• No results found

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

© havovwo.nl

- www.havovwo.nl - www.examen-cd.nl

2 Vierkanten

5. Voor de lengte van AE geldt |AE| = cos α, en voor de lengte van OA geldt

|OE| = sin α. De lengte van OE is dus gelijk aan |OE| = |OA| + |AE| = sin α + cos α. Invullen van α =16π geeft

|OE| = sin 1 6π



+ cos 1 6π



=1 2 +1

2

√ 3.

Aangezien OET S een vierkant is is de oppervlakte van OET S gelijk aan

 1 2+1

2

√ 3

2

= 1 4+ 2 ·1

4

√ 3 +3

4 = 1 +1 2

√ 3.

6. Uit de gelijkvormigheid kun je concluderen dat |P Q||CR| =|GQ||GR|. Uit de vorige opgave weet je dat de zijde van vierkant OET S gelijk is aan sin α + cos α.

Hiermee, en met behulp van figuur 2, kun je de lengte van CR uitrekenen:

|CR| = |ET | − |EH| = sin α + cos α − 1.

Op soortgelijke wijze vind je |GQ| en |GR|:

|GQ| = |OE| + |EF | = sin α + cos α + 1,

|GR| = |GH| + |CT | = 1 + sin α.

Invullen geeft nu:

|P Q|

|CR| =|GQ|

|GR|,

|P Q|

sin α + cos α − 1 =sin α + cos α + 1 1 + sin α ,

|P Q| =(sin α + cos α − 1)(sin α + cos α + 1)

1 + sin α .

7. Hiervoor gebruik je de rekenregels sin2α + cos2α = 1 en 2 sin α cos α = sin(2α). Dit geeft:

|P Q| = sin2α + cos2α + 2 sin α cos α − 1

1 + sin α ,

= 1 + sin(2α) − 1 1 + sin α ,

= sin(2α) 1 + sin α.

8. Uit figuur 2 is duidelijk dat de hoogte van P maximaal is als |P Q| maxi- maal is. Om deze maximale hoogte te vinden heb je de afgeleide van |P Q|

nodig. Hiervoor gebruik je de kettingregel en de quoti¨entregel.

|P Q|0(α) = (1 + sin α) · cos(2α) · 2 − sin(2α) · cos α

(1 + sin α)2 .

|P Q| is maximaal als |P Q|0(α) = 0. Om uit te vinden voor welke α dit gebeurt voer je de volgende formule in in de Ti-84 plus:

y1= (1 + sin x) · cos(2x) · 2 − sin(2x) · cos x

(1 + sin x)2 .

Calc zero geeft nu α = x ≈ 0, 67 rad.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De stelling van de hoek tussen koorde en raaklijn zegt dat ∠ADB

[r]

[r]

Je wilt nu uitrekenen voor welke a deze lengte gelijk is

Om vierkant ABCD is een derde vierkant OETS getekend met horizontale en verticale zijden.. Schrijf je antwoord

Eerst schrijf je de functie in de vorm

Vanwege de in de vorige opgave bewezen gelijkzijdig- heid van 4BCD geldt ook |CD|

Je wilt weten bij welke x de breedte van het ei nog meer gelijk is aan de breedte van het ei bij x = 4, 3 cm.. Dit doe je met