• No results found

Overtuigend basisonderwijs

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Overtuigend basisonderwijs"

Copied!
51
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

0

Meester van der Brugschool M. Clantstraat 20

8551 NL Woudsend tel. : 0514-591627 e-mail : Mrvdb@palludara.nl

mrvdbinfo@palludara.nl Website:

www.mrvdbrugschool.nl Facebook: Twitter:

Overtuigend basisonderwijs

(2)

1

CBS

"Meester van der Brugschool"

Schoolgids

Schooljaar 2020 – 2021

De Meester van der Brugschool is onderdeel van Stichting Palludara, stichting voor Christelijk onderwijs in de gemeente Súdwest-Fryslân

Overtuigend basisonderwijs

St. Palludara, Roodhemsterweg 7, IJlst - 0515-531826

Meester van der Brugschool M. Clantstraat 20

8551 NL Woudsend

Tel.: 0514-591627

E-mail : mrvdb@palludara.nl

E-mail : mrvdbinfo@palludara.nl (algemeen) Website: www.mrvdbrugschool.nl

Facebook: www.facebook.com/mrvdbrugschool Twitter: @mrvdbrugschool

(3)

2

1. Inhoudsopgave

1. Inhoudsopgave ... 2

2. Voorwoord ... 4

3. Onze school ... 5

4. Waar de school voor staat. ... 6

4.1. Identiteit ... 6

4.2. Missie Meester van der Brugschool: ... 6

4.3. Kernwaarden ... 6

4.4. Visie ... 7

SAMEN – LEREN – LEVEN met vaardigheden uit de 21e eeuw. ... 7

Pedagogisch klimaat ... 7

Didactisch klimaat ... 8

Zorgzame aandacht voor diversiteit ... 8

School in samenwerking met ouders en de omgeving ... 8

4.5. Relatie school-ouders/verzorgers ... 8

4.6. Zorg voor de gebouwen en leefomgeving ... 8

4.7. Brede School ... 8

4.8. De organisatie van de Stichting Palludara ... 10

Missie stichting Palludara ... 10

Visie stichting Palludara... 10

Motto Stichting Palludara: Ons onderwijs doet elke parel glanzen. ... 11

Ambitie ... 11

4.9. Geledingen ... 11

De medezeggenschapsraden (MR) ... 11

De ouderraad ... 11

De Activiteitencommissie ... 11

De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) ... 11

5. Schoolorganisatie ... 12

5.1. Algemeen ... 12

5.2. Activiteiten voor de kinderen ... 12

Zelfstandig werken ... 12

Werken in groep 1 en 2 ... 13

Werken in de groepen 3 t/m 8 ... 15

5.3. Onze kwaliteit ... 21

Organisatie ... 22

Resultaten ... 22

6. De zorg voor de leerlingen ... 23

6.1. Aanmelding en opvang van nieuwe leerlingen in de school ... 23

6.2. De Interne Begeleider (IB’er): ... 24

6.3. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school ... 24

6.4. Palludara en Passend Onderwijs ... 25

6.5. Passend onderwijs en Schoolondersteuningsprofiel ... 26

Inleiding ... 26

Samenvatting Palludara ... 27

Samenvatting Meester van der Brugschool ... 27

(4)

3

6.6. Hulp aan kinderen die zorg behoeven (onze zorglijn) ... 28

Wat doen we als de ontwikkeling van de kinderen anders verloopt? ... 28

De Plusbus ... 30

6.7. Intern Zorgoverleg ... 30

6.8. Toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen ... 31

6.9. De overgang van de kinderen naar het voortgezet onderwijs... 31

Plaatsingswijzer VO ... 32

Eindtoets en Schoolkeuze ... 32

Uitstroom 19/20 ... 33

6.10. Jeugdgezondheidszorg ... 33

6.11. Hoofdluis ... 34

6.12. Rookvrij schoolterrein ... 34

7. De leraren ... 35

7.1. Personeel ... 35

7.2. Vervanging ... 35

7.3. Stagiaires ... 35

8. De ouders ... 36

8.1. Het belang van de betrokkenheid van de ouders ... 36

8.2. Contact School - Ouders ... 36

8.3. Informatie vragen ... 36

8.4. De Activiteitencommissie (A.C.) ... 37

8.5. Schoonmaak ... 37

8.6. Oud papier ... 37

9. Verzekeringen ... 37

10. Regeling school- en vakantietijden ... 38

10.1. Continurooster en schooltijden ... 38

10.2. Vakantiedata ... 39

10.3. Eten en drinken ... 39

Trakteren met Verjaardagen ... 39

Pauze ... 39

10.4. Leerplicht en verlofregeling ... 40

Wat betekent leerplicht precies? ... 40

Wie is leerplichtig? ... 40

Mag je je kind zo maar thuis houden van school? ... 40

Wie houdt zich bezig met het toezicht op de naleving van de leerplichtwet? ... 40

Verlofregeling ‘andere gewichtige omstandigheden’ ... 41

Verlofregeling in verband met vakanties ... 41

11. Klachtenregeling ... 42

12. Diversen ... 44

12.1. Medezeggenschapsraad ... 46

12.2. Kinderopvang (bron: Thuis bij Thea) ... 48

13. Namen en adressen ... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 13.1. Personeel: ... 49

13.2. Ouderraad: ... 50

13.3. Medezeggenschapsraad: ... 50

13.4. Activiteitencommissie: ... 50

(5)

4

2. Voorwoord

Woudsend, juli 2020,

Geachte ouder(s), verzorger(s),

Hierbij bieden wij u onze schoolgids voor het schooljaar 2020-2021 aan.

Deze schoolgids biedt u de mogelijkheid om kennis te maken met CBS De Meester van der Brugschool, een basisschool met een christelijke identiteit.

Als een gids leidt dit boekje u door de kenmerken, methoden, organisatie, activiteiten, gegevens, adressen en mededelingen die het komend schooljaar van belang zijn om er kennis van te nemen.

Voor ouders van nieuwe leerlingen is deze schoolgids meestal de eerste kennismaking met de school.

We hopen dat door het lezen ervan, een beeld van De Meester van der Brugschool zal ontstaan.

In deze gids leggen wij verantwoording af over de inhoud en werkwijze van de school. We hopen dat deze gids u een helder beeld van onze school zal geven. Naast onze schoolgids verwijzen wij graag naar onze website én de website van www.scholenopdekaart.nl waar u meer informatie krijgt over

leerlingenaantallen, resultaten en de kwaliteit van onze school.

U kunt natuurlijk ook altijd een afspraak maken om onze school te bezoeken en de mensen die hier werken te ontmoeten. Onze deur staat altijd open. Eventuele vragen kunnen we dan ook beantwoorden.

(6)

5

3. Onze school

De school is genoemd naar meester Van der Brug, die verbonden was aan de school van 01-01-1894 t/m 28-10-1932. Hij was hoofd van de school.

Bij de bouw van de vorige school ( Op ‘e Romte ) is door het bestuur en de leden besloten om de school naar deze meester van der Brug te noemen. De eerste steen van dat gebouw is gelegd op 25-10-1952 en bij de opening op 28-02-1953 is de naam onthuld. De huidige locatie is geopend op 02-11-1978, met dezelfde naam.

De Meester van der Brugschool wordt, met ingang van het cursusjaar 2019/2020 bezocht door ongeveer 86 kinderen uit Woudsend en omstreken. In de loop van het jaar worden dit meer, omdat kinderen die vier jaar worden direct na hun verjaardag naar school mogen.

De kinderen zijn verdeeld over 4 combinatiegroepen, waarbij de kleutergroep gesplitst zal worden vanaf de start van het schooljaar. Er werken 6 leerkrachten vast op school (3 fulltime en 3 parttime) en sinds dit schooljaar werken we met 2 onderwijsassistenten. Eén onderwijsassistent is er aanwezig om de kleutergroep te splitsen en één onderwijsassistent is aanwezig voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte.

Daarnaast is er een parttime directeur zonder lesgevende taken. Verder hebben we een personeelslid ter ondersteuning van het team.

De school wordt dagelijks schoon gemaakt door het schoonmaakbedrijf NIVO-groep uit Leeuwarden.

(7)

6

4. Waar de school voor staat.

4.1. Identiteit

Onze school is een christelijke basisschool. Voor ons betekent dit dat wij handelen vanuit waarden en normen die gebaseerd zijn op de Bijbel, zoals: eerlijk delen, respect voor elkaar, vergeving en

verdraagzaamheid. Hierbij past ook dat wij andere geloven leren (h)erkennen en respecteren. Door middel van vertellingen, gebeden en samenwerking met de kerken willen we onze identiteit vormgeven.

4.2. Missie Meester van der Brugschool:

Wij willen over de Brug komen met kwalitatief goed onderwijs voor alle kinderen, zodat zij optimaal voorbereid worden op de maatschappij van de toekomst.

4.3. Kernwaarden

Op de Meester van der Brugschool willen we een brug slaan van onze missie naar ons dagelijks handelen.

De volgende kernwaarden vinden wij van wezenlijk belang op onze school om kwalitatief goed onderwijs te bieden voor alle kinderen:

• Met een open blik samen op weg. We nemen een open houding aan en willen kijken wat een kind wél kan. We willen samen met kinderen en ouders tijdens de gehele schoolperiode, stap voor stap, een reis over de brug maken.

Een veilige plek voor de toekomst. Wij willen dat elke leerling ervaart dat hij/ zij belangrijk is, er mag zijn, zich veilig en geborgen voelt om met plezier naar school te gaan.

Zorg voor jezelf en elkaar. Wij vinden het belangrijk dat kinderen leren om voor zichzelf en voor de ander te zorgen. Hierbij vinden wij het belangrijk dat kinderen, ouders en personeelsleden zelf goed in hun vel zitten om zo ook voor anderen te kunnen zorgen.

Vertrouwen in jezelf en elkaar. Iedereen is uniek is en heeft talenten die hij/ zij mag ontwikkelen. Wij geloven in deze talenten van de kinderen.

Respect voor jezelf en elkaar. Wij zorgen ervoor dat iedereen gewaardeerd en gelijkwaardig behandeld wordt. We houden rekening met de verschillende behoeftes van de leerlingen. Wij vertrouwen op de eerlijkheid van kinderen.

(8)

7

Door als volwassenen het goede voorbeeld te geven, willen we de kinderen de kans geven om hier naar te leven en te handelen. Zo kunnen ze zich optimaal ontplooien in een maatschappij waarin iedereen

verschillend, maar wel gelijkwaardig is.

4.4. Visie

SAMEN – LEREN – LEVEN met vaardigheden uit de 21e eeuw.

We leiden kinderen op voor de toekomst. In de 21e eeuw zijn er, naast rekenen, taal en de kernvakken ook andere vaardigheden nodig.

De wereld waarin de kinderen leven wordt op steeds jongere leeftijd groter, maar het komt tegelijkertijd ook steeds dichterbij. Door de verdere globalisering van de maatschappij hebben we steeds meer te maken met andere opvattingen en gewoonten. Juist daarom is het van belang om goed inzicht te kunnen krijgen in jezelf en in een andere cultuur. We willen de kinderen leren om rekening te houden met anderen. Wij willen kinderen daarbij ook leren om iets te doen voor anderen die het minder goed hebben en die extra ondersteuning nodig hebben.

Naast de globalisering van de maatschappij krijgt ook de digitalisering een steeds grotere rol in onze maatschappij. Hierdoor zal het onderwijs meer in moeten spelen op de technologische ontwikkelingen die er zijn. Wij vinden daarom dat kinderen ‘Mediawijs’ moeten zijn.

Wij bereiden de kinderen hierop voor, door ze te leren om samen te leven. Daarnaast vinden wij het samen leren leven en leven om samen te leren van belang om kinderen goed voor te bereiden op de toekomst.

We geven aan de volgende vaardigheden aandacht om kinderen de volgende stap in de toekomstige maatschappij te zetten:

Vaardigheden in de 21e eeuw:

1. Sociale en Culturele vaardigheden 2. Communiceren

3. Probleemoplossend vermogen 4. Samenwerken

5. Creativiteit 6. Kritisch Denken 7. ICT geletterdheid

Pedagogisch klimaat

De Meester van der Brugschool is een sfeervolle school, waar structuur en rust geboden wordt.

Iedere leerling mag zich ontwikkelen tot een zelfstandig en uniek persoon, die verantwoordelijkheid leert te accepteren voor zijn/ haar gedrag. Zo kan iemand tot zijn/ haar recht komen in sociale relaties en

emotionele gevoelens. De sociale omgang is dus belangrijk. In een dergelijke situatie leert ieder kind zijn/

haar eigen kwaliteiten te ontdekken en zichzelf te zijn. Dit is een belangrijke voorwaarde om

zelfvertrouwen op te bouwen. Het betekent ook dat kinderen verschillende talenten hebben en die willen we graag tot positieve groei helpen ontwikkelen. Door onze adaptieve manier van werken willen wij tegemoet komen aan verschillen en talenten.

(9)

8 Didactisch klimaat

De Meester van der Brugschool is een school die meegaat met de maatschappelijke veranderingen. Wij zijn een lerende organisatie en hebben hoge verwachtingen van onszelf en van de leerlingen. Wij zorgen voor een uitdagende leeromgeving waarin wij handelingsgericht werken. Dit doen wij doordat wij adaptief onderwijs geven binnen het leerstofjaarklassensysteem via het directe instructiemodel. Bij het aanbieden van de leerstof is het van belang om te differentiëren, werken op

verschillende niveaus en aangepast aan de

mogelijkheden van het kind. Ons uitgangspunt is wat kan een kind wél. Hierbij maken wij gebruik van verschillende zelfstandige en coöperatieve werkvormen.

Zorgzame aandacht voor diversiteit

Alle kinderen komen met een “help mij met…” vraag op school. Wij zijn er voor de kinderen om hen hierin te begeleiden. Wij geven de leerling extra ondersteuning zodra de ontwikkeling stagneert of zodra de leerling meer uitdaging nodig heeft. Wij willen uitblinken in zorg voor elke leerling. Dit doen we door de kinderen te volgen in zijn of haar ontwikkeling en hierop adaptief in te spelen. Ons motto is: “basis als het kan, speciaal als het nodig is”.

School in samenwerking met ouders en de omgeving

Leerkrachten maken als professionals het verschil. Zij werken dagelijks met de leerlingen en helpen ze in het proces van leren. Ouders zijn de pedagogische deskundigen van hun kind(eren). Zij weten als geen ander hoe hun kind is in verschillende situaties. Samen, leerkrachten en ouders, staan we sterk om de kinderen optimaal te laten ontwikkelen en te leren samen leven.

Ook de omgeving van de school, de samenleving, speelt een belangrijke rol. Wij willen de talenten van Woudsend en omgeving inzetten in ons onderwijs. Wij gaan deze gebruiken om ook de talenten van kinderen te ontwikkelen.

4.5. Relatie school-ouders/verzorgers

De contacten tussen school en ouders moeten laagdrempelig zijn.

Een open houding tussen de leerkrachten en ouders is hierbij een voorwaarde.

Wij hechten veel waarde aan het vroegtijdig bespreken van het welbevinden en de vorderingen van de kinderen die aan onze zorg zijn toevertrouwd.

Vooral daar waar het ontwikkelingsbeeld gaat afwijken van het bekende patroon, willen wij alert zijn om samen met de ouders goede afspraken te maken.

4.6. Zorg voor de gebouwen en leefomgeving

Onze opvattingen over goed onderwijs kunnen niet los gezien worden van de leer- en werkomgeving waarbinnen dat onderwijs gerealiseerd moet worden. Dit betekent dat wij eveneens eisen stellen aan de staat van onderhoud, de hygiëne, netheid, de doelmatigheid en de inrichting van het gebouw. Eveneens zal de directe leer- en werkomgeving van de leerling dienen uit te nodigen tot rust, structuur en gevoelens van geborgenheid.

Het buitenschoolplein delen we met onze buurschool de Bonifatiusschool.

4.7. Brede School

Onze school is samen met de Bonifatiusschool vertegenwoordigd in de Brede School Woudsend. Samen met kinderopvang “Thuis bij Thea”, Peuterspeelzaal “Beltsjeblom”, Lytse Bieb en Dorpsbelang is er een Brede School in Woudsend gerealiseerd. Hiervoor is een visiedocument opgesteld. U kunt dit document lezen op de website of op school een exemplaar opvragen. Inzet is om een optimale samenwerking te

(10)

9

bevorderen in opvang en scholing voor alle kinderen in Woudsend en omgeving. Dit schooljaar werken we vanuit een activiteitenplan waarin alle partijen betrokken zijn.

Binnen de Brede Scholen in Súdwest Friesland heeft de gemeente jaarlijks budget beschikbaar voor het coördineren van de gezamenlijke activiteiten en de activiteiten zelf.

Sinds schooljaar ‘15/’16 hebben we een coördinator aangesteld die zich bezighoudt met de gezamenlijke activiteiten en ideeën rond de Brede School Woudsend. Judith Rensink – Schaper is als coördinator aangesteld binnen de Brede School.

Zij coördineert de gezamenlijke activiteiten. Dit houdt in dat zij de activiteiten rondom o.a. Sinterklaas, Kerst, Pasen, Kinderboekenweek, Koningsspelen, contacten tussen Kinderopvang en Peuterspeelzaal; het dorp etc. gaat coördineren. Op dit moment zijn veel ouders actief in de activiteitencommissie. De taak van de coördinator is dat zij met deze groepen ouders de activiteiten gaat plannen, coördineren en organiseren.

Zij zal hier ondersteuning krijgen van de activiteitencommissies van beide scholen en zal daarnaast ongetwijfeld een beroep doen op alle ouders.

(11)

10 4.8. De organisatie van de Stichting Palludara

De Meester van der Brugschool maakt deel uit van Stichting Palludara.

Palludara is een organisatie voor Protestants Christelijk Basisonderwijs in de gemeente Súdwest-Fryslân. De stichting is op 1 januari 2011 ontstaan uit een fusie tussen Stichting Palludara en Spectrium. Stichting Palludara

beheert 15 basisscholen in Sneek, Oppenhuizen/ Uitwellingerga, IJlst, Bolsward, Gauw/ Tersoal/

Sybrandabuorren, Heeg, Hommerts-Jutrijp, Nijland, Oudega-Gaastmeer, Scharnegoutum en Woudsend.

De naam Palludara is opgebouwd uit twee Bijbelse termen: "Onderscheiden" (Pallu) en "Parel van wijsheid"

(dara). Deze laatste verwijst naar het voorrecht om jonge mensen naar een bepaald niveau te brengen, zowel wat betreft kennis als op andere ontwikkelingsgebieden. De parel staat tevens symbool voor kwaliteitsonderwijs, een tijdloos sieraad van onschatbare waarde dat continu streng bewaakt dient te worden.

Missie:

De missie van stichting Palludara beschrijft de kernopdracht van de organisatie. De missie geeft weer wat wij willen bijdragen aan de leerlingen en aan de samenleving als geheel. Hieruit blijkt bovendien welke waarden en normen wij belangrijk vinden.

Missie stichting Palludara

Palludara is een onderwijsinstelling die wil werken vanuit de christelijke waarden met een open blik naar een dynamische wereld.

Palludara wil een doorgaande ontwikkeling bieden die passend is voor haar leerlingen, zodat ze breed toegerust kunnen deelnemen aan de samenleving.

Visie stichting Palludara Leerlingen

Binnen het onderwijsaanbod van de scholen van Stichting Palludara staat het kind centraal. De organisatie en inhoud van het onderwijs krijgen vorm vanuit de behoeften en mogelijkheden van het kind. Onderwijs dient op maat te zijn. Als basis geldt daarvoor een pedagogisch klimaat dat veiligheid, geborgenheid en uitdaging biedt. Dit alles gebaseerd op de protestants christelijke waarden en normen.

Het onderwijsaanbod binnen de scholen van Palludara is samenhangend, aansluitend en houdt de doorgaande ontwikkellijn van het kind aan. Voor de leerlingen wordt een onderwijscontinuïteit

gerealiseerd die start bij de plaatsing en loopt tot aan het moment dat de leerling de school verlaat. Het onderwijsaanbod dient daarbij een goede basis te zijn en aansluiting te geven bij het voortgezet onderwijs.

De onderwijskundige dimensie richt zich op de sociaal-emotionele, creatieve- en cognitieve vorming. Niet alleen de kerndoelen, maar ook de ontwikkeling van het kind stuurt het onderwijsproces. Daarvoor maakt men onder andere gebruik van moderne methodes en hulpmiddelen.

Personeel

Palludara kenschetst zich als een organisatie die de condities schept waardoor het personeel optimaal functioneert en de deskundigheid en competenties maximaal worden ingezet. Hierdoor kan kwalitatief hoogstaand onderwijs gegeven worden. Palludara geeft haar personeel de kans om zich door middel van scholing verder te ontwikkelen.

Bij aanname van personeel wordt gelet op de professionele kwaliteit als leerkracht. Ook wordt er op gelet dat de benoemden positief zijn betrokken bij het christelijk geloof en dat zij de Bijbel als grondslag

hanteren voor het vormgeven van het onderwijs.

Ouders

Het onderwijs aan de leerlingen krijgt vorm vanuit de gedeelde verantwoordelijkheid met ouders, met respect voor ieders rol. Een goede samenwerking tussen school en ouders is daarbij van groot belang.

Dit om in gezamenlijkheid de kinderen te laten ontwikkelen tot evenwichtige, zelfstandige en

zelfverantwoordelijke mensen die op een volwaardige manier een plaats in onze dynamische samenleving

(12)

11 kunnen innemen.

Op onze scholen zijn alle kinderen welkom met als uitgangspunt, dat ouders instemmen met de christelijke normen en waarden en deze respecteren.

Organisatie

Palludara wordt zodanig ingericht dat er sprake is van een duidelijke, transparante organisatie. Open communicatie is het uitgangspunt. De scholen moeten binnen de gezamenlijk vastgestelde kaders van de collectieve ambitie, autonoom en slagvaardig kunnen werken aan hun onderwijskwaliteit.

Palludara ziet het als taak om de stichting, scholen en individuele leerkrachten dusdanig toe te rusten, dat zij kunnen inspelen op de open samenleving waar wij deel van uitmaken.

Dit alles binnen de financiële en wettelijke kaders die de overheid aan de scholen oplegt.

Motto Stichting Palludara: Ons onderwijs doet elke parel glanzen.

Ambitie

De strategische focus van Palludara richt zich op 3 punten:

• Palludara ontplooit! Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs

• Zorgzaam in diversiteit

• ‘Waardenvolle’ ontwikkeling van 0-18 jaar

4.9. Geledingen

De medezeggenschapsraden (MR)

Aan iedere school is een medezeggenschapsraad, bestaande uit ouders en leerkrachten, verbonden die formeel adviesrecht of instemmingsrecht heeft bij bepaalde beslissingen van de schoolleider. In hoofdstuk 12.1 “medezeggenschapsraad” vindt u een uitgebreide beschrijving over de Medezeggenschapsraad.

De ouderraad

De Ouderraad adviseert de schoolleider op het gebied van organisatie, identiteit, onderwijs, financiën, personeelszaken en materiële zaken.

De Activiteitencommissie

De activiteitencommissie zorgt bij elk thema voor een leuke aankleding van de school en helpt het team bij het organiseren van de activiteiten.

De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR)

Omdat de stichting meerdere scholen in stand houdt, is er voor de school overstijgende zaken een GMR.

(13)

12

5. Schoolorganisatie

5.1. Algemeen

Onze missie en visie vindt u op pagina 7 en 8. We werken zoals in onze visie is beschreven. U mag en kan ons hier altijd naar vragen.

We werken op basis van jaargroepen. Dit houdt in dat de leerstof verdeeld is over acht leerjaren en de school verdeeld is in acht groepen.

Per schooljaar wordt de leerstof, behorende bij de groep, behandeld. Voor de verschillende vak- en vormingsgebieden wordt er een methode gevolgd.

Regelmatig vinden er vernieuwingen van methodes plaats, om zo het onderwijs volgens de nieuwste inzichten te geven.

Elke leerkracht heeft maximaal 2 groepen onder zijn/ haar hoede. Wij hanteren de volgende groepencombinaties:

onderbouw

groep 1 begint met 7 leerlingen. Hier komen ongeveer 7 leerlingen bij.

groep 2 begint met 13 leerlingen.

groep 3 + 4 heeft 28 leerlingen.

bovenbouw

groep 5 + 6 heeft 21 leerlingen.

groep 7 + 8 heeft 20 leerlingen.

5.2. Activiteiten voor de kinderen Zelfstandig werken

Het zelfstandig werken staat centraal bij ons op school.

Kinderen leren middels het werken met een taakbrief hun werk zelf te plannen/in te delen. Ze leren zelfstandig problemen op te lossen, en leren door samen te werken ook verantwoordelijkheid te dragen voor elkaar. Het motiveert kinderen, wanneer ze zelf

mogen kiezen en beslissingen kunnen nemen.

Om zoveel als kan, de kinderen op maat te laten werken, ontvangen de kinderen een taakbrief. Daarop staan opdrachten voor de kinderen met daarbij een aantal (vrije) taken. Hier staat tevens op wanneer en op welke wijze instructie plaats vindt.

De kinderen plannen en verwerken die taken en ze registreren die op de taakbrief.

De kinderen van de groepen 5 tot en met 8 ontvangen per week één taakbrief waarop de taken staan.

Ná de ingeplande en geregistreerde (gecorrigeerde) taken kunnen de kinderen, wanneer ze klaar zijn, extra taken uitvoeren. Deze taken zijn zo veel mogelijk toegespitst op het niveau van de kinderen. We proberen de kinderen uit te dagen en/of te prikkelen.

We houden op de taakbrief rekening met het niveau van de kinderen door middel van taken die verschillen in

moeilijkheidsgraad en hoeveelheid. Ook kunnen de

(14)

13

kinderen extra instructie ontvangen, terwijl kinderen die het al begrijpen, doorwerken. Deze extra instructie vindt plaats tijdens de zelfstandig werkentaak in (of bij) de groep.

Zo proberen we steeds meer aan te sluiten bij de individuele mogelijkheden van ieder kind.

Wij werken momenteel met een signalering, waarbij je kunt aangeven of je hulp nodig hebt, stil wilt werken, of wanneer er een klassikale instructie plaats vindt.

Kinderen kunnen aangeven of zij hulp willen of niet door middel van een blokje op de tafel:

rood

de leerling wil ongestoord werken.

groen

de leerling heeft hulp nodig en wil die hulp van een andere leerling uit het groepje of wil hulp geven!

Werken in groep 1 en 2

De aanpak in groep 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders.

Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit de kring. In de kring begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer naar terug.

Daarnaast wordt gespeeld aan de tafels, in de hoeken, in het speellokaal en op het schoolplein.

In groep 1 (4/5 jarigen) ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er worden technieken aangeleerd zoals knippen, plakken, tekenen enz. Er is aandacht voor

gewoontevorming en regelmaat. Leren gebeurt vooral door spelen.

Dit gaat in groep 2 (5/6 jarigen) door. De kinderen krijgen

allerlei opdrachten die ze kunnen uitvoeren m.b.v. de al geleerde technieken.

Verder is er veel aandacht voor de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid. De kinderen krijgen op een gegeven moment belangstelling voor letters en cijfers. Door middel van allerlei spelletjes proberen we deze belangstelling om te zetten in cijfer- en letterkennis.

De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema.

In het lesschema worden verschillende leer- en vormingsgebieden onderscheiden. In de dagelijkse praktijk in de klas is dit nauwelijks merkbaar. Wanneer een kind in de poppenhoek speelt, is het ook bezig met taalontwikkeling. Wie speelt met een lotto leert getallen of kleuren en wie op een vel de golven van de zee tekent is bezig met voorbereidend schrijven.

Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor heel veel ander leren. De kleuters worden voor zover mogelijk opgevangen in hun moedertaal. Dit houdt in dat uw kind Frysk kan praten in de klas.

De leerkracht in groep 1/2 hanteert het Frysk één dag per week. De rest van de week is Nederlands de spreek- en instructietaal. (voertaal)

Vanzelfsprekend begeleidt de juf de kinderen individueel zo nodig in de eigen moedertaal (“hurktaal”) Zo kunnen de kinderen beide talen goed leren.

Voor de taalvorming van de kinderen van groep 1 en 2 hebben we de methode ”Sil op school”.

Deze geeft een goede aansluiting bij het lees- taalonderwijs in groep 3.

Verder proberen we de leeromgeving te verrijken door veel

plaatjes/woordjes/ voorwerpen op te hangen die met het thema te

maken hebben. Dit nodigt uit om bezig te zijn met letters. Vaak kennen ze wel de eerste letter van hun naam. Langzamerhand herkennen de kinderen steeds meer letters.

Het komt soms voor dat een leerling van groep 2 al kan lezen.

Voorbereidend rekenen doen we zowel met behulp van de methode “Rekenrijk”, als met de methode

“Sil op school”.

(15)

14 Duur van het onderwijs

Veel kinderen zitten twee tot twee en half jaar in een kleutergroep. Dit is afhankelijk van hun geboortedatum, aard, aanleg maar vooral van hun ontwikkeling.

Een kleuter leert met zijn hele lijf, kan nog niet zo lang stil zitten en bekijkt dingen niet alleen met zijn ogen maar ook vooral met zijn handen en soms met zijn mond.

In groep 1 en 2 is het belangrijk om hier aan tegemoet te komen en ze veel ruimte te geven om zich te

ontwikkelen. Ontwikkeling kun je stimuleren door dingen aan te bieden die ze bijna kunnen. In onderwijstermen noemen ze dat “de zone van de naaste ontwikkeling”.

Maar oefenen op vaardigheden waar ze nog lang niet aan toe zijn is zinloos en vervelend voor de kinderen, maar ook voor de volwassenen. “Het gras groeit niet harder als je er aan trekt”. Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo met zijn eigen talenten en (on)mogelijkheden. Dat is de reden dat de ene kleuter soms wat langer in de kleutergroep blijft dan de andere. Sommigen kunnen deze ontwikkeling doormaken in anderhalf jaar, er zijn ook kinderen die twee en een half of drie jaar hiervoor nodig hebben.

In deze periode wordt wel de basis gelegd voor het meer schoolse leren. De basis moet goed zijn, anders kun je niet verder.

We proberen kinderen die al wat verder zijn in hun ontwikkeling, extra uitdagende opdrachten aan te bieden. Deze opdrachten vinden meestal plaats als onderdeel van reken of taalactiviteit. Bijvoorbeeld: Jij kunt wel tot honderd tellen. Dat is knap. Kun je dan ook tellen hoeveel stappen je nodig hebt om van de ene kant naar de andere kant van het schoolplein te komen. Misschien kun je voor elke tien stappen wel een streepje zetten. ( begin van de tafel van tien)

In de zorglijn, die we op school hebben, staan de procedures beschreven van het doorstromen en verlengen in de kleuterperiode.

Nog wat wetenswaardigheden voor groep 1 en 2

U kunt thuis ook bezig zijn met het thema dat op school aan de orde is. Wat het thema van de week is, vindt u op de deur van de klas. Samen naar voorwerpen, plaatjes en boeken zoeken en hierover met uw kind praten, stimuleert enorm. Uw kind mag dit ook laten zien in de kring.

‘s Morgens gaan we met elkaar fruit of brood eten. De kinderen mogen dan ook drinken meenemen in een beker. De beker zetten we op het aanrecht, het bakje blijft in de tas en die doen we in een grote mand.

Als het slecht weer is spelen we in het speellokaal. Vandaar dat we vragen de kinderen gymschoenen mee naar school te geven. Graag schoenen met elastiek of klittenband en geen veters! Deze schoenen worden op school bewaard.

In de laarzen graag de naam vermelden.

Op maandag is het “meeneem dag”. Uw kind mag dan iets (bijv. speelgoed) van thuis meenemen en er over vertellen in de kring.

Wilt u meegebracht speelgoed zoveel mogelijk voorzien van naam. Kleine losse voorwerpen, b.v.

knikkers, graag in een bakje.

Kinderen mogen op school een kleurplaat maken voor een familielid bij bijv. verjaardagen, ziekte, jubilea enz. Geeft u dan een briefje mee met de bijzonderheden.

Voor een kind is het op een bepaald moment belangrijk dat het de eigen naam kan schrijven. Als u de naam voor schrijft, wilt u dan de letters gebruiken die op school ook aangeleerd worden. Het is namelijk erg moeilijk om in groep 3 anders aangeleerde letters weer af te leren.

(16)

15 Schrijven in de onderbouw

Het vasthouden van de pen of het potlood. Het goed vasthouden van schrijfgerei is erg belangrijk. Verkeerd vasthouden kan leiden tot een krampachtige schrijfhouding. Dat is slecht voor het schrijfresultaat. De juiste manier om een pen vast te houden is tussen duim en wijsvinger en de middelvinger ondersteunt het potlood (zgn. pincetgreep). Het is van belang hier al op jonge leeftijd op te letten.

Wilt u er thuis ook aandacht aan schenken?

Werken in de groepen 3 t/m 8 Godsdienstonderwijs

Er wordt sinds 2011 gewerkt volgens het rooster van onze nieuwe methode `Trefwoord`.

Trefwoord is een methode voor godsdienstige en levensbeschouwelijke vorming voor het primair onderwijs.

Uitgangspunten

Trefwoord brengt met behulp van leef thema’s twee werkelijkheden bij elkaar: de belevingswereld van het kind - in de hedendaagse, multiculturele en religieuze samenleving - en de wereld van de Bijbel. In dit treffen van twee werelden leert het kind in dubbel opzicht. De eigen levenservaringen dragen er toe bij de Bijbelverhalen beter te begrijpen. Omgekeerd biedt de Bijbel een andere blik op de dagelijkse

werkelijkheid. Het is een ontmoeting waaraan kinderen vooral ook van elkaar leren.

Verder worden er liederen aangeleerd uit het Liedboek en andere Bijbelse liedbundels (o.a. Hanna Lam, “ Alles wordt nieuw”). Verder is er allerlei aanschouwelijk materiaal, dat bij dit vak wordt gebruikt.

Eén maal per jaar organiseren wij in samen werking met de Protestants Christelijke kerk een kerkdienst.

Rekenen

Sinds 2016 werken we met de nieuwe methode “Rekenrijk”.

Deze methode bevat:

een duidelijke leeropbouw

een goed overzicht over leerstof en didactiek (voor de leerkracht)

voldoende momenten voor zelfstandig werken

veel aanwijzingen voor begeleiding van kinderen met rekenproblemen, een individuele lijn die kinderen de kans geeft op een aangepaste wijze het werk te kunnen doen.

ook gevarieerde verrijkingsstof “Compacten”, een eigen lijn voor kinderen die méér kunnen.

voldoet aan de kerndoelen.

naast de methode besteden we veel tijd aan automatiseren en meten, tijd en geld omdat we de resultaten van deze onderdelen willen versterken.

(17)

16 Lezen

In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met het leren lezen. Er wordt gewerkt met de nieuwste methode “Veilig leren lezen”.

Sinds enkele jaren krijgen de leerlingen van de groepen 4 tot en met 8 technisch lezen met behulp van een nieuwe methode voortgezet technisch lezen: “Estafette”.

Deze methode:

• is volledig afgestemd op de nieuwe AVI-niveaus.

• sluit goed aan op onze aanvankelijk lezen methode Veilig Leren Lezen.

• geeft prioriteit aan plezier in lezen. Geen schoolse teksten, maar o.a.: raadsels, gedichten, interviews, dialogen en recepten.

• hanteert een doorgaande leerlijn voor groep 4 t/m 8 niet alleen om de leesvaardigheid te onderhouden, maar ook om de leesontwikkeling voort te zetten.

Duolezen wordt vaak gebruikt voor een vorm van leesonderwijs waarbij de ene leerling de andere helpt.

Het is een vorm van samenwerkend of coöperatief leren lezen. Het kan gaan over technisch lezen. Ook stillezen de kinderen aan het begin van iedere dag.

Eén van de voordelen is, dat de kinderen “kilometers” kunnen lezen, ze ontvangen (soms) instructie, en ze kunnen vragen stellen.

Heel bijzonder zijn de voorleesactiviteiten van kinderen uit groep 7/8 in groep 1/2.

Hoewel we het “technisch lezen” (Estafette) in de hogere groepen blijven doen, is het begrijpend en later ook het studerend lezen in die groepen erg belangrijk.

Begrijpend Lezen

Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de methode “Nieuwsbegrip”.

Nieuwsbegrip is een methode met aansprekende teksten en opdrachten aan de hand van de actualiteit. De methode hanteert vijf niveaus (basisonderwijs en voortgezet

onderwijs/MBO) en vijf leesstrategieën. De methode richt zich nadrukkelijk op meer plezier in begrijpend lezen!

Nieuwsbegrip kan als complete aanpak voor begrijpend lezen worden ingezet, maar ook als aanvullende methode.

Nieuwsbegrip voldoet aan de kerndoelen voor begrijpend lezen van het basisonderwijs.

We leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend lezen, we proberen ze zo ook te laten zien dat lezen leuk is. Voor info t.a.v. het lenen van boeken: zie hoofdstuk 9: “Lytse Bieb”

Taal

Voor de lessen Nederlandse taal gebruiken we de methode Taal op maat in de groepen 4 t/m 8. Deze methode schenkt aandacht aan zelfstandig werken, heeft oplossingen voor werken in gecombineerde groepen, heeft een leerlingvolgsysteem met daaraan gekoppelde remediëringsstof.

Taal op maat is een efficiënte methode:

• In één oogopslag is de structuur en de lesorganisatie duidelijk

• De taalkaarten leveren een schat aan extra taalmateriaal

• Kinderen leren woorden via een systematische woordenschatopbouw: het woordweb

• Thema's van twee weken, per twee thema's één toets

(18)

17

• Aparte spellinglijn, uitgaande van spellingstrategieën

Natuurlijk voldoet Taal op maat aan de kerndoelen en is de methode geschikt voor combinatiegroepen.

De lessen spellen beginnen in groep 4. Er zijn acht blokken van vier weken, samen met de vier projectweken taal zijn dit 36 weken. Er zijn twee lessen per week.

Schrijven

Kinderen leren schrijven met de methode ”Pennestreken”.

Via voorbereidend schrijven in groep 2, naar het schrijven van letters in groep 3-6. In de hoogste groep wordt aandacht besteed aan het ontwikkelen van een eigen handschrift.

In deze methode wordt ook aandacht besteed aan linkshandigheid.

Engels

Onderwijs in het Engels is erop gericht de leerlingen:

bewust te maken van de rol die het Engels in de Nederlandse samenleving speelt

luistervaardigheid in de Engelse taal bij brengen

spreekvaardigheid bij brengen.

Engels wordt vanaf het schooljaar 2017/2018 gegeven in alle groepen. We gebruiken hiervoor de methode

“Take it easy”. Dit is een methode, die met behulp van een digibord werkt. Hiermee kunnen kinderen op een originele manier Engels leren. De leerlingen doorlopen de methode via thematische filmpjes, clips en prikkelende opdrachten.

Tijdens de les kan de leerkracht, via het digibord, de Take it easy-teachers inzetten: native speakers. Deze digiteachers slagen erin hun uitspraak en enthousiasme voor de Engelse taal op goede, correcte wijze over te brengen op de leerlingen.

Wereldoriëntatie/ burgerschap

Op veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en het verleden van de aarde. Soms gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van moderne methoden, maar vaak ook door middel van klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie, werkstukjes, school-t.v. weekjournaal e.d.

Om je positie als jonge wereldburgers te kunnen begrijpen zijn inlevingsvermogen, kennis, inzicht en vaardigheden nodig. Aan deze competenties leveren wij een belangrijke bijdrage.

Kinderen leren dat we samen verantwoordelijk zijn voor een duurzame wereld.

De volgende methoden zijn op onze school in gebruik en hebben eenzelfde structuur.

Wereldoriëntatie:

Voor Wereldoriëntatie gebruiken we de Zaakvakken van uitgeverij Zwijsen.

De vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuur komen op aantrekkelijke manier aan de orde. Zowel digitaal als in de directe omgeving kunnen kinderen zich oriënteren op de wereld van vroeger en het heden.

Leerlingen gaan mee op reis met Wereldzaken. Met Tijdzaken komt de geschiedenis weer in de klas en met Natuurzaken komt natuur en techniek in de klas. Filmpjes en animaties brengen de andere kant van de wereld en

zelfs de maan dichtbij. En met interactieve oefeningen en spelvormen worden leerlingen actief bij de les betrokken.

Aardrijkskunde

We werken vanaf dit schooljaar in de groepen 5 t/m 8 met de methode “Wereldzaken”.

Wereldzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Tijdzaken en Natuurzaken.

In Wereldzaken ontdekken leerlingen Nederland, Europa en de wereld. De methode is ingedeeld volgens het principe van de regionaal-thematische benadering. Via het digibord verken je met je leerlingen heel

(19)

18 levendig alle delen van onze aardbol.

In groep 5 komt de eigen omgeving van de leerlingen aan bod. Groep 6 verkent alle delen van Nederland en gaat in op de verschillende landschappen, de industrie en dienstensector. In groep 7 gaan de leerlingen Europa in en leren over de geografie, bevolking en bestaansmiddelen. Tot slot komt in groep 8 de wereld aan bod. De leerlingen ontdekken hoe mensen in andere werelddelen leven en hoe het klimaat invloed heeft op het landschap en de bevolkingsspreiding.

Geschiedenis

Wij werken in de groepen 5 t/m 8 met de methode “Tijdzaken” waarbij de kinderen via gevarieerde opdrachten de basisstof voor geschiedenis leren.

Tijdzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Wereldzaken en Natuurzaken.

Geschiedenis ontstaat elke dag opnieuw. Iedereen maakt vandaag geschiedenis!

Tijdzaken is opgebouwd volgens de tijdvakken van de commissie De Rooij en de 50 canonvensters van de commissie Van Oostrom. De 10 tijdvakken komen helemaal tot leven op het digibord. De eerste keer in groep 5 of 6, vanuit een Nederlands perspectief. Daarna nog een keer in groep 7 of 8, vanuit een Europees of mondiaal perspectief. Tijdzaken brengt de leerlingen historisch besef bij met hulp van onder meer een handige digitale tijdbalk.

Groep 5

• Jagers en boeren

• Grieken en Romeinen

• Monniken en ridders

• Steden en staten

• Ontdekkers en hervormers Groep 7

• Jagers en boeren

• Grieken en Romeinen

• Monniken en ridders

• Steden en staten

• Ontdekkers en hervormers

Groep 6

• Regenten en vorsten

• Pruiken en revoluties

• Burgers en stoommachines

• Wereldoorlogen en Holocaust

• Televisie en computers Groep 8

• Regenten en vorsten

• Pruiken en revoluties

• Burgers en stoommachines

• Wereldoorlogen en Holocaust

• Televisie en computers Biologie/ natuurkunde

Groep 3 en 4 gebruikt de tv-serie “Huisje, boompje, beestje”.

Groep 5 en 6 volgt de serie “Nieuws uit de natuur”. Naast deze programma’s gebruiken we de methode

“Natuurzaken” in groep 5 t/m 8.

Natuurzaken hoort bij De Zaken van Zwijsen: inspirerende methoden voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Bekijk ook Tijdzaken en Wereldzaken.

Bij Natuurzaken ontdekken de kinderen de wereld om hen heen. De levende natuur (biologie), niet-levende natuur (natuurkunde) en techniek (toegepaste natuurkunde) krijgen handen en voeten op zowel het digibord als buiten in de natuur.

Elk thema start met een les over de levende natuur (bijvoorbeeld vogels). Binnen dat onderwerp zoomt Natuurzaken in op een natuurkundig principe (zoals vliegen). Vervolgens komt de technische toepassing daarvan aan bod (vliegtuigen). Zo ontdekken leerlingen hoe natuur en techniek met elkaar verweven zijn en herkennen ze technische of natuurkundige principes in de natuur.

Met Natuurzaken geven we de belevingswereld van de leerlingen betekenis, met behulp van onder meer proefjes en simulaties op het digibord.

(20)

19 Techniekonderwijs

We besteden aandacht aan techniek. Voor dit vakgebied hebben we voor de hele school Techniek Torens. De Techniek Torens zijn drie opvallende en vrolijk gekleurde kasten in de vorm van middeleeuwse kasteeltorens, waarin alle materialen, leskisten en lesbeschrijvingen zijn opgeborgen voor ten minste 80

technieklessen voor groep 1 tot en met groep 8 van de onze school. De methode Techniek Torens is het meest complete lesconcept dat de kerndoelen voor techniek in het

basisonderwijs in één klap dekt. Daarin zijn zowel de oude als nieuwe kerndoelen voor techniek meegenomen. Alle thema's en domeinen (constructie, transport, productie, communicatie,

elektrotechniek, chemie, duurzame energie, etc.) worden in doorlopende leerlijnen behandeld. Het is vooral veel "zelf doen" voor de kinderen.

Tekenen

N.a.v. onderwerpen, passend bij de tijd van het jaar, vrij tekenen n.a.v. een verhaal, school-t.v. en andere onderwerpen. Veel technieken komen aan de orde zoals: schilderen, kleurtechnieken, wasco, houtskool, enz.

Expressie activiteiten

Naast vaardigheden als taal en rekenen, wordt er ook aandacht besteed aan o.a. Beeldende Vorming en textiele werkvormen. Verschillende technieken komen aan de orde zoals: naaien, breien, haken, weven, borduren en naaien op de naaimachine.

Voor de kleuterbouw bijv. borduren op gaatjeskarton, lapjes knippen, kralen rijgen e.d.

Handvaardigheid

Met behulp van allerlei materialen en technieken kunnen de leerlingen hun creatieve, expressieve en technische gaven ontplooien.

Cursusuur

Afgelopen schooljaar konden de kinderen van groep 5 t/m 8, in kleine groepjes, verschillende cursussen volgen op de vrijdagmiddag van 13.00 uur tot 14.00 uur.

Onder leiding van leerkrachten en ouders kunnen de kinderen in 3 blokken van 4 weken een cursus volgen.

In het afgelopen jaar hadden we de volgende cursussen:

koken, creatief, werken met papier, schilder- en gewone techniek, chemie, zelfverdediging, voetbalclinic, taarten decoreren, werken in de kapsalon en handwerken. Op deze manier willen we de verschillende talenten van leerlingen bevorderen.

In grote lijnen zullen we deze cursussen opnieuw aanbieden. Dit hangt ook enigszins af van onze enthousiaste vrijwilligers.

Verkeer

Als methodes worden gebruikt: “Stap vooruit”, “Op voeten en fietsen” en de “Jeugd verkeerskrant”.

We zien als doel van de verkeersopvoeding, dat de kinderen nu en in de toekomst veilig en zonder angst kunnen deelnemen aan het verkeer. Wij proberen daarom de kinderen een goede (verkeers)mentaliteit, kennis van verkeersregels en tekens bij te brengen.

(21)

20 Bewegingsonderwijs

In groep 1 en 2 vormt dit een heel belangrijk deel van het lesprogramma. In ieder dagdeel is tijd ingeruimd voor bewegingsonderwijs. Jonge kinderen hebben veel beweging nodig en dit vormt een goede afwisseling met geconcentreerd bezig zijn. We onderscheiden daarbij buitenspel, kleutergymnastiek en spelles.

We hebben voor de binnen activiteiten de beschikking over een speellokaal.

Vanaf groep 3 gaan de kinderen twee maal per week drie kwartier voor gymnastiek naar de sportzaal van het M.F.C. De lessen worden gegeven door de groepsleerkracht.

Zowel gymnastiekoefeningen als sport en spel komen aan de orde.

De groepen 3/4, 5/6 en 7/8 hebben op maandagmiddag en woensdag gymnastiekles in de sportzaal van het M.F.C. Alle leerkrachten zijn gediplomeerd om het vak “bewegingsonderwijs” te geven.

Fries

Om de ontwikkeling van de taalvaardigheid in zowel de eerste als de tweede taal zo optimaal mogelijk te begeleiden, heeft De Meester van der Brugschool taalbeleid geformuleerd.

Vooral het leren spreken en lezen van de Friese taal komt aan de orde. Het goed schrijven komt op de tweede plaats. Bij de jongste groepen staat vooral het spreken op de voorgrond. In de onderbouw

gebruiken we de Friese taal op een vast dagdeel. We hanteren verder de methode “Wit Wat” in groep 3 en 4 en de methode “Studio F.” voor de bovenbouw.

Er zijn afspraken gemaakt over het gebruik van het Fries als voertaal:

In de groepen 1 en 2 gebruiken de kinderen nog hun eigen taal. Door middel van de “kring” wordt er op een speelse wijze geprobeerd de drempel om Fries te spreken te verlagen en/of weg te nemen.

Wij maken verschil tussen voertaal en omgangstaal. De voertaal is van groot belang bij het taalverwervingsproces.

Tijdens de lessen in het Fries is de leerkracht consequent in het gebruik van het Fries.

Op bepaalde dagdelen wordt door iedereen in de groepen 1 t/m 6 Fries als voertaal gehanteerd.

De afspraken over Fries als voertaal staan hieronder:

• 1 hele dag in de week Fries in groep 1 en 2

• 1 Fries dagdeel in de week in groep 3/4.

• 1 Fries dagdeel in de week in groep 5/6.

• Eén maal een Fries lesuur in de week in groep 7/8.

ICT in de school

ICT is niet meer weg te denken in het hedendaagse onderwijs. In alle groepen gebruiken wij een LCD Touch

screen/ digitaal schoolbord. Dit kan voor allerlei doeleinden worden gebruikt en biedt veel

onderwijskundige mogelijkheden. Het bord wordt ingezet bij de instructielessen van de verschillende vakgebieden. Verder hebben alle leerkrachten een tablet tot hun beschikking die in de klas ingezet kan worden.

Alle groepen maken gebruik van de digitale middelen. In alle lokalen staan computers en in de hal is een computerhoek ingericht, aangesloten op het netwerk.

Door middel van het werken met de verschillende digitale middelen, willen we de leerlingen ICT geletterd maken. De kinderen zijn onder andere actief op de onderstaande wijze:

Voor groep 1 / 2 zijn er “ouders” die 1 keer per week op maandag van 09.15 uur tot 10.30 uur m.b.v. de programma’s, “Rekentuin” en “Taalzee”, Bas gaat digitaal en een rekenprogramma aan het werk zijn.

De kinderen van groep 3 t/m 8 werken o.a. met de programma ’s van “Rekentuin”, “Taalzee” en Words &

Birds (groep 5 t/m 8), Snappet en NieuwsbegripXL. Ze werken hier minimaal drie keer per week mee.

(22)

21 Snappet

Binnen het adaptief onderwijs wat we bieden zijn we altijd op zoek naar digitale ontwikkelingen die onze visie ondersteunen. In het schooljaar 2015-2016 hebben we in groep 7 en 8 een pilot uitgevoerd met de zogenaamde “Snappet” (www.snappet.org). Dit is zo goed bevallen, dat

we vanaf 2016-2017 in groep 5 t/m 8 met deze tablets werken. Deze tablets worden als digitaal werkboek ingezet bij rekenen, begrijpend lezen, woordenschat, spelling, studievaardigheden en automatiseren. Deze manier van werken biedt de kinderen een kans op “passender” onderwijs.

Werken met de Snappet (tablet) en eventuele onkosten

We werken momenteel met alle leerlingen uit groep 5 t/m 8 met de Snappet. De leerlingen hebben zich het werken al goed eigen gemaakt en we ervaren iedere dag de voordelen die de Snappet biedt. We zijn blij dat we in samenwerking met onze Stichting Palludara de mogelijkheid hebben om de Snappet kosteloos aan te bieden en dat we hiervoor geen extra ouderbijdrage hoeven te vragen. Soms gebeurt het echter dat een leerling een ongelukje heeft met de Snappet (bv. laten vallen) en dat hij kapot is. Van Snappet krijgen we dan een nieuwe tablet, maar we moeten dan wel de borg voor de kapotte Snappet betalen. Deze bedraagt

€ 150,00. Conform ons beleid benaderen we hiervoor in eerste instantie de ouders/ verzorgers met het verzoek om dit uit de WA – verzekering te laten vergoeden. Mocht dit voor (grote) problemen zorgen, dan proberen we in overleg een andere oplossing te zoeken.

Mediawijsheid

Naast de reguliere methodes en hulpmiddelen, vinden wij het belangrijk om kinderen Mediawijs te maken door hen de voordelen, maar ook de gevaren van de digitale wereld mee te geven. Hiervoor hebben we op school een mediawijsheid handboek opgesteld.

Mediawijsheid betekent voor ons:

De kennis, vaardigheden en de houding die mensen nodig hebben om bewust, kritisch en actief mee te doen in de wereld van vandaag en morgen, waarin media een bepalende rol spelen.

Verder verwijzen wij u naar het ICT-beleidsplan van Palludara dat op school ter inzage ligt.

Ook hebben we een protocol communicatie en beeld opgesteld. Bovendien worden er afspraken gemaakt over internet gebruik.

5.3. Onze kwaliteit

Scholen verschillen onderling in werkwijzen, sfeer en resultaten. Kortom in kwaliteit.

We meten onze kwaliteiten met behulp van zogenaamde kwaliteitskaarten. Op deze kaarten geven aan wat wij belangrijk vinden en wat we nog willen ontwikkelen. We willen bijzonder graag de resultaten van de kinderen op een voldoende niveau brengen; het invoeren van nieuwe methodes alleen is niet voldoende.

In het kader van het 4 jaarlijkse kwaliteits-onderzoek en een thema-onderzoek

“Totstandkoming van VO-advies” bezocht de inspecteur onze school nog in juni 2013. Het rapport staat op de site van de onderwijs inspectie. Tevens kunt u het rapport terugvinden op de site van www.scholenopdekaart.nl. De inspecteur was tevreden over onze school en vond onze school een goede school. Wij hebben dan ook een voldoende beoordeling gekregen, wat betekent dat we het basisarrangement behouden.

De positieve aspecten van onze school die de inspecteur benoemde staan hieronder:

1. de tussenopbrengsten en resultaten zijn structureel voldoende;

2. er is een zeer goed pedagogisch klimaat bij ons op school en hierin is een duidelijke lijn door alle groepen te zien;

3. we hebben een goede opbouw van het zelfstandig werken en geven goede interactieve lessen;

(23)

22

4. De kwaliteitszorg van de school is goed op orde en het is goed om te zien dat we ons als school aan het ontwikkelen zijn;

5. het instructiemodel wat wij op school hebben, is goed zichtbaar en wordt school breed uitstekend gehanteerd en toegepast;

6. leerlingen hebben een goede werkhouding en zijn taakgericht aan het werk. Hier wordt ook goed op toegezien;

7. de leerkrachten spreken hoge verwachtingen nadrukkelijk uit. Kinderen presteren daardoor beter;

Een aantal aandachtspunten van het inspectiebezoek van mei 2009 hebben we verbeterd. Zo hebben we nu een betere aanpak van kinderen die met een eigen leerlijn werken. Voor deze kinderen is de

omschrijving van de leerlijnen met ontwikkelingsperspectief nu ook helderder.

We kregen van de inspecteur enkele aandachtspunten, waar we in de afgelopen jaren intern aan hebben gewerkt:

1. De school voert de zorg aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte over het algemeen planmatig uit op de vakken Technisch Lezen, Rekenen en Spelling. Alleen op het gebied van Begrijpend Lezen is dit nog niet terug te zien, waardoor dit als geheel onvoldoende is beoordeeld.

Zoals gezegd, de inspecteur was tevreden en vond onze school een goede school!

Organisatie

De organisatie moet zo zijn dat kinderen met plezier en zo efficiënt mogelijk kunnen werken. Wij vinden dat dit onder andere met behulp van Zelfstandig Werken goed gaat.

Bij het kiezen van een methode wordt gelet op de kwaliteit en of de kerndoelen en referentiekaders er in terug te vinden zijn. We stellen ons de vraag of uw kind goed met de leerstof van de methode uit de voeten kan. We letten erop of de methode inspeelt op de individuele verschillen tussen de leerlingen. En of de methode past in ons organisatiemodel.

Resultaten

We willen de voortgang van de kinderen scherp volgen door middel van toetsen. Toetsen geven ons inzicht in de prestaties van uw kind. Als de ontwikkeling van uw kind wat minder vanzelfsprekend verloopt, bieden we hulp en/of stemmen we zijn/ haar programma af op deze ontwikkeling. Er wordt rekening gehouden met onderlinge verschillen. Dit is terug te vinden in de manier waarop de instructies gegeven worden en in de differentiatie van het

zelfstandig werken. Wie moeite heeft met een bepaald onderdeel krijgt extra hulp en extra oefenstof. Wie meer en moeilijker aan kan, krijgt meer.

Bij de begeleiding en instructie van kinderen willen we de kinderen meer en meer op maat begeleiden.

Dit gebeurt aan de hand van de dagelijkse voortgang, de methode gebonden toetsen, én op basis van de toetsen van het CITO leerlingvolgsysteem. We willen zo de instructie en verwerking van de leerstof passend aanbieden, waarbij de uitdaging van deze stof bijzonder hoog in het vaandel zal staan. Dit is tevens de reden dat we zijn begonnen met Snappet. Wij stellen onze instructie en begeleiding hier zo goed mogelijk op in.

(24)

23

6. De zorg voor de leerlingen

6.1. Aanmelding en opvang van nieuwe leerlingen in de school

Als uw zoon/ dochter vier jaar wordt of u komt hier wonen en hebt schoolgaande kinderen, staat u voor de keuze naar welke basisschool u uw kind laat gaan. Natuurlijk is het ook mogelijk om voordat u uw keuze maakt op school rond te kijken en informatie te vragen. Als u van te voren belt om een afspraak te maken, willen we u graag rondleiden en alles over de school vertellen.

Informatiedag nieuwe (belangstellende) ouders.

In maart organiseren we een Open Dag, waarin we onze school en onze manier van werken presenteren.

Dit doen we samen met alle andere scholen van onze Stichting Palludara.

Deze dag is in de eerste plaats voor ouders die bezig zijn met de schoolkeuze van hun kind(eren), maar natuurlijk zijn ook andere ouders van harte welkom.

Aanmelding

Voordat uw kind 4 jaar wordt, of wanneer uw kind van een andere school komt, neemt u contact op met school. Soms neemt de schoolleider contact met u op.

U wordt uitgenodigd voor een gesprek op school. In dit gesprek vertelt men wat u onderwijskundig van de school kunt verwachten en u kunt uw verwachtingen uitspreken. U ontvangt een schoolgids en we leiden u rond door de school. Tevens neemt u een kijkje in de groepen en maakt kennis met de leerkrachten.

Samen met de schoolleider, vult u een formulier in met zaken van algemene aard. En een formulier met gegevens t.a.v. bijzonderheden die van invloed zijn op het leren en/of het gedrag van uw kind.

Wij vragen u een formulier in te vullen met gegevens t.a.v. de achtergrond van u als ouders.

Naar aanleiding van de inschrijving zal altijd gevraagd worden naar een overdrachtsdossier van de (onderwijs)instelling waar de leerling(en) vandaan komen. Dit kan de Peuterspeelzaal/ Kinderopvang zijn (overdrachtsdocument), maar ook van de verlatende school (Onderwijskundig Rapport). Zo willen we op een positieve en goede manier het vervolg op onze school mogelijk maken.

Voor de jongste kinderen

• In de maand die vooraf gaat aan de 4e verjaardag, mag het kind 5 maal een dagdeel de school bezoeken om te wennen; 5 ochtenden of 5 middagen, mag ook minder. Als ouder(s) kunt u daarbij één keer aanwezig zijn.

• In overleg met de leerkracht wordt afgesproken hoe en wanneer de gewenningsperiode zal worden ingevuld. (Het hoeft geen aaneengesloten periode te zijn.)

Als uw kind vier jaar is geworden, mag hij /zij alle schooldagen komen. Voor sommige kinderen gaat dit wat te snel. Als uw kind erg moe is kunt u, in overleg met de leerkracht, uw kind best eens een middag thuis houden of zelfs afspreken dat uw kind gedurende een bepaalde periode alleen ‘s morgens naar school gaat.

Bij de aanmelding wordt de ouders gevraagd donateur te worden van de Meester van der Brugschool.

Daarmee ondersteunt u de school vrijwillig, zodat de school meer mogelijkheden heeft om activiteiten te organiseren.

(25)

24 6.2. De Interne Begeleider (IB’er):

De interne Begeleider, ook wel zorgcoördinator genoemd, heeft binnen onze school een belangrijke rol:

• De interne begeleider organiseert, coördineert en bewaakt de leerlingenzorg.

• De IB’er ondersteunt de leerkrachten bij het uitvoeren van zorgverbredings-activiteiten en zorgt voor een afstemming van deze activiteiten op schoolniveau. Iedere leerkracht blijft zelf volledig verantwoordelijk, maar de interne begeleider zorgt voor een samenhangende zorg binnen de school.

Enkele concrete IB-taken zijn:

• Een planning maken voor toetsen van het leerlingvolgsysteem.

• Analyseren van de zorgactiviteiten, toetsresultaten en leerlingbesprekingen en deze bespreken met de leerkrachten.

• Leerkrachten adviseren bij het opstellen van een ondersteuningsplan.

• Organiseren van speciale hulp en evt. onderzoek m.b.t. zorgleerlingen.

• Coördineren van de begeleiding die door externen wordt verzorgd.

• Adviseren van leerkrachten betreffende het didactisch en pedagogisch handelen.

• Het op orde houden van de leerlingdossiers.

• De interne begeleider voert overleg met de schoolleider.

• Het opzetten en bijhouden van de orthotheek.

• Onderhouden van externe contacten.

De IB’er heeft tevens 6 keer per jaar contact met de andere IB’ers in de stichting. De hoofddoelstelling is om leerlingen met leer- en gedragsmoeilijkheden zo goed mogelijk te begeleiden en op maat te laten werken. In het kader van Passend Onderwijs is onze stichting en dus ook onze school aangesloten bij het samenwerkingsverband Friesland.

6.3. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school

Het werk van de leerlingen wordt door de leerkracht of door de leerlingen zelf gecorrigeerd. (bijv. in de bovenbouw). Eventuele fouten worden aangestreept en indien nodig met de kinderen besproken. Op verschillende onderdelen ontvangen de kinderen een cijfer voor hun werk. In hogere groepen gebeurt dit bij meer onderdelen dan in de lagere groepen. De leerkracht noteert de cijfers in de leerlingenmap.

Om de ontwikkeling van de leerlingen goed te kunnen volgen worden er op gezette tijden in alle groepen toetsen afgenomen. Er wordt getoetst met methode gebonden toetsen, (toetsen uit de methode die gaan over wat er behandeld is)

Daarnaast worden Cito (= Centraal instituut voor toetsontwikkeling)

methodeonafhankelijke toetsen gebruikt voor: begrijpend lezen, technisch lezen, spelling, woordenschat en rekenen. Voor groep 1 + 2 de Cito-toetsen “Taal voor kleuters”, “Rekenen voor kleuters” en Kleuterobservatielijst.

De uitslagen van deze toetsen worden verwerkt in het leerlingvolgsysteem van het CITO. We kunnen door deze registratie onze school vergelijken met landelijke scores. Hieruit kunnen op school- en groepsniveau conclusies getrokken worden die betrekking hebben op de aanbieding van de leerstof en de gebruikte methodes. Het belangrijkste is echter om door registratie van toetsresultaten de ontwikkeling van elk kind te bewaken.

Tot slot wordt in april de Eindtoets in groep 8 afgenomen. Deze toets geeft een aanwijzing naar welk soort vervolgonderwijs de leerlingen van groep 8 kunnen gaan. Samen met de Plaatsingswijzer (zie hoofdstuk 4.5 blz. 28) volgt er een definitief advies.

(26)

25

Op gezette tijden observeert de groepsleerkracht de groep en maakt hiervan aantekeningen in de groepsmap. Iedere groep heeft een groepsmap met de dossiers van de leerlingen waar de leerkracht scores, toetsresultaten, observaties en andere zaken van de leerlingen noteert per kind.

De algemene personalia van de kinderen staan in de computer welke door de directie wordt beheerd. Van de leerlingen die extra zorg ontvangen, is een apart zorgdossier.

Minimaal drie keer per jaar, in oktober, maart en juni bekijken de leerkrachten met de IB’er (Interne Begeleider) de resultaten van de leerlingen. Niet alleen de toetsgegevens, maar ook de resultaten van het werk in de klas worden hierbij meegenomen. We kijken of er vooruitgang in zit, hoe de prestaties zijn t.o.v.

de klasgenoten en van het landelijke gemiddelde. Op deze vergadering bepalen we ook of er nog extra hulp nodig is, in welke vorm de extra hulp wordt gegeven en wie dit gaat doen. Na deze vergadering ontvangen de ouders, van de kinderen die extra hulp krijgen, een brief over de stand van zaken en over hoe we verder gaan.

Door regelmatige toetsing kunnen achterstanden op tijd worden gesignaleerd, gediagnosticeerd en geremedieerd door de leerkracht en Intern Begeleider.

Maar we hebben ook de zorg voor kinderen die meer aankunnen: d.m.v. verrijkingsstof via methodes of andere leermiddelen bijv. Piccolo, Compacten, Stenvert rekenkaarten, Slagwerk e.d. willen we hen uitdagen om zelfstandig de “extra” leerstof te verwerken.

Rapporten

Twee keer per jaar ontvangt u een schoolrapport met daarin de vorderingen/ beoordelingen van uw kind(eren). Te weten in februari en voor de zomervakantie.

Tien-minuten gesprek

Het welbevinden en de leervorderingen van de leerlingen worden met de ouders besproken op de tien- minuten-gespreksavonden (in november) en naar aanleiding van de schoolrapporten in februari en juni. In februari wordt iedereen uitgenodigd op school voor een gesprek met de leerkracht over de leerprestaties van de kinderen.

Natuurlijk bent u altijd welkom om met de leerkracht over uw kind te praten. Bijvoorbeeld op de

leerkrachtspreekuren, elke tweede dinsdag van de maand. We vragen u wel van te voren een afspraak te maken met de betreffende leerkracht.

6.4. Palludara en Passend Onderwijs

Binnen Palludara geloven we dat kinderen zoveel mogelijk op moeten kunnen groeien in hun eigen buurt of dorp. We kijken we naar de

ondersteuningsbehoefte van onze leerlingen (naar wat ze goed kunnen en nodig hebben) het liefst in het regulier onderwijs. In onze

ondersteuningsvisie is dan bijvoorbeeld ook te lezen: ´Doel van ons (passend) onderwijs is dat alle leerlingen dicht bij huis hun talenten kunnen ontplooien en dat ze in een ‘zo licht mogelijke’

onderwijssetting geholpen kunnen worden: gewoon waar het kan, bijzonder waar het moet.´

Met de invoering van passend onderwijs op 1 augustus 2014 hebben alle scholen een zorgplicht gekregen.

Dat betekent dat we de verantwoordelijkheid krijgen om alle leerlingen een passende onderwijsplek te bieden. De school kijkt hiervoor naar haar eigen mogelijkheden, deze staan beschreven in haar

schoolondersteuningsprofiel (SOP) en naar de mogelijkheden van uw kind. Kan de school zelf geen passende onderwijsplek bieden, dan wordt gekeken naar een:

• Een andere basisschool van Palludara;

• Een andere basisschool in de regio;

• Onderwijsarrangementen bijvoorbeeld in samenwerking met MOD (jeugdhulp Friesland), Kentalis, thuisonderwijs (met uiteindelijke doel -al dan niet volledige- terugkeer naar school);

• Een andere school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs.

(27)

26

Alle scholen van Palludara voldoen aan de zogenoemde ‘basisondersteuning’. Hierdoor kunnen we veel kinderen op onze scholen plaatsen. Deze basisondersteuning hebben we gecreëerd door een zorgvuldig ondersteuningsbeleid op te stellen, dat we planmatig onder de loep nemen met deskundige en

gekwalificeerde interne begeleiders. Daarnaast zetten we psychologische en orthopedagogische

hulpverlening in van het Didactisch Orthopedagogisch kenniscentrum (DOK) in Sneek. Ook hebben we een ambulante begeleider gedrag aangesteld die op alle scholen ondersteuning biedt wanneer het bij leerlingen qua welbevinden en gedrag even niet zo lekker loopt. Afsluitend helpt de goede samenwerking met externe partijen (denk aan organisaties als Jeugdhulp Friesland, Kindteam Sneek, Kinnik, Accare, fysiotherapie, logopedie) om de ondersteuningsstructuur soepel te laten verlopen. Veel scholen van Palludara hebben specifieke deskundigheid, denk bijvoorbeeld aan expertise rond ADHD, autisme, dyslexie, spraak- en taalproblemen of medische deskundigheid. Hierdoor is er ook maatwerk mogelijk voor uw kind, door bijvoorbeeld onderwijs op een andere school van Palludara te volgen. Op deze manier kunnen we vaak ook tegemoet komen aan kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Uiteraard gebeurt dit altijd erg zorgvuldig, in goed overleg en worden alle voor- en nadelen grondig met u afgewogen.

Omdat het zorgteam van WSNS is weggevallen heeft Palludara ook extra mogelijkheden gecreëerd om uw kind binnen de school te ondersteunen door het intern zorgteam binnen Palludara op te richten. Dit zorgteam, heeft de naam ‘Intern aanmeldingsteam leerlingenzorg’ (IAL). Het IAL is een multidisciplinair team dat door de school ingeschakeld kan worden bij kinderen die zich in een crisissituatie bevinden. Het IAL adviseert rond mogelijkheden voor leerlingen uitzonderlijke ondersteuningsbehoefte (zoals extra ondersteuning en interne/externe verwijzingen).

Deze ondersteuning gebeurt bijvoorbeeld door extra inzet van personeel, maar er kan ook gedacht worden aan het inzetten van specifieke materialen.

De school blijft altijd aanspreekpunt voor u, als ouder. Voor aanmelding zal aan u als ouders altijd expliciet toestemming gevraagd worden. Voor meer informatie kunt u terecht bij de school waar uw kind naartoe gaat. De directeur, intern begeleider en leerkrachten staan u graag te woord. Voor vragen die de school overstijgen kunt u het IAL bereiken op: ial@palludara.nl

Intern Aanmeldingsteam Leerlingenzorg

Omdat met de invoering van Passend Onderwijs het zorgteam van WSNS is weggevallen en er de

mogelijkheid is om een leerling binnen Palludara te verwijzen, is er binnen Palludara een intern zorgteam opgericht. Dit zorgteam, heeft de naam ‘Intern Aanmeldingsteam Leerlingenzorg’ (IAL).

Het IAL kan ingeschakeld worden voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben en adviseert voor wat betreft benodigde zorg en mogelijke doorverwijzingen binnen Stichting Palludara.

6.5. Passend onderwijs en Schoolondersteuningsprofiel Inleiding

Binnen Palludara vinden we dat ieder kind het verdient om het beste uit zichzelf te kunnen halen, ze hebben recht op het best passende onderwijs! Het contact met ouders wordt op onze scholen als zeer waardevol ervaren. U kent uw kind immers het best en weet wat hij of zij nodig heeft. De deuren van onze

scholen staan open voor uw ideeën en feedback. Sámen realiseren we het best passende onderwijs.

In het schoolondersteuningsprofiel (SOP) legt de school voor ten minste vier jaar vast welke ondersteuning de school biedt aan leerlingen die dat nodig hebben. Het schoolondersteuningsprofiel is opgesteld door de ouders (medezeggenschap), intern begeleiders, schoolleiding en het bestuur van Palludara. In het profiel wordt aangegeven welke ondersteuning onze scholen kunnen bieden en welke ambities de scholen hebben voor de komende periode. Op basis van het profiel inventariseren onze scholen welke expertise kan

worden ontwikkeld en wat dat betekent voor de (scholing van) leraren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Materialen en middelen inzetten Je kiest de juiste instrumenten en hulpmid- delen voor het desbetreffende type monster en monstername.. Je gebruikt instrumenten en hulpmiddelen op

Materialen en middelen inzetten Je kiest de analyseapparatuur, werkplek, chemicaliën en het instrumentarium op basis van de uit te voeren werkzaamheden.. Je gebruikt ze op

Het resultaat is dat je monsters gereed zijn voor verdere analyse.. Observatie

Omdat het zo lekker was: meer ge- moedsrust, meer inspiratie, meer zien, meer buiten zijn, gewoon foto’s maken met haar camera. Maar omdat sociale media ook geweldig zijn en

Dat wil zeggen dat voor de groep leerlingen die deze enquête hebben afgenomen: er betere cijfers worden behaald door leerlingen die hun huiswerk de volgende les af hebben;

Verschillende soorten kennis zijn van belang voor de interpretatie van feedback uit het CLVS, namelijk statistische kennis, kennis over afname van de toetsen, en kennis over

Thus, the supporters of the CDM views it as a mechanism which provides the developed country with the flexibility for achieving its emission reduction targets through

Over omgangsvormen, over wat grappig is en wat niet, wat gepast is en wat niet, wordt bijvoorbeeld door mannen en vrouwen en door mensen uit verschillende culturen heel