• No results found

Eindexamen havo wiskunde B 2012 - II

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Eindexamen havo wiskunde B 2012 - II"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eindexamen havo wiskunde B 2012 - II

© havovwo.nl

- www.havovwo.nl - www.examen-cd.nl

4 Luchtdruk en hoogte

10. We weten dat er een lineair verband is tussen hoogte en luchtdruk. Hierbij hoort de formule h = a · p + b, met a en b vooralsnog onbekende constan- ten. De constante a is gelijk aan de verandering in hoogte gedeeld door verandering in luchtdruk. Als je 30 feet stijgt neemt de luchtdruk af met 1 millibar. Dit geeft a = −130 = −30. De voorlopige formule is nu h = b−30p.

Je weet ook dat bij h = 0 geldt dat p = 1013. Als je dit in de voorlopige formule invult krijg je 0 = b − 30 · 1013, oftewel b = 30 · 1013 = 30390. De uiteindelijke formule wordt dan h = 30390 − 30p.

11. Eerst reken je uit wat log p is. Dit is log 843 ≈ 2, 926. Nu kijk je in de uitwerkbijlage welke hoogte bij deze waarde hoort. Dit is ongeveer 4600 feet. Als je de hoogte berekent met behulp van de formule krijg je h = 30390 − 30 · 843 = 5100 feet. Dit verschilt 5100 − 4600 feet met de waarde uit het logaritmische verband.

12. Je wilt weten voor welke p de beide hoogtes gelijk zijn. Je wilt dus de volgende vergelijking oplossen:

61500 · (3, 00 − log p) = 30390 − 30p.

Deze vergelijking kun je oplossen met de GR. Op de Ti-84 plus voer je de volgende twee formules in:

y1= 61500 · (3.00 − log x), y2= 30390 − 30x.

Nu vind je met calc intersect dat beide formules dezelfde hoogte geven bij p = x ≈ 718 mbar.

13. Dit kun je met de GR oplossen. Je voert de volgende twee formules in in de Ti-84 plus:

y1 = 61500 · (3, 00 − log x), y2 = 1000.

Met calc intersect kun je de luchtdruk uitrekenen op 1000 feet. Dit is ongeveer 963 mbar. Met calc zero kun je de luchtdruk uitrekenen op 0 foot. Dit is ongeveer 1000 mbar. De afname is dus 1000−9631000 ·100% = 3, 7%.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Nu kun je de lijn AB twee keer tekenen, aangezien je de lengte van deze lijn kent, en je weet dat deze lijn evenwijdig moet zijn aan bijvoorbeeld CD.. Tenslotte teken je alle lijnen

Bij een horizontale verschuiving naar links moet je x vervangen door x+a, met a een zekere constante.. Eerst vul je de verschilsfunctie in in

Hij geeft 1 oplossing (met dus een totaal aantal oplossingen van 2) als de discriminant gelijk is

Eerst bereken je de lengte van enkele lijnstukken die je nodig hebt bij het tekenen van de uitslag.. Nu je deze lengtes weet kun je achtereenvolgens GHM N , N M LK en

Je kunt dan concluderen dat de procentuele toename per 10 jaar gelijk is aan

Nu kun je zien dat je deze functie kunt krijgen g door de trans- latie (3, 0), dus translatie 3 eenheden in de richting van de positieve x-as, en vermenigvuldiging ten opzichte van

Je weet dat deze raaklijn door het punt (0, 2)

Vervolgens reken je de oppervlakte van het cirkelvormige stuik