Vraag nr. 166 van 27 mei 2005
van de heer JAN PENRIS
De Lijn – Huuropzeg hoofdzetel
Tot voor kort betrok De Lijn een pand in de Mechelse Elektriciteitsstraat. De Lijn huurde dit pand van verhuurder Kredietbank en betaalde daar omgerekend in oude Belgische frank 54 miljoen per jaar voor.
Doordat men de huur niet of laattijdig opzegde, eist de verhuurder dat de huursom gedurende driejaar betaald blijft.
1. Klopt deze informatie?
2. Welke bestemming geeft De Lijn alsnog aan dit pand?
3. Welke stappen worden ondernomen om het ver-spilde geld te recupereren?
4. Wie is verantwoordelijk voor mogelijke juridi-sche blunders in dit dossier?
Werden zij reeds ter verantwoording geroepen? Antwoord
1. De informatie vermeld in de betreffende vraag klopt niet. Het pand aan de Elektriciteitsstraat te Mechelen waarnaar wordt verwezen, betreft een stelplaats van De Lijn.
De hoofdzetel bevond zich tot 2004 aan de Hendrik Consciencestraat la en 1 b. De ICT-afdeling was gehuisvest aan de Coxiestraat, Coördinatie Exploitatie aan het Mercierplein te Mechelen.
2. Zoals hierboven gemeld is de vestiging aan de Elektriciteitsstraat een stelplaats, die nog steeds deze bestemming heeft.
3. In het kader van het verhuizen van de hoofd-zetel, ICT en Coördinatie Exploitatie naar één gezamenlijk pand is geen geld verspild.
– De vier hierboven genoemde panden werden alle gehuurd, van diverse verhuurders.
– Om redenen van financiële doelmatigheid werd vanaf 2002 gezocht naar een moge-lijkheid om deze huurformule te vervangen door een formule met eigendomsverwerving. Hierdoor worden, in plaats van te blijven huur betalen aan derden, middelen aangewend om vaste activa op te bouwen.
– In het kader van het groeiende takenpakket zou, zo werd correct ingeschat, in de komende jaren ook het personeelsaantal toenemen, wat een uitbreiding van de capaciteit van de hoofdzetel hoe dan ook noodzakelijk maakte. Bij ongewijzigde aanpak zou dit huur van nog bijkomende oppervlakte nodig hebben gemaakt.
– Bovendien werd gezocht naar meer efficiëntie en organisatorische functionaliteit door het samenbrengen van de over vier verschillende gebouwen verspreide diensten.
– Een vergelijking tussen de basiskosten voor de kantooroppervlakte tussen een uitgebreide kantoorruimte aan de Consciencestraat en de nieuwe kantoren aan de Motstraat viel - vóór onderhaneling en afhankelijk van de beno-digde oppervlakte - met 2,5 tot 3,0 procent per jaar in het voordeel van de Motstraat uit. In absolute termen gaat het, gerekend aan 6.000 vierkante meter, om een minderuitgave van 22.817 euro per jaar.
– Na de beslissing van de Raad van Bestuur van 18 juni 2002 om de centrale diensten voortaan te huisvesten in een nieuw kantoorgebouw aan de Motstraat is actief gewerkt in de rich-ting van een wederverhuring van de kantoren. Bovendien werd in de verkoopovereenkomst van de nieuwe kantoren een forfaitaire tussen-komst van de verkoper in de huur bedongen, indien geen wederverhuring zou gerealiseerd worden. De huurovereenkomst voor het pand aan het Mercierplein is inmiddels al ruim een jaar geleden - op 30/04/04 - afgelopen.
van Binnenlandse Zaken (Federale Politie Mechelen) waarbij de panden op de short-list zijnopgenomen. Vanuit De Lijn zijn in dit verband via de gemandateerde makelaar reeds vier opeenvolgende verhuurvoorstellen aan de Regie der Gebouwen overgemaakt. De onderhandelingen en besluitvorming duren echter aanmerkelijk langer dan verhoopt. De minister heeft op 01/10/2004 een brief gericht aan de federale minister van Binnenlandse Zaken, om aan te dringen op een qua inzet van gemeenschapsmiddelen zo gunstig moge-lijke beslissing.