• No results found

Bufferstroken op grasland om de stikstofbelasting van het oppervlaktewater te verminderen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bufferstroken op grasland om de stikstofbelasting van het oppervlaktewater te verminderen"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

P L A T F O R M

Bufferstroken op grasland

om de stihtofbelasting van

het oppervlaktewater te

verminderen

IR. C. VAN BEEK, ALTERRA

IR. J. C O N I J N . PLANT RESEARCH INTERNATIONAL D R . I R . M. H E I N E N , ALTERRA

P R O F . D R . I R . O. O E N E M A , ALTERRA

De belasting van het oppervlaktewater met stikstoj en fosfaat uit de landbouw bedraagt naar schat-ting ongeveerde hel/t van de totale belasschat-ting. Het huidige mestbeleid is erop gericht om de belasschat-ting door de landbouw drastisch te verminderen, maai'de effectiviteit van veel maatregelen is met duide-lijk. Experimenteel onderzoek is een tijdrovende bezigheid. Het doorrekenen van de effecten van verschillende maatregelen met simulatiemodellen gaat veel sneller, waarbij vervolgens een selectie van veelbelovende maatregelen experimenteel ivordtgetoctst. lu ceugezamcnlijk project van Alterra

en Plant Research International is ecu model ontwikkeld waarmee maatregelen ter vermindering

van de stikstof en fosfaatbelasting van het oppervlaktewater kunnen worden doorgerekend. In deze studie wordt een eenvoudige

situ-atie geanalyseerd; de stikstofbelasting van het oppervlaktewater van een perceel met een onbemeste strook (bufferstrook) langs de slootrand. De simulatieberekeningen laten zien dat deze bufferstroken zorgen voor een lagere stikstofbelasting van het oppervlakte-water. Ze tonen ook aan dat nitraatuitspoeling slechts een fractie is van de totale hoeveelheid stikstof in omloop. De stikstofbelasting van het oppervlaktewater in de situatie met bufferstroken was na twee jaar met 20 procent afgenomen ten opzichte van de oorspronke-lijke situatie. Dit effect bleek echter beïnvloed te zijn door een zekere aanlooptijd van de bufferstrook. Per kilo toegediende mest was de bufferstrook pas in het tweedejaar effectief. Met het simulatiemodel FUSSIM2-CNGRAS kunnen nog tal van andere strategieën worden doorgerekend voor stikstof en fosfaat. In samenspraak met onder meer waterbeheer-ders, boerenorganisaties en landbeheetders lijkt het genoemde simulatiemodel bruikbaar om strategieën ter vermindering van de stik-stof- en fosfaatbelasting van het oppervlakte-water te ontwerpen.

De concentraties stikstof en fosfaat in het oppervlaktewater liggen in grote delen van Nederland te hoog. Ze leiden tot excessieve algenbloei en vervolgens tot verstikking van het watermilieu. De landbouw is hiervoor medeverantwoordelijk. Er zijn reeds veel

maatregelen genomen om de stikstof- en fosfaat-uitstoot uit de landbouw te verminde-ren. Maar vooralsnog lijken die niet het beoogde effect te bereiken. Nieuwe maat-regelen zijn in ontwikkeling, maar het is moeilijk om het effect van een bepaalde maat-regel op voorhand in te schatten. Het gebruik van simulatiemodellen kan daarbij een hulp-middel zijn.

Recentelijk is door Alterra en Plant Research International een model ontwikkeld dat een volledig bodem-gewas-systeem simu-leert. Dit model is tot stand gekomen door een koppeling tussen een bodemfysisch model (FUSSIMz) en een grasland-managementmo-del (CNGRAS). Door deze koppeling is het mogelijk geworden om het effect in stikstofbe-lasting van het oppervlaktewater van verschil-lende beheersmaatregelen door re rekenen. Het bodemfysisch model is reeds met succes toegepast in de glastuinbouw en de akker-bouw.

Het bodemfysische model is een tweedi-mensionaal simulatiemodel voor watertrans-port, Stoffentranswatertrans-port, wortelopname van water en nutriënten in verzadigde-onverza-digde, poreuze media. Het grasland-manage-mentmodel is geschikt voor koolstof- en stik-stofstromen op perceelsschaal. In dit model wordt tevens de organische stof dynamiek in de bodem gesimuleerd, die met name voor stikstof een belangrijke rol speelt.

Ter illustratie van het model is een eenvoudige situatie geanalyseerd: de stikstof-belasting van het oppervlaktewater bij aan- en afwezigheid van een bufferstrook op een gras-landperceel. Daartoe is gewerkt met een fictief perceel van 12 metet breed op een zandgrond. Op twee meter diepte bevindt zich een ondootlatende laag waatdoor geen transport kan plaatsvinden. Vetder wordt zeven keer per

Aft). 1: Het modclpro/ïcl en de beschouwde processen schematisch weergegeven.

, bufferstrook

depositie

neerslag transpiratie

bemesting

Vervluchtiging

t

verdamping

N

2

0 en N

2

gras

6 m

* H20 14/15-2000

(2)

P L A T F O R M

jaar uitsluitend gemaaid tussen half april en half oktober. Bemesting vindt steeds drie dagen na iedere oogst plaats; na de laatste oogst wordt niet bemest. Een bemesting bestaat uit 46 kg stikstof in gelijke delen verdeeld over nitraat en ammonium.

Het beschouwde perceel is schematisch weergegeven in afbeelding 1. Onderscheid is gemaakt tussen de bovenste 30 cm en de

ondergrond. De bovengrond heeft andere fysi-sche eigenschappen dan de ondergrond. Aan weerszijden van het perceel is een sloot van 1,30 m diep. In verband met symmetrie kan volstaan worden met de simulatie van een half perceel. In de afbeelding komt de rechterzijde dus overeen met het midden van het profiel.

In deze studie zijn twee berekeningen

A/b. 2: Nitraatuitspoelincj naar sloot [links] en nitraatuitspoeling naar sloot per kilo toegediende mest (rechts).

20% met bufferstrook 2 0.08 c 1 0.06 jË a 0.04

I

% 0.02 -0 O zonder bufferstrook U met bufferstrook

jaar 1 jaar 2 jaarl jaar 2

Aft), y. Nirraatvcrdeling aan het begin van de simulatie (boven), na eenjaar (midden] en tweejaar (onder) voorde situatie zonder bujjerstrook (links) en met bufferstrook (rechts). Aan de linkerzijde ligt de sloot (wit].

N03-N (mg/l)

afstand (cm)

Massabalans van het bodem-gewas-systeem met en zonder bujjerstrook in het tweedejaar (kilo per hectare).

In Uit zonder buffer-strook met buffer-strook zonder buffer-strook met buffer-strook

NO, NH4 NO, NH4 NO, NH4 NO, NH4

bemesting 160 160 117 117 opname* 352 356 286" 325 mineralisatie - 369 - 345 nitrificatie - 213 - 178 depositie - 42 - 42 denitrificatie 2 2 1 1 nitrificatie 213 - 178 - uitspoeling naar opper-vlaktewater 16 o 10 o accumulatie 3 0 - 3 0 Totaal 373 571 295 504 Totaal 373 571 294 504

'Opname' staat voor de totale opname door de plant (dus ook niet-oogstbare gedeelten).

gemaakt: één met volledige bemesting en één met een onbemeste strook langs de sloot van anderhalve meter breed. Bij de berekeningen is ervan uitgegaan dat de stikstofconcentratie van het slootwater nul is, zodat bij infiltratie van slootwater geen stikstof wordt toegevoegd aan de bodem. Uitspoeling van nutriënten is beschouwd als belasting van het oppervlakte-water. De berekeningen werden voor twee jaar uitgevoerd, waarbij dagelijks de weersgege-vens van 1988 werden ingelezen. Dit jaar is gekozen, omdat 1988 een vrij gemiddelde neerslag(verdeling) heeft. Voorafgaand aan de berekeningen werd het model twee jaar door-gerekend (zonder bufferstrook) om een initiële stikstofverdeling te bepalen. Ook hierbij werden de weersgegevens van 1988 gebruikt.

Het effect van een bepaalde maatregel wordt meestal aangegeven als een (procentu-ele) reductie in de totale nitraatbelasting per jaar. In het geval van een bufferstrook is de totale bemesting echter lager dan in de refe-rentiesituatie (bij een gelijke bemestingsin-tensiteit), wat sowieso al leidt tot een vetmin-derde belasting. Een andere methode is om het effect van een bufferstrook uit te drukken als nitraatbelasting per kilo bemesting per jaar. Deze methode houdt wel rekening met een lagere mestgift m de situatie met buffer-strook, maar geeft minder inzicht in de grootte van de belasting. Om zoveel mogelijk inzicht in de resultaten te krijgen, zijn in deze studie beide methoden toegepast.

Resultaten

In afbeelding 2 is zowel het verloop van de nitraatbelasting (links) als de nitraatbelasting per kilo mest per jaar (rechts) weergegeven voor twee jaar. Uit de linketafbeelding blijkt dat verreweg het meeste nitraat in de periode oktober-maart uitspoelt. De bufferstrook reduceerde de totale nitraatuitspoeling met 20 procent ten opzichte van de referentiesituatie, maar dit effect kan voor het grootste deel toegeschreven worden aan het tweedejaar. De nitraatbelasting per kilo bemesting viel in het eerste jaar hoger uit voor de situatie met bufferstrook dan voor de referentiesituatie. In het tweedejaar was de nitraatbelasting per kilo bemesting wel lager in de situatie met bufferstrook dan in de referentiesituatie en werd een reductie bereikt van zeven procent (rechterafbeelding).

Discussie

Uit bovenstaande blijkt dat het effect van een bufferstrook veel minder groot is als reke-ning wordt gehouden met de lagere mestgift. Bovendien heeft een bufferstrook een aanloop-tijd van tenminste eenjaar. Voor die aanloop-tijd is de bufferstrook weinig effectief en leidt zelfs tot een hogere belasting per kilo toegediende

(3)

P L A T F O R M

mest. Dit komt omdat initieel dezelfde hoeveelheid stikstof uitspoelt in beide situ-aties, maat in de situatie met bufferstrook doot een lagere mestgift wordt gedeeld. De bufferstrook heeft pas effect als de concentra-tieverdeling in de bodem zich heeft aangepast, zodanig dat de concentratie aan de tand van de sloot laag is.

In afbeelding 3 is de ruimtelijke verdeling van de nitraatconcentratie weergegeven aan het begin van de simulatie fboven), na één jaar (midden) en na twee jaar (onder). Links staat de situatie zonder bufferstrook afgebeeld en rechts de situatie met bufferstrook. Uit deze afbeelding blijkt duidelijk dat een buffer-strook leidt tot een andere nitraatverdeling met aan de rand van de sloot een lage nittaat-concentratie, wat leidt tot een verminderde uitspoeling.

Nitraatuitspoeling is slechts een fractie van de massabalans van het totale systeem. In de tabel is de massabalans weergegeven voor het tweedejaar. Doordat uitspoeling slechts

een kleine post is op de balans, zullen onzeker-heden in andere balansposten leiden tot grote verschillen in de berekende nitraatuitspoeling. Bovendien leidt een bufferstrook niet alleen tot een lagere belasting van het oppervlakte-water, maar ook tot een lagere droge stof opbtengst (niet in tabel opgenomen). De opbrengst was ongeveer zes procent lager in de situatie met bufferstrook dan in de teferentie-situatie voor beide jaren.

Conclusie

Deze voorbeeldberekening laat zien dat het aanleggen van bufferstroken tot een sterke vermindering leidt van de absolute stikstofuit-spoeling door grasland op zandgrond. Per kilo toegediende mest is de vetmindering echter veel kleiner. De uitspoeling van stikstof naar her oppervlaktewater is slechts een fractie op de stikstofbalans van het totale bodem-gewas-systeem, waardoor de onzekerheid van de uitkomsten groot is.

L I T E R A T U U R

ComjnJ. (2000). Description oja grassland management model /or C and N jlows at Jield scale (in voorbereiding). De VosJ. en M. Heinen [1999). Afstemming van de organische

bemesting op variatie in ruimte en tijd. Rapportage van Lovittkhocve-experimenten in 199&.

Heinen M. en P. de Willigen {1998}. FUSSIM2: A two-dimen-sional simulation model jor water jlow, solute transport and root uptake of water and nutrients in partly unsatura-ted porous media. Quantitative approaches in Systems

Analysis 20., DLO Research Institute/or Aerobiology and

Soil Fertility and the CT. de Wit Graduate School for Production Ecology.

Hemen M. {199/}. Dynamics 0/watet and nutrients m closed, recirculating cropping systems in glasshouse horticulture. Proefschrift Landbouwuniversiteit Wagmingcn.

Van Beck C. en M. Heinen f2000). Strategieën voor

verminde-ring van N-belasting van het oppervlaktewater. Een verkennende studie naar de mogelijkheden van een gecom-bineerdgebruik van de simulatiemodellen FUSSIM2 en CNGRAS. Rapport zo, Alterra.

WöstenJ., G. Veerman enj. Stolte (1954). Waterretentie- en doorlarendlieidskarakteristieken van boven- en ondergron-den tn Nederland: de Staringreeks. Technisch Document 18, Staring Centrum. advertentie E G B E r k e n d kivua k i w a

&L

Had je maar...

alles van bodem, grondwater tot bron in één hand!

Wij, de specialisten van Haitjems nemen graag en deskundig de totale

zorg voor bodem, watervoorziening en waterwininstallatie van u op ons, en houden deze voor u in de hand.

Grondboor-bedrijf Haitjema B.V is gespecialiseerd in:

• diepe boringen • onderhoud • waterwinputten • bodemonderzoek

• energieopslag • bronbemaling

grondboorbedrijf

haitjema b.v.

Wisseling 10, Postbus 109, 7700 AC Dedemsvaart tel.:0523-612061 fax:0523-615950 e-mail: info@haitjema.nl internet:

CONTINUE BEWAKING MET

ZELFLEGENDE MONSTERNEMERS!

Belangrijkste k e n m e r k e n :

• G e c on d i t i o n e e r d e monsteropslag in 12 of 16 glazen fle • Automatisch legen en spoelen van de fles met het oudste

monster

• Uiterst eenvoudige bediening, Nederlandstalig m e n u

G u n s t i g geprijsd / £ \ t VEGA Industriële Automatisering, Algolweg 15, 3821 BG Amersfoort.

INDUSTRIËLE AUTOMATISERING Postbus 210, 3800 AE Amersfoort, Tel.: 033-4502502, Fax: 033-4561414, e-mail info@vega-nl.com G e e n o m k i j k e n n a a r

Bent u o p zoek naar c o n t i n u e m o n s t e r n a m e volgens het d r u k / v a c u ü m - o f d o o r s t r o o m p r i n c i p e ? D a n is d e V E G A M O N 9 8 / S P 1 / Z voor u de oplossing. U beschikt bij een eventuele calamiteit altijd over een vers m o n s t e r voor analyse, zonder er naar o m te hoeven kijken.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gebruik deze optie wanneer u een complete werkbon, buiten de automatische synchronisatie, direct wenst te exporteren. Vereisten voor

Er wordt antwoord gegeven op de deelvragen één (Wat zijn de doelstellingen voor het lange termijn beleid van de sector Financial Services?), twee (Waar worden medewerkers op

In 2007 is een nieuwe versie van de bestrijdingsmiddelenatlas (2.0) gemaakt, die voldeed aan de nieuwe eisen voortkomend uit de Kaderrichtlijn Water (KRW). In de nieuwe versie van

Voor professionals in de praktijk is onderzoekend vermogen essentieel, zoals ook betoogd wordt in de ook in deze editie opgenomen recensie van het boek Onderzoekend vermogen in

_______ ______ - bijvoorbeeld prairiehonden graven _____________ in de aarde in welke zij zich voor roofdieren kunnen verbergen. een

Dit onderzoek heeft als resultaat een beheerinstrument dat inzicht geeft in de koppeling tussen beleidsdoelen op strategisch niveau en conditieparameters voor uitvoering van

Deze cor- relatie toont een statistisch verband aan tussen de misconceptie waarbij negatieve snelheid en versnelling niet worden onderkend enerzijds en de volgende vaardigheden op

The mapping tells Moduflow how to aansform the MODFLOW cel1 data to DUFLOW nodes data and DUFLOW section data to MODFLOW cel1 data.. NOTE: The tables can be modified by the