ingevuld, of niet ondertekend zijn, of niet zijn ontvangen door Autopermaand.nl, dan wordt dit beschouwd als het niet zijnde verlenen van

het door het aannemen van geld of goed voor het berugbezorgen van gestolen goed zich zelf of den dader of medeplichtige aan den diefstal opzettelijk voordeel bezorgen; op deze wijze