• No results found

Twente index 2013

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Twente index 2013"

Copied!
60
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

3

2013

twente index

Ten geleide

In 2005 werd de Twente Index voor het eerst uitgegeven, analoog aan de Silicon Valley Index. Beide publicaties hadden en hebben tot doel om betrouwbare, feitelijke informatie te verschaffen over de regionale economie en kwaliteit van leven. Deze negende editie van de Twente Index. levert (opnieuw) een vergelijkend economisch jaarbeeld op, zoals de onder-titel al aangeeft. Door het monitoren van de economie en de kwaliteit van leven beogen we Twente tot een nog betere regio te maken om te leven, te werken en te ondernemen. De Stichting Twente Index, uitgever van dit boekwerk, heeft zich ten doel gesteld onder-nemers en bestuurders op basis van feiten beleidsterreinen te laten benoemen en te prioriteren, zodat de kracht van Twente verder wordt versterkt. Daarnaast is de index een uitstekend hulpmiddel voor het ontwikkelen van plannen en het opstellen van toekomst-scenario’s.

De Twente Index bestaat dit jaar uit drie delen. In het eerste deel Mens & Inkomen, Bedrijvigheid kijken we naar de mensen die hier wonen en werken. Waar werken ze en wat verdienen ze? Hoe ontwikkelt zich de bedrijvigheid in de regio? Het tweede deel belicht de innovatieve bedrijvigheid. Voor de economische ontwikkeling van Twente zijn innovatie en technologische ontwikkeling van groot belang. De regio Twente heeft de ambitie op deze terreinen bij de Top 5 van Europese kennisregio’s te behoren. In dit deel plaatsen we Twente zowel in Nederlands als Europees perspectief. Dat laatste gebeurt door Twente te vergelijken met een vijftal referentieregio’s in Europa. In het derde deel kijken we naar Talent in Twente. In het licht van de ambities op het terrein van innovatie en technologie, maar ook gezien de te verwachten spanningen op de arbeidsmarkt als gevolg van de demografische ontwikkeling, is de regio immers gebaat bij het aantrekken en behouden van getalenteerde - jonge - mensen.

Twente is een regio van Nederland, grenst aan Duitsland en is onderdeel van Europa. Daarom laten we in de interviews mensen vertellen waarom de EUREGIO en Europa zo belangrijk zijn voor onze regio en wat de aantrekkingskracht van Twente is. Samenwerken, over grenzen heen, in Europa, dat is het motto. En: trots zijn op Twente, wat de regio wel wat meer mag uitdragen!

Wij hopen dat ook deze uitgave een positieve bijdrage zal leveren aan een brede discussie over de ontwikkeling van onze regio. Uw eventuele op- en aanmerkingen stellen we zeer op prijs. U kunt ze kenbaar maken via www.twente-index.nl.

Stichting Twente Index,

Drs. Wim Boomkamp, voorzitter College van Bestuur Saxion

Ir. Kees van Ast, vice-voorzitter College van Bestuur Universiteit Twente Rob Gregorowitsch, directeur voorlichting, wetsuitvoering en regiostimulering Kamer van Koophandel Oost Nederland

Ir. Paul de Jong, Chief Executive Officer Twence Holding B.V.

Pieter van Zwanenburg, portefeuillehouder Economische Zaken van Regio Twente Aart Jan Smits, director Business Development Thales Nederland,

(2)
(3)

5

Thales Nederland Thales Nederland Thales Nederland Soweco N.V. Soweco N.V. Apollo Nederland Apollo Nederland Eaton Industries Eaton Industries Eaton Industries SWB Groep Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Koninklijke Ten Cate Swets ODV Grolsche Bierbrouwerij Grolsche Bierbrouwerij Grolsche Bierbrouwerij Grolsche Bierbrouwerij Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Heisterkamp Transport Visschedijk Facilitair Visschedijk Facilitair Visschedijk Facilitair Visschedijk Facilitair Visschedijk Facilitair Visschedijk Facilitair BTK Zorg Enrichment Technology Enrichment Technology Enrichment Technology Enrichment Technology Enrichment Technology Enrichment Technology Enrichment Technology Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions Engineered Solutions TNT Fashion Group TNT Fashion Group TNT Fashion Group Cendris Customer Contact Cendris Customer Contact Cendris Customer Contact Cendris Customer Contact Cendris Customer Contact Takko Nederland Takko Nederland Takko Nederland Takko Nederland MEDLON Weyl Beef Products B.V. Weyl Beef Products B.V. Weyl Beef Products B.V. Van Keulen Interieurbouw Van Keulen Interieurbouw Twentsche Kabelfabriek

626.726

626.726

626.726

52.790

52.790

52.790

52.790

19.081 mln

20 grote private bedrijven 20 grote private bedrijven 20 grote private bedrijven 20 grote private bedrijven

Bevolking Twente 2013 Bevolking Twente 2013 Bevolking Twente 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Aantal bedrijfsvestigingen 2013 Geschat aantal arbeids-plaatsen

4.676

Aantal starters 2012

Bron: CBS Statline, Kamer van Koophandel Oost Nederland, Arbeidsmarktprognose Overijssel/BIRO/LISA.

Beroeps-bevolking Twente

Bruto Regionaal Product 2010

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

6,9%

Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Werkloosheid 2012 Almelo Almelo Almelo Almelo Hengelo Hengelo Hengelo Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Goor Goor Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Rijssen Nijverdal Nijverdal Nijverdal Nijverdal Nijverdal 0-10 jaar 0-10 jaar 0-10 jaar 0-10 jaar 0-10 jaar 0-10 jaar 90+ Vrouwen Vrouwen Vrouwen Mannen Borne Borne Borne Borne Borne Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal

1

2

3

4

5

6

Nijverdal Nijverdal Nijverdal Nijverdal Nijverdal

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

Almelo Almelo Almelo Almelo Almelo

18

Hengelo Hengelo

19

20

20

Almelo Almelo Almelo

6

10

10

13 14

14

9

8

15

17

17

17

17

17

11

1

Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen

20

20

19

19

12

Twente in beeld

Twente in beeld

2

7

5

5

15

15

3

18

18

289.585

284.040

Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen Haaksbergen

20

20

16

16

10

10

10

10

55

4

Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede Enschede

(4)

66

Highlights

Hoe staat Twente ervoor in 2013?

• De bevolkingsomvang van Twente is in 2013 nauwelijks gegroeid ten opzichte van 2012. De regio kent een gering binnenlands vertrekoverschot; er vertrekken meer inwoners naar andere Nederlandse regio’s dan zich in Twente vestigen. Daar staat een gering buitenlands vestigingsoverschot tegenover: er vestigen zich in Twente meer buitenlanders, met name uit andere EU-landen en Azië, dan dat er personen naar het buitenland verhuizen. Het aantal geboortes daalt sinds 2010 sterk.

• Het aantal hogeropgeleiden in de beroepsbevolking is in 2013 verder gestegen en nadert het Nederlands gemiddelde. De Twentse onderwijsinstellingen op het terrein van het hoger onderwijs laten ook in 2013 een stijging van het aantal studenten en afgestudeerden zien. • De werkloosheid is in Twente sterk opgelopen, tot ruim 30.000 werkzoekenden (augustus 2013). • Het aantal faillissementen is in Twente vanaf medio 2012 iets sterker gestegen dan in Nederland. • De arbeidsproductiviteit groeit langzaam naar het landelijk gemiddelde toe.

• De innovatie-uitgaven liggen in Twente op een iets hoger niveau dan in Nederland, evenals het percentage innovatieve bedrijven en het aandeel van R&D-personeel in het totale per-soneelsbestand. Twente scoort relatief slecht op de aspecten omzetaandeel van vernieuwende producten en innovatie-uitgaven per innovator. Twente scoort qua innovatievermogen boven het Nederlands gemiddelde. In vergelijking met enkele Europese referentieregio’s doet Twente het goed op het terrein van innovatie.

Toelichting en analyse

Bevolkingsgroei

De bevolkingsomvang in Twente heeft zich, na jaren van bescheiden groei, in 2013 gestabiliseerd op 626.726 inwoners (in 2012: 626.539 inwoners). De bevolkingsgroei in Twente volgt de landelijke trend, maar ligt iets onder het Nederlands gemiddelde. Wel scoort Twente beter dan enkele andere grensregio’s, zoals de Achterhoek, Delfzijl en omgeving en Zuid-Limburg, waar duidelijk sprake is van bevolkingskrimp. Als de huidige ontwikkeling van de bevolking in Twente zich echter doorzet, zal in de nabije toekomst ook hier krimp van de bevolking optreden.

Zowel de ‘grijze druk’ als de ‘groene druk’ is hier groter dan in Nederland, dat wil zeggen: Twente kent veel inwoners in de leeftijdsgroepen 65+ en 0-19 jaar in relatie tot de groep 0-64-jarigen. Sinds 2010 daalt het aantal geboortes in Twente sterk, zelfs sterker dan in Nederland. In 2012 kende de regio een licht vertrekoverschot. Het vertrekoverschot en het aantal geboortes houden elkaar vrijwel in evenwicht.

Hoewel migratiecijfers over het algemeen een tamelijk grillig verloop kennen, zijn er wel

enkele structurele ontwikkelingen aan te wijzen. Bij de binnenlandse migratie laat Twente al langere tijd een vertrekoverschot zien, dat recent (vanaf 2009) is verdubbeld. Bij de bui-tenlandse migratie zien we juist een vestigingsoverschot, maar dat overschot neemt recent af. De immigratie vanuit het buitenland bestaat voor het grootste deel uit immigranten uit andere EU-landen en terugkerende Nederlanders. Daarnaast is er een gestage groei van im-migranten uit Azië. Hoewel geen gegevens beschikbaar zijn over de exacte samenstelling van de immigratie naar Twente, is duidelijk dat het merendeel van de immigranten bestaat uit buitenlandse studenten en medewerkers bij de Twentse kennisinstellingen.

Beroepsbevolking

Al langere tijd wijkt de Twentse beroepsbevolking qua opleidingsniveau af van Nederland, zij het dat ze steeds meer naar de landelijke gemiddelden toegroeit. Twente kent een gemiddeld aandeel laagopgeleiden in de beroepsbevolking, maar heeft relatief minder hoogopgeleiden en meer werknemers met een middelbare opleiding. Het aandeel hoogopgeleiden stijgt echter en beweegt zich in de richting van het landelijk niveau, het aandeel middelbaar opgeleiden daalt navenant. Dat komt mede door de voortdurende stijging van de aantallen eerste-jaarsstudenten en afgestudeerden, bij zowel Saxion als de UT. Bij het ROC zien we vanaf 2010/2011 juist een daling van het aantal studenten. Hoewel uiteraard niet alle in Twente afgestudeerden hier blijven werken, is het hoger onderwijs een belangrijke factor in het stijgen van het opleidingsniveau van de Twentse beroepsbevolking.

Werkloosheid, banenverlies door faillissementen, minder startende ondernemers

De werkloosheid is in Twente het afgelopen jaar sterk opgelopen, tot ruim 30.000 werkzoe-kenden (augustus 2013). De ontwikkeling van de werkloosheid door de tijd heen vertoont in Twente nauwelijks verschil met die in Nederland. In het eerste halfjaar van 2013 daalde het aantal werklozen in de regio licht, terwijl Nederland een afvlakking van de stijging liet zien. Vanaf juni 2013 stijgt de werkloosheid, zowel in Nederland als in Twente. In 2012 was het werkloosheidspercentage hier 6,9%, hoger dan het Nederlands gemiddelde. Het percentage ligt voor middelbare en hogere beroepen iets lager dan in Nederland, maar voor elementaire en lagere beroepen is het iets hoger.

Het aantal faillissementen stijgt sinds medio 2012 in Twente iets sterker dan in Nederland. In het eerste halfjaar van 2012 kende deze regio 139 faillissementen, in het eerste halfjaar van 2013 waren dat er 190. Het aantal banen dat daarbij verloren ging, was in het eerste halfjaar van 2013 echter geringer dan in 2012. De recente ontwikkelingen bij OAD zijn in deze cijfers niet begrepen. Tegenover faillissementen staan nieuwe bedrijfsvestigingen, waaronder startende ondernemingen. Het aantal bedrijfsvestigingen in Twente is ook in 2013 toegeno-men; de groei van het aantal bedrijven ligt boven het landelijk gemiddelde.

(5)

7

Arbeidsproductiviteit en participatiegraad

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) stelt met een vertraging van drie jaar cijfers beschikbaar over het Regionaal Product en de arbeidsproductiviteit in regio’s; voor meer recente jaren zijn schattingen beschikbaar. Deed Twente het qua economische groei in de periode 2009-2011 iets beter dan Nederland, de krimp in 2012 valt hier naar verwachting juist wat hoger uit (-1,2% tegen -0,7%). In het algemeen lijkt Twente echter niet gevoeliger te zijn voor de conjunctuurcyclus dan Nederland als geheel, gelet op zowel groeicijfers als de ontwikkeling van de werkloosheid.

Tot en met 2005 groeide de arbeidsproductiviteit (het Regionaal Product gedeeld door de hoeveelheid arbeid) in Twente minder hard dan in Nederland. Sinds 2006 zien we echter dat de groei van de arbeidsproductiviteit juist hier hoger ligt. Daardoor ontwikkelt de arbeids-productiviteit zich langzaam richting Nederlands niveau: van 86% in 2005 naar 92% in 2010. Verdere verbetering van het opleidings-niveau van de beroepsbevolking is gunstig voor de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit.

De relatief lage arbeidsproductiviteit weerspiegelt zich in het besteedbaar inkomen per inwoner in de regio, dat eveneens onder het landelijk gemiddelde ligt. Anders dan bij de arbeidsproductiviteit zien we bij het besteedbaar inkomen dat het verschil met het Nederlands niveau niet kleiner wordt. Dat heeft te maken met de relatief grote grijze en - vooral - groene druk in Twente en met de participatiegraad die, zowel bij mannen als bij vrouwen, net iets onder het Nederlands niveau ligt. Het deel van de bevolking dat inkomen genereert (voor alle inwoners in de regio), is daardoor in Twente relatief klein.

Werkgelegenheid (top)sectoren

Het landelijke clusterbeleid richt zich op negen topsectoren. De rijksmiddelen voor het verbe-teren van het ondernemersklimaat en het bevorderen van innovatie worden op deze sectoren geconcentreerd. Twente heeft ervoor gekozen om zich bij het innovatiebeleid te focussen op de sector High Tech Systemen en Materialen (HTSM), als speerpunt van de hoogwaardige maakindustrie. Het aandeel van de HTSM-sector in de werkgelegenheid is in deze regio veel hoger dan in Nederland; dat geldt overigens ook, maar in mindere mate, voor de sectoren Chemie en Food & Nutrition. Twente heeft daarentegen relatief weinig werkgelegenheid in sectoren als Zakelijke dienstverlening, Breedband & ICT en Life Sciences, die in Nederland vooral zijn geconcentreerd in de Randstad.

In Twente is in 2012 het aandeel in de werkgelegenheid van de sector HTSM gelijkgebleven, nadat (zo bleek uit de vorige Twente Index) het aandeel van 2010 op 2011 iets was gedaald. Het in stand houden en zo mogelijk uitbreiden van de werkgelegenheid in deze voor de regio belangrijke sector is een forse uitdaging. Daarbij gaat het vooral om het kunnen matchen van de vraag naar en het aanbod van relatief hoogopgeleide werknemers, zowel voor nieuwe banen als voor het voorzien in de vervangingsbehoefte voor personeel dat met pensioen gaat.

Innovatiekracht

Het CBS stelt met een flinke vertraging, en slechts tweejaarlijks, gegevens beschikbaar over innovatiekracht op regionaal niveau. De gegevens in deze Twente Index (voor de jaren 2004, 2006, 2008 en 2010) wijken daarom niet af van die in de voorgaande versie.

De innovatie-uitgaven liggen in Twente op een iets hoger niveau dan in Nederland. Ook het percentage innovatieve bedrijven ligt boven het Nederlands gemiddelde, evenals het aandeel van R&D-personeel in het totale personeelsbestand. Twente scoort relatief slecht op de aspecten omzetaandeel van vernieuwende producten en innovatie-uitgaven per innovator. Dat laatste komt doordat deze regio relatief veel kleine innovatieve bedrijven telt, waardoor de innovatie-uitgaven per innovator relatief laag zijn. Twente scoort qua innovatievermogen boven het Nederlands gemiddelde, maar wel slechter dan regio’s als Zuidoost-Noord-Brabant en Zuid-Limburg. Een en ander hangt wel sterk af van de wijze waarop innovatievermogen wordt gedefinieerd.

Twente in Europa

Nieuw in deze Twente Index is een vergelijking tussen Twente en enkele Europese referentie-regio’s. De benchmark is uitgevoerd met het oog op de ambitie van Twente om op termijn tot de Top 5 van Europese kennisregio’s te behoren. Twente is vergeleken met vijf andere Europese regio’s die veel op Twente lijken qua bevolkingsdichtheid en -samenstelling (met name de mate van vergrijzing) en qua verdeling van werkgelegenheid over verschillende sectoren. Het gaat hier om de volgende regio’s: Basse-Normandie (Frankrijk), Niederösterreich (Oostenrijk), Aragón en Catauña (Spanje) en Norte (Portugal). De data zijn ontleend aan de Innovation Union Scorebaord van de Europese Unie. Uit deze benchmark blijkt dat Twente het redelijk goed doet op het terrein van innovatie. Voor wat betreft R&D-uitgaven (zowel de totale hoeveelheid als R&D-uitgaven afkomstig van bedrijven), patentaanvragen en het aandeel van R&D-personeel in het totale personeelsbestand scoort Twente goed. Winst is nog te boeken bij het aandeel hogeropgeleiden in de beroepsbevolking en werkgelegenheid in kennisintensieve activiteiten (hetgeen ruimer is dan alleen R&D-activiteiten).

Stad en platteland

Terwijl de verschillen tussen Twente en Nederland op tal van terreinen (arbeidsproductiviteit, opleidingsniveau, innovatiekracht) kleiner worden, zijn de verschillen binnen de regio aan-zienlijk. De Twentse plattelandsgemeenten kennen van oudsher relatief veel werkgelegenheid in de bouw. Banen in een eveneens voor de regio belangrijke sector als High Tech Systemen en Materialen vinden we vooral in steden als Hengelo en Almelo, maar ook in plattelands-gemeenten als Haaksbergen, Oldenzaal en Rijssen-Holten. Gemeenten met relatief veel werkgelegenheid in één sector, bijvoorbeeld de bouwsector, zijn relatief kwetsbaar in tijden van economische krimp en bezuinigingen.

(6)

8

De steden in Twente laten aanzienlijk hogere werkloosheidspercentages zien dan de platte-landsgemeenten, met Enschede (15,1%) en Dinkelland (4,9%) als uitersten. Opvallend is echter dat de meeste plattelandsgemeenten in 2013 een flinke stijging van de werkloosheid kennen; het werkloosheidspercentage in de gemeente Twenterand bijvoorbeeld is nagenoeg gelijk aan dat in Hengelo.

Het gemiddelde besteedbare inkomen ligt in de plattelandsgemeenten duidelijk hoger dan in de Twentse steden; er is echter géén enkele gemeente in deze regio die het landelijk gemid-delde qua besteedbaar inkomen haalt. De woonlasten (voor een gemiddeld meerpersoons-huishouden) verschillen aanzienlijk per gemeente. De woonlasten liggen in Twente wat lager dan in Nederland. Ze zijn hier in 2013 echter wel forser gestegen dan in de rest van het land, met name in de gemeenten Haaksbergen en Hof van Twente.

Conjunctuurontwikkelingen en lange termijnbeeld

Jarenlang was Twente een regio die structureel kwetsbaar was en bovengemiddeld gevoelig voor conjunctuurschommelingen, maar dat beeld behoort inmiddels tot het verleden. Uit deze Twente Index 2013 en uit andere recente uitgaven komt juist naar voren dat Twente de landelijke ontwikkeling op het terrein van bedrijvigheid, groei en werkloosheid op de voet volgt. Hoewel het werkloosheidspercentage nog steeds iets boven het landelijk gemiddelde ligt en de - relatief conjunctuurgevoelige - bouwsector in Twente sterk ontwikkeld is, hebben economische crises en recessies geen extra negatieve impact op de regio vergeleken met de rest van het land. Op dit moment zijn op een aantal terreinen de verwachtingen van Twentse ondernemers wat negatiever dan het landelijke beeld (productie, omzet, exportorders, personeelssterkte), op andere terreinen juist iets positiever (buitenlandse omzet en concur-rentiepositie). In het algemeen volgt het ondernemersvertrouwen de landelijke ontwikke-ling: nog steeds licht negatief, maar wel in een opgaande lijn. Het aantal transacties op de woningmarkt daalt, net als in de rest van Nederland, nog steeds. In delen van Twente lijkt de verkoopprijs zich echter te stabiliseren en neemt de gemiddelde verkooptijd iets af.

Het langetermijnbeeld is gunstig. Twente doet het goed op het terrein van innovatie, zowel binnen Nederland als in vergelijking met andere Europese regio’s. De belangrijkste uitdagingen voor de komende jaren betreffen het verder verbeteren van het opleidingsniveau van de beroepsbevolking (mede door het blijven aantrekken van hoogopgeleide werknemers van buiten de regio) en - in het verlengde daarvan - het verhogen van de arbeidsproductiviteit.

(7)

9

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Bevolkingsgroei en samenstelling 11

Vestiging, vertrek en migratie 13

Beroepsbevolking en participatiegraad 15

Werkgelegenheid 17

Werkloosheid 20

Regionaal product en arbeidsproductiviteit 22

Vestigingen en startende ondernemers 25

Bedrijvigheid en ondernemersactiviteit 27 Woningmarkt 32 Kantoor- en bedrijfsruimten 35 II

Innovatie

Innovatieve bedrijvigheid 37 Octrooien universiteit 40 Topsectoren 41 Sector/cluster Bouw 43

Snelgroeiende en innovatieve bedrijven 46

Regionale benchmark 47

III

Talent in Twente

Talent in Twente 50

Onderwijs 52

Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt 55

Verantwoording van de bronnen 61

(8)

10

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

In de Twente Index laten we zien hoe deze regio ervoor staat. In dit eerste deel kijken we naar wie in de regio woont en werkt. Tevens besteden we aandacht aan waar we werken en wat we verdienen. Werk en inkomen bepalen in belangrijke mate de welvaart van een regio en haar inwoners. Omdat bedrijven daarbij een belangrijke rol spelen, besteden we ook aandacht aan de ontwikkeling van de bedrijvigheid in de regio. We geven steeds per onder-werp aan waarom het van belang is. We laten zien wat de belangrijkste ontwikkelingen zijn in Twente; waar mogelijk vergelijken we deze ontwikkelingen met die in andere (grens)regio’s in Nederland.

(9)

11

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Bevolkingsgroei en samenstelling

Bron: CBS/Statline.

Bron: CBS/Statline.

Bron: CBS/Statline.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil. -0,2 0,0 0,2 0,4 0,6 0,8 1,0 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 % Nederland Twente

Bevolkingsgroei Twente en Nederland

2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Bevolkingssamenstelling Twente <19 jaar 20 - 64 jaar 65+ 0 50.000 100.000 150.000 200.000 250.000 300.000 350.000 400.000 450.000 -2 -1,5 -1 0 0,5 1 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 -0,5 % Twente Delfzijl en omgeving Achterhoek Zeeuwsch Vlaanderen Zuid Limburg

Bevolkingsgroei Twente en andere grensregio's

50.000 100.000 150.000 200.000 250.000 300.000 2015 2020 2025 2030 2035 2040

Toekomstige bevolkingssamenstelling Twente

<29 jaar 30 - 64 jaar 65+

(10)

12

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel / Etil.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel / Etil.

Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. 16 18 20 22 24 26 28 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Grijze druk Twente en Nederland (aantal 65-plussers t.o.v. aantal 20-64-jarigen)

Nederland Twente 24 25 26 27 28 29 30 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Groene druk Twente en Nederland (aantal 0-19-jarigen t.o.v. aantal 20-64-jarigen)

Nederland Twente -45 -40 -35 -30 -25 -20 -15 -10 -5 0 5 10 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Groeipercentage geboortes Twente en Nederland

Nederland Twente 0 500 1.000 1.500 2.000 2.500 0 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 60.000 70.000 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 T w e n t e N e d e r l a n d

Ontwikkeling aantal geboortes Twente en Nederland

Nederland Twente

(11)

13

Waarom is dit belangrijk?

De ontwikkeling van de bevolking is voor zowel bedrijven als overheden belangrijk bij het vaststellen van hun plannen. Voor bedrijven is de bevolkingsontwikkeling interessant om daarmee de potentiële arbeids- en afzetmarkt te weten te komen en de veranderingen die hierin optreden. Voor overheden is ze van belang voor bijvoorbeeld het plannen van woning-bouw en diverse voorzieningen.

Meestal gaan we bij het beschrijven van de bevolking uit van drie groepen: de jongeren (0 t/m 19 jaar), de potentiële beroepsbevolking (20 t/m 64 jaar) en de ouderen (65 jaar en ouder). De potentiële beroepsbevolking is de groep die het overgrote deel van de inkomens genereert. Jongeren zijn over het algemeen nog niet productief, maar worden daarvoor wel opgeleid. De verhouding tussen het aantal 0-19-jarigen en het aantal 20-64-jarigen heet groene druk. De verhouding tussen het aantal 65-plussers en het aantal 20-64-jarigen heet grijze druk. Nederlanders, en daarop zijn Twentenaren geen uitzondering, worden steeds ouder. De stijging van de gemiddelde leeftijd leidt ertoe dat de potentiële beroepsbevolking, de groep die het geld verdient, relatief kleiner wordt. Met andere woorden: de grijze druk neemt toe.

Hoe staat Twente ervoor?

Twente heeft doorgaans een duidelijk lagere bevolkingsgroei dan gemiddeld in Nederland, maar vergeleken met een aantal andere grensregio’s in Nederland ligt het cijfer juist iets hoger. Na jaren van bevolkingsgroei echter is de groei in Twente in 2012 afgenomen naar 0%. Als deze ontwikkeling zich de komende jaren voortzet, ontstaat binnenkort bevolkingskrimp in de regio.

De grijze druk ligt in Twente boven het Nederlands gemiddelde en stijgt met de landelijke trend mee. De groene druk is in Twente eveneens groter dan gemiddeld; ze is hier in de jaren 2005-2010 minder sterk afgenomen dan gemiddeld in Nederland. Van belang hierbij is de ontwikkeling van het aantal geboortes. In Twente daalt dat cijfer sinds 2010 relatief sterk.

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Vestiging, vertrek & migratie

Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. -1.200 -800 -400 0 400 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Saldo verhuizingen naar/uit Twente (binnen Nederland)

-1.500 -1.000 -500 0 500 1.000 1.500 2.000 2.500 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

(12)

14

Waarom is dit belangrijk?

Migratie zegt iets over de aantrekkelijkheid van een regio. Een positief saldo van nieuw-komers/vertrekkers betekent dat de regio meer mensen aantrekt dan dat er mensen diezelfde regio verlaten. In dat geval heeft de regio een redelijk sterke tot sterke aantrekkingskracht en zien mensen kansen om er een bestaan op te bouwen. De migratie kan plaatsvinden tussen Twente en andere regio’s in Nederland (binnenlands), of tussen Twente en het buitenland (immigratie/emigratie).

Hoe staat Twente ervoor?

Twente kende in 2012 een licht vertrekoverschot: meer vertrekkers dan nieuwkomers. Het binnenlandse vertrekoverschot neemt al enkele jaren toe, dit is voor Twente een ongunstige ontwikkeling. Bij de buitenlandse migratie wordt het vestigingsoverschot in Twente kleiner. Wanneer we de geboortelanden van de immigranten bekijken, valt op dat meer dan de helft van de immigranten oorspronkelijk uit Europa komt.

Dat aantal is sterk gestegen de afgelopen jaren, evenals het aantal immigranten afkomstig uit Azië. Ruim 20% van de immigratie in Twente bestaat uit Nederlanders die uit het buitenland terugkeren (expats).

Bron: CBS/Statline.

Immigratie naar Twente per geboorteland/werelddeel

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Geboorteland immigranten als percentage van de totale immigratie naar Twente in 2011 Totaal immigratie 2.788 2.741 3.175 4.096 4.207 4.329 4.678 100,00 Afrika 254 248 262 376 484 380 362 7,74 Amerika 233 221 241 321 310 295 285 6,09 Azië 465 488 542 799 907 872 1.074 22,96 Europa 1.822 1.765 2.112 2.579 2.492 2.765 2.935 62,74 (waarvan Nederland: terug-gekeerde expats) (767) (769) (922) (978) (895) (947) (1.016) (21,72) (waarvan Turkije) (142) (117) (111) (108) (142) (126) (160) (3,42) (waarvan overig Europa) (913) (879) (1.168) (1.493) (1.455) (1.692) (1.759) (37,60) Oceanië 14 19 18 21 14 17 22 0,47 -2.000 -1.500 -1.000 -500 0 500 1.000 1.500 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

(13)

15

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Beroepsbevolking en participatiegraad

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil.

Bron: CBS/Statline.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil. 24,5 25 25,5 26 26,5 27 27,5 28 28,5 29 29,5 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Ontwikkeling beroepsbevolking Twente en Nederland (2013 e.v. zijn schattingen)

600 620 640 660 680 700 720 740 760 780 800 820 N e d e r l a n d x 10.000 T w e n t e x 10.000 Nederland Twente 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 0 200 400 600 800 1.000 1.200 1.400 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Twente x 1.000 Nederland x 1.000

Ontwikkeling beroepsbevolking jong en oud Twente en Nederland (x 1.000)

Twente 15-25 jaar Twente 55-65 jaar Nederland 15-25 jaar Nederland 55-65 jaar 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 %

Participatiegraad mannen en vrouwen Twente en Nederland (2013 e.v. zijn schattingen)

Twente mannen Twente vrouwen Nederland vrouwen Twente totaal Nederland totaal Nederland mannen -3 -2 -1 0 1 2 3 4 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 %

Groei beroepsbevolking Twente en Nederland (2013 e.v. zijn schattingen)

Nederland Twente

(14)

16

Bron: CBS/Statline.

Bron: CBS/Statline.

Waarom is dit belangrijk?

De beroepsbevolking is het draagvlak van de economie. De arbeidsparticipatiegraad, volgens de gebruikte CBS-definitie, geeft aan welk deel van de bevolking van 15-64 jaar participeert in het arbeidsproces, ofwel: een baan heeft of zoekt (voor minimaal twaalf uur per week). Nederland heeft ten opzichte van het buitenland een hoge participatiegraad van vrouwen. Wel behoort het percentage parttimebanen, zeker onder vrouwen, tot de hoogste percentages van Europa.

Een belangrijke onderverdeling van de beroepsbevolking is de indeling naar opleidingsniveau. We zien dat in hoogontwikkelde economieën steeds meer een beroep wordt gedaan op hoog-gekwalificeerde arbeid. Dit geldt vooral voor de hightech-sectoren en de zakelijke dienstver-lening. Wil een economie zich goed kunnen ontwikkelen, dan moet niet alleen de kwantiteit van arbeid maar ook de aanwezige kwaliteit van arbeid goed aansluiten bij de vraag. De aanwezigheid van een goedopgeleide beroepsbevolking is van essentieel belang voor de economische ontwikkeling van een regio of land. In deel III van deze Twente Index gaan we nader in op dit aspect.

Hoe staat Twente ervoor?

In de afgelopen tien jaar heeft Twente te maken gehad een sterk wisselende groei van de beroepsbevolking; de toe- en afname kende een wat grilliger verloop dan het Nederlands gemiddelde. In 2011 en 2012 lijkt de groei van de beroepsbevolking zich te stabiliseren op ca. 0,5%, vergelijkbaar met het landelijke percentage. De - bescheiden - toename van de beroepsbevolking betreft vooral de leeftijdscategorie 55-65 jaar.

De participatiegraad voor mannen is in Twente stabiel, rond de 76%, net iets beneden het landelijk gemiddelde (78%). De participatiegraad voor vrouwen ligt met 63% eveneens iets onder het gemiddelde (64%).

Het opleidingsniveau van de Twentse beroepsbevolking wijkt nogal af van de gemiddelde situatie in Nederland. Het aandeel hoger opgeleide werknemers is in Twente lager dan in Nederland (31% ten opzichte van 35%). Het lijkt het er echter op dat Twente langzaam naar het Nederlands gemiddelde toegroeit. Het aandeel werknemers met een middelbaar opleidingsniveau in Twente (47% in 2012) daalt sinds de jaren 2007/2008, maar ligt op een hoger niveau dan gemiddeld (43%). Het aandeel lager opgeleide werknemers is al jaren gelijk aan het landelijk gemiddelde (22% in 2012). Twente kent dus relatief minder hoogopgeleide werknemers en meer werknemers met een middelbaar opleidingsniveau, maar lijkt zich te ontwikkelen richting het Nederlands gemiddelde.

15 25 35 45 55 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Verdeling beroepsbevolking naar opleidingsniveau Twente en Nederland

Hoger onderwijs Nederland Middelbaar onderwijs Nederland Lager onderwijs Nederland

Hoger onderwijs Twente Middelbaar onderwijs Twente Lager onderwijs Twente

Werkzame beroepsbevolking (15 - 64 jaar) naar opleidingsniveau Twente (x 1.000)

Jaar Hoger Middelbaar Lager Totaal

2000 60 112 72 244 2001 49 129 74 252 2002 53 121 72 246 2003 57 127 66 250 2004 61 126 59 246 2005 67 125 58 250 2006 67 124 59 250 2007 68 131 61 260 2008 75 135 63 273 2009 73 128 62 263 2010 76 126 59 261 2011 78 125 62 265 2012 80 120 57 257

(15)

17

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Werkgelegenheid

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil.

Bron: Arbeidsmarktprognose Overijssel/Etil.

Waarom is dit belangrijk?

De aanwezigheid van voldoende werk is zeer belangrijk voor een regio, het zegt iets over de mogelijkheden van mensen om een bestaan op te bouwen. De grafieken op deze pagina’s geven alle banen van één uur per week of meer weer, waarbij zowel zelfstandigen als mensen in loondienst (onder wie uitzendkrachten) zijn meegeteld. Werkgelegenheid is onder te verdelen in een viertal sectoren: landbouw, industrie en diensten (commercieel en niet-commercieel). Nog steeds vindt in Nederland een verschuiving van werkgelegenheid plaats van landbouw en industrie naar de dienstensectoren (zowel de commerciële als de niet-commerciële diensten).

Hoe staat Twente ervoor?

Twente volgt de Nederlandse werkgelegenheidscijfers op de voet, waarbij het zich iets meer cyclisch lijkt te gedragen, dus iets hogere groeipieken en diepere dalen kent. Net als in de rest van Nederland is ook hier commerciële dienstverlening de belangrijkste sector qua werk-gelegenheid (43% van alle banen), gevolgd door niet-commerciële dienstverlening (31%). Duidelijk is dat in Twente nog steeds een belangrijke rol is weggelegd voor de industrie (nijverheid: 23%). De verwachting is dat het aandeel in de werkgelegenheid van de dienst-verlenende sectoren hier de komende jaren verder toeneemt ten koste van de sector industrie/nijverheid en de agrarische sector.

3%

23%

43%

31%

Werkgelegenheid naar sectoren Twente 2012

Agrarisch Nijverheid Commercieel Niet-commercieel -2 -1 0 1 2 3 4 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 %

Groei werkgelegenheid Twente en Nederland (2013 e.v. zijn schattingen)

Nederland Twente 0 20.000 40.000 60.000 80.000 100.000 120.000 140.000 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Ontwikkeling werkgelegenheid per sector in Twente (2013 e.v. zijn schattingen)

(16)

18

In 2005 kwam Rolf Vermeij terecht in een groot Europees project van de UT. Tot die tijd had hij wetenschappelijk werk als chemicus gedaan. Al snel werd hem echter gevraagd managementtaken rondom dat project op zich te nemen. ‘Daar had ik meer aardigheid aan. Ik vind het leuk om te verbinden en te net-werken, ik ben toch meer een people manager.’

Niet altijd kwantificeerbaar

‘Normaal heb je vijf tot zeven jaar nodig om een netwerk op te bouwen, maar ik had het ge-luk dat ik via iemand in Brussel snel thuis raak-te in het wereldje. En ik leerde Judith Merkies kennen, PvdA-afgevaardigde in het Europees Parlement. Toen ging het allemaal heel snel. Het voordeel is dat ik als bèta minder concurrenten heb. In 2010 was innovatie voor het eerst echt het sleutelwoord en de Europese Commissie formuleerde dat in de Innovation Union. Het Parlement moest toen een reactie schrijven en bij dat proces was ik betrokken. Daar heb ik dingen in kunnen fietsen. Bijvoorbeeld een definitie van innovatie: ‘innovatie is het suc-cesvol in de praktijk brengen van een nieuw idee’. Zie je dat: innovatie hoeft niet altijd direct kwantificeerbaar in euro’s te zijn! Met Judith Merkies heb ik dat stuk toen geschreven en het kwam ongeschonden door het parlement.’

Vierduizend concurrenten

De meeste bèta’s houden zich bezig met we-tenschap en niet of nauwelijks met manage-ment, politiek of communicatie. Rolf Vermeij wel. Dat maakt hem geschikt om als bemid-delaar op te treden. Er zijn 1.500 lobbyisten in Brussel, er zijn 752 Europarlementariërs en in Brussel werken 23.000 mensen voor de Euro-pese Commissie. Om te midden van deze enor-me aantallen enige invloed te hebben, is een goed netwerk onontbeerlijk. En als je weet dat er in Europa maar liefst vierduizend instellin-gen voor onderzoek en hoger onderwijs zijn, moet je helemaal met een overtuigend verhaal komen. Twee netwerken zijn in dat verband voor Rolf Vermeij heel belangrijk: het Liaison Officer netwerk van de VSNU (Vereniging Samenwerking Nederlandse Universiteiten) en het Europees Consortium van Innovatieve Universiteiten (ECIU): ‘Van het Liaison Offi-cer netwerk ben ik voorzitter. Ik kan helpen om de neuzen dezelfde kant op te krijgen. De tweede club bestaat uit veertien universiteiten zoals de UT: met een soort wederopbouwach-tergrond, vaak technisch, vaak niet gebonden aan tradities en daardoor slagvaardiger. Vanaf 1997 bestaat dat consortium. Dertien jaar voordat innovatie het sleutelwoord werd, was dat al het credo bij het ECIU. Het geeft een sterke positie wanneer je met zijn veertienen

bent. Twee maal per jaar hebben we een gene-ral meeting en de EU-werkgroepen zien elkaar ook twee keer per jaar.’

Uitdagende wetenschap

‘Wat ik nu doe, is beoordelen wat innovatief en kansrijk onderzoek is voor Europese sub-sidie op basis van de inhoud en op basis van de persoonlijkheid van de onderzoeker. Onder-steuning van de wetenschapper die aanvraagt, daarin zou dus mijn meerwaarde moeten zit-ten. De UT heeft een succespercentage van 22% voor Europese onderzoeksaanvragen. Bij de European Research Council, het meest prestigieuze onderdeel van het Zevende Ka-derprogramma, is dat percentage 21%, ruim twee keer het Europees gemiddelde. Dat is een mooi succes.’

Alle ERC-aanvragen gaan langs Rolf Vermeij. ‘Ik geef trainingen en begeleid de aanvragers. Het moet uitdagende wetenschap zijn. De ERC wil graag Europese Nobelprijswinnaars zien. Ik help onderzoekers om zich te profileren en hun idee neer te zetten. In een paar kantjes moet duidelijk worden waarom juist deze on-derzoeker juist dit onderzoek in Twente moet gaan doen. Heel dankbaar werk om die men-sen te begeleiden. Voorbeelden? Die zijn er genoeg. Vanuit de ICT-hoek is er een snellere rekenmethode ontwikkeld voor mobiele

tele-foons, bijvoorbeeld voor Buienradar. Nano-wetenschapper Detlef Lohse is bezig met het kookproces van vloeistoffen. Toepassingen: een nieuwe methode van vaccineren, betere 3D-printmethodes van harde structuren, maar uiteindelijk hopelijk ook organen zoals een nier. Het hoort bij de ERC-Advanced Grant. Dat is de eredivisie van het Europese onder-zoek, zou je kunnen zeggen.’

One Stop Shop for Innovation

De UT werkt relatief veel samen met bedrijven in de regio. Vijftig procent van het Europese onderzoek heeft daarop betrekking. Er lopen in totaal nu 214 projecten waarvan er zo’n 50 getrokken worden door de Universiteit Twen-te. De UT heeft ruim 20 miljoen euro subsidie toegekend gekregen uit de ERC en in totaal meer dan 140 miljoen euro uit het Zevende Kaderprogramma voor onderzoek en techno-logische ontwikkeling. ‘Het Twentse MKB doet het heel goed in de kaderprogramma’s en is vaak betrokken bij de projecten.

Met het ICT-programma eindigen wij als tweede, achter Amsterdam. Wat mij echter zorgen baart, is dat er voor het MKB geen peer learning platform bestaat en geen informatie-voorziening in de buurt. Ik zou regio en pro-vincie willen vragen om een functionaris bij

‘De EU duidelijk maken waarom iemand

dit onderzoek juist in Twente moet doen’

(17)

19

Hij is eigenlijk chemicus, maar ontdekte dat de chemie tussen mensen hem meer boeit dan de zuivere wetenschap. Zo werd Rolf Vermeij (40) Liaison Officer van de Univer- siteit Twente in Brussel. Hij brengt het contact tot stand tussen innovatief onderzoek op de UT en de Europese markt via Brusselse subsidies.

wie je aan kunt kloppen wanneer je als MKB’er expertise nodig hebt bij een subsidieaanvraag. De meest logische kantoorplek is natuurlijk het Kennispark. Iemand die de MKB’er informatie geeft, helpt bij het optuigen van de aanvraag en die helpt bij de administratieve afwikkeling. Een netwerker ook. Het schijnt dat de provin-cie het wel aan het voorbereiden is. Het zou heel goed zijn, iemand met zo’n loketfunctie die een dag in Zwolle zit, een dag in Deventer en een dag in het Kennispark hier: een One Stop Shop for Innovation…’

EU: open atmosfeer

‘Iedereen is trots op Twente maar dat komt nog niet echt naar buiten. We zijn nog veel te bescheiden als ik het vergelijk met andere re-gio’s. Daar moeten we aan werken. Ik ben twee tot drie keer per maand in Brussel en ook twee tot drie keer per maand in Den Haag. Wat ik merk is dat de politiek in Den Haag heel moei-lijk bereikbaar is vergeleken met Brussel. Een Eurocommissaris of een directeur-generaal heb je zo te pakken. Je komt ze tegen in het restaurant. Neem zo’n Wim van de Camp. Die is heel direct benaderbaar. Brussel heeft een heel open atmosfeer en ook in de avonduren kan ik gewoon met ambtenaren spreken. Dat is anders dan in Den Haag. Daar is het om kwart voor vijf afgelopen.’

(18)

20

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Werkloosheid

Bron: UWV WERKbedrijf.

Bron: UWV WERKbedrijf.

Bron: UWV WERKbedrijf.

Bron: CBS/Statline. 0 5 10 15 20 25 30 35 0 100 200 300 400 500 600 700 800 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Twente x 1.000 Nederland x 1.000

Ontwikkeling werkloosheid Twente en Nederland

Nederland Twente 20.000 22.000 24.000 26.000 28.000 30.000 32.000 400.000 450.000 500.000 550.000 600.000 650.000 700.000 750.000

jan '12 feb '12 mrt '12 april '12 mei '12 juni '12 juli '12 aug '12 sep '12 okt '12 nov '12 dec '12 jan '13 feb '13 mrt '13 april '13 mei '13 juni '13 juli '13 aug '13

Nederland

Recente werkloosheid in Twente en Nederland

Nederland Twente 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Werkloosheidpercentage Twente en Nederland

Nederland Twente 8%

58% 34%

Percentage NWW naar leeftijd in Twente, augustus 2013

≤ 24 jaar 25 - 49 jaar 50+

(19)

21

Bron: UWV WERKbedrijf.

Bron: UWV WERKbedrijf.

Waarom is dit belangrijk?

In deze Twente Index is naast het aantal werklozen in Twente ook het percentage werklozen als percentage van de beroepsbevolking weergegeven. Dit werkloosheidspercentage geeft het percentage van de beroepsbevolking weer dat niet wordt (of kan worden) ingezet (de zogeheten niet-werkende werkzoekenden, NWW).

Werkloosheid kan het gevolg zijn van het onvoldoende voorhanden zijn van banen, maar ook van het onvoldoende op elkaar aansluiten van aanwezige en gevraagde kwalificaties van werknemers. Als er te weinig (passende) banen zijn, bemoeilijkt dat de inkomensvorming en economische ontwikkeling. Werkloosheid is daarom een belangrijk uitgangspunt voor over-heden bij het maken van beleid.

Hoe staat Twente ervoor?

In 2012-2013 is het aantal werklozen in Twente sterk opgelopen, tot ruim 30.000 (augustus 2013). De ontwikkeling van de werkloosheid houdt door de jaren heen gelijke tred met die in Nederland, al was het verloop in het eerste halfjaar van 2013 hier iets gunstiger dan in de rest van het land; in Twente zien we een lichte daling en in Nederland een afvlakking van de stijging van het aantal werklozen. Vanaf juni 2013 stijgt echter de werkloosheid in Nederland en in Twente weer.

Het werkloosheidspercentage (volgens de CBS-definitie) is in Twente gestegen tot 6.9% in 2012 en ligt daarmee boven het landelijke percentage. Het werkloosheidspercentage voor de middelbare en hogere beroepen ligt hier wat lager dan het Nederlands gemiddelde, terwijl het voor elementaire en lagere beroepen er iets boven ligt.

De stedelijke gebieden in Twente laten aanzienlijk hogere werkloosheidspercentages zien dan de plattelandsgebieden. De gemeente Enschede kent het hoogste percentage (15,1%), op enige afstand gevolgd door Almelo (10,6%) en Hengelo (8,8%). Opvallend is de sterke stijging in de gemeente Twenterand (van 5,7% in januari 2012 naar 8,6% in januari 2013). Ook de meeste andere plattelandsgemeenten hebben te kampen met een forse stijging van het werk-loosheidspercentage. 21 33 29 17 25 35 28 13 0 5 10 15 20 25 30 35 40

Elementaire beroepen Lagere beroepen Middelbare beroepen Hogere beroepen %

Percentage NWW naar beroepsniveau, augustus 2013

Nederland Twente 0 2 4 6 8 10 12 14 16 %

NWW-percentage per gemeente in Twente, januari 2012 en 2013

2012 2013 Twente Nederland Almelo Borne Dinkelland Enschede Haaksbergen Hellendoorn Hengelo Hof V an Twente Losser

(20)

22

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Regionaal product en arbeidsproductiviteit

Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5 6 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 %

Economische Groei (2009 e.v. zijn schattingen)

Nederland Twente 0 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 60.000 70.000 80.000 90.000 100.000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Arbeidsproductiviteit (BRP/BBP gedeeld door arbeidsvolume)

€ Nederland Twente 0 5.000 10.000 15.000 20.000 25.000 0 100.000 200.000 300.000 400.000 500.000 600.000 700.000 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Bruto Regionaal Product (Twente) en Bruto Nationaal Product (Nederland) (x miljoen €)

Nederland Twente € € 0 5.000 10.000 15.000 20.000 25.000 30.000 35.000 40.000 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Bruto Regionaal Product en Bruto Nationaal Product per inwoner

Nederland Twente

(21)

23

Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. Bron: CBS/Statline. 84 86 88 90 92 94 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 %

Arbeidsproductiviteit in Twente als percentage van de Nederlandse arbeidsproductiviteit

-3 -2 -1 0 1 2 3 4 5 6 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 %

Groei arbeidsproductiviteit Twente en Nederland (2001 = basisjaar)

Nederland Twente 10 11 12 13 14 15 16 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 x 1.000

Gemiddeld besteedbaar inkomen totale bevolking (*1000)

Nederland Twente € 11,5 12 12,5 13 13,5 14 14,5 15

Gemiddeld inkomen van personen Twentse gemeenten 2010 (*1.000)

x 1.000 € Twente Nederland Almelo Borne Enschede Haaksbergen Hellendoorn Deventer Dinkelland Hengelo Hof V

an

Twente Losser

Oldenzaal Rijssen- Holten Tubbergen Wierden

(22)

24

Waarom is dit belangrijk?

Het Bruto Regionaal Product (BRP) is de totale - toegevoegde - waarde van alles wat in de regio aan goederen en diensten wordt geproduceerd. Dit resulteert in het beschikbaar regi-onaal inkomen. Als het BRP door het aantal inwoners wordt gedeeld, geeft het aan hoeveel toegevoegde waarde (inkomen) een regio per inwoner voortbrengt. Door het BRP te delen door het aantal gewerkte uren (arbeidsvolume), krijgen we zicht op de arbeidsproductiviteit in de regio. Dit gegeven zegt iets over de concurrentiekracht van een regio: hoe efficiënt kan een regio goederen en diensten produceren? Omdat het CBS de cijfers over het BRP en de arbeidsproductiviteit pas na enkele jaren vrijgeeft, gaat de reeks slechts tot 2009 of 2010 en is er voor de meer recente jaren sprake van schattingen. Bij de cijfers over BBP, BRP en economische groei moet bovendien de kanttekening worden gemaakt dat het hier gaat om zogenoemde nominale cijfers, waarbij niet is gecorrigeerd voor inflatie.

Hoe staat Twente ervoor?

Het Bruto Regionaal Product (marktprijzen) voor Twente bedroeg in 2010 19,1 miljard euro tegenover een Bruto Nationaal Product van 589 miljard euro. Dat betekent dat 3,2% van de toegevoegde waarde in Nederland in Twente wordt gerealiseerd. Na een lichte economische krimp in Twente in 2009 (-0,3%), is in 2010 is het Bruto Regionaal Product (tegen markt-prijzen) gestegen met 3,5%. De schattingen voor de jaren na 2010 laten echter voor Twente een afname van de groei zien (1,9% voor 2011) die omslaat in krimp (-1,2% voor 2012). Over het algemeen deed Twente het in de periode 2009-2011 wat beter dan Nederland als geheel, maar voor 2012 is de schatting dat de krimp in Twente hoger uitvalt (-1,2% tegen -0,7%). De arbeidsproductiviteit in Twente beweegt zich langzaam naar het niveau dat voor Neder-land als geheel geldt. Dat komt vooral doordat de dip in arbeidproductiviteit die zich in 2009 landelijk voordeed, in Twente geringer was. De arbeidsproductiviteit in Twente ligt nu op bijna 92% van het landelijk gemiddelde. Het besteedbaar inkomen blijft in de regio echter achter bij het landelijke beeld; dit verschil is opvallend stabiel door de jaren heen. Bijzonder is verder dat geen enkele Twentse gemeente het Nederlands gemiddelde besteed-baar inkomen haalt.

(23)

25

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Vestigingen en startende ondernemers

Bron: Kamer van Koophandel Oost Nederland, CBS/Statline.

Bron: Kamer van Koophandel Oost Nederland, CBS/Statline.

Bron: Kamer van Koophandel Oost Nederland.

Bron: Kamer van Koophandel Oost Nederland. 100 120 140 160 180 200 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 %

Groei vestigingen Twente en Nederland (2013: prognose)(1994=100)

Nederland Twente -4 -2 0 2 4 6 8 10 12 14 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 %

Jaarlijkse mutatie aantal vestigingen Twente en Nederland (2013: prognose)

Nederland Twente 52.790 0 10.000 20.000 30.000 40.000 50.000 60.000 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

Aantal bedrijfsvestigingen in Twente 2000-2013

0 1.000 2.000 3.000 4.000 5.000 6.000 2008 2009 2010 2011 2012

Aantal startende ondernemingen (hoofd- en nevenvestigingen) in Twente 2008-2012

Starters hoofdvestigingen Starters nevenvestigingen Starters totaal

(24)

26

Waarom is dit belangrijk?

Het aantal bedrijfsvestigingen in een gebied is een maat voor het ondernemerschap in de regio, en ook voor de aantrekkelijkheid van de regio voor bedrijven van elders. De sterke groei van het aantal bedrijfsvestigingen is een algemeen Nederlandse trend, die voor een deel kan worden verklaard door de toename van het aantal zzp’ers (zelfstandigen zonder perso-neel). Ondanks de financiële en economische crisis blijft het aantal vestigingen in Nederland groeien. Enerzijds gaat het hier om mensen die met een innovatief idee zelfs in moeilijke marktomstandigheden nog kansen zien, anderzijds om mensen die noodgedwongen voor zichzelf beginnen na ontslag uit loondienst. Daarnaast is er een toename van het aantal zzp’ers in diverse dienstverlenende sectoren en in de bouw. Startende ondernemers zijn goed voor de werkgelegenheid en de diversiteit van de economie, omdat de (doorgaans kleine) bedrijven meestal innovatief zijn en zeer flexibel kunnen inspelen op veranderende marktom-standigheden.

Hoe staat Twente ervoor?

Het aantal bedrijfsvestigingen in Twente vertoont ook in 2012 en 2013 groei. Die groei ligt boven het landelijk gemiddelde. Het totaal aantal startende ondernemers daalt echter recent in Twente; vooral het starten van nevenvestigingen in Twente neemt af.

De jaarlijkse mutatie van het aantal vestigingen vertoont een vrij grillig verloop, omdat hierbij naast de vestiging in Twente ook het vertrek uit de regio en faillissementen een rol spelen. Het aantal faillissementen is Twente is in de eerste helft van 2013 fors gestegen, na een daling in de periode 2010/2011, terwijl de stijging voor Nederland juist iets afvlakt. Een lichtpuntje is dat het banenverlies als gevolg van het grotere aantal faillissementen in het eerste halfjaar van 2013 lager uitvalt dan in dezelfde periode in 2012.

Bron: CBS Statline/ Kamer van Koophandel Oost Nederland.

Bron: Kamer van Koophandel Oost Nederland.

100 110 120 130 140 150 160 170 180 190 200 2.500 2.700 2.900 3.100 3.300 3.500 3.700 3.900 4.100

jan t/m juni 2010 jan t/m juni 2011 jan t/m juni 2012 jan t/m juni 2013

T w e n t e N e d e r l a n d

Aantal faillissementen Twente en Nederland 2010-2013 (Nederland 2013 schatting)

Nederland Twente 0 200 400 600 800 1.000 1.200 1.400 1.600 1.800 2.000 0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200

jan t/m juni 2010 jan t/m juni 2011 jan t/m juni 2012 jan t/m juni 2013

Aantal banen

Aantal faillissementen

Aantal faillissmenten Betrokken banen

(25)

27

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Bedrijvigheid en ondernemersactiviteit Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. -40 -30 -20 -10 0 10 20 %

Ontwikkeling omzet Twente en Nederland

Nederland Twente 2009 2010 2011 2012 2013 -50 -40 -30 -20 -10 0 10 20 30 %

Ontwikkeling buitenlandse omzet Twente en Nederland

Nederland Twente 2009 2010 2011 2012 2013 -50 -40 -30 -20 -10 0 10 20 2009 2010 2011 2012 2013 %

Ontwikkeling productie Twente en Nederland

Nederland Twente -30 -25 -20 -15 -10 -5 0 5 10 15 20 %

Verwachting aantal exportorders Twente en Nederland

Nederland Twente

(26)

28

Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. Bron: KvK/COEN. -35 -30 -25 -20 -15 -10 -5 0 5 10 %

Ontwikkeling personeelssterkte Twente en Nederland

Nederland Twente 2009 2010 2011 2012 2013 -20 -15 -10 -5 0 5 10 %

Ontwikkeling concurrentiepositie op de exportmarkt buiten de EU voor Twente en Nederland

Nederland Twente 2009 2010 2011 2012 2013 -20 -15 -10 -5 0 5 10 15 % Nederland Twente

Ontwikkeling concurrentiepositie op de exportmarkt binnen de EU voor Twente en Nederland

2009 2010 2011 2012 2013 -120 -100 -80 -60 -40 -20 0 20 40 60 %

Ontwikkeling ondernemersvertrouwen Twente en Nederland

Nederland Twente

(27)

29

Bron: KvK/COEN.

Waarom is dit belangrijk?

De Conjunctuurenquête (COEN) van de Kamer van Koophandel is een meetinstrument voor de ontwikkeling van bedrijven en de verwachting van ondernemers voor het komende kwartaal. In de COEN zijn diverse cijfers opgenomen over productieontwikkeling, omzetontwikkeling, exportontwikkeling, ontwikkeling in de personeelssterkte en verwachte investeringen. Deze cijfers zeggen iets over het vertrouwen van ondernemers in de toekomstige economische ontwikkelingen, hetgeen een bepaalde voorspellende waarde voor investeringen heeft. De COEN is een kwartaalenquête onder Twentse bedrijven en geeft goed weer in welke richting de economische ontwikkeling in de regio zich volgens het Twentse bedrijfsleven begeeft.

Hoe staat Twente ervoor?

Op een aantal terreinen (productie, omzet, exportorders, personeelssterkte) zijn de verwachtingen van Twentse ondernemers in de meest recente periode (de eerste drie kwartalen van 2013) iets negatiever dan het landelijke beeld. Ten aanzien van de buitenlandse omzet en de concurrentiepositie (zowel binnen als buiten de EU) zijn de ondernemers in Twente echter positiever dan hun collega’s elders in Nederland. Het ondernemersvertrouwen in het algemeen ontwikkelt zich hier op vrijwel dezelfde wijze als gemiddeld in Nederland; het is nog steeds licht negatief, maar vertoont een opgaande lijn. 36% van de Twentse ondernemers voorziet géén belemmeringen voor de productie; onvoldoende vraag wordt door 37% als voornaamste belemmering gezien. 0 10 20 30 40 50 60 70 %

Geen belemmeringen Onvoldoende vraag Tekort aan arbeidskrachten Financiële beperkingen Andere oorzaken

Door Twentse ondernemers ervaren productiebelemmeringen

(28)

30

In 1958 werd de EUREGIO opgericht. Enkele gemeenten aan beide kanten van de grens vonden dat het nodig was om te werken aan Völkerverständigung: meer wederzijds begrip. Maar ook economisch samenwerken. Vooral toen het in de jaren ‘70 helemaal niet goed liep, omdat de textielindustrie, ook in het Duitse grensgebied erg belangrijk, teloor ging. De Nederlandse politicus Alfred Mozer dacht groot-Europees en stelde in 1971 een werkgroep in voor socio-culturele ontmoe-tingen. Daarin zaten mensen met een visie op samenwerking in Euregionaal verband. Die Mozer-commissie bestaat nog steeds. Ze on-dersteunt ontmoetingen op het gebied van cultuur en sport, brengt bejaarden en scho-lieren bij elkaar.

Werken in Duitsland

Elisabeth Schwenzow, directeur-bestuurder van de EUREGIO: ‘Duitsland en Nederland hebben een gemeenschappelijke geschie-denis. Er is een gemeenschappelijk gevoel. We hebben natuurlijk verschillende talen gekregen, Nederlands en Duits, maar vroeger was het dialect de gemeenschappelijke taal. Vroeger was werken over de grens minder complex. Veel textielarbeiders werkten in Nederland of in Duitsland en woonden aan de andere kant. Door alle verschillen in wet- en regelgeving is het ingewikkelder

gewor-den. Op ons kantoor werken zes mensen die permanent advies geven over pensioen, (zorg-)verzekeringen, belastingen in Duits-land en NederDuits-land en de verschillen. Steeds meer Nederlanders vragen om advies. In 2009 was 57% van de vragers Duits tegenover 41% Nederlands, in 2013 was de verhouding 27% om 64%. Steeds meer Nederlanders blijken dus tegenwoordig geïnteresseerd te zijn in een baan in Duitsland.’

3.4 miljoen mensen

De EUREGIO krijgt haar budget van de 129 gemeenten die in het gebied liggen. Het geld is gerelateerd aan het aantal bewoners: 3,4 miljoen (voor tweederde Duits en een derde Nederlands). Aan de Nederlandse kant gaat het om Twente, de Achterhoek en delen van Noord-Oost-Overijssel en Zuid-Oost-Dren-the, in Duitsland Münsterland, Grafschaft Bentheim, Stadt en Kreis Osnabrück en de-len van het zuidelijke Emsland. ‘Het is een veel groter gebied dan veel mensen denken,’ zegt Schwenzow. ‘Aan bijdragen krijgen wij drie ton via de Nederlandse gemeenten bin-nen en zes ton via de Duitse. Via de EU komt er geld bij voor interregionale projecten, de INTERREG-gelden. Wat wij vooral doen, is projecten opzetten om grensoverschrijdend de regionale ontwikkeling te bevorderen, infrastructuur, innovatie, arbeidsmarkt of

toerisme. Economie en cultuur zijn natuurlijk niet onafhankelijk van elkaar. Er zijn nog drie andere Euregio’s die ook onder de INTERREG-regeling vallen. Wij zijn dienstverlener voor onze leden en ook een administratief orgaan om INTERREG-subsidie in de regio te verdelen.’

Verschillen zijn leuk

‘Op het gebied van innovatie werken de UT en de universiteit en de Fachhochschule van Münster al samen via een INTERREG-traject. Dan gaat het om medisch-technologische ontwikkelingen als telemedicine, waardoor bijvoorbeeld het meten van de bloeddruk op afstand mogelijk wordt. Waar de EUREGIO als intermediair voor innovatieve samenwerking op kan treden, doet zij dat. Wij denken dat angst voor concurrentie niet nodig is. We hebben lang genoeg met de ruggen naar el-kaar gestaan. Soms blijft het best lastig om mensen met de neus dezelfde kant op te krij-gen. Hoe gaat het bijvoorbeeld in de komen-de jaren verkomen-der met het grensoverschrijkomen-denkomen-de toerisme? We zijn op dit moment samen be-zig om hierop een antwoord te vinden. Er zijn natuurlijk nog steeds verschillen. Het is nog steeds zo dat Duitsland hiërarchischer is dan Nederland. Je en jij zeggen is in Nederland veel gewoner. Maar jonge Duitsers denken al veel minder dat hun Vorgesetzter de nieuwe god is hoor… Het polderen van Nederlanders

‘Economie is

ook een gevoel’

(29)

31

is een kwaliteit, maar het kan ook

beslissin-gen vertrabeslissin-gen. Afijn, we moeten ook niet te voorzichtig zijn, die verschillen zijn leuk en het een is niet beter dan het ander.’

Achterhoek

‘In de Achterhoek is men bezig met grens-overschrijdend werken. Er is een vast burge-meestersoverleg Achterhoek-Kreis Borken en er vinden nu uitwisselingen plaats van amb-tenaren die een dag kijken hoe er gewerkt wordt aan de andere kant van de grens. Op het moment is in onderzoek of een spoorlijn Winterswijk-Borken-Münster haalbaar is en ook wordt gediscussieerd over een grens-overschrijdend bedrijventerrein.’

Vertekenende cijfers

We leggen Elisabeth Schwenzow maar eens wat EUREGIO-cijfers voor. Over bevolkings-groei, beroepsbevolking, vergrijzing, Bruto Regionaal Product, werkloosheidspercen-tage en aantal bedrijfsvestigingen. ‘In de Achterhoek daalt de bevolkingsomvang. Dat is in Duitsland nog niet aan de orde, maar vergrijzing is natuurlijk een probleem. In dorpjes in de EUREGIO komen steeds minder winkels, minder artsen, het openbaar ver-voer wordt minder. Neem het ziekenhuis van Gronau. Hier wordt over de oprichting van een kinderafdeling gesproken, omdat ouders

nu met hun zieke kind naar Bocholt of Coesfeld moeten. Veel dichterbij is natuurlijk het Medisch Spectrum Twente in Enschede. De burgemeester van Gronau onderzoekt hoe er samengewerkt zou kunnen worden. Dat is ingewikkeld door verschillen in zorgver-zekering, in taal en door medische kwesties: besmettingsgevaar met de MRSA-bacterie bijvoorbeeld. Die bacterie kunnen patiënten uit Duitsland, waar de kans op een besmet-ting hoger is, meebrengen het ziekenhuis in.’

Krimp

‘Het gevolg van de krimp is dat het aantal vakmensen ook daalt, vooral in het Duitse MKB. We moeten gezamenlijk talenten ont-wikkelen, talenten behouden en talenten aantrekken. En dan praat ik niet alleen over academici. Neem medewerkers van kinder-dagverblijven.

In Nederland is de subsidie flink verminderd, minder ouders maken gebruik van het kin-derdagverblijf. Er is dus een overschot aan kdv-medewerkers. In Duitsland is er een tekort. In de Kreis Borken ligt het werk-loosheidspercentage op 4,2% (juni 2013), in Gelderland op 7,2% en in Overijssel op 8,2% in het eerste kwartaal van 2013. Daar moet je wel meteen bij aantekenen dat er in Nederland en Duitsland anders gemeten

wordt. Wie in Duitsland geen werk heeft maar wel een voorbereidende cursus of op-leiding volgt, staat niet als werkloze te boek. In Nederland wel. Dat geeft een rooskleuriger beeld voor Duitsland. Het aantal bedrijfsves-tigingen in Duitsland lijkt ook flink hoger dan in Nederland, maar ook dat geeft een vertekend beeld. Wie als particulier zelf zijn zonnepanelen op het dak legt, een windmo-len bouwt of een biogasinstallatie installeert, moet zich inschrijven als bedrijf.’

Half vol glas

‘Wat zijn goede en wat zijn slechte cijfers? Het valt me wel vaak op dat Nederlanders ze momenteel vaak somberder interpreteren dan de Duitsers. Bij jullie is het glas vaker half leeg… Of ik een bruggenbouwer ben? Ik hoop het. Ik zie kansen en ik vind dat je die moet pakken. Problemen moet je oplossen. Het is belangrijk dat je open en vriendelijk tegen-over elkaar staat. Als je samenwerkt, moet je goed met elkaar kunnen opschieten. Over vijf jaar? Dan hebben we, denk ik, heel veel meer structurele samenwerking tussen Duitsland en Nederland. De EUREGIO ziet het als haar taak om een soort Euregionale ont-wikkelingsmaatschappij te zijn. Dan zijn wij over vijftig jaar niet meer nodig… Ja, dan doen we het goed: als we onszelf overbodig maken.’

In Glanerbrug, precies op de grens van Nederland en Duitsland, staat het kantoor van de EUREGIO. Sinds 2013 onder leiding van de econome dr. Elisabeth Schwenzow, bruggenbouwster pur sang. Ze vindt dat Nederlanders, anders dan Duitsers, momen-teel de neiging hebben de cijfers somberder te interpreteren dan reëel. ‘Maar’, zegt ze, ‘ik wil niet als een allesweter overkomen hoor!’

(30)

32

I

Mens & Inkomen, Bedrijvigheid

Woningmarkt Bron: NVM 2013. Bron: NVM 2013. Bron: NVM 2013. Bron: NVM 2013. 0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 2010-1 2011-1 2012-1 2013-1

Nederland (x100) Almelo-Tubbergen Enschede-Hengelo

Aantal transacties per kwartaal

1.000 1.200 1.400 1.600 1.800 2.000 2.200 Transactieprijs per m2 € 2010-1 2011-1 2012-1 2013-1

Nederland Almelo-Tubbergen Enschede-Hengelo

100 120 140 160 180 200 220 240 2010-1 2011-1 2012-1 2013-1 x 1.000 €

Nederland Almelo-Tubbergen Enschede-Hengelo

Transactieprijs per woning

100 110 120 130 140 150 160 170 180

Verkooptijd (in dagen)

2010-1 2011-1 2012-1 2013-1

(31)

33

Bron: Coelo 2013. Bron: Coelo 2013.

0 100 200 300 400 500 600 700 800 900

Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden Twentse gemeenten 2013

€ Twente Haaksbergen Nederland Almelo Dinkelland Twenterand Borne Hellendoorn Enschede Hengelo Hof V an Twente Losser Oldenzaal Rijssen- Holten Tubbergen Wierden -5 0 5 10 15 20 25 %

Procentuele verandering gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden 2013 (ten opzichte van 2009)

Twente Haaksbergen Nederland Almelo Dinkelland Twenterand Hellendoorn Enschede Hengelo Hof V an Twente Losser Oldenzaal Rijssen- Holten Tubbergen Wierden Borne

(32)

34

Waarom is dit belangrijk?

De beschikbaarheid van goede, betaalbare woonruimte wordt gezien als een elementaire en noodzakelijke voorwaarde voor de leefbaarheid van een regio. De woningmarkt in zowel de koop- als de huursector is in Nederland een sterk gereguleerde markt, waarop tal van regelingen van toepassing zijn. Te denken valt aan de hypotheekrenteaftrek, huurtoeslag en andere regelingen met betrekking tot huur- en koopwoningen. Als gevolg hiervan vindt soms geen goede afstemming plaats tussen vraag en aanbod.

Niet alleen de beschikbaarheid en prijzen van woningen zijn bepalend voor de woonlasten, ook lokale belastingen en voorzieningen spelen een rol. Deze verschillen nogal per gemeente en kunnen de vestigingskeuze van huishoudens beïnvloeden.

Hoe staat Twente ervoor?

Het aantal transacties op de woningmarkt blijft ook in Twente dalen. De verkoopprijzen van woningen liggen ruim onder het landelijk gemiddelde, zowel naar woning bezien als per m2. Wel zien we in de NVM-regio Almelo-Tubbergen een stabilisatie van de transactieprijs per woning en volgt de regio Enschede-Hengelo wat meer het landelijke - dalende- beeld. Iets soortgelijks geldt voor de gemiddelde verkooptijd (in dagen): in de regio Enschede-Hengelo is deze vrijwel gelijk aan het landelijk gemiddelde, maar in de regio Almelo-Tubbergen daalt de verkooptijd en ligt deze duidelijk onder het landelijke cijfer.

De woonlasten in Twente liggen net iets hoger dan in de rest van het land. De verschillen tussen de Twentse gemeenten zijn echter groot. In zeven gemeenten liggen de woonlasten boven het landelijk gemiddelde. Koploper in de regio is de gemeente Hof van Twente, terwijl de woonlasten in Rijsen-Holten het laagst zijn. De woonlasten zijn in Twente in 2013 met ruim 6% gestegen ten opzichte van 2009, hetgeen iets lager is dan in de rest van het land. In 2013 zijn (vergeleken met 2009) de woonlasten het sterkst gestegen in de gemeenten Hof van Twente en Haaksbergen (ruim 19%).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Regio Zuidoost Brabant stimuleert met dit project het gebruik van zonne-energie en levert hiermee een belangrijke bijdrage aan de realisatie van de doelen die gesteld zijn in zowel

Omdat deelnemers vanaf de eerste dag minder gaan betalen (kosten voor afbetaling lening zijn lager dan bedrag huidige energierekening), hoeft dit geen belemmering voor deelname

Krediet: aanspraak bestaande uit een door de Gemeente te verstrekken krediet als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht ten behoeve van het aanbrengen,

Voor de aansturing van het project wordt een Ambtelijke Werkgroep geformeerd, die wordt begeleid door een Stuurgroep. Deze Stuurgroep wordt samengesteld uit de.

Omdat er geen aanwijzingen zijn dat deze verhoogde waarden zijn veroorzaakt door een lokale (diffuse) bron, zijn de uitbijters niet uit de dataset verwijderd. De uitbijters

•Meningsverschil tussen trajectbegeleider en consulent: wanneer is klant klaar voor werk. •Maak goede afspraken

Hoewel zowel werkgevers, werknemers als werkzoekenden baat hebben bij het matchen op skills, is dat niet voldoende om ook voor alle kwetsbare groepen de afstand tot de arbeidsmarkt

Vervolgens is een scan gemaakt van deze eigenschappen van de ondergrond in het onderzoeksgebied en worden aan de hand daarvan conclusies getrokken of er realistische mogelijkheden