NL
NL
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 15.6.2015 COM(2015) 295 final
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds
1. VOORWOORD
Het elfde Europees Ontwikkelingsfonds (EOF)1 is op 2 maart 2015 in werking getreden. Overeenkomstig artikel 63 van Verordening (EU) 2015/323 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds2 blijft de procedure van het tiende EOF van toepassing voor de tweede afroeping van 2015 voor alle aangelegenheden in verband met de bijdragen van de lidstaten die onder de in artikel 63 genoemde artikelen vallen. De nieuwe procedure zal voor de eerste keer gelden voor de eerste tranche van 2016, zoals bepaald in artikel 63 van Verordening (EU) 2015/323.
Overeenkomstig artikel 7, lid 3, van het Intern Akkoord3 en artikel 57, leden 3 en 4, van het financieel reglement van het tiende EOF4 presenteert de Commissie in dit document de ramingen van de vastleggingen, betalingen en de bijdragen voor de begrotingsjaren 2015 en 2016, waarbij rekening wordt gehouden met de ramingen van de Europese Investeringsbank (EIB) voor de investeringsfaciliteit.
In deze mededeling komen de stand van de financiële uitvoering van de EOF's (het achtste, negende en tiende EOF en de overbruggingsfaciliteit5) in 2014 en de ramingen voor de uitvoering in 2015-2016 aan de orde.
De bijdragen voor de instrumenten van het negende en tiende EOF die door de EIB worden beheerd (investeringsfaciliteit en rentesubsidies), worden door de lidstaten rechtstreeks aan de EIB overgemaakt. Voor alle overige instrumenten (met inbegrip van instrumenten die vroeger door de EIB werden beheerd, zoals risicokapitaal en rentesubsidies) geldt dat de bijdragen aan de Commissie worden gestort.
2. INLEIDING
De Commissie en de EIB hebben voor alle landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS) en de landen en gebieden overzee (LGO) de ramingen van de vastleggingen en betalingen voor 2015 en 2016 bijgewerkt. Met name de ramingen van de betalingen zijn bedoeld om enerzijds de lidstaten te helpen zo precies mogelijke bedragen te reserveren op hun nationale begroting, en anderzijds om te garanderen dat er voldoende financiële middelen voor het EOF beschikbaar zijn, zodat er geen kastekorten ontstaan.
Overeenkomstig artikel 7 van het Intern Akkoord over het tiende EOF6 en artikel 57, lid 5, van het financieel reglement7 zullen deze ramingen in de mededeling van oktober 2015 worden herzien.
1 Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020, overeenkomstig de ACS-EU- partnerschapsovereenkomst, en betreffende de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn (PB L 210 van 6.8.2013, blz. 1).
2 Verordening (EU) 2015/323 van de Raad van 2 maart 2015 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds (PB L 58 van 3.3.2015, blz. 17).
3 Intern akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Gemeenschap binnen het meerjarig financieel kader voor 2008-2013 voor de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst en de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van deel vier van het EG-Verdrag van toepassing zijn (PB L 247 van 9.9.2006, blz. 32).
4 Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad van 18 februari 2008 inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds.
5 Besluit (EU) 2013/759 van de Raad.
Onderstaande grafiek geeft een algemeen beeld van de ontwikkeling van de vastleggingen en betalingen in het verleden en de verwachte ontwikkelingen voor 2015-2016 (Commissie en EIB).
Brutovastleggingen en betalingen: ontwikkeling 1999-2016 (in miljoen euro)8 Stand van de uitvoering van de Europese Ontwikkelingsfondsen op 31 december 2014 (vastleggingen, betalingen en financiële situatie).
In de bijlagen 1, 2 en 3 worden respectievelijk de vastleggingen, betalingen en financiële situatie in 2014 weergegeven en vergeleken met de ramingen van oktober 20149.
6 Intern Akkoord inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds (PB L 247 van 9.9.2006, blz. 32).
7 Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad van 18 februari 2008 inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds.
8 De bedragen voor 2015-2016 zijn ramingen.
9 2014/0298 (NLE).
3. FINANCIËLE RAMINGEN VOOR 2015-2016(IN MILJOEN EURO)
In onderstaande tabel zijn de vastleggingen, betalingen en bijdragen geactualiseerd volgens de meest recente ramingen.
Ramingen 2015 -2016 (*) 2015 2016
Vastleggingen
Commissie 3 552 4 663
EIB 830 850
Totaal 4 382 5 513
Betalingen
Commissie 3 103 3 468
EIB 430 450
Totaal 3 533 3 918
Bijdragen
Commissie 3 200 3 350
EIB 200 200
Totaal 3 400 3 550
* Brutobedragen, dat wil zeggen vóór aftrek van annuleringen en vorderingen. Deze aanpak strookt met die welke wordt toegepast voor de algemene begroting van de Unie.
4. NIET-BINDENDE RAMING VAN DE BIJDRAGEN VOOR 2017-2018(IN MILJOEN EURO) Ramingen 2017 -2018 (*) 2017 2018
Bijdragen
Commissie 3 450 3 500
EIB 200 170
Totaal 3 650 3 670
* Artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) nr. 567/2014 inzake het financieel reglement van de overbruggingsfaciliteit: niet-bindende prognose, op basis van een statistische aanpak, voor de verwachte jaarlijkse bedragen van de bijdragen voor de jaren n+3 en n+4.
5. FINANCIËLE UITVOERING IN 2014 EN RAMING VOOR 2015 EN 2016
De geactualiseerde ramingen zijn opgenomen in de bijlagen 1 tot en met 3.
Ten opzichte van de ramingen van het besluit van de Raad van november 201410 is de raming van de bijdragen van de lidstaten aan het totaalbedrag voor de Commissie met 200 miljoen euro naar beneden bijgesteld.
De daling van de in 2015 af te roepen bijdragen hangt samen met het recordbedrag aan betalingen dat de Commissie in 2014 uit het EOF heeft verricht. Het extra bedrag dat de Commissie heeft afgeroepen in verband met deze extra betalingen, werd gecompenseerd met lagere bedragen voor de EIB-bijdrage en de lage vastleggingen in 2014 in het kader van de overbruggingsfaciliteit.
Het maximumbedrag van de bijdragen van de lidstaten voor 2016 wordt geraamd op 3 350 miljoen euro voor de Commissie en 200 miljoen euro voor de EIB, waarvan 100 miljoen euro af te roepen in het kader van het tiende EOF en 100 miljoen euro in het kader van het elfde EOF.
10 Raadsdocument 14563/14 – Besluit van de Raad van 10 november 2014.
Aangezien het om voorlopige ramingen gaat, moeten deze cijfers met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Na de zomer zullen nieuwe, meer betrouwbare ramingen door de Commissie en de EIB worden opgesteld. Deze ramingen zullen worden gepresenteerd in de mededeling van oktober.
Bijlage 1: Brutovastleggingen in 2014, ramingen voor 2015 en 2016 (in miljoen euro)
2014 2015 2016
COM okt
2014
feiten 2014
COM okt 2014
herziening juni 2015
COM okt 2014
herziening juni 2015
Regio
Oost-Afrika 60 30 625
West-Afrika 338 160 966
Centraal-Afrika 330 227 692
Caribisch gebied 0 0 0
Stille Oceaan 7 3 7
Zuidelijk Afrika 238 149 368
Subtotaal 973 569 2 658
Overige
Vredesfaciliteit 325 281 692
Water- en energiefaciliteit 0 0 0
Overige (*) 315 310 201
Subtotaal 640 0 893
Totaal Europese Commissie 1 613 1 160 4 663 3 552 4 663 4 663
Investeringsfaciliteit 730 532 750 750 800 770
Rentesubsidies 80 72 80 80 80 80
Totaal EIB 810 604 830 830 880 850
TOTAAL Commissie + EIB 2 423 1 764 5 493 4 382 5 543 5 513
Brutovastleggingen, dus zonder aftrek van annuleringen.
* Inclusief ondersteunende uitgaven voor bijvoorbeeld gemeenschappelijke instanties en het ACS-secretariaat.
Bijlage 2: Brutobetalingen in 2014, ramingen voor 2015 en 2016 (in miljoen euro)
2014 2015 2016
COM okt
2014
feiten 2014
COM okt 2014
herziening juni 2015
COM okt 2014
herziening juni 2015
Regio
Oost-Afrika 478 495 426
West-Afrika 894 927 761
Centraal-Afrika 425 440 334
Caribisch gebied 205 213 209
Stille Oceaan 65 67 71
Zuidelijk Afrika 391 405 389
Subtotaal 2 458 2 548 2 191
Overige
Vredesfaciliteit 363 385 373
Water- en energiefaciliteit 71 72 71
Overige (*) 557 576 468
Subtotaal 991 1 033 912
Totaal Europese Commissie 3 449 3 581 3 400 3 103 3 468 3 468
Investeringsfaciliteit 330 290 390 350 420 370
Rentesubsidies 80 72 80 80 80 80
Totaal EIB 410 362 470 430 500 450
TOTAAL Commissie + EIB 3 859 3 943 3 870 3 533 3 968 3 918
Brutovastleggingen, dus zonder aftrek van annuleringen.
* Inclusief ondersteunende uitgaven voor bijvoorbeeld gemeenschappelijke instanties en het ACS-secretariaat.
Bijlage 3: Financiële situatie in 2014, ramingen voor 2015 en 2016 en niet-bindende ramingen voor 2017 en 2018 (in miljoen euro)
COM okt 2014 1 herziening juni 2015
Commissie EIB TOTAAL Commissie EIB EIB-IFE 6 TOTAAL
Saldo 31/12/2013 1 655 224 879 655 224 879
2014
Bijdragen lidstaten voor 2014: 3 144 106 3 250 3 144 106 3 250
1e tranche 2 000 2 000 2 000 2 000
2e tranche 850 106 956 850 106 956
3e tranche 294 0 294 294 294
In 2013 ontvangen bijdragen voor 2014 -304 -304 -304 -304
In 2014 ontvangen bijdragen voor 2015 228 228
Terugvloeiende middelen 2 250 250 226 226
Terugvorderingen, rente en overige 100 100 65 65
Totaal betalingen 3 -3 449 -410 -3 859 -3 581 -362 -3 943
Saldo 31/12/2014 4 146 170 316 207 194 0 401
2015
Bijdragen lidstaten voor 2015: 3 400 200 3 600 3 200 200 3 400
1e tranche 1 500 50 1 550 1 500 50 1 550
2e tranche 1 050 100 1 150 850 100 950
3e tranche 850 50 900 850 50 900
Terugvloeiende middelen 2 200 200 250 250
In 2014 ontvangen bijdragen voor 2015 -228 -228
Terugvorderingen, rente en overige 100 100 100 100
Totaal betalingen 3 -3 400 -470 -3 870 -3 103 -385 -45 -3 533
Saldo 31/12/2015 246 100 346 176 259 -45 390
2016
Bijdragen lidstaten voor 2016: 3 350 250 3 600 3 350 100 100 3 550
Terugvloeiende middelen 2 200 200 220 220
Terugvorderingen, rente en overige 100 100 100 100
Totaal betalingen 3 -3 468 -500 -3 968 -3 468 -400 -50 -3 918
Saldo 31/12/2016 228 50 278 158 179 5 342
2017 Bijdragen lidstaten voor 2017 5 3 450 200 3 650 3 450 140 60 3 650
2018 Bijdragen lidstaten voor 2018 5 3 500 170 3 670 3 500 100 70 3 670
1 Beschikbare bedragen voor operationele doeleinden.
2 Nettobeheersvergoedingen EIB.
3 Inclusief rentesubsidies in verband met eerdere EOF’s.
4 Exclusief: i) op 31.12.2014 ontvangen cofinanciering, ii) ontvangsten die nog niet zijn toegewezen aan de specifieke EOF-post, iii) speciale fondsen Democratische Republiek Congo.
5 Artikel 21, lid 2, van het financieel reglement: indicatieve, niet-bindende prognose, op basis van een statistische aanpak, voor de bijdragen voor de jaren n+3 en n+4.
6 MD nr. 041/15 ACS van 23.4.2015 - Nota nr. (…) aan de leden van ACS-Werkgroep. Gezien de aard van de impactfinancieringsenveloppe (waaraan 500 miljoen euro is
toegewezen) en het expliciete verzoek van de lidstaten om hiervan een apart fonds te maken, zal de EIB in 2016 ook fondsen uit het 11e EOF afroepen om de bijdrage van de lidstaten aan de
impactfinancieringsenveloppe op de juiste manier te kunnen toewijzen.
Bijlage 4: Geraamde bijdragen 2015 van de lidstaten (in euro)
LIDSTATEN Verdeelsleutel 10e EOF
1e tranche 2e tranche 3e tranche
Totaal EIB Totaal
Commissie Totaal 2015 EIB 10e
EOF
Commissie 10e EOF
EIB 10e EOF
Commissie 10e EOF
EIB 10e EOF
Commissie 10e EOF
OOSTENRIJK 2,41 1 205 000 36 150 000 2 410 000 20 485 000 1 205 000 20 485 000 4 820 000 77 120 000 81 940 000
BELGIË 3,53 1 765 000 52 950 000 3 530 000 30 005 000 1 765 000 30 005 000 7 060 000 112 960 000 120 020 000
BULGARIJE 0,14 70 000 2 100 000 140 000 1 190 000 70 000 1 190 000 280 000 4 480 000 4 760 000
CΥΡRUS 0,09 45 000 1 350 000 90 000 765 000 45 000 765 000 180 000 2 880 000 3 060 000
TSJECHIË 0,51 255 000 7 650 000 510 000 4 335 000 255 000 4 335 000 1 020 000 16 320 000 17 340 000
DENEMARKEN 2,00 1 000 000 30 000 000 2 000 000 17 000 000 1 000 000 17 000 000 4 000 000 64 000 000 68 000 000
ESTLAND 0,05 25 000 750 000 50 000 425 000 25 000 425 000 100 000 1 600 000 1 700 000
FINLAND 1,47 735 000 22 050 000 1 470 000 12 495 000 735 000 12 495 000 2 940 000 47 040 000 49 980 000
FRANKRIJK 19,55 9 775 000 293 250 000 19 550 000 166 175 000 9 775 000 166 175 000 39 100 000 625 600 000 664 700 000 DUITSLAND 20,50 10 250 000 307 500 000 20 500 000 174 250 000 10 250 000 174 250 000 41 000 000 656 000 000 697 000 000
GRIEKENLAND 1,47 735 000 22 050 000 1 470 000 12 495 000 735 000 12 495 000 2 940 000 47 040 000 49 980 000
HONGARIJE 0,55 275 000 8 250 000 550 000 4 675 000 275 000 4 675 000 1 100 000 17 600 000 18 700 000
IERLAND 0,91 455 000 13 650 000 910 000 7 735 000 455 000 7 735 000 1 820 000 29 120 000 30 940 000
ITALIË 12,86 6 430 000 192 900 000 12 860 000 109 310 000 6 430 000 109 310 000 25 720 000 411 520 000 437 240 000
LETLAND 0,07 35 000 1 050 000 70 000 595 000 35 000 595 000 140 000 2 240 000 2 380 000
LITOUWEN 0,12 60 000 1 800 000 120 000 1 020 000 60 000 1 020 000 240 000 3 840 000 4 080 000
LUXEMBURG 0,27 135 000 4 050 000 270 000 2 295 000 135 000 2 295 000 540 000 8 640 000 9 180 000
MALTA 0,03 15 000 450 000 30 000 255 000 15 000 255 000 60 000 960 000 1 020 000
NEDERLAND 4,85 2 425 000 72 750 000 4 850 000 41 225 000 2 425 000 41 225 000 9 700 000 155 200 000 164 900 000
POLEN 1,30 650 000 19 500 000 1 300 000 11 050 000 650 000 11 050 000 2 600 000 41 600 000 44 200 000
PORTUGAL 1,15 575 000 17 250 000 1 150 000 9 775 000 575 000 9 775 000 2 300 000 36 800 000 39 100 000
ROEMENIË 0,37 185 000 5 550 000 370 000 3 145 000 185 000 3 145 000 740 000 11 840 000 12 580 000
SLOWAKIJE 0,21 105 000 3 150 000 210 000 1 785 000 105 000 1 785 000 420 000 6 720 000 7 140 000
SLOVENIË 0,18 90 000 2 700 000 180 000 1 530 000 90 000 1 530 000 360 000 5 760 000 6 120 000
SPANJE 7,85 3 925 000 117 750 000 7 850 000 66 725 000 3 925 000 66 725 000 15 700 000 251 200 000 266 900 000
ZWEDEN 2,74 1 370 000 41 100 000 2 740 000 23 290 000 1 370 000 23 290 000 5 480 000 87 680 000 93 160 000
VERENIGD KONINKRIJK 14,82 7 410 000 222 300 000 14 820 000 125 970 000 7 410 000 125 970 000 29 640 000 474 240 000 503 880 000 TOTAAL EU-27 100,00 50 000 000 1 500 000 000 100 000 000 850 000 000 50 000 000 850 000 000 200 000 000 3 200 000 000 3 400 000 000
