• No results found

Eindexamen havo wiskunde B 2013-II

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Eindexamen havo wiskunde B 2013-II"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eindexamen havo wiskunde B 2013-II

© havovwo.nl

- www.havovwo.nl - www.examen-cd.nl

7 Wortel met raaklijn

18. Eerst reken je de afgeleide van f uit. Denk hierbij aan de kettingregel.

f0(x) = 0 + 1 2√

2x + 6· 2 = 1

√2x + 6. Als je nu x = 112 invult vind je

f0

 11

2



= 1

q

2 · 112+ 6

= 1

√9 =1 3.

19. Je begint door een formule voor de raaklijn op te stellen. Je weet al dat de richtingsco¨effici¨ent gelijk is aan 13, dus de raaklijn is van de vorm y =13x + b. Om uit te vinden wat b is vul je de co¨ordinaten van het punt A in. Dit geeft

0 = 1 3 · 11

2 + b, b = −1

2.

De formule van de raaklijn is dus y =13x −12. Om te kijken of de bewering uit de opgave waar is vul je nu in de formule voor de raaklijn x = −3 in, aangezien dit de x-co¨ordinaat van zowel punt B als punt C is. Dit geeft yS =13· (−3) −12 = −112. De y-co¨ordinaat van B is 0, en die van C is −3, dus S is inderdaad het midden van BC.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vervolgens teken je driehoek 4DEF op dezelfde manier als je 4ABC hebt getekend.. Nu ga je door met de halve cirkel die aan het lijnstuk CF

Hier kun je het beste de lengte van het kleine paard kiezen zodat de lengte van het grote paard, oftewel anderhalf keer de lengte van het kleine paard, een rond getal is.. We

Nu kun je de lijn AB twee keer tekenen, aangezien je de lengte van deze lijn kent, en je weet dat deze lijn evenwijdig moet zijn aan bijvoorbeeld CD.. Tenslotte teken je alle lijnen

Je wilt weten voor welke p de beide hoogtes gelijk zijn.. Dit kun je met de

Bij een horizontale verschuiving naar links moet je x vervangen door x+a, met a een zekere constante.. Eerst vul je de verschilsfunctie in in

De stang waar de vuilnisbak aan hangt, laten we in deze opgave buiten beschouwing.. In deze opgave worden de rondingen van de vuilnisbak en de dikte van het

1 Eerst reken je de straal uit van het grondvlak, het bovenvlak, en het vlak op halve hoogte. De straal van het grondvlak en van het bovenvlak zijn de helft van de diameter, ofwel

Hier moet je gebruik maken van de