• No results found

Vraag nr. 135 van 28 maart 2002 van mevrouw SONJA BECQ

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 135 van 28 maart 2002 van mevrouw SONJA BECQ"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 135 van 28 maart 2002

van mevrouw SONJA BECQ

Nieuwe OCMW-boekhouding – Implementatierap-port

In oktober 2001 was de eindversie klaar van een rapport dat Stoop Consult BVBA maakte voor de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten in opdracht van het Ministerie van de Vlaamse Ge-m e e n s c h a p, afdeling We l z i j n . Dit rapport behandelt de problemen inzake de implementatie van de nieuwe OCMW-boekhouding (NOB).

Het rapport is gebaseerd op de bevindingen van de experimenteerbesturen inzake NOB, die in 1998, 1999 en 2000 van start gingen met dit nieuwe be-heers- en beleidsinstrument.

Deze besturen hebben af te rekenen met een falen-de software en er is nood aan een aantal minimale k w a l i t e i t s s t a n d a a r d e n . Dienaangaande beweegt er echter weinig.

1. Welke aanbevelingen zijn er in het rapport terug te vinden ?

2. Wat zijn de conclusies die door de V l a a m s e overheid worden getrokken uit dit rapport en de vermelde knelpunten ?

3. Welke acties heeft de Vlaamse overheid reeds ondernomen om een einde te maken aan de problemen inzake formalisering en falende soft-ware ?

Wordt hierbij onder meer gebruikgemaakt van kwaliteitslabels voor software ?

4. Kan de minister een exemplaar van het rapport bezorgen ?

Antwoord

Alvorens te antwoorden op de concrete vragen van de Vlaamse volksvertegenwoordiger wil ik het be-trokken rapport even situeren.

In de loop van 2001 is aan de OCMW's die met het nieuwe OCMW-beleidsinstrumentarium (de NOB) gestart zijn in 1998, 1999 en 2000, de mogelijkheid geboden om in provinciale forums hun ervaringen met de NOB onderling uit te wisselen.

Zij zijn daarbij onder meer begeleid geworden door een consultant. Deze heeft in oktober 2001 een gecompileerd detailrapport afgeleverd van de e r v a r i n g e n , a a n d a c h t s p u n t e n ,t i p s, a a n b e v e l i n g e n en valkuilen zoals deze geïnventariseerd zijn in de verschillende provinciale werkgroepen. Dit rapport is eind 2001 verspreid onder de besturen die heb-ben deelgenomen aan de forums. Het is sedert fe-bruari 2002 integraal beschikbaar op de NGOB-website (http://binnenland.vlaanderen.be/ngob) (NGOB : Nieuw Gemeente- en OCMW-beleid – red.).

Op basis van het gedetailleerd rapport is ook een samenvatting gemaakt van bestuurlijke lessen en conclusies omtrent de NOB en haar implementatie in de OCMW's.

Op de concrete vragen van de Vlaamse volksverte-genwoordiger kan ik als volgt antwoorden.

1. Een ingrijpende en omvangrijke hervorming als de NOB biedt uiteraard de mogelijkheid tot het geven van heel wat aanbevelingen. Naast alge-mene conclusies omtrent het NOB-concept, komen in het rapport onderwerpen aan de orde als : ontwikkelingstraject van de NOB, v e r w a c h-tingspatroon bij de betrokkenen, toezicht en ex-terne audit, financiële informatiestromen en I C T-ondersteuning van de OCMW's, N O B - o n-dersteuning vanuit de Vlaamse overheid en t a a k s t e l l i n g, r e s u l t a a t s s t u r i n g, p r e s t a t i e p l a n n i n g en verantwoording (ICT : informatie en com -municatietechnologie – red.).

Het is niet mogelijk om hier op elk van deze aanbevelingen in te gaan. Ik zal mij dan ook be-perken tot de twee aandachtspunten die de Vlaamse volksvertegenwoordiger in haar vraag-stelling naar voren schuift : formalisering en in-f o r m a t i s e r i n g. Zij komen aan bod bij vragen 2 en 3, die ik hierna gezamenlijk beantwoord. 2 en 3. Ik neem aan dat de Vlaamse

(2)

wijze kan worden geïmplementeerd en dat de implementatie van het totale concept een meer-jarig ontwikkelings- en leertraject is.

Ik kan die aanbeveling bijtreden en ben daarom zo vrij te verwijzen naar de volgende passage uit de omzendbrief van 18 mei 2000 betreffende de invoering van de NOB.

"Het NOB is een bijzonder ingrijpende hervor-m i n g. Van een bestuur kan niet worden ver-wacht dat het op de datum van inwerkingtre-ding reeds alle facetten van het NOB gereali-seerd heeft, doch wel de basiselementen. Het is voor de besturen niet mogelijk om vooraf hun administratieve organisatie, inclusief het opstel-len van een administratief handboek, de uit-bouw van een intern controlesysteem en de in-terne audit volledig op punt te stellen. Het orga-nisatorische is een groeiproces van meerdere jaren en eindigt in se nooit. Veel van deze in-strumenten zijn momenteel trouwens nog in o n t w i k k e l i n g. Verder is de NOB-regelgeving ka-d e r s c h e p p e n ka-d . Zij bieka-dt aan elk bestuur veel ruimte voor eigen invulling. dat brengt mee dat de eigen dynamiek van elk bestuur dient te wor-den gerespecteerd."

Met betrekking tot informatisering wordt in het rapport vastgesteld dat de informatiesystemen en ICT-ondersteuning voor de NOB sterk ach-terblijven ten opzichte van wat vandaag ver-wacht mag worden van hedendaagse ICT. In het rapport wordt daarop gepleit voor een centraal gefinancierd en gecoördineerd initiatief, w a a r b i j gedacht wordt aan een startfinanciering vanuit de Vlaamse overheid.

Ik wens in dit verband op te merken dat infor-matica-aangelegenheden een zaak zijn tussen de OCMW's als geresponsabiliseerde besturen en hun leveranciers. Daarom lijkt het mij niet aan-gewezen om vanuit de Vlaamse overheid een centraal gefinancierd en gecoördineerd initiatief op te zetten.

4. U i t e r a a r d . Ik bezorg een exemplaar van het rapport en de samenvattende bestuurlijke les-sen als bijlage.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Aan de bepalingen zoals ze vandaag omschre- ven zijn in hoofdstuk IV van het thuiszorgde- creet werd inderdaad vooralsnog geen uitvoe- ring gegeven.. Na de evaluaties van

In antwoord op een vraag van mevrouw Yo l a n- de Avontroodt van 13 februari 2001 heeft de fe- derale minister bevoegd voor Maatschappelijke I n t e g r a t i e, de heer Johan

Enkele maanden geleden diende ik samen met een aantal CD&V-collega's een voorstel van decreet in tot opheffing van de leeftijdsgrens voor de hulp- middelen in het kader van

Na de beslissing van de Vlaamse regering om het Bloso-centrum in Dilbeek af te stoten, b e- vestigde de gemeente bij brief van 2 februari 1998 ook haar principiële interesse voor

Vlaams minister van Financiën en Begroting, I n n o- vatie, Media en Ruimtelijke Ordening.

Artikel 1, § 2, 9° van het besluit van de Vlaamse re- gering (BVR) van 12 oktober 1988 tot bepaling van de attesten die in aanmerking worden geno- men om een ernstige handicap

Als bijlage 2 vindt de Vlaamse volksvertegen- woordiger de lijst van alle Vlaamse gemeenten met de verhouding van het aantal sociale huur- woningen ten opzichte van het

Op welke wijze worden via de middelen van het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Per- sonen met een Handicap plaatsen voor jonge- ren gecreëerd, rekening houdende met het feit