• No results found

Verslag over de doorlichting van Vrije School Buitengewoon Secundair Onderwijs De Bremberg te MOLENSTEDE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verslag over de doorlichting van Vrije School Buitengewoon Secundair Onderwijs De Bremberg te MOLENSTEDE"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie

Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL

doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.be www.onderwijsinspectie.be

Verslag over de doorlichting van Vrije School Buitengewoon Secundair Onderwijs De Bremberg te MOLENSTEDE

Hoofdstructuur buitengewoon secundair onderwijs

Instellingsnummer 27789

Instelling Vrije School Buitengewoon Secundair Onderwijs De Bremberg Directeur Jeanne BUSSELEN

Adres Groenstraat 16 - 3294 MOLENSTEDE Telefoon 013-33.38.86

Fax 013-32.83.33

E-mail buso.bremberg@telenet.be Website www.debremberg.be Bestuur van de instelling

Adres

Schoolcomite Buitengew. Ond.

Groenstraat 16 - 3294 MOLENSTEDE CLB

Adres

Vrij CLB Diest - Tessenderlo Mariëndaalstraat 35 - 3290 DIEST

Dagen van het doorlichtingsbezoek 14-03-2016,15-03-2016, 16-03-2016, 17-03-2016 Einddatum van het doorlichtingsbezoek 17-03-2016

Datum bespreking verslag met de instelling 26-04-2016 Samenstelling inspectieteam

Inspecteur-verslaggever Bart TABRUYN Teamleden Cathy MOELANTS

(2)

INHOUDSTAFEL

INLEIDING...3

1 SAMENVATTING ...5

2 DOORLICHTINGSFOCUS ...7

2.1 Leerprestaties in de doorlichtingsfocus ...7

2.2 Procesindicatoren of procesvariabelen in de doorlichtingsfocus ...7

3 RESPECTEERT DE SCHOOL DE ONDERWIJSREGLEMENTERING? ...8

3.1 Respecteert de school de erkenningsvoorwaarden?...8

3.1.1 Voldoet de school aan de onderwijsdoelstellingen? ...8

3.1.1.1 Opleidingsvorm een - Algemene en Sociale Vorming...8

3.1.2 Voldoet de school aan de erkenningsvoorwaarde ’bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne’?...9

3.1.3 Voldoet de school aan de overige erkenningsvoorwaarden?...10

3.2 Respecteert de school de overige reglementering? ...11

4 BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT? ...12

4.1 Evaluatiesysteem ...12

4.2 Deskundigheidsbevordering ...13

5 ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL ...14

6 STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL ...16

6.1 Wat doet de school goed? ...16

6.2 Wat kan de school verbeteren? ...16

7 ADVIES BETREFFENDE DE ERKENNINGSVOORWAARDEN ...17

8 OVERIGE REGELGEVING: REGELING VOOR VERVOLG...17

(3)

INLEIDING

De decretale basis van het onderzoek

Tijdens een doorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de school 1. de onderwijsreglementering respecteert,

2. op systematische wijze haar eigen kwaliteit onderzoekt en bewaakt, 3. haar tekorten al dan niet zelfstandig kan wegwerken

(zie artikel 38 van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs, 8 mei 2009).

Een doorlichting is dus een onderzoek van 1. de onderwijsreglementering,

2. de kwaliteitsbewaking door de school, 3. het algemeen beleid van de school.

Een onderzoek in drie fasen

Een doorlichting bestaat uit drie fasen: het vooronderzoek, het doorlichtingsbezoek en het doorlichtingsverslag.

 Tijdens het vooronderzoek bekijkt het inspectieteam de gehele school aan de hand van het CIPO- referentiekader. Het vooronderzoek wordt afgesloten met een doorlichtingsfocus: een selectie van te onderzoeken aspecten tijdens het doorlichtingsbezoek.

 Tijdens het doorlichtingsbezoek voert de onderwijsinspectie het onderzoek uit aan de hand van observaties, gesprekken en analyse van documenten.

 Het doorlichtingsverslag beschrijft het resultaat van de doorlichting, bevat een advies over de verdere erkenning en wordt gepubliceerd op www.doorlichtingsverslagen.be.

Een gedifferentieerd onderzoek

1. Omdat de onderwijsinspectie gedifferentieerd doorlicht, onderzoekt het inspectieteam in de school een selectie van de onderwijsreglementering:

 het voldoende handelingsplanmatig nastreven van de onderwijsdoelstellingen Hiertoe selecteert de onderwijsinspectie een aantal leerprestaties.

Daarbij onderzoekt de onderwijsinspectie altijd de vijf fasen van handelingsplanning:

 de beginsituatiebepaling

 de doelenselectiefase

 de voorbereidingsfase

 de uitvoeringsfase

 de evaluatiefase.

 een selectie van andere erkenningsvoorwaarden, waaronder de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne.

 een selectie van overige regelgeving.

2. Om de kwaliteitsbewaking door de school na te gaan, selecteert het inspectieteam een aantal procesvariabelen. Het inspectieteam gaat met de kwaliteitswijzer na of de school voor deze procesvariabelen aandacht heeft voor

 doelgerichtheid: welke doelen stelt de school voorop?

 ondersteuning: welke ondersteunende initiatieven neemt de school om efficiënt en doelgericht te werken?

 doeltreffendheid: bereikt de school de doelen en gaat de school dit na?

 ontwikkeling: heeft de school aandacht voor nieuwe ontwikkelingen?

(4)

3. Het inspectieteam onderzoekt ten slotte het algemeen beleid van de school aan de hand van vier procesvariabelen: leiderschap, visieontwikkeling, besluitvorming, kwaliteitszorg.

Het advies

De adviezen die de onderwijsinspectie uitbrengt, hebben betrekking op alle of op afzonderlijke structuuronderdelen van de school. De onderwijsinspectie kan drie adviezen uitbrengen:

 een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van de school of van structuuronderdelen.

 een beperkt gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de erkenning van de school of van structuuronderdelen als de school binnen een bepaalde periode voldoet aan de voorwaarden vermeld in het advies.

 een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van de school of van structuuronderdelen op te starten.

Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of de school de vastgestelde tekorten zelfstandig kan wegwerken.

Tot slot

Binnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve doorlichtingsverslag informeert de directeur van de school de ouders en leerlingen over de mogelijkheid tot inzage.

Binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst moet de directeur van de school het verslag volledig

bespreken tijdens een personeelsvergadering. Het bestuur van de school of zijn gemandateerde tekent het verslag voor gezien. Het bestuur stuurt het binnen dertig kalenderdagen na ontvangst terug naar de onderwijsinspectie en maakt eventueel melding van zijn opmerkingen.

De school mag het verslag niet gebruiken voor publicitaire doeleinden.

Meer informatie?

www.onderwijsinspectie.be en www.doorlichtingsverslagen.be

(5)

1 SAMENVATTING

Dit verslag geeft de vaststellingen weer van de doorlichting in de school voor buitengewoon secundair onderwijs De Bremberg te Molenstede, Diest. De school heeft een aangepast onderwijsaanbod voor jongeren met een verstandelijke beperking of een autismespectrumstoornis. De onderwijsinspectie besliste, op basis van gegevens die ze vooraf onderzocht, om naast opleidingsvorm 1 ook de processen te onderzoeken die vermeld zijn onder 2.2 in dit verslag. Verder onderzocht de onderwijsinspectie ook het beleid met betrekking tot de bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de school, een selectie van de regelgeving en het algemeen beleid.

De school bereidt haar leerlingen goed voor op maatschappelijk functioneren en participeren in een omgeving waar ondersteuning voorzien is. Ze biedt onderwijs op maat dat afgestemd is op de persoonlijke hulpvraag van elke leerling. In de klassen voor leerlingen met een bijkomende autismespectrumstoornis is er waar nodig een doorgedreven individueel leeraanbod. De lessen worden goed voorbereid en er wordt gepast klasdoorbrekend of met extra ondersteuning in de klas gewerkt. De leraren slagen er in om een aangenaam en veilig leer- en leefklimaat te creëren en het onderwijsaanbod toch steeds voldoende uitdagend en ambitieus te houden voor elke leerling. De school maakt erg goed gebruik van de

mogelijkheid om sociaal maatschappelijke training in te richten en ouders worden steeds op gepaste wijze betrokken.

Er is een sterk beleidsvoerend vermogen in de school wat zich uit in een goed evenwicht tussen collegiali- teit, autonomie en gerichte aansturing. Zowel personeelsleden als ouders hebben voldoende

mogelijkheden om zich te engageren in een participatieve besluitvorming. Het hele schoolteam werd in de voorbije jaren intensief betrokken bij de ontwikkeling van een heldere en gedragen visie op heel wat onderwijsaspecten. Dit leidde tot een grote gelijkgerichtheid in het nastreven van gezamenlijke doelen. De grote betrokkenheid van de schoolleiding bij het uitvoeren van de onderwijs- en begeleidingsopdracht is eveneens een meerwaarde voor de schoolwerking. Het beleidsvoerend vermogen van de school komt ook tot uiting in de wijze waarop ze haar eigen kwaliteit bewaakt en voortdurend bijstuurt. Dit blijkt onder meer uit het kwaliteitsonderzoek waarbij de inspectie de processen personeelsevaluatie en

deskundigheidsbevordering nader onderzocht.

De wijze waarop de personeelsevaluatie verloopt in deze school is een voorbeeld van goede praktijk. Elk jaar vindt er een persoonlijk gesprek plaats tussen de directeur en elke leraar. Er is ook minstens één formeel functioneringsgesprek en een evaluatiegesprek om de vier jaar zoals de regelgeving voorschrijft.

Uit verslagen blijkt dat er tijdens deze gesprekken steeds ruimte is voor zelfevaluatie en werkpunten maar zeker ook voor positieve feedback over het functioneren van elk personeelslid. Daarenboven benut de schoolleiding deze gesprekken om te peilen naar sterke en zwakke punten van de gehele schoolwerking en ze stemt haar eigen beleid hierop af waar ze kan.

Ook de deskundigheidsbevordering van het personeel wordt op basis van deze gesprekken vorm gegeven.

Alle personeelsleden vermelden jaarlijks hun vormingswensen en worden gemotiveerd en ondersteund om hiervoor passende vormingen te volgen. De aandacht voor de doelgerichtheid van dit nascholingsbeleid kan nog geoptimaliseerd worden omdat er nog geen duidelijke prioriteiten op schoolniveau worden vastgelegd.

(6)

De bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne in de school wordt in voldoende mate bewaakt. De school krijgt hiervoor een gunstig advies. Alle gekende tekorten worden steeds onmiddellijk weggewerkt of

systematisch aangepakt op basis van een goede langetermijnplanning. Aangezien de school met een gebrek aan opslagruimte kampt, is het in gebruik nemen en veilig opslaan van (nieuwe) materialen wel een

blijvend werkpunt voor de school.

Uit het kwaliteitsonderzoek van de processen en het algemeen beleid blijkt dat de school steeds doordacht, vanuit een duidelijke visie, tewerk gaat. De onderwijsdoelstellingen worden in voldoende mate en op een handelingsplanmatige wijze nagestreefd. Het team heeft oog voor de kwaliteit van haar schoolwerking en stuurt bij waar zij dit nodig acht. Daarom sluit de inspectie de doorlichting af met een gunstig advies.

(7)

2 DOORLICHTINGSFOCUS

Op basis van het vooronderzoek en in het kader van een gedifferentieerde doorlichting selecteerde de onderwijsinspectie onderstaande leerprestaties en procesindicatoren/procesvariabelen voor verder onderzoek.

2.1 Leerprestaties in de doorlichtingsfocus Opleidingsvorm 1 Algemene en Sociale Vorming

Opleidingsvorm 1 x

2.2 Procesindicatoren of procesvariabelen in de doorlichtingsfocus Personeel - Personeelsbeheer

Evaluatiesysteem Personeel - Professionalisering

Deskundigheidsbevordering

(8)

3 RESPECTEERT DE SCHOOL DE ONDERWIJSREGLEMENTERING?

3.1 Respecteert de school de erkenningsvoorwaarden?

3.1.1 Voldoet de school aan de onderwijsdoelstellingen?

Het onderzoek naar het voldoen aan de onderwijsdoelstellingen levert voor de geselecteerde leerprestaties het volgende op.

3.1.1.1 Opleidingsvorm een - Algemene en Sociale Vorming Voldoet

De school bereidt de leerlingen goed voor op maatschappelijk functioneren en participeren in een omgeving waar ondersteuning voorzien is. De wijze waarop de school het proces van handelingsplanning vormgeeft garandeert in voldoende mate onderwijs op maat voor elke leerling.

Beginsituatiebepaling Beeldvorming Functionele neerslag Actualisering

De beginsituatie van de leerlingen wordt beschreven in het luik 'persoonsbeeld' in elk individueel handelingsplan en is zeer volledig. Zowel opvoedings- als onderwijsnoden worden concreet weergegeven. Door dit ook in de

rapportering naar ouders te gebruiken zorgt men voor veel transparantie. Voor elke rapportperiode wordt dit beeld geactualiseerd. In overleg met de ouders worden hieruit individuele hulpvragen gedestilleerd. In elke klas wordt ook een kaft voorzien ten behoeve van eventuele vervangende leraren. Deze is zeer informatief en geeft een goede houvast om de klas gepast te begeleiden.

Doelenselectiefase Op maat Evenwichtig aanbod Doelenkaders Horizontale en verticale

afstemming Multidisciplinair overleg

De doelenselectie gebeurt vanuit een eigen concept van

ontwikkelingsdomeinen, waaraan de school de decretale ontwikkelingsdoelen heeft gekoppeld. Er is een duidelijke en eigentijdse visie op deze

ontwikkelingsdomeinen en de vakken of activiteiten die hieraan gekoppeld worden. De doelenselectie gebeurt multidisciplinair vanuit de klassenraad.

Naast de doelen per vak in de groepswerkplannen, wordt ook voor iedere leerling een individuele doelenselectie uitgeschreven om tegemoet te komen aan de individuele hulpvragen. Hierover wordt steeds overlegd met de ouders.

Voor de meeste ontwikkelingsdomeinen of activiteiten zijn opbouwende leerlijnen uitgewerkt of in ontwikkeling.

Voorbereidingsfase Planning Multidisciplinair Methodiek en werkvormen Vakgroepwerking Infrastructuur en uitrusting

Uit de lerarenagenda's blijkt dat er voldoende planmatig en frequent gedifferentieerd wordt. In de auti-klassen is er waar nodig een ver doorgedreven individualisatie van het leeraanbod. Leerinhouden worden multidisciplinair gepland en er wordt gepast klasdoorbrekend of met extra ondersteuning van een paramedicus of leraar gewerkt. De school maakt hiervoor goed gebruik van het uur bijscholing-begeleiding. Door de organisatie van ateliers, hobby-namiddagen en sociaal maatschappelijke training werkt de school efficiënt naar de finaliteit van de opleiding toe. Via werkgroepen wordt het aanbod regelmatig kritisch bekeken en bijgestuurd. De infrastructuur en uitrusting zijn goed aangepast aan de noden van de doelgroep. Er wordt op een uitdagende wijze gebruik gemaakt van moderne leermiddelen.

(9)

Uitvoeringsfase Planmatige aanpak Flexibiliteit Methodiek en werkvormen Individualisatie en differentiatie

Tijdens de klasbezoeken en gesprekken kon worden vastgesteld dat de school over professioneel personeel beschikt dat met veel engagement en inzet de eigen taak uitvoert. Ondanks de duidelijke planmatige differentiatie wordt er ook voldoende flexibel en gepast omgegaan met acute situaties. De

methodieken en werkvormen zijn goed afgestemd op de doelgroep. De leraren slagen erin om een aangenaam en veilig leer- en leefklimaat te creëren en het onderwijsaanbod toch steeds voldoende uitdagend en ambitieus te houden voor elke leerling. De aanpak is soms ook origineel, zoals het werken met de schoolhond. De organisatie van het vrijblijvende start-to-run programma tijdens de middagpauze werkt erg motiverend.

Evaluatiefase Systeem of instrument Gelinkt aan doelen/diagnostisch

Valide Evenwichtig en representatief Transparantie en normering Procesevaluatie Rapportering

De periodieke evaluatie van alle geselecteerde doelen gebeurt twee maal per jaar en wordt volledig weergegeven in de rapporten. Deze worden steeds met de ouders besproken. Hierdoor is deze evaluatie zeer transparant en een goede basis voor het selecteren van nieuwe doelen. De rapporten van voorbije jaren worden bijgehouden in de individuele dossiers en deze van het voorbije

schooljaar bevinden zich steeds in de klaskaft in het lokaal van de leerlingen. De permanente evaluatie wordt door de meeste leraren bijgehouden op aparte documenten of in de eigen agenda. Voor de auti-klassen is dit ook deels terug te vinden in de communicatieschriftjes tussen leraren. Naast de rapporten voor de ouders is er ook een rapport voor de leerlingen aan de hand van smileys. Dit is een goed instrument om met de leerlingen te reflecteren over hun

leerproces, maar houdt op het vlak van vormgeving weinig rekening met het verschil in communicatievaardigheid tussen de diverse klasgroepen.

SMT De school maakt op een verantwoorde wijze gebruik van de mogelijkheid om sociaal maatschappelijke training in te richten. Deze training kan plaatsvinden op de eigen campus, in een dagvoorziening of in het normaal economisch circuit in de vorm van begeleid werken. De voorbereiding, uitvoering, opvolging en evaluatie zijn een voorbeeld van goede praktijk. De ouders worden op gepaste wijze betrokken. Het administratieve luik is goed in orde.

3.1.2 Voldoet de school aan de erkenningsvoorwaarde ’bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne’?

De school gaat voor de gehele infrastructuur op systematische wijze haar situatie op het vlak van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne na. Dit blijkt uit de regelmaat waarmee ze controles en

risicoanalyses uitvoert. Daardoor kent ze de weinige tekorten en is ze waakzaam voor eventuele ongunstige veranderingen in de leer- en werkomgeving van het personeel en de leerlingen. Er is een procedure

uitgeschreven om het aankoop- en indienststellingsbeleid in goede banen te leiden. Voor de aankoop van materialen en producten wordt deze goed opgevolgd. Voor producten die via schenking of langs een andere weg in de school terecht komen gebeurt dit echter nog niet systematisch. Het is een werkpunt voor het hele schoolteam om ook hier meer bewust mee om te gaan en zo de risicobeheersing verder te

optimaliseren.

De werkwijze van de instelling toont aan dat ze gebruikmaakt van de analyses van deskundigen en dat ze rekening houdt met de opmerkingen van personeel. Opgemerkte tekorten worden onmiddellijk

weggewerkt of opgenomen in de plannen die de beheersing ervan regelen. Er wordt in voldoende budgetten voorzien om de gunstige situatie ook in de toekomst te behouden. Alle verplichte controleverslagen zijn aanwezig en vermelden geen of geen ernstige tekorten.

(10)

Er heerst een cultuur waarbinnen elkeen zich aangesproken voelt om op eigen niveau bij te dragen aan de veiligheid van het domein en de verschillende lokalen waarvan de school gebruikt maakt. Aangezien de school met een gebrek aan opslagruimte kampt, is het schoolteam genoodzaakt om een grote hoeveelheid materialen ook in klaslokalen en gangen op te slaan. Dit gebeurt niet altijd even doordacht en zorgt voor heel wat wanorde. Het maakt het bovendien moeilijk om een goed overzicht te bewaren over de

beschikbare materialen en om deze optimaal te beheren.

De onderwijsinspectie bezocht tijdens de doorlichting de meeste lesplaatsen van de school. De

vaststellingen van deskundigen, die terug te vinden zijn in documenten, stemmen overeen met wat de onderwijsinspectie tijdens de doorlichting opmerkt.

Het lerarenteam en het onderhoudspersoneel dragen voldoende zorg voor de hygiëne in het gehele schoolgebouw. Enkele van de didactische keukens waarvan ze gebruik maakt, werden recent vernieuwd wat de situatie op het gebied van gezondheid en hygiëne nog bevordert. Het correct bewaren van voedsel is wel een blijvend aandachtspunt voor alle keukens.

De school krijgt een gunstig advies voor de erkenningsvoorwaarde bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne.

Omwille van de systematiek waarmee de instelling tekorten opspoort en wegwerkt en de aandacht voor proactieve acties, vertrouwt de onderwijsinspectie erop dat de school de aandacht voor de

bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne verder zal bewaken en de goede situatie op dit vlak kan consolideren.

3.1.3 Voldoet de school aan de overige erkenningsvoorwaarden?

Het onderzoek naar het voldoen aan de geselecteerde erkenningsvoorwaarden levert het volgende op.

Onderzochte erkenningsvoorwaarde

Leeft de school de bepalingen na over de taalregeling in het onderwijs? (codex so, art. 15, §1, 5°) ja Neemt de school de reglementering betreffende verlofregeling en aanwending van de schooltijd in acht?

(codex so, art. 15, §1, 7°)

ja

Heeft de school een beleidscontract of beleidsplan met een centrum voor leerlingenbegeleiding dat minstens de verplichte bepalingen vermeldt? (codex so, art. 15, §1, 9° en decreet CLB, art. 39 en 40)

ja

(11)

3.2 Respecteert de school de overige reglementering?

Het onderzoek naar het voldoen aan de geselecteerde reglementering levert het volgende op.

Onderzochte regelgeving

Is er een schoolreglement waarin de verplichte bepalingen correct zijn opgenomen? (codex so, art.

112 en 123/10)

ja

• de basisprincipes van het schoolbeleid met betrekking tot een aantal leerlinggebonden materies ja

• de lesspreiding en de vakantie- en verlofregeling voor leerlingen ja

• de krachtlijnen inzake extra-murosactiviteiten, leerlingenstages, werkplekleren en school- of centrumvervangende onderwijsprogramma’s

ja

• de samenwerking met andere onderwijsinstellingen, vormingsinstellingen of organisaties voor zover rechtstreekse impact op leerlingen

ja

• bepalingen in verband met het recht op onderwijs aan huis ja

• de bijdrageregeling, afwijkingen en contactpersoon terzake ja

• de inspraakmogelijkheden voor de betrokken personen in de school of centrum ja

• de voorwaarden waaronder de betrokken leerling en de betrokken personen inzage kunnen uitoefenen in of een toelichting kunnen vragen bij of een kopie kunnen bekomen van de leerlingengegevens, waaronder de evaluatie-gegevens

ja

• de organisatie van de leerlingenevaluatie ja

• de lokale leefregels ja

• de eventuele beroepsmogelijkheden voor de betrokken personen ten aanzien van betwiste beslissingen buiten beslissingen in verband met definitieve uitsluiting of leerlingenevaluatie

ja

• de basisprincipes van het schoolbeleid met betrekking tot reclame en sponsoring ja

• engagementsverklaring waarin wederzijdse afspraken worden opgenomen ja

• bepalingen over overdraging bij schoolverandering van leerlingengegevens naar de nieuwe school ja Is het schoolreglement conform het inschrijvingsrecht? (codex so, art. 110/1 tot 110/10) ja Informeert de school ouders en leerlingen en personeel over het centrum voor

leerlingenbegeleiding waarmee ze samenwerkt? (codex so, art. 15, §1, 9° en decreet CLB, art. 33) ja

Verloopt het afleveren van attesten van lesbijwoning correct? (codex so, art. 115, derde alinea en 252, §2)

ja

Respecteert de school het minimumlessenrooster? (codex so, art. 148-157 en BVR van 19-7-2002) ja

(12)

4 BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT?

Het onderzoek naar de kwaliteit en de kwaliteitsbewaking van de geselecteerde procesindicatoren of procesvariabelen levert het volgende op.

4.1 Evaluatiesysteem

Doelgerichtheid De school hanteert een duidelijke procedure voor de evaluatie van haar personeel. De geïndividualiseerde en jaarlijks geactualiseerde

functiebeschrijvingen vormen de basis voor een jaarlijks individueel gesprek tussen de directie en elk personeelslid. De verwachtingen van de school en de doelgerichtheid van deze procedure blijken uit de documenten die de school hanteert ter voorbereiding en verslaglegging van deze gesprekken.

Ondersteuning De schoolleiding slaagt erin om met elk personeelslid meerdere formele functioneringsgesprekken en een evaluatiegesprek te voeren in de

voorgeschreven periode van vier jaar. Deze gesprekken worden zowel door de directeur als door het personeelslid goed voorbereid. Elk functioneringsgesprek wordt bovendien voorafgegaan door een onaangekondigd klasbezoek door de directeur waardoor zij een goed zicht behoudt op het functioneren van elk personeelslid. Van elk gesprek wordt een uitgebreid verslag gemaakt waarin ruimte is voor zelfevaluatie en werkpunten maar waarin zeker ook positieve feedback over het functioneren op school formeel wordt opgenomen. Naast de directeur neemt vooral de orthopedagoog ook een grote rol op in het

aansturen, coachen, begeleiden en in grote mate ondersteunen van personeelsleden.

Doeltreffendheid Uit de verslagen van alle functioneringsgesprekken destilleerde de schoolleiding sterke en zwakke punten van zowel personeelsleden als van de schoolwerking maar ook van het eigen beleidsvoerend vermogen. Zij geeft waar mogelijk gepast gevolg aan gesignaleerde werkpunten en vanuit de kerngroep worden verbeteracties op touw gezet. Dit leidde in de afgelopen jaren onder meer tot een aanpassing van de organisatie van de klassenraad, de invulling van

pedagogische studiedagen, de herverdeling van BPT-uren en het toewijzen van taken in de school.

Personeelsleden krijgen steeds feedback en uit de verslagen blijkt dat gemaakte afspraken in een volgend gesprek steeds opgevolgd worden.

Ontwikkeling De wijze waarop de personeelsevaluatie in deze school uitgevoerd wordt, is een voorbeeld van goede praktijk. Toch tracht de school ook in het kader van personeelsbeleid haar werking steeds te verbeteren. Zo heeft het schoolbeleid de intentie om haar aandacht voor het psycho-sociaal welzijn van

personeelsleden in de toekomst nog te verhogen. Een eerste aanzet hiertoe werd al gegeven tijdens een overleg met het schoolbestuur.

(13)

4.2 Deskundigheidsbevordering

Doelgerichtheid In een algemene visietekst op het nascholingsbeleid geeft de school de verwachting aan dat alle personeelsleden minimaal de bachelor na bachelor buitengewoon onderwijs volgen en dat leraren in de auti-werking een

bijkomende basisvorming in verband met autismespectrumstoornissen volgen.

Verder baseert de schoolleiding zich voornamelijk op de vormingswensen van het schoolteam om keuzes te maken betreffende de

deskundigheidsbevordering van het personeel. De grote mate waarin de directie rekening houdt met deze wensen en het grote engagement en de leerbereidheid van de meeste leraren zorgen ervoor dat de expertise binnen de school steeds toeneemt. Ook het deelnemen aan schooloverstijgende

overlegplatforms is een meerwaarde. Omdat het plannen en vastleggen van externe vormingen grotendeels vraaggestuurd gebeurt, is de aandacht voor de doelgerichtheid nog niet optimaal. Een concrete (lange termijn-)planning waarin prioriteiten op schoolniveau worden vastgelegd, ontbreekt voorlopig.

Ondersteuning Personeelsleden worden aangemoedigd en ondersteund om aan meerdere vormingen deel te nemen. Jaarlijks dienen zij een persoonlijk vormingsplan in dat met de directie besproken wordt. Gepaste schoolexterne

vormingsinitiatieven worden, weliswaar vrijblijvend, via mail aan de betrokken personeelsleden gemeld. Het nascholingsbudget dat de school ter beschikking heeft, wordt volledig aangewend.

Doeltreffendheid De school heeft al heel wat aandacht voor de doeltreffendheid van de

deskundigheidsbevordering. Het individuele vormingsplan dat personeelsleden indienen, wordt bij de start van een volgend schooljaar steeds geëvalueerd. Dit is een goed initiatief van de schoolleiding waarmee deze bewaakt dat gemaakte afspraken worden nagekomen en of de verwachte deskundigheidsbevordering heeft plaatsgevonden.

Hoewel de visietekst stelt dat voor elke gevolgde externe vorming een korte evaluatie moet worden binnengebracht, gebeurt dit niet altijd en een

transparant overzicht van alle gevolgde vormingen ontbreekt. Toch blijkt uit het onderzoek dat de schoolleiding een zeer goed zicht heeft op de aanwezige expertise. Een analyse hiervan op schoolniveau ontbreekt nog.

Ontwikkeling Recent verklaarde de school zich akkoord om mee te werken aan een

onderzoek van de Katholieke Universiteit Leuven waarin zal worden nagegaan wat de meerwaarde is van een extern gevolgde vorming SMOG (spreken met ondersteuning van gebaren) ten opzichte van het collegiaal overdragen van expertise en ervaringen met deze communicatievorm die men opdoet binnen de eigen schoolwerking.

Signalen vanuit de personeelsgroep worden steeds aangewend om het eigen vormingsbeleid verder te ontwikkelen en inhoudelijk vorm te geven.

(14)

5 ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL

Het onderzoek naar het algemeen beleid van de school levert volgende vaststellingen op.

Leiderschap De leiding van de school ligt sinds 2009 in handen van de huidige directeur.

Voor het nemen van beslissingen en het bepalen van beleidslijnen laat die zich bijstaan door een kernteam, bestaande uit twee ervaren leraren en de

orthopedagoog van de school. De schoolleiding toont een zeer grote

betrokkenheid bij het uitvoeren van de onderwijs- en begeleidingsopdracht.

Hierdoor heeft zij een goed zicht op het pedagogisch handelen op de klasvloer en slaagt zij erin om vrijwel alle teamleden te motiveren om te handelen volgens de uitgezette lijnen. Personeelsleden worden gestimuleerd tot het nemen van initiatieven en worden ondersteund en bijgestuurd waar nodig. Dit gebeurt zowel formeel als informeel.

Naast de directeur is het vooral de orthopedagoog die personeelsleden aanstuurt, coacht, begeleidt en in grote mate ondersteunt.

Meestal wordt er open gecommuniceerd over strategieën, ideeën,

verzuchtingen en onzekerheden. Waar mogelijk wordt hier ook rekening mee gehouden door de directie die steeds streeft naar een goed evenwicht tussen collegialiteit, autonomie en gerichte aansturing.

De directeur is steeds bereikbaar en bereid tot constructief luisteren en het geven van feedback. Dit resulteerde in een warm leef- en schoolklimaat en heeft geleid tot een geïntegreerd beleid en een gedeeld leiderschap. Ook de wijze waarop de personeelsevaluatie verloopt, draagt bij tot een leer- en werkomgeving waar iedereen groeikansen krijgt.

Visieontwikkeling In de voorbije jaren werd veel energie en tijd geïnvesteerd in het uitwerken van heldere visieteksten. Het hele schoolteam werd op gepaste wijze betrokken en de inspanningen van de verschillende werkgroepen resulteerden in de heldere en gedragen visieteksten die de school nu kan voorleggen. Zowel het proces om hiertoe te komen als het resultaat getuigen van een sterk beleidsvoerend vermogen. De grote gelijkgerichtheid waarmee het team gezamenlijke doelen nastreeft toont de meerwaarde van het gelopen proces en biedt de school kansen om haar goede werking op gepaste wijze verder te optimaliseren.

Besluitvorming Ondanks inspanningen van de school is er geen schoolraad. Toch is er ruim voldoende inspraakmogelijkheid voor alle betrokkenen. De werkgroepen en de wijze waarop overleg gepleegd wordt in de school, biedt voldoende

mogelijkheden voor personeelsleden om zich te engageren in de

besluitvormingsprocessen. Beleids- en andere beslissingen worden steeds in onderling overleg genomen waarbij goed gebruik gemaakt wordt van de aanwezige deskundigheid. Ouders worden eveneens maximaal betrokken bij het schoolgebeuren. Dit alles duidt op een participatieve besluitvorming waarbij de meeste teamleden zich mee verantwoordelijk voelen voor zaken die de eigen verantwoordelijkheid overstijgen.

(15)

Kwaliteitszorg Deze school is voortdurend in ontwikkeling en staat open voor vernieuwingen die aansluiten bij de visie van waaruit de school werkt. Meerdere

personeelsleden nemen deel aan school-overstijgende overlegplatformen om de eigen expertise te delen en te vergroten. Ze ondernam al heel wat goede initiatieven om de kwaliteit van haar eigen werking te bewaken en bij te sturen.

Jaarlijks peilt de school onder meer aan de hand van gesprekken en formele bevragingen naar bevindingen van ouders en personeelsleden. Deze

systematische en vrijwel integrale gegevensverzameling wordt in voldoende mate geanalyseerd, gecommuniceerd naar het volledige schoolteam en door het kernteam omgezet in prioriteiten. Het identificeren van verbeterpunten wordt niet als bedreigend ervaren maar aangegrepen om het eigen

functioneren voortdurend te verbeteren. Zo werden alle werkpunten uit de vorige doorlichting grondig aangepakt, wat leidde tot een gepaste verandering in het onderwijsaanbod. De vaststellingen van de onderwijsinspectie wijzen op een erg groot reflectief en responsief vermogen van de school. Er werden geen inbreuken tegen de regelgeving vastgesteld.

(16)

6 STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL

6.1 Wat doet de school goed?

Wat betreft de erkenningsvoorwaarden

 het aangenaam en veilig leef- en leerklimaat;

 de individuele handelingsplannen en de transparantie hiervan voor ouders;

 de organisatie van de ateliers, de hobbywerking en de sociaal maatschappelijke training.

Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen

 de evaluatie van het voltallige personeel.

Wat betreft het algemeen beleid

 de betrokkenheid van en de ondersteuning door de schoolleiding bij het uitvoeren van de onderwijs- en begeleidingsopdracht van het personeel;

 de procesmatige uitwerking van een transparante en gezamenlijk gedragen visie op het onderwijsaanbod en de organisatie ervan;

 het continu bijsturen van de eigen kwaliteit in het kader van de algemene kwaliteitszorg.

6.2 Wat kan de school verbeteren?

Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen

 de aandacht voor de doelgerichtheid van de deskundigheidsbevordering.

(17)

7 ADVIES BETREFFENDE DE ERKENNINGSVOORWAARDEN

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies:

GUNSTIG

 voor de erkenningsvoorwaarde 'voldoen aan de onderwijsdoelstellingen' voor alle structuuronderdelen.

 voor de erkenningsvoorwaarde 'bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne'.

 voor de overige erkenningsvoorwaarden.

8 OVERIGE REGELGEVING: REGELING VOOR VERVOLG

Op de gecontroleerde overige regelgeving werden door het inspectieteam geen inbreuken voor verder gevolg door de onderwijsinspectie vastgesteld.

Namens het inspectieteam Voor kennisname namens het bestuur

Bart TABRUYN

de inspecteur-verslaggever

Jeanne BUSSELEN de directeur Datum van verzending aan de directie en het

bestuur van de school

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het schoolteam bereikt bij de leerlingen in voldoende mate de eindtermen voor Nederlands en muzische vorming.. Zowel de onderwijzers als de ondersteunende zorgleerkracht investeren

Tijdens de doorlichting in 2014 stelde de onderwijsinspectie vast dat de school de leerplandoelen voor handel in onvoldoende mate realiseerde. Dit kwam vooral door discontinuïteit

OV – 26261 – bubao – Vrije Lagere School voor Buitengewoon Onderwijs - De Olm te HERK-DE-STAD (Schooljaar 2013- het inschakelen van expertise door de secundaire school op

OV – 130815 – bubao – Vrije Lagere School voor Buitengewoon Onderwijs - Wonderwijs Brugge te SINT-KRUIS Het schoolteam is zich echter bewust dat de terugkoppeling van de evaluatie

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Lagere School voor Buitengewoon Onderwijs Lamdeni te ANTWERPEN 1.. Hoofdstructuur buitengewoon basisonderwijs Instellingsnummer

OV – 27771 – buso – Stedelijke School Buitengewoon Secundair Onderwijs De Brug te AARSCHOT (Schooljaar 2014-.. Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming

In uitvoering van het Decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor erkenning van de tekorten zoals vermeld in punt 2 van dit

enthousiasmeert en motiveert haar personeelsleden door hen medeverantwoordelijkheid over hun