Vraag nr. 257
van 22 september 2000
van mevrouw PATRICIA CEYSENS Rusthuisanimatoren – Subsidiëring
De huidige regering besteedt heel wat aandacht aan de kwaliteit van het leven.
Het rusthuisbeleid is in de afgelopen jaren echter nogal sterk terechtgekomen in de medische sfeer. Heel wat aandacht ging naar kwalitatieve medische v e r z o r g i n g, ongetwijfeld vanwege het steeds groter wordende aandeel van zorgbehoevenden onder de rusthuisbewoners.
Evenwel groeit opnieuw het besef dat het rusthuis voor zijn bewoners een thuis moet zijn. Dat brengt mee dat rusthuisbeheerders beseffen dat bejaarden nood hebben aan meer dan enkel een goede zorging en hulp bij het aankleden, het zich ver-plaatsen, het eten.
Vandaar de steeds groeiende aandacht voor anima-tie van rusthuisbewoners. Bovendien moet worden opgemerkt dat de verplichting om een deskundige in de animatie en activatie in dienst te hebben vanaf een opnamecapaciteit van 25 bewoners, e e n erkenningsnorm is die wordt opgelegd door de Vlaamse overheid sinds 1985. Een subsidiëring is er vooralsnog niet.
Gelet op het feit dat de verplichte indienstneming van een animator enkel een Vlaamse verplichting i s, valt niet te verwachten dat er via het Riziv-f o r-fait voor animatie een tegemoetkoming in het loon van deze mensen zal komen. (Riziv : R i j k s i n s t i t u u t voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering)
1. Is de verplichte indienstneming van een anima-tor in een rusthuis houdbaar indien daartegen-over geen verloning staat vanwege de V l a a m s e overheid ?
2. Is een tegemoetkoming in de verloning van de animator haalbaar tijdens deze legislatuur ?
Antwoord
1. Het decreet van 5 maart 1985 inzake de erken-ning van de ouderenvoorzieerken-ningen bepaalt dat in rusthuizen voor meer dan 25 maar minder van 50 bewoners, in een halftijdse betrekking van deskundige in animatie en activatie dient te worden voorzien. Vanaf 50 bewoners en verder per groep van 50 bewoners dient in een
bijko-mende halftijdse betrekking te worden voor-zien.
Het decreet van 5 maart 1985 voorziet niet in w e r k i n g s s u b s i d i e s, enkel in investeringssubsi-dies (er wordt momenteel onderzocht of de re-gularisering van de DAC-statuten een subsidië-ring van de functie logistieke hulp mogelijk kan maken).
De zorgkosten van de rusthuizen worden ge-deeltelijk gefinancierd door het Riziv. De loon-kosten van de animator en alle andere niet-me-dische kosten worden door de bewoner betaald door middel van dagprijs. De gemiddelde dag-prijzen voor de Vlaamse rusthuizen liggen tus-sen de 1.400 tot 1.500 frank per dag, wat onge-veer een maandelijks bedrag geeft van 42.000 tot 45.000 frank (exclusief erelonen geneeshe-ren, medicatie).
Het is bekend dat, in verhouding tot het gemid-delde inkomen, de rusthuizen in toenemende mate financieel ontoegankelijk worden voor zorgbehoevende ouderen. De zorgverzekering beoogt hier enig soelaas te brengen. Een subsi-diëring van de animatiefunctie zou de rusthui-zen de mogelijkheid bieden om de dagprijs te verlagen.
2. De animatiefunctie heeft de laatste jaren een diepgaande ontwikkeling doorgemaakt. E e n animator is niet meer uitsluitend een organisa-tor van ontspanningsactiviteiten, maar veeleer een coach die medewerkers en vrijwilligers be-geleidt in het optimaal tegemoetkomen aan de individuele noden en verwachtingen van de re-s i d e n t e n . Ik heb dit procere-s gere-stimuleerd door het financieren van wetenschappelijk onder-zoek met betrekking tot de animatiefunctie. Bij de realisatie van een geactualiseerd decreet op een geïntegreerd ouderenbeleid zal zeker de vraag naar nieuwe aangepaste eenduidige kwa-lificatienormen voor en subsidiëring van de ani-matiefunctie aan bod komen.
De totale kostprijs van de subsidiëring naar rato van 100 % wordt geraamd op 653 miljoen. I k ben hierbij uitgegaan van het brutoloon voor een personeelslid met tien jaar anciënniteit bin-nen het barema 225.B in het paritair comité 305.02.