• No results found

Vraag nr. 220 van 22 juni 2005 van de heer HERMAN REYNDERS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 220 van 22 juni 2005 van de heer HERMAN REYNDERS"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 220 van 22 juni 2005

van de heer HERMAN REYNDERS

Wilsbeschikking uitvaartplechtigheid – Uitvoe-ring decreet

Steeds meer "familiale ruzies" ontstaan omtrent de aard van de ceremoniële afscheidsplechtigheid voor een overleden familielid.

Dit is vrij logisch. Weinigen spreken graag over hun dood en zij die tijdens het leven toch de nodige "schikkingen" treffen voor na hun overlijden, rege-len meestal enkel de patrimoniale aspecten. Gevolg hiervan is dat er geen duidelijkheid bestaat omtrent de laatste wil m.b.t. de aard van de afscheidsplech-tigheid, waardoor tal van ruzies ontstaan.

Dit zou eenvoudig opgelost kunnen worden door middel van een verklaring afgelegd voor de ambte-naar van de burgerlijke stand. Vandaag kan deze verklaring reeds worden afgelegd voor de wijze van teraardebestelling, doch niet voor de aard van de ceremoniële afscheidsplechtigheid.

De wettelijke basis hiervoor bestaat evenwel reeds. Ingevolge het Lambermontakkoord werd de materie van de begraafplaatsen en lijkbezor-ging overgedragen aan de gewesten. Het Vlaams Parlement keurde op 16 januari 2004 een decreet goed dat deze materie regelt. Het artikel 15 §2 van dit decreet stipuleert de mogelijkheid om bij de ambtenaar van de burgerlijke stand een verklaring af te leggen over de wijze van lijkbezorging, over de asbestemming, evenals over het ritueel van de levensbeschouwing voor de uitvaartplechtigheid. Dit kreeg in de praktijk evenwel nog geen uitvoe-ring, omdat er geen uitvoeringsbesluit of omzend-brief werd uitgevaardigd.

1. Onderkent de minister de boven beschreven problematiek?

2. Wordt er een uitvoeringsbesluit of een omzend-brief voorbereid ter uitvoering van artikel 15 §2 van het decreet van 16 januari 2004, zodat in de toekomst voor de ambtenaar van de burgerlijke stand effectief een verklaring houdende keuze van ceremoniële afscheidsplechtigheid kan wor-den afgelegd?

Zo ja, welke timing wordt hiervoor vooropge-steld?

Antwoord

Artikel 15bis, §2, eerste lid, van de wet van 13 juli 1971 maakte reeds mogelijk dat elkeen tijdens zijn leven vrijwillig een schriftelijke kennisgeving van zijn laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging, hetzij begraven, hetzij verstrooien of bewaren van de as na crematie, kon richten tot de ambtenaar van de burgerlijke stand van zijn gemeente. Deze kennisgeving wordt in het gemeen-telijke register van de bevolking ingeschreven op de door de Koning bepaalde wijze (artikel 15bis, §2, tweede lid van deze wet).

Het decreet van 16 januari 2004 op de begraaf-plaatsen en de lijkbezorging, breidt in artikel 15, § 1 tweede lid, de mogelijke inhoud van deze wilsbe-schikking uit tot het ritueel van de levensbeschou-wing volgens dewelke de uitvaartplechtigheid moet verlopen. Hier wil het decreet gestalte geven aan respect voor de levensbeschouwing van eenieder. Het decreet van 16 januari 2004 heeft de wet van 13 juli 1971 opgeheven, behalve een aantal bepa-lingen, waaronder het voormelde artikel 15bis, §2, tweede lid. De decreetgever is immers niet gemach-tigd om aan de materie van de bevolkingsregisters te raken vermits dit een federale aangelegenheid is gebleven.

De registratie van het ritueel van de levensbeschou-wing volgens dewelke de uitvaartplechtigheid moet verlopen zal dus door de federale overheid moeten gebeuren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de toekomst zal dat w a n d e l-, f i e t s- en ruiterpadennet, in het kader van het voor het natuurreservaat overeenkom- stig de bepalingen van artikel 34, § 1 van het de-

Bij brief van 5 januari 2004 gericht aan de A M V-buitendienst Antwerpen deelt het provin- ciebestuur mee dat in zitting van de bestendige deputatie van 11 december 2003

Indien uit het oriënterend bodemonderzoek blijkt dat de over te dragen grond aangetast is door een historische bodemverontreiniging die een ernstige aanwijzing voor een ernstige

Dit prachtig geïllustreerd jubileumboek, dat wordt opgedragen aan alle collega's en ex-collega's van de afdeling Water en aan het topmanagement dat de verwezenlijkingen van de

Welk budget werd er tijdens deze legislatuur be- steed aan restauratiepremies voor de privé-s e c- t o r, de openbare en eredienstsector in de arron- dissementen Sint-Niklaas en

nische voorzieningen voor de bouw van deze pompgemalen gelijklopend zijn met deze van waterkrachtcentrales, zal binnen de bovenver- melde werkgroep onderzocht

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Dirk Van Mechelen, Vlaams minis- ter van Financiën en Begroting en

Het besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1997 houdende vaststelling van een algemene bouwverordening inzake wegen voor voet- gangersverkeer legt daartoe normen op