• No results found

9331/21 ceu,jwe/dep/pc 1 RELEX.2.B

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "9331/21 ceu,jwe/dep/pc 1 RELEX.2.B"

Copied!
41
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Raad van de Europese Unie

Luxemburg, 21 juni 2021 (OR. en)

9331/21

CONOP 30 CODUN 26 CFSP/PESC 621 COARM 114

NOTA

van: het secretariaat-generaal van de Raad

aan: de delegaties

nr. vorig doc.: ST 10866/20

Betreft: Jaarlijks voortgangsverslag betreffende de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (2020)

Voor de delegaties gaat hierbij het jaarlijks voortgangsverslag betreffende de uitvoering van de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (2020).

(2)

BIJLAGE

JAARLIJKS VOORTGANGSVERSLAG BETREFFENDE DE UITVOERING VAN DE STRATEGIE VAN DE EUROPESE UNIE TEGEN DE VERSPREIDING VAN

MASSAVERNIETIGINGSWAPENS (2020)

INLEIDING

1. Dit voortgangsverslag betreffende de uitvoering van de door de Europese Raad in december 2003 aangenomen EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (MVW) (doc. 15708/03), heeft betrekking op de activiteiten in 2020. In het verslag wordt geen volledigheid nagestreefd en ligt de nadruk op de belangrijkste ontwikkelingen. Alle activiteiten werden ondernomen binnen het bredere verband van het EU-beleid inzake veiligheid en de EU-strategie voor de veiligheidsunie voor de periode 2020-2025.

2. 2020 was een jaar zonder voorgaande, met de COVID-19-pandemie, die ernstige gevolgen had voor de multilaterale werkzaamheden, vooral vanwege reisbeperkingen. Een aantal multilaterale bijeenkomsten, met name de 10e Toetsingsconferentie van het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens (NPV), werd uitgesteld, maar vele andere konden online worden georganiseerd. Zo konden de multilaterale besprekingen worden voortgezet, zij het met de beperkingen van de interactie die eigen zijn aan videoconferenties. Aangezien de meeste werkzaamheden van de EU op het gebied van MVW in multilaterale fora worden verricht, bracht dit nieuwe uitdagingen met zich mee.

3. Op basis van de integrale strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie (doc. 10715/16), de strategie van de Europese Unie tegen de verspreiding van MVW en de nieuwe actielijnen (doc. 17172/08), zijn de leidende beginselen van de Europese Unie nog altijd de volgende:

(3)

a. effectief multilateralisme, met een waakzaam oog voor de spilfunctie en de bevordering van het universele karakter van de mondiale non-proliferatie- en ontwapeningsarchitectuur, via diplomatieke actie en financiële ondersteuning van derde landen en internationale organisaties;

b. nauwe samenwerking met landen om de internationale non-proliferatieregeling aan kracht te doen winnen;

c. aanpak van non-proliferatiekwesties in de bilaterale dialoogvergaderingen van de EU over politieke, non-proliferatie- en ontwapeningsvraagstukken, en in meer informele contacten;

d. effectieve en complementaire inzet van alle beschikbare instrumenten en financiële middelen (begroting voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (IcSP), andere instrumenten) ter ondersteuning van de doelstellingen van het EU-buitenlandbeleid.

4. De Europese Dienst voor extern optreden (EDEO), in het bijzonder de speciaal gezant voor ontwapening en non-proliferatie (een nieuwe speciaal gezant heeft op 1 september 2020 haar ambt opgenomen), heeft in 2020 de EU vertegenwoordigd op een aantal belangrijke

internationale bijeenkomsten:

• de vergadering van de Groep directeuren non-proliferatie van de G7 (2-4 maart, 16 september en 4 december)

• de Conferentie: "Capturing Technology. Rethinking Arms Control" (6 november)

• de MVW-Conferentie van de NAVO (10 november)

• tal van door denktanks georganiseerde evenementen over de voorbereiding van de NPV-toetsingsconferentie en outreachevenementen in het kader van Raadsbesluiten, onder meer over steun voor NPV-toetsingsconferenties, de Haagse Gedragscode tegen de verspreiding van ballistische raketten (HCOC), en het Verdrag inzake biologische en toxinewapens (BTWC).

(4)

De speciaal gezant legde hier het accent op:

a. het bevorderen van de instandhouding en versterking van het Verdrag inzake de niet- verspreiding van kernwapens (NPV) als cruciaal multilateraal instrument voor het versterken van internationale vrede, veiligheid en stabiliteit;

b. het bevorderen van de universele toetreding tot en de inwerkingtreding van het

Alomvattend Kernstopverdrag (CTBT) en het zichtbaarder maken van de inzet van de EU hiervoor;

c. het eerbiedigen van de wereldwijde norm tegen chemische wapens, onder meer door het voorkomen van straffeloosheid bij gebruik daarvan;

d. het bevorderen van de Haagse Gedragscode (HCOC) tegen de verspreiding van

ballistische raketten als vertrouwenwekkende en transparantiebevorderende maatregel.

5. De Groep non-proliferatie van de Raad (Conop) heeft in 2020 negen keer vergaderd, waarvan één maal op directeursniveau, om standpunten en toekomstige activiteiten van de EU te bespreken. Zeven van die vergaderingen werden als gevolg van de pandemie via informele videoconferenties gehouden. De EU-delegaties in Wenen, Genève en New York hebben een tiental EU-verklaringen voor multilaterale fora opgesteld en gecoördineerd, en actief aan de beleidsvorming bijgedragen door middel van regelmatige EU-

coördinatievergaderingen en deelname aan de vergaderingen van de groep.

(5)

NUCLEAIRE KWESTIES

6. De EU blijft volledig gecommitteerd aan het bevorderen van de universalisering en

onverkorte, volledige en effectieve uitvoering van het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens (NPV), aan de inwerkingtreding en universalisering van het Alomvattend Kernstopverdrag (CTBT) en aan de opening en spoedige afronding van onderhandelingen in het kader van de Ontwapeningsconferentie over een verdrag over het verbod op de productie van splijtbare materialen voor kernwapens of andere nucleaire explosiemiddelen (FMCT).

Ook de totstandbrenging van een zone in het Midden-Oosten die vrij is van

massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor, is en blijft een EU- prioriteit. De EU heeft in 2020 verder bijgedragen aan het UNIDIR uit hoofde van Besluit 2019/938 van de Raad ter ondersteuning van maatregelen voor vertrouwensopbouw die moeten leiden tot de instelling van een dergelijke zone.

Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie

7. De NPV-toetsingscyclus moest in april/mei 2020 worden afgerond tijdens de tiende NPV- toetsingsconferentie. Gezien de mondiale gezondheidsomstandigheden en de daaruit voortvloeiende reisbeperkingen kwamen de staten die partij zijn in maart 2020 overeen de toetsingsconferentie uit te stellen tot januari 2021. Later in het jaar werd de

toetsingsconferentie opnieuw – voorlopig – uitgesteld, tot augustus 2021. De EU heeft bijgedragen aan alle – zowel virtuele als fysieke – relevante debatten, onder meer aan het algemene debat tijdens de 75e zitting van de Eerste Commissie van de Algemene

Vergadering van de VN over ontwapening en internationale veiligheid.

(6)

8. De uitvoering van Besluit (GBVB) 2019/615 in de Raad is in 2020 voortgezet met twee activiteiten van het VN-Bureau voor ontwapeningszaken (UNODA): het thematisch seminar over pijler I (nucleaire ontwapening), gehouden in Genève (29-30 januari) en het thematisch seminar over pijler II (nucleaire non-proliferatie), gehouden in New York (2 en 3 maart).

De Raad beoogde met dit besluit in de allereerste plaats te helpen de NPV-

toetsingsconferentie tot een succesvol einde te brengen en bij te dragen aan de ontwikkeling van een reeks realistische en haalbare maatregelen en aanbevelingen waarover consensus kan worden bereikt. De overige twee regionale bijeenkomsten, die alle drie de NPV-pijlers zouden hebben bestreken, bezien door de bril van regionale prioriteiten en zorgpunten, konden niet doorgaan. Besluit (GBVB) 2019/615 van de Raad inzake steun van de Unie voor activiteiten in de aanloop naar de toetsingsconferentie werd in juni 2020 bij Besluit

(GBVB) 2020/906 van de Raad verlengd tot en met 16 april 2021, zonder toekenning van extra financiële middelen.

9. De EU is de kerntaken van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) inzake non-proliferatie, nucleaire veiligheid, nucleaire beveiliging, nucleaire-energietoepassingen en technische samenwerking blijven ondersteunen, ook met passende financiële middelen. De EU en Euratom hebben actief deelgenomen aan alle vergaderingen van de bestuursorganen van de IAEA, waarbij de EU-coördinatie in Wenen plaatsvond. Twee door de EU gesteunde resoluties over nucleaire veiligheidscontrole en nucleaire beveiliging werden bij consensus aangenomen tijdens de 64e Algemene Conferentie van de IAEA in september 2020.

10. Met het meest recente Besluit (GBVB) 2020/1656 van de Raad van 6 november 2020 blijft de EU, voor een bedrag van 11,6 miljoen EUR, bijdragen aan de uitvoering van de nucleaire- beveiligingsactiviteiten van de IAEA. Met de EU-financiering worden IAEA-activiteiten gesteund inzake:

• de universalisering van internationale instrumenten voor non-proliferatie en nucleaire beveiliging, waaronder de wijziging van het Verdrag inzake de fysieke beveiliging

(7)

• informatiebeheer, met bijzondere aandacht voor de beoordeling van de behoeften, prioriteiten en dreigingen op het gebied van nucleaire veiligheid; nucleaire

beveiliging van materiaal en bijbehorende installaties, met de nadruk op het verbeteren van de fysieke bescherming en de boekhouding en controle van

kernmateriaal voor de gehele splijtstofcyclus, en een conceptnota over de toepassing van fysieke beschermingsmaatregelen in het COVID-19-tijdperk;

• nucleaire beveiliging van materialen waarop geen regulerend toezicht wordt uitgeoefend, met de nadruk op institutionele responsinfrastructuur; en

• programmaontwikkeling en internationale samenwerking, met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van onderwijs- en opleidingsprogramma's, alsook

gendergerichte capaciteitsopbouw en onderwijs op het gebied van nucleaire veiligheid.

11. De IAEA is tevens met goed gevolg uitvoering blijven geven aan Besluit (GBVB) 2016/2001 van de Raad van 15 november 2016 betreffende een bijdrage van de Unie aan de oprichting en het veilige beheer van een laagverrijkt-uraniumbank (LEU-bank) onder toezicht van de IAEA in het kader van de strategie van de EU tegen de verspreiding van

massavernietigingswapens.

12. Het JRC en de IAEA gaven verder uitvoering aan de "Praktische regeling voor

samenwerking op het gebied van toepassingen in de kernwetenschap", die in de marge van de vijfde vergadering van hoge ambtenaren van de EU en de IAEA (15 februari 2017) is

ondertekend, en gericht is op het ontwikkelen van gezamenlijke activiteiten en het voorkomen van dubbel werk. Eén van de activiteiten uit die Praktische regeling is de monitoring van radioactiviteit in het milieu, die in heel Europa en op een aantal andere locaties in de wereld gemeten wordt in de vorm van gemiddelde en maximale

gammadosistempo's voor de laatste 24 uur. Die metingen zijn afkomstig van ongeveer 5 500 meetstations die in 39 landen worden beheerd door de bevoegde nationale autoriteiten, die de recentste radiologische waarden aan het EU-platform voor de uitwisseling van

radiologische gegevens (EURDEP) melden. Kennisgeving van een ongeval of noodsituatie met radioactieve stoffen geschiedt, na overleg met de bevoegde nationale autoriteiten, via vroegtijdige-kennisgevingsnetwerken, zoals ECURIE of EMERCON, die respectievelijk door de Europese Commissie en de IAEA worden beheerd.

(8)

13. Het gezamenlijk alomvattend actieplan (JCPOA) is een cruciaal onderdeel van de

wereldwijde nucleaire non-proliferatiearchitectuur en is tot stand gekomen via multilaterale diplomatie. De volledige uitvoering ervan is cruciaal voor de Europese veiligheid. De EU heeft herhaaldelijk betreurd dat Iran zijn nucleaire verplichtingen uit hoofde van het JCPAO sinds juli 2019 en in heel 2020 minder is nagekomen. De hoge vertegenwoordiger, als coördinator van de gezamenlijke commissie van het JCPOA, blijft zich ten volle inzetten voor samenwerking met de internationale gemeenschap om het JCPOA in stand te houden en te zorgen voor volledige uitvoering ervan. Wij zijn ingenomen met het vooruitzicht van een terugkeer van de VS naar het JCPOA en met het feit dat Iran het JCPOA weer volledig zal uitvoeren, en steunen de lopende, intense diplomatieke inspanningen, en de contacten van de hoge vertegenwoordiger van de EU met alle relevante partners.

14. De EU blijft tegelijkertijd bijdragen aan de uitvoering van het JCPOA via coördinatie van de bij het JCPOA ingestelde gezamenlijke commissie en deskundigenwerkgroepen. Ook gaat de EU verder met de ondersteuning van de langetermijnmissie van de IAEA inzake verificatie en monitoring van de toezeggingen van Iran op nucleair gebied. Ondanks de COVID-

gerelateerde beperkingen blijft de EU met Iran samenwerken op civiel nucleair gebied in het kader van bijlage III bij het JCPOA op het gebied van nucleaire veiligheid. Het

overheidsopdrachtenkanaal van het JCPOA, dat de overbrenging van nucleaire producten of producten voor tweeërlei gebruik naar Iran toetst, blijft volledig operationeel. In 2020 heeft de Werkgroep overheidsopdrachten zeven keer vergaderd en is de in 2019 waargenomen negatieve trend van de voorstellen omgebogen. Iran blijft de grootste begunstigde van EU- steun op het gebied van nucleaire veiligheid. De nucleaire samenwerking EU-Iran omvat ook steun voor de modernisering van de onderzoeksreactor van Arak (Khondab), de Iraanse nucleaire regelgevende autoriteit (INRA), de verificatie en monitoring door de IAEA in Iran, stresstests voor de kerncentrale van Bushehr, en de levering van uitrusting voor het nucleair veiligheidscentrum van het INRA van Iran.

(9)

15. De integrale-waarborgovereenkomsten en de aanvullende protocollen vormen samen de huidige verificatienorm en de EU blijft pleiten voor universele toetreding ertoe. De nauwe samenwerking tussen Euratom en de IAEA maakt effectieve en efficiënte waarborgen mogelijk. De EU verleent actief steun aan het IAEA-waarborgensysteem via het veiligheidscontrolesteunprogramma van de Europese Commissie, het instrument voor

samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid en steunprogramma's van lidstaten. Het veiligheidscontrolesteunprogramma heeft eerder de nucleaire-veiligheidscontrolecapaciteit van de IAEA voor het toezicht op de uitvoering van het JCPOA versterkt via opleidingen aan veiligheidsinspecteurs van de IAEA over aanvullende toegang en over de werking van de Compucea (gecombineerde procedure voor de analyse van uraniumconcentratie en -

verrijking) ter verificatie van de verrijkingsgraad van UF6, met inbegrip van de respectieve referentiestoffen. Het veiligheidscontrolesteunprogramma ondersteunt het IAEA-netwerk van onderzoekslaboratoria bij verificatietaken met analytische diensten, gestandaardiseerde methoden en instrumenten voor kwaliteitscontrole. Met name door deeltjesanalyse en de productie en certificering van referentiedeeltjes wordt het IAEA-netwerk van

onderzoeksboratoria ondersteund bij de ontwikkeling van nieuwe methoden en meetprotocollen voor de analyse van veegmonsters uit het milieu uit hoofde van het aanvullend protocol.

(10)

16. De Europese Commissie blijft het Europees verbond voor veiligheidscontrole-onderzoek en ontwikkeling (ESARDA) beheren en actief steunen; dit verbond blijft ook internationaal actief via memoranda van overeenstemming met de Afrikaanse Commissie voor Kernenergie en het Aziatisch-Pacifisch Veiligheidscontrolenetwerk, in nauwe samenwerking met het Institute for Nuclear Materials Management. De werkgroepen van het ESARDA

ontwikkelen, testen en valideren innovatieve benaderingen inzake veiligheidscontroles en non-proliferatie, hetgeen rechtstreeks ten goede komt aan het directoraat Veiligheidscontrole van DG ENER en het Departement Veiligheidscontrole van de IAEA. Ondanks de COVID- gerelateerde beperkingen hebben technische opleidingen op afstand over uraniumverrijking, verificaties van de samenstelling van plutoniumisotopen, en lasercartografie voor de

verificatie van omhullingen (LMCV) voor Euratom-inspecteurs plaatsgevonden. Vóór de pandemie vond ook opleiding over neutronentelling plaats. De solide ESARDA-cursus over nucleaire veiligheidscontrole en non-proliferatie is in 2020 echter geannuleerd, en er werden uitgebreide scenario's opgesteld voor editie 2021 (12-16 april 2021). De resultaten van onderzoek en ontwikkeling en de initiatieven op het gebied van onderwijs en opleiding versterken de Europese en internationale capaciteit op het gebied van nucleaire

veiligheidscontroles en strategisch handelstoezicht. De spin-off van deze werkzaamheden werd gebruikt om bij te dragen tot initiatieven op het gebied van nucleaire beveiliging en nucleaire ontwapening. Het JRC van de Europese Commissie heeft met de technische opleiding op afstand voor veiligheidsinspecteurs ervaring opgedaan die met de IAEA werd gedeeld via trilaterale vergaderingen (IAEA, Euratom en JRC).De traditionele bijeenkomst van het ESARDA in mei te Luxemburg werd uitgesteld tot november 2020 en werd

medegeorganiseerd door het IRSN in virtuele vorm met 270 deelnemers. Het ESARDA is nu bezig met de voorbereiding van de allereerste gezamenlijke jaarlijkse bijeenkomst met het Institute for Nuclear Materials Management (Instituut voor beheer van nucleair materiaal), die als virtueel evenement voor eind augustus 2021 is gepland.

17. De Europese Commissie heeft een groot opleidings- en onderwijsproject op het gebied van nucleaire veiligheidscontrole met het Europees Netwerk voor nucleair onderwijs (Nuclear Education Network – ENEN) gefinancierd. In het kader van deze overeenkomst werkt ENEN samen met de Technische Universiteit van Milaan (POLIMI), het JRC, het ESARDA en de IAEA om het allereerste academische postdoctoraal programma inzake nucleaire

veiligheidscontroles op te zetten voor het academiejaar 2021-2022. Er loopt een specifieke wervingscampagne voor studenten buiten Europa, en er zijn tot 35 deskundige aangewezen om de cursus te doceren.

(11)

18. De Raad heeft op voorstel van de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) in 2020 besloten bij te dragen tot de universalisering van elementen van het

veiligheidscontrolesysteem van de IAEA, met bijzondere aandacht voor het gewijzigde protocol inzake kleine hoeveelheden en het aanvullend protocol, door middel van een reeks in derde staten1 uit te voeren demarches. De uitvoering van die demarches begon in

december 2020.

19. De EU en haar lidstaten hechten het grootste belang aan de wereldwijde implementatie en voortdurende verbetering van de nucleaire veiligheid. De EU heeft de doelstellingen van de Verklaring van Wenen inzake nucleaire veiligheid rechtskracht verleend door middel van de gewijzigde richtlijn inzake nucleaire veiligheid, die in 2017 in werking is getreden. Een belangrijk element van de gewijzigde richtlijn is de invoering van een veiligheidsdoelstelling ter voorkoming van ongevallen en grote radioactieve lozingen voor alle operatoren. De gewijzigde richtlijn zorgde ook voor de opneming van thematische collegiale toetsingen in de Euratom-wetgeving. Een eerste Europese thematische collegiale toetsing werd met succes uitgevoerd. Alle EU-lidstaten hebben de nieuwe voorschriften in nationaal recht omgezet.

20. Ter stimulering van het vreedzaam gebruik van kernenergie heeft de EU voor de periode 2014-2020 een bedrag van 325 miljoen EUR toegewezen om nucleaire veiligheid, stralingsbescherming en de toepassing van efficiënte en effectieve waarborgen in derde landen te bevorderen. De Europese Commissie ondersteunt tezamen met de IAEA en andere partners de uitvoering van het strategisch masterplan voor milieusanering in Centraal-Azië, dat gefinancierd zal worden uit de door de Europese Bank voor Wederopbouw en

Ontwikkeling (EBWO) beheerde specifieke milieusaneringsrekening (ERA - Environmental Remediation Account). Als grootste donor blijft de EU in gesprek met de begunstigde landen (Kirgizië, Tadzjikistan en Oezbekistan) ter bevordering van de betrokkenheid en voor het opstarten van concrete herstel- en saneringsprojecten.

1 Barbados, Belize, Bhutan, Plurinationale Staat Bolivia, Brunei Darussalam, Dominica, Fiji, Grenada, Guyana, Jemen, Kaapverdië, Kiribati, Kirgizië, Democratische Volksrepubliek Laos, Mongolië, Myanmar, Namibië, Nauru, Nepal, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines, Salomonseilanden, Samoa, Saudi-Arabië, Sierra Leone, Sudan, Suriname, Trinidad en Tobago, Tuvalu, Zambia.

(12)

21. De EU en haar lidstaten blijven het IAEA-programma voor technische samenwerking ferm ondersteunen, onder meer via aanzienlijke bijdragen aan het Fonds voor technische

samenwerking (Technical Cooperation Fund) en het initiatief inzake vreedzaam gebruik (Peaceful Uses Initiative). De EU en haar lidstaten zijn een van de grootste contribuanten aan het Programma voor technische samenwerking, een belangrijk instrument voor de

verwezenlijking van een veilig, beveiligd en vreedzaam gebruik van kerntechnologie en van de doelstellingen van Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling.

22. De EU en de IAEA houden doorgaans een jaarlijkse vergadering van hoge ambtenaren om hun verstrekkende samenwerking te evalueren en te plannen. Hoewel de jaarlijkse

vergadering van 2020 niet kon plaatsvinden vanwege de pandemie, onderhielden de EU en de IAEA nauw contact via andere kanalen.

Alomvattend Kernstopverdrag

23. De inwerkingtreding en universalisering van het Alomvattend Kernstopverdrag (CTBT) zijn belangrijke doelstellingen van de EU-strategie tegen de verspreiding van

massavernietigingswapens. Alle EU-lidstaten hebben blijk gegeven van hun gehechtheid aan het CTBT door het te ratificeren en de basisverplichtingen ervan toe te passen. Het CTBT is een belangrijke vertrouwen- en veiligheidsbevorderende maatregel. In 2020 heeft de EU diplomatieke activiteiten ontplooid ter ondersteuning van het CTBT, die aangepast waren aan de beperkte mogelijkheden wegens de pandemie. Bevordering van de inwerkingtreding van het CTBT was een van de acties van het initiatief van de secretaris-generaal van de VN

"Securing our Common Future: an Agenda for Disarmament" (Onze gemeenschappelijke toekomst veiligstellen: een agenda voor ontwapening) waar de EU zich achter heeft geschaard. In haar verklaringen in aanverwante fora en in haar bilaterale contacten met de betrokken bijlage II- en niet-bijlage II-landen heeft de EU herhaaldelijk opgeroepen tot ratificatie van het Verdrag. Daarnaast nam de speciaal gezant voor non-proliferatie en

ontwapening op 6 oktober 2020 als panellid deel aan het webinar "Het CTBT en de 10e NPV- toetsingsconferentie", dat werd georganiseerd door de CTBTO.

(13)

24. De EU zet zich consistent in om de voordelen van het Verdrag en de bijdragen ervan aan vrede, veiligheid, ontwapening en non-proliferatie, ook wat civiele toepassingen betreft, te bevorderen. De EU is in 2020 financiële steun blijven verlenen aan de Voorbereidende Commissie van de Organisatie van het CTBT (CTBTO) overeenkomstig Besluit (GBVB) 2020/901 van de Raad betreffende de ondersteuning door de Unie van de activiteiten van de Voorbereidende Commissie van de CTBTO ter versterking van haar toezichts- en

verificatiecapaciteit. De EU en haar lidstaten hebben daarnaast bijgedragen aan het handhaven en versterken van het verificatiestelsel van het CTBT door met name

ontwikkelingslanden te voorzien van technische ondersteuning en capaciteitsopbouw, en door het voor hun deskundigen makkelijker te maken om deel te nemen aan CTBTO-

vergaderingen. De EU heeft actief deelgenomen aan de vergaderingen van de werkgroepen A en B van de Voorbereidende Commissie van de CTBTO, en de EU-coördinatie gebeurde door Conop in Wenen.

Initiatieven op het gebied van nucleaire beveiliging

25. De EU heeft het bijeenroepen en het resultaat van de in februari 2020 gehouden internationale conferentie over nucleaire beveiliging (ICONS 2020) gesteund. In zijn

ministeriële verklaring herhaalt de Raad dat hij vastbesloten is de effectieve en alomvattende nucleaire beveiliging van alle nucleair en ander radioactief materiaal en voorzieningen te handhaven en te versterken, en erkent hij de centrale rol van de IAEA bij het faciliteren en coördineren van de internationale samenwerking op het gebied van nucleaire beveiliging.

(14)

26. De EU bleef het Internationaal Verdrag ter bestrijding van daden van nucleair terrorisme (ICSANT) en de Wijziging van het Verdrag inzake de fysieke beveiliging van kernmateriaal (ACPPNM) bevorderen als essentiële elementen van de mondiale architectuur voor nucleaire beveiliging en terrorismebestrijding. Het VN-Bureau voor drugs- en misdaadbestrijding (UNODC) en het VN-Bureau voor terrorismebestrijding (UNOCT) hebben de

tenuitvoerlegging van Besluit (GBVB) 2018/1939 van de Raad betreffende de ondersteuning door de Unie van de universalisering en doeltreffende uitvoering van het ICSANT

voortgezet. De doelstellingen van het besluit van de Raad zijn meer partijen bij het ICSANT, bewustmaking onder nationale beleidsmakers en besluitvormers, en capaciteitsopbouw ter verbetering van de nationale wetgeving en versterking van de capaciteit van nationale belanghebbenden, ook strafrechtelijk personeel, voor het onderzoeken, vervolgen en berechten van zaken van nucleair terrorisme. Door de pandemie werd een aantal voor 2020 geplande evenementen uitgesteld of, bij wijze van alternatief, met succes in virtuele vorm gehouden.

27. De EU bleef steun verlenen aan het wereldwijde initiatief ter bestrijding van nucleair terrorisme (GICNT) en aan zijn missie om de mondiale capaciteit voor het voorkomen, opsporen en bestrijden van nucleair terrorisme te vergroten.

28. De EU en haar lidstaten zijn actief betrokken bij de werkzaamheden van het GICNT, en wel op alle gebieden, te weten: nucleaire detectie, nucleair forensisch onderzoek en nucleaire respons en mitigatie.

(15)

29. Het opleidingscentrum voor nucleaire beveiliging van de EU, bedoeld voor de opsporing en bestrijding van illegale handelingen met nucleair en ander radioactief materiaal

(EUSECTRA), is sinds 2013 volledig operationeel en staat ten dienste van de lidstaten van de Europese Unie en partnerlanden, waaronder verscheidene GICNT-leden. Het centrum wordt gerund door het JRC in de vestigingen in Karlsruhe (Duitsland) en Ispra (Italië), in nauwe samenwerking met andere internationale initiatieven van de IAEA en verscheidene GICNT-partnerlanden. Het wordt ook gebruikt voor praktische oefeningen, voornamelijk met betrekking tot de bestrijding van nucleaire smokkel. EUSECTRA pakt opleidingsbehoeften van EU-lidstaten en -partners actief aan. Zo werden op het gebied van douane en

rechtshandhaving gecoördineerde opleidingen verstrekt aan afgevaardigden van de lidstaten, of staan ze gepland voor 2019-2021 (in rechtstreekse samenwerking met DG HOME en DG TAXUD van de Europese Commissie). EUSECTRA versterkt de infrastructuur die wordt gebruikt voor het geven van de opleiding, ontwikkelt hulpmiddelen voor virtueel leren en geeft op verzoek van de lidstaten een beoordeling van de prestaties van apparatuur.

Opleidingen met fysieke aanwezigheid waren door de pandemie beperkt. Er is met behulp van moderne middelen een hybride aanpak ontwikkeld. Daarbij ligt de nadruk op oefeningen op het terrein met gebruik van instrumenten op afstand en het gebruik van nucleair en

radioactief materiaal in reële omstandigheden om de inspanningen tegen CBRN-gerelateerde dreigingen en nucleair terrorisme te ondersteunen.

30. De Europese Commissie en de lidstaten van de EU zetten hun nucleaire forensische activiteiten inzake de karakterisering van onderschept nucleair materiaal voort, met behulp van de ultramoderne nucleaire forensische capaciteiten van de JRC-vestiging in het Duitse Karlsruhe.

31. Het JRC en ESARDA hebben een aanzienlijke bijdrage geleverd aan het in 2020

uitgebrachte boek "Nuclear Non-Proliferation and Arms Control Verification - Innovative Systems Concepts".

(16)

32. De Europese Commissie heeft de capaciteit van de EU-lidstaten om de prestaties van apparatuur voor het opsporen van de illegale handel in nucleair en radioactief materiaal te testen en te evalueren, verder opgebouwd via haar programma ITRAP+ 10 Phase II, dat zal leiden tot verdere harmonisatie en standaardisering, en een grote bijdrage zal leveren aan internationale normen. Ook daartoe heeft de Commissie tijdens de internationale conferentie over nucleaire beveiliging (ICONS) van 2020 een goed bezocht nevenevenement

georganiseerd.

33. De Europese Commissie blijft een belangrijke rol spelen in de Border Monitoring Working Group (BMWG) voor nucleaire beveiliging. Zij was voorzitter van zowel de BMWG als haar twee subgroepen inzake detectietechnologieën en capaciteitsopbouw.

34. De Europese Commissie heeft haar onderzoek naar de ontwikkeling van een nieuwe niet- destructieve analysetechniek voortgezet, namelijk vertraagde gammaspectrometrie voor de verificatie van de herkenningstekens van nucleair materiaal, in samenwerking met de IAEA.

In het kader van het steunprogramma voor de IAEA is een gemeenschappelijk optreden (JRC en IAEA) ingediend.

(17)

35. In 2020 heeft TAXUD, ondersteund door het JRC en EUSECTRA, een interactief eLearningprogramma gelanceerd om douaneambtenaren te ondersteunen in hun scholing over de controle op radioactief en nucleair materiaal aan de grenzen. De basismodule toont aan dat douaneambtenaren een belangrijke rol spelen bij het opsporen van nucleair en radioactief materiaal, maakt hen bewust van de risico's en dreigingen, en geeft hen een basisinleiding over stoffen, apparatuur en procedés. In de gevorderde module worden dezelfde onderwerpen meer in detail besproken. Beide cursussen omvatten realistische scenario's met betrekking tot zeehavens, luchthavens, spoorwegen en landgrenzen, waarin de deelnemers hun vaardigheden inzake besluitvorming kunnen testen. De samenwerking tussen DG TAXUD en het JRC heeft de synergie tussen douanediensten van de lidstaten vergroot.

De opleidingen in het EUSECTRA-centrum zullen dienen als platform waarop nationale deskundigen beste praktijken op het gebied van nucleaire beveiliging in de grensbewaking kunnen uitwisselen en zullen zo bijdragen tot de ontwikkeling van geharmoniseerde procedures. Dit maakt deel uit van een streven om illegale nucleaire handel samen te bestrijden en de handel via douanecontroleposten te vergemakkelijken. Door in te zetten op een gemeenschappelijke nucleairebeveiligingscultuur moet uiteindelijk worden voorkomen dat personen toegang krijgen tot schadelijke stoffen.

Initiatieven in verband met nucleaire verificatie

36. De EU en haar lidstaten steunden tijdens Algemene Vergadering van de VN in 2016 de oprichting van de groep van regeringsdeskundigen inzake de verificatie van nucleaire ontwapening, waren ingenomen met de besprekingen in de groep en stemden in met de aanbeveling om de werkzaamheden voort te zetten, rekening houdend met het verslag van de groep. De EU staat volledig achter Resolutie 74/50 van de Algemene Vergadering van de VN en de oprichting van een nieuwe groep regeringsdeskundigen, die in 2021 en 2022

bijeenkomt om zich te blijven beraden op de rol van verificatie bij de bevordering van nucleaire ontwapening. De EU steunt het werk van bredere partnerschappen en op samenwerking gebaseerde verificatieregelingen, en heeft deelgenomen aan de werkzaamheden van het internationaal partnerschap voor de verificatie van nucleaire ontwapening (IPNDV) sinds de oprichting hiervan in 2015. De EU staat ook achter het actiepunt over de verificatie van nucleaire ontwapening in het non-paper van de secretaris- generaal van de VN getiteld "Securing Our Common Future: An Agenda for Disarmament".

(18)

Regionale kwesties

37. De EU en haar lidstaten bleven er bij de Democratische Volksrepubliek Korea (DVK) op aandringen dat concrete stappen worden gezet om op volledige, verifieerbare en

onomkeerbare wijze afstand te doen van haar programma's voor massavernietigingswapens en ballistische raketten. Dit kwam tot uiting in alle verklaringen die de EU daarover heeft afgelegd. De EU beschouwde de lanceringen van ballistische raketten door de DVK, die in maart en april 2020 plaatsvonden, als niet-nakoming van de verplichtingen uit hoofde van meerdere resoluties van de VN-Veiligheidsraad, als een ernstige bedreiging voor de

regionale en internationale vrede en veiligheid, en als het ondermijnen van de internationale inspanningen voor duurzame vrede en veiligheid op het Koreaanse schiereiland. Het feit dat de DVK in oktober vermeende nieuwe raketten toonde en verklaarde zichzelf niet langer verplicht te voelen om een verbod op het testen van kernwapens en intercontinentale

ballistische raketten te handhaven, ondermijnt verder het klimaat om de dialoog te hervatten.

De EU riep de DVK op onmiddellijk een einde te maken aan alle lanceringen, zinvolle onderhandelingen aan te knopen, concrete en geloofwaardige stappen te zetten om het vertrouwen op te bouwen, en op volledige, verifieerbare en onomkeerbare wijze afstand te doen van al haar programma's voor kernwapens en ballistische raketten. De EU bleef er bij de DVK op aandringen alle relevante resoluties van de VN-Veiligheidsraad en haar andere internationale verplichtingen en beloftes onverkort na te leven, het CTBT onverwijld te ondertekenen en te ratificeren, en de controleverplichtingen in het kader van het NPV weer te gaan naleven. De EU zette alle resoluties van de Veiligheidsraad snel om in EU-wetgeving, en stelde strenge autonome sancties vast die de VN-sancties aanvullen en versterken. De EU is zich blijven inspannen om andere landen aan te moedigen de sancties tegen de DVK volledig toe te passen. De woordvoerder van de EDEO sprak op 16 juni zijn teleurstelling uit over de acties van de DVK, die de spanningen hebben doen toenemen, en drong erop aan dat er opnieuw een duurzaam diplomatiek proces wordt opgestart om zo spoedig mogelijk het vertrouwen op te bouwen en duurzame vrede en veiligheid tot stand te brengen op een Koreaans schiereiland dat vrij is van kernwapens.

(19)

De Ontwapeningsconferentie (OC)/ het Verdrag over het verbod op de vervaardiging van splijtbare materialen voor kernwapens of andere nucleaire explosiemiddelen

38. De EU blijft verenigd streven naar verifieerbare verdragsmatige nucleaire ontwapening en wapenbeheersing, en benadrukt dat er hernieuwde multilaterale inspanningen nodig zijn en dat er een nieuw elan moet worden gegeven aan multilaterale onderhandelingsorganen, met name de Ontwapeningsconferentie (OC). In het kader van de ontwapeningsconferentie is het voor de EU van oudsher een prioriteit om onmiddellijk te starten met de onderhandelingen over een verdrag over het verbod op de vervaardiging van splijtbare materialen voor kernwapens of andere nucleaire explosiemiddelen (FMCT). De EU steunt het starten van dergelijke onderhandelingen op basis van document CD/1299 en het daarin vervatte mandaat. De EU roept alle OC-leden op onverwijld onderhandelingen over het FMCT te beginnen en een begin te maken met de bespreking van de andere agendapunten. Met Besluit (EU) 2017/2284 van de Raad van 11 december 2017 verleende de EU het VN-Bureau voor ontwapeningszaken (UNODA) aanzienlijke financiële steun ter facilitering van de deelname van Afrikaanse, Aziatische, Latijns-Amerikaanse en Caribische landen aan FMCT-

gerelateerde raadplegingen en andere activiteiten. De EU moedigt alle landen die over kernwapens beschikken ook aan om een onmiddellijk moratorium op de vervaardiging van splijtstoffen voor kernwapens en andere nucleaire explosiemiddelen af te kondigen en te handhaven, voor zover zij dat nog niet hebben gedaan. De EU-lidstaat die een

kernwapenstaat is, heeft moratoria afgekondigd en desbetreffende installaties ontmanteld.

CHEMISCHE WAPENS

39. De EU zette haar politieke, diplomatieke en financiële steun aan de Organisatie voor het verbod van chemische wapens (OPCW) voort om te zorgen voor de volledige en

doeltreffende uitvoering van en universele toetreding tot het Verdrag inzake chemische wapens (CWC).

(20)

40. In dit verband is de uitvoering van Besluit (GBVB) 2019/538 van de Raad van 1 april 2019 voortgezet. Daarmee wordt EU-steun verleend voor OPCW-kernactiviteiten (zoals nationale uitvoering, internationale samenwerking, universalisering, het Afrika-programma) voor de periode 2019-2022. Het besluit levert ook een aanzienlijke bijdrage aan de ombouw van het laboratorium van de OPCW tot een Centrum voor chemie en technologie, en aan de

uitvoering van Besluit C-SS-4/DEC.3 "Addressing the Threat from Chemical Weapons", dat op 27 juni 2018 is vastgesteld door de buitengewone bijeenkomst van de Conferentie van de staten die partij zijn bij het CWC.

41. De EU verleende krachtige steun voor het werk van de onderzoeksmissie (FFM) van de OPCW, het Declaration Assessment Team (DAT) en het onderzoeks- en identificatieteam (IIT) wat betreft het onderzoeken van berichten over het gebruik van chemische wapens in Syrië, het vinden van een oplossing voor de geconstateerde leemten en tegenstrijdigheden in de initiële verklaringen van Syrië, en het opsporen en identificeren van de daders van

chemische aanvallen in Syrië. In dat verband is verder uitvoering gegeven aan Besluit (GBVB) 2017/2303 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2019/2112 van de Raad, ter ondersteuning van de verdere uitvoering van Resolutie 2118 (2013) van de VN-

Veiligheidsraad en Besluit EC-M-33/DEC.1 van de uitvoerende raad van de OPCW inzake de vernietiging van de Syrische chemische wapens, in het kader waarvan de OPCW-operaties in Syrië met satellietbeelden worden ondersteund.

42. De EU ondernam bij een groot aantal CWC-staten een demarche om te ijveren voor hun deelname aan en hun steun voor het welslagen van het eerste deel van de 25e Conferentie van Verdragspartijen bij het CWC (CSP-25) van 30 november tot en met 1 december 2020.

Dit lag in het verlengde van de conclusies van de Europese Raad van 28 juni 2018, waarin de EU haar steun toezegde voor de uitvoering van Besluit C-SS-4/DEC.3 van de buitengewone bijeenkomst van de CWC van 27 juni 2018 om een toerekeningsmechanisme in te stellen als reactie op het herhaalde gebruik van deze wapens sinds 2012 en om ervoor te zorgen dat het ontwerp van OPCW-programma en de OPCW-begroting voor 2021 werden aangenomen.

(21)

43. In 2020 is verder uitvoering gegeven aan Besluit (GBVB) 2017/1252 van de Raad van 11 juli 2017 ter ondersteuning van de aanscherping van de chemische veiligheid en beveiliging in Oekraïne in overeenstemming met de uitvoering van Resolutie 1540 (2004) van de

Veiligheidsraad van de Verenigde Naties inzake de non-proliferatie van

massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor. Met dit besluit steunde de EU de nationale capaciteitsopbouw in Oekraïne en meer bepaald de oprichting van een Oekraïens nationaal referentiecentrum om gecontroleerde en toxische chemische stoffen te identificeren.

BIOLOGISCHE WAPENS

44. De EU en haar lidstaten zijn sterke voorstanders van het Verdrag inzake biologische en toxinewapens (BTWC) en zijn zeer betrokken bij internationale inspanningen om de

bioveiligheid en -beveiliging wereldwijd te verbeteren. Via gemeenschappelijke optredens en besluiten van de Raad heeft de EU sinds 2006 bijna 10 miljoen EUR rechtstreekse steun aan het BTWC verstrekt. Daarnaast heeft de EU nog eens 6 miljoen EUR verstrekt ter

ondersteuning van de versterking van de bioveiligheid en -beveiliging in Oekraïne en in een aantal landen in Latijns-Amerika, alsook ter ondersteuning van het mechanisme van de secretaris-generaal van de VN voor het onderzoeken van vermeend gebruik van chemische en biologische wapens.

45. In juli 2020 voerde de EU ten aanzien van 13 landen die nog geen partij zijn bij het BTWC campagne voor de universalisering ervan, en moedigde zij hen aan om vóór de

9e toetsingsconferentie tot het verdrag toe te treden.

(22)

46. In 2020 is verder uitvoering gegeven aan Besluit (GBVB) 2019/97 van de Raad betreffende de ondersteuning van het Verdrag inzake biologische en toxinewapens, maar deze werd aanzienlijk belemmerd door de COVID-19-pandemie. Het besluit voorziet het VN-Bureau voor ontwapeningszaken (UNODA) van een begroting van 3 miljoen EUR voor de

periode 2019-22. Hierdoor kan de ondersteunende eenheid voor de uitvoering van het BTWC (ISU - Implementation Support Unit) zes nieuwe projecten ter ondersteuning van de

universele toepassing mogelijk maken, waaronder het opbouwen van de capaciteit voor nationale uitvoering, daaronder begrepen drie collegiale toetsingen; het bevorderen van biobeveiliging in het zuidelijk halfrond; het ontwikkelen van instrumenten voor outreach, educatie en betrokkenheid; en het vergroten van de paraatheid om te reageren op biologische aanvallen. Op 14 oktober 2020 zijn via een virtuele vergadering het nationale

paraatheidsprogramma voor Nigeria en een onlineopleiding over de voorbereiding en indiening van vertrouwenwekkende maatregelen van start gegaan.

47. In 2020 heeft het begin van de uitvoering van Besluit (GBVB) 2019/1296 van de Raad van 31 juli 2019 ter ondersteuning van de aanscherping van de biologische veiligheid en beveiliging in Oekraïne in overeenstemming met de uitvoering van Resolutie 1540 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties inzake de non-proliferatie van

massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor vertraging opgelopen. Dit besluit wordt uitgevoerd door de OVSE en voorziet in steun ten bedrage van

1,9 miljoen EUR over een periode van drie jaar. Met deze wetgeving steunt de EU de versterking van de biologische veiligheid en beveiliging in Oekraïne door de wet- en regelgeving van Oekraïne en van zijn volks- en diergezondheidsstelsels te verbeteren, en door het bewustzijn onder levenswetenschappers te verhogen.

(23)

48. In 2020 is verder uitvoering gegeven aan Besluit (GBVB) 2019/2108 van 9 december 2019 ter ondersteuning van de aanscherping van de biologische veiligheid en beveiliging in Latijns-Amerika in overeenstemming met de uitvoering van Resolutie 1540 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties inzake de non-proliferatie van

massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor, maar deze werd

aanzienlijk belemmerd door de COVID-19-pandemie. Het besluit wordt uitgevoerd door de Organisatie van Amerikaanse Staten en voorziet in 2,7 miljoen EUR aan steun over een periode van drie jaar.

49. Op 2 juni 2020 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2020/732 vastgesteld ter ondersteuning van het mechanisme van de secretaris-generaal van de VN voor het onderzoeken van beweerd gebruik van chemische en biologische of toxinewapens, dat ten uitvoer wordt gelegd door het UNODA en voorziet in een bedrag van 1,4 miljoen EUR over een periode van drie jaar.

50. Als gevolg van de COVID-19-pandemie werden alle BTWC-vergaderingen van 2020 uitgesteld tot 2021, terwijl de 9e toetsingsconferentie werd uitgesteld tot 2022. Ondertussen organiseerde de ondersteunende eenheid voor de uitvoering van het BTWC in oktober-

november 2020 een reeks informele webinars over de onderwerpen van de vijf vergaderingen van deskundigen.

51. In oktober 2020 heeft de EU in New York en Genève een outreachcampagne gevoerd waarin de lidstaten van de VN werden aangemoedigd om tijdens de 75e zitting van de Algemene Vergadering van de VN (AVVN) geen steun te verlenen aan een ontwerpresolutie over het mechanisme van de secretaris-generaal van de VN (UNSGM), dat niet in overeenstemming was met het concept van een onafhankelijk internationaal instrument voor het onderzoeken van vermeend gebruik van chemische en biologische wapens, waar de EU een groot voorstander van is.

(24)

52. Op 12 oktober 2020 heeft de EU bij Besluit (GBVB) 2020/1466 van de Raad haar stelsel van beperkende maatregelen tegen de proliferatie en het gebruik van chemische wapens met nog eens twaalf maanden verlengd. Op 14 oktober 2020 heeft de Raad Besluit (GBVB)

2020/1482 vastgesteld, waarbij zes personen en één entiteit zijn toegevoegd aan de lijst van natuurlijke personen en rechtspersonen, entiteiten en lichamen die zijn onderworpen aan beperkende maatregelen.

BALLISTISCHE RAKETTEN

Haagse Gedragscode

53. De Haagse Gedragscode tegen de verspreiding van ballistische raketten (HCOC) is het resultaat van de inspanningen van de internationale gemeenschap ter regulering van het domein van ballistische raketten die massavernietigingswapens kunnen overbrengen. De Haagse Gedragscode is het enige multilaterale instrument voor transparantie en

vertrouwenwekkende maatregelen in verband met de verspreiding van ballistische raketten.

Door de Haagse Gedragscode te onderschrijven, gaan de leden vrijwillig de verplichting aan om lanceringen van ballistische raketten en ruimteraketten, en testvluchten, vooraf aan te kondigen. De ondertekenende landen zeggen tevens toe jaarlijks een verklaring over het nationale beleid inzake ballistische raketten en ruimteraketten af te leggen.

54. De EU is sterk voorstander van de Code sinds de instelling ervan. Alle EU-lidstaten hebben de Code onderschreven. Sinds de ondertekening en inwerkingtreding van de politiek

bindende Haagse Gedragscode in november 2002 in Den Haag (Nederland) is het aantal ondertekenaars toegenomen van 93 tot 143. Dit is ook te danken aan de diplomatieke

contacten die de EU met een aantal niet-ondertekenende landen heeft gehad om bij te dragen aan de universalisering van de Code.

(25)

55. De EU maakt zich onophoudelijk sterk voor de universaliteit, volledige uitvoering en verbeterde werking van de Code. Het voorbije decennium stelde de Raad van de EU in het kader van het GBVB een reeks besluiten/gemeenschappelijke optredens vast ter

ondersteuning van de Haagse Gedragscode en de niet-verspreiding van raketten in het algemeen. Via deze Raadsbesluiten financiert de EU stimuleringsactiviteiten in verband met de Haagse Gedragscode, waaronder nevenevenementen, onderzoekspapers,

deskundigenvergaderingen en regionale bewustmakingsseminars. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de in Parijs gevestigde Fondation pour la Recherche Stratégique (FRS), met gewoonlijk ook een inbreng van het roulerend voorzitterschap van de Haagse Gedragscode.

56. Met Besluit (GBVB) 2017/2370 van de Raad van 18 december 2017 blijft de EU zich verder inzetten voor: het onderschrijven van de Code en de uiteindelijke universaliteit ervan; het ondersteunen van de volledige uitvoering van de Code; het bevorderen van de dialoog tussen ondertekenende en niet-ondertekenende staten, teneinde vertrouwen en transparantie op te bouwen; het aanmoedigen van terughoudendheid en meer stabiliteit en veiligheid voor iedereen te creëren; het vergroten van de zichtbaarheid van de Code en van het publieke bewustzijn over de risico's en dreigingen die uitgaan van de verspreiding van ballistische raketten; en het onderzoeken, met name via academische studies, van mogelijkheden om de Code te versterken en de samenwerking tussen de Code en andere multilaterale instrumenten op dit gebied te bevorderen.

57. Als gevolg van de COVID-19-pandemie moesten de activiteiten die fysieke aanwezigheid vereisten, tijdelijk worden opgeschort. Toch vond een aantal outreachactiviteiten plaats in virtuele vorm:

i) met UNIDIR, "Rockets, Missiles, and Space: Lessons from the Hague Code of Conduct and beyond", op 3 juni 2020;

ii) een nevenevenement voor de Eerste Commissie van de AVVN, op 29 oktober 2020;

iii) een deskundigenmissie naar Vietnam, op 10 december 2020; en

iv) een regionaal seminar met China, Nepal en Zuid-Korea.

(26)

Daarnaast is een aantal nota's en korte nota's (zogenaamde "issue briefs") uitgebracht.

RESOLUTIE 1540 VAN DE VEILIGHEIDSRAAD VAN DE VERENIGDE NATIES EN BEPERKING VAN CBRN-RISICO'S

58. Resolutie 1540 (2004) van de VN-Veiligheidsraad blijft een centrale pijler van de internationale non-proliferatieregeling. Ze is het eerste internationale instrument dat op geïntegreerde en alomvattende wijze massavernietigingswapens, de overbrengingsmiddelen ervoor en de daarvoor bestemde materialen bestrijkt. UNSCR 1540 (2004) bevat bindende verplichtingen voor alle landen. Die moeten voorkomen dat niet-statelijke actoren toegang krijgen tot dergelijke wapens, overbrengingsmiddelen daarvoor en daarvoor bestemde materialen, en moeten een afschrikkende werking hebben. De resolutie, die is aangenomen op grond van hoofdstuk VII van het Handvest van de Verenigde Naties, vereist dat alle landen de nodige wetgeving aannemen die voorkomt dat niet-statelijke actoren nucleaire, chemische of biologische wapens in handen krijgen, en dat zij passende nationale controles instellen op gerelateerde materialen om illegale handel te voorkomen. Tijdens de

alomvattende evaluatie in 2016 van Resolutie 1540 (2004) van de VN-Veiligheidsraad werden de spilfunctie, het belang en het gezag ervan, die in Resolutie 2325 (2016) van de VN-Veiligheidsraad zijn weergegeven, bevestigd.

59. Op 11 mei 2017 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2017/809 van de Raad ter ondersteuning van de uitvoering van Resolutie 1540 (2004) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties inzake de non-proliferatie van massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor vastgesteld, als hulpmiddel voor de uitvoering van het resultaat van de

alomvattende evaluatie in 2016 en ook als ondersteuning voor de uitvoering van Resolutie 1540 van de VN-veiligheidsraad. Het Raadsbesluit bestrijkt een periode van 48 maanden en wordt uitgevoerd door UNODA in New York, dat een deel van de uitvoering heeft uitbesteed aan de OVSE in Wenen. De EU-financiering steunt landen bij de

inventarisering van specifieke technische bijstand, de bewustmaking rond programma's voor

(27)

60. Het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (JRC) van de Europese Commissie heeft de voorzitter van het Comité 1540 officieel een kopie toegezonden van de Strategic Trade Atlas, die gezamenlijk is opgesteld door het JRC en het Argonne National Laboratory van het Amerikaanse Ministerie van Energie. De Strategic Trade Atlas is ontwikkeld om het inzicht in de mondiale handelsstromen in strategische goederen, d.w.z. goederen van militaire strategische waarde, waaronder producten voor tweeërlei gebruik, te bevorderen. De Atlas wordt in twee delen gepubliceerd, met een overzicht van de strategische handel per land2 en per grondstof3. De Strategic Trade Atlas wordt onder andere gebruikt door de

Werelddouaneorganisatie. Hij werd als zodanig van belang geacht voor de Groep deskundigen van het Comité 1540.

61. Het EU-initiatief CBRN-kenniscentra (het "initiatief") werd in 2010 opgezet als een wereldwijd programma voor capaciteitsopbouw ter mitigatie van opzettelijke dan wel door ongevallen of door de natuur veroorzaakte risico's in verband met chemische, biologische, radiologische en nucleaire materialen of stoffen, en risico's voor gerelateerde installaties of terreinen. Het initiatief brengt momenteel 62 partnerlanden samen, verdeeld over acht regionale secretariaten in de onderstaande regio's: Atlantische zijde van Afrika, Centraal- Azië, Oost- en Centraal-Afrika, landen van de Raad voor samenwerking van de Golfstaten.

Midden-Oosten, Noord-Afrika en de Sahel, Zuidoost-Azië, Zuidoost- en Oost-Europa.

2 Versino, C., Heine, P. en Carrera, J., Strategic Trade Atlas. Country-Based Views, EUR 29194 EN, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg, 2018, ISBN 978-92- 79-84030-2, doi:10.2760/440433, JRC111470.

3 Versino, C., Heine, P. en Carrera, J., Strategic Trade Atlas. Commodity-Based Views, EUR 29195 EN, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg, 2018, ISBN 978-92- 79-84031-9, doi:10.2760/277525, JRC111471.

(28)

62. Het initiatief CBRN-kenniscentra wordt gefinancierd uit het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede (IcSP) en zal worden vervangen door het instrument voor

nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking (NDICI) 2021-2027. Het initiatief heeft vooruitgang geboekt bij het beperken van de risico's in verband met CBRN- materialen, door de capaciteit en de samenwerking op nationaal en regionaal niveau te verbeteren en door een cultuur van veiligheid en samenwerking te bevorderen, volgens een verslag van de Europese Rekenkamer van 2018 (Speciaal verslag nr. 14/2018, ECA).

Deelnemende landen worden gesteund in hun inspanningen om op vrijwillige basis en vanuit een vraaggestuurde, regionale benadering nationale en regionale coördinatie- en

beheersstructuren op te zetten. Deze platforms ontwikkelen en versterken CBRN-voorstellen en doen aan capaciteitsopbouw op basis van specifieke behoeften, risicobeoordelingen en nationale actieplannen. Ze worden gesteund via verscheidene regionale

samenwerkingsprojecten die in het kader van het initiatief worden gefinancierd, en staan open voor andere financieringsinstrumenten. Sedert 2010 zijn er 85 regionale projecten gefinancierd. De begroting voor het initiatief voor de 10-jarige periode vanaf 2010 bedraagt ongeveer 250 miljoen EUR.

(29)

63. Het netwerk van kenniscentra is nu goed ontwikkeld. Tijdens de COVID-19-pandemie heeft het zijn robuustheid en duurzaamheid bewezen toen verschillende regionale secretariaten een reeks webinars opzetten om expertise uit te wisselen en ervaringen en beste praktijken op het gebied van epidemiologisch beheer uit te wisselen. Ad-hocsteun aan verschillende landen hielp hen passende procedures in te voeren om de eerste besmettingsgevallen op te sporen.

Een "één gezondheid"-benadering met langdurige bijstand, in het bijzonder voor Afrika, zal de capaciteit voor vroegtijdige opsporing en monitoring van uiterst gevaarlijke

ziekteverwekkers blijven vergroten. In verschillende regio's worden regionale CBRN- actieplannen en interregionale samenwerking ontwikkeld. Bovendien is het initiatief rijp genoeg om verdere acties die gericht zijn op veiligheidsbestuurskwesties op het gebied van cybercriminaliteit, terrorisme, kritieke infrastructuur, vervalste geneesmiddelen, hybride dreigingen en explosieven, te ondersteunen, en om de samenwerking inzake nucleair forensisch onderzoek, grenscontrole en controle op de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik te bevorderen. In het kader van het EU-netwerk van kenniscentra op het gebied van CBRN, heeft het JRC van de EU in 2020 in samenwerking met het Amerikaanse Ministerie van Energie en het Kiev Institute for Nuclear Research onderwijs- en opleidingsactiviteiten ontwikkeld op het gebied van nucleaire beveiliging voor deelnemers uit Georgië, Oekraïne, Azerbeidzjan en Moldavië, om de nucleaire beveiliging in het Zwarte- Zeegebied te

verbeteren. Daarnaast heeft het steun verleend aan de uitvoering van drie projecten op het gebied nucleaire beveiliging in de GUAM-landen (Georgië, Oekraïne, Azerbeidzjan en Moldavië). In Oekraïne en Moldavië werden desktop- en veldoefeningen uitgevoerd op basis van scenario's van nucleaire smokkel. De opleiding van jonge professionals op het gebied van nucleaire beveiliging werd aangeboden aan het Kiev Institute for Nuclear Research en het Kharkov Institute for Physics and Technology. Daarnaast werd een regionaal nucleair forensisch informatiesysteem opgezet. Met het oog op de instandhouding van de nucleaire forensische capaciteiten in de Zwarte-Zeeregio zijn drie vervolgprojecten voor de GUAM- landen gestart, die in 2021 van start moeten gaan en door het Centrum voor wetenschap en technologie in Oekraïne worden beheerd. Bovendien is in Georgië en Armenië een project voor de capaciteitsopbouw op het gebied van nucleair forensisch onderzoek ontwikkeld onder het beheer van het Internationaal Centrum voor wetenschap en technologie (ICWT).

Ook dit project gaat in 2021 van start.

(30)

64. Wat de interne aspecten van de mitigatie van CBRN-dreigingen betreft, is de uitvoering van het actieplan ter verbetering van de paraatheid bij veiligheidsrisico's op chemisch, biologisch, radiologisch en nucleair gebied, dat in oktober 2017 door de Commissie werd gepresenteerd als onderdeel van een breder pakket terrorismebestrijding, eind 2019 geëvalueerd. Het

document wordt nog steeds beschouwd als het geldende beleidskader op CBRN-gebied. In de terrorismebestrijdingsagenda van 2020 zijn bepaalde CBRN-aspecten versterkt, met name in verband met de dreiging die uitgaat van chemische agentia en in verband met bioveiligheid.

Wat het eerste betreft, onderzoekt de Commissie momenteel of het haalbaar is de toegang te beperken tot bepaalde chemische stoffen die voor kwaadwillige doeleinden kunnen worden gebruikt. De werkzaamheden op het gebied van CBRN-detectie – met inbegrip van de door de Commissie gecoördineerde apparatuurtests die sommige lidstaten hebben verricht – zijn zoals gepland voortgezet. Sommige CBRN-activiteiten die in 2019 van start zijn gegaan, moesten echter in 2020 worden opgeschort; met name de opleidingscampagne voor rechtshandhavers in de EU inzake radiologische bedreigingen, die plaatsvond in het opleidingscentrum EUSECTRA in Karlsruhe.

65. De uitvoering van het actieplan wordt ondersteund door projecten die worden

medegefinancierd door de politiële component van het Fonds voor interne veiligheid (ISF Police). Twee van de geselecteerde initiatieven waren bijzonder relevant voor het CBRN- beleid. Een daarvan (Mall-CBRN) heeft betrekking op CBRN-bescherming en -paraatheid in grote winkelcentra, terwijl een ander (Safe Stadium) een soortgelijke aanpak hanteert voor grote sportstadions, met name voetbalstadions. Een van de voordelen van beide initiatieven is dat er eindgebruikers in de consortia zitten, bijvoorbeeld de voetbalclub Real Madrid.

(31)

66. Het CBRN-actieplan kreeg wetenschappelijke en technische ondersteuning vanuit een reeks onderzoeksprojecten die worden gefinancierd in het kader van de doelstelling "Een veilige samenleving" binnen het zevende kaderprogramma. Het onderzoek heeft betrekking op de volledige crisisbeheersingscyclus, van preventie tot herstel. Onderzoek naar de behoefte aan normalisatie zou kunnen uitmonden in "Europese normen". Het horizon 2020-programma zal het huidige CBRN-onderzoekswerk via gerichte thema's intensiveren.

DENKTANKS

67. Op grond van Besluit 2010/430/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 wordt de uitvoering van de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens actief ondersteund door het EU-Consortium non-proliferatie en ontwapening, dat in januari 2011 met zijn

werkzaamheden is begonnen. Op 26 februari 2018 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2018/299 vastgesteld, waarbij de EU-steun voor de activiteiten van het consortium voor de periode 2018-2021 wordt verlengd, door voort te bouwen op de verwezenlijkingen tot dusver en door nieuwe projecten toe te voegen.

68. De activiteiten van het Consortium hebben de zichtbaarheid van de EU in derde landen en bij het maatschappelijk middenveld vergroot, en in aanzienlijke mate bijgedragen tot de

beleidsvorming van de EU op het gebied van non-proliferatie en ontwapening. Het Consortium biedt een platform voor informele contacten tussen beroepsbeoefenaars en stimuleert de dialoog tussen verschillende belanghebbenden. Met zijn activiteiten heeft het Consortium geholpen een groter bewustzijn te creëren omtrent de uitdagingen in verband met massavernietigings- en conventionele wapens, en ook zijn er in dat verband oplossingen verkend. Het Consortium put uit een uitgebreid netwerk van 99 denktanks en

onderzoeksinstituten in heel Europa, met leden uit alle EU-lidstaten en uit partnerlanden als Zwitserland, Turkije en Oekraïne. In 2020 hebben 9 instellingen zich bij het netwerk

aangesloten.

(32)

69. Het Consortium heeft voor al zijn evenementen qua gender, leeftijd, expertisegebied en geografische vertegenwoordiging voor een divers deelnemers- en sprekersveld gezorgd. Als gevolg van de COVID-19-pandemie hebben deze gebeurtenissen in 2020 virtueel

plaatsgevonden. Het ging in 2020 meer in het bijzonder om de volgende evenementen ter uitvoering van Besluit (GBVB) 2018/299 van de Raad:

• een cursus nucleaire non-proliferatie voor afgestudeerden en postdoctorale studenten op het gebied van IT en engineering, getiteld "The Spread of Nuclear Weapons:

History, Threats and Solutions’ (19-21 februari 2020);

• een ad-hocseminar getiteld "Strengthening Non-proliferation and Disarmament Education in Europe" (deel I) (23-24 juni 2020);

• de 9e EU-raadplegingsbijeenkomst, waarin EU-ambtenaren en Europese deskundigen bijeenkwamen (10-11 september 2020);

• de 4e jaarvergadering van het Europees netwerk van onafhankelijke denktanks inzake non-proliferatie en ontwapening (9 november 2020);

• de 9e EU-conferentie inzake non-proliferatie en ontwapening (12-13 november 2020);

• een workshop in het kader van Next Generation (25 november 2020);

• een ad-hocseminar getiteld "Addressing illicit SALW and ammunition in conflict affected areas: The role for peace support operations" (14-15 december 2020)

(33)

70. Het Consortium heeft in 2020 een maandelijkse nieuwsbrief en zes EU-discussienota's over non-proliferatie en ontwapening uitgebracht4. Tussen 2018 en 2021 bestonden de

opleidingsactiviteiten uit e-learningcursussen over non-proliferatie en ontwapening en EU- beleid, en voorts steun voor 36 non-proliferatie- en ontwapeningsstages bij leden van het netwerk.

UITVOERCONTROLES

71. In 2020 is de Groep export van conventionele wapens van de Raad (Coarm) begonnen met het realiseren van de doelstellingen in de conclusies van de Raad over de evaluatie van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB in verband met de controle op

wapenuitvoer5. Nadat in de Groep Coarm overeenstemming was bereikt, heeft de Europese Dienst voor extern optreden in oktober op haar website een onlinedatabank opgezet waarmee het publiek de gegevens over de wapenuitvoer van de lidstaten gebruikersvriendelijk kan raadplegen en analyseren. Deze databank werd over het algemeen verwelkomd als een aanzienlijke verbetering van de transparantie op het gebied van wapenuitvoer. De databank bevat informatie over de waarde, de bestemming en het type wapenuitvoervergunning en over de daadwerkelijke uitvoer uit de lidstaten, en zal jaarlijks worden bijgewerkt. Voorts heeft de Groep Coarm een besluit van de Raad opgesteld betreffende

eindgebruikerscertificaten voor de uitvoer van handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor. Dit besluit is in januari 2021 vastgesteld en draagt bij tot de verdere convergentie van het wapenuitvoerbeleid van de lidstaten. De Groep Coarm zette haar contacten en

regelmatige dialoog met diverse belanghebbenden, waaronder maatschappelijke organisaties, het ICRC en vertegenwoordigers van de Europese defensie-industrie, voort.

4 Te raadplegen op https://www.nonproliferation.eu/activities/online-publishing/non- proliferation-papers/

5 https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-12195-2019-INIT/nl/pdf.

(34)

72. Voorts heeft de EU ook haar initiatieven ter ondersteuning van derde landen bij het opzetten van een wapenuitvoercontrolesysteem, en ter bevordering van de universalisering van het Wapenhandelsverdrag voortgezet. In het verlengde van Besluit (GBVB) 2018/101 van de Raad van 23 januari 2018 en de opvolger daarvan, Besluit (GBVB) 2020/1464 van de Raad van 12 oktober 2020 over de bevordering van doeltreffende controle op de

wapenuitvoer, dat wordt uitgevoerd door het Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle (Duits Bureau voor economie en uitvoercontrole, "BAFA"), heeft er een aantal workshops en evenementen voor individuele bijstand plaatsgevonden, meestal in virtuele vorm als gevolg van de pandemie. Daarnaast hebben de organisaties BAFA en Expertise France in het kader van Besluit (GBVB) 2017/915 van de Raad verdere regionale voorlichtingsactiviteiten, op maat gesneden nationale ondersteuningsprogramma's en ad-hocworkshops voor individuele ondersteuning uitgevoerd, ter bevordering van de daadwerkelijke uitvoering en

universalisering van het Wapenhandelsverdrag.

73. In het kader van de politieke dialoog over aangelegenheden in verband met de controle op de wapenuitvoer hebben in 2020 bijeenkomsten plaatsgevonden met Noorwegen en de

Verenigde Staten. Deze bijeenkomsten in het kader van de politieke dialoog waren een forum voor vruchtbare gedachtewisselingen over aangelegenheden van wederzijds belang, zoals het uitvoerbeleid ten aanzien van specifieke bestemmingen, nalevings- en controlevraagstukken, en het proces omtrent het Wapenhandelsverdrag.

74. In 2020 ging de EU voort met het regelmatig actualiseren van haar regelgeving als reactie op ontwikkelingen in multilaterale uitvoercontroleregelingen. Zo heeft de Europese Commissie op 7 oktober 2020 een gedelegeerde verordening vastgesteld waarbij de EU-controlelijst tweeërlei gebruik in overeenstemming wordt gebracht met besluiten die in 2019 zijn genomen in het kader van multilaterale uitvoercontroleregelingen, en nieuwe controles ingevoerd voor onder meer software voor toezicht op rechtshandhaving en digitale

forensische instrumenten. Bij de actualisering van de EU-controlelijst in 2020 werden ook controles ingevoerd op 24 extra chemische stoffen, waaronder precursoren van het zenuwgif novitsjok, in overeenstemming met het tijdens de intersessionele vergadering van de

(35)

75. De coördinatiegroep tweeërlei gebruik is doorgegaan met het verlenen van steun voor een effectieve en consistente uitvoering van uitvoercontroles in de EU. In 2020 zijn er nieuwe functies van het "elektronisch systeem producten voor tweeërlei gebruik" uitgebracht om het systeem aan te passen aan wijzigingen in de regelgeving, zoals de geactualiseerde

controlelijst van 2019 en beveiligd elektronisch overleg tussen de bevoegde autoriteiten.

Gezien de brexit werd een nieuwe functie ingevoerd ter ondersteuning van de informatie- uitwisseling met de bevoegde autoriteit van het VK in het kader van het Protocol inzake Noord-Ierland. Ook heeft de EU voortgang gemaakt met de ontwikkeling van een

"elektronisch vergunningsplatform" voor gebruik door de lidstaten op vrijwillige basis, en is zij begonnen met de integratie van elektronische vergunningssystemen voor tweeërlei gebruik met elektronische douanesystemen, in het kader van het éénloketinitiatief. Het jaarverslag over uitvoercontrole6 is gepubliceerd om voor transparantie met betrekking tot uitvoercontroles en vergunningsactiviteiten te zorgen, en op 11 december 2020 is er een forum voor uitvoercontrole georganiseerd voor belanghebbenden uit de lidstaten, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld7.

6 https://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2021/february/tradoc_159415.pdf

7 https://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2019/december/tradoc_158495.pdf

(36)

76. De evaluatie van het uitvoercontrolebeleid van de EU is aanzienlijk gevorderd. De Raad en het Europees Parlement hebben overeenstemming bereikt over de modernisering van de uitvoercontroles van de EU. Tot de uitgebreide wijzigingen die zijn aangebracht om de controles efficiënter en doelmatiger te maken, behoren geactualiseerde definities en controleparameters, harmonisatie, vereenvoudiging en digitalisering van de

vergunningverlening, meer informatie-uitwisseling en samenwerking met derde landen. De nieuwe verordening zal het bestaande EU-systeem voor uitvoercontrole efficiënter maken door een nieuwe dimensie "menselijke veiligheid" in te voeren, zodat de EU kan reageren op de uitdagingen van opkomende technologieën voor tweeërlei gebruik – vooral technologieën voor cybertoezicht – die een risico vormen voor de nationale en internationale veiligheid, ook voor de bescherming van de mensenrechten. De nieuwe verordening zal in 2021 formeel worden vastgesteld en in werking treden. De activiteiten van multilaterale

uitvoercontroleregelingen werden aanzienlijk beïnvloed door de pandemie; plenaire vergaderingen moesten worden geannuleerd, maar de werkgroepen konden via virtuele vergaderingen toch bepaalde werkzaamheden verrichten. De EU heeft in elk geval deelgenomen aan de intersessionele vergadering van de Australiëgroep in Bratislava (5-7 februari 2020).

77. De uitvoering van het EU-programma voor uitvoercontrole P2P voor het doeltreffender maken van systemen voor controle op de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik en daarmee verband houdende uitrusting, materialen en technologieën is vanuit zes regio's voortgezet. In 2020 bestreek het programma 41 landen, waaronder 14 landen die deelnemen aan de "Export Control Targeted Initiatives" (regionale initiatieven voor uitvoercontrole) met het Centrum voor wetenschap en technologie van Oekraïne en het Internationaal centrum voor wetenschap en technologie in Kazachstan. Er heeft een aantal regionale workshops, nationale bijstandsevenementen en ad-hocondersteuningsseminars plaatsgevonden, meestal virtueel als gevolg van de pandemie.

(37)

78. De intensieve coördinatie van het EU-programma voor uitvoercontrole P2P met het

programma Export Control and Related Border Security van het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken is voortgezet. Er werden gezamenlijke EU-VS-seminars georganiseerd om informatie over dreigingsevaluatiemethodes uit te wisselen, gezamenlijke

impactindicatoren vast te stellen en de ondersteuning op het terrein te coördineren. De 6e editie van de EU-P2P-zomeruniversiteit over strategisch handelstoezicht voor partnerlanden van het EU-programma voor uitvoercontrole P2P voor producten voor

tweeërlei gebruik werd van 17 tot 21 augustus 2020 online georganiseerd door de FPI en het JRC. Het EU-P2P-portaal, dat naar de officiële webomgeving van de Europese Unie

(https://europa.eu/cbrn-risk-mitigation/eu-p2p_en) is gemigreerd, is in 2020 verder verbeterd.

Het portaal blijft het platform voor alle outreachprogramma's van de EU betreffende de controle op de uitvoer van militaire goederen en producten voor tweeërlei gebruik, met als doel de informatie-uitwisseling met de EU-partnerlanden op maat te snijden. Het programma wordt gefinancierd uit het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede.

79. In 2020 heeft het JRC van de Commissie het uitvoercontrolehandboek voor chemische stoffen verder ontwikkeld, en de databank beschikbaar gesteld op het JRC-portaal. Een tweede herziening van het handboek zal in het voorjaar van 2021 worden gepubliceerd.

Referentie: https://ec.europa.eu/jrc/en/news/world-trade-controls-export-control-handbook- chemicals

80. In januari 2021 heeft het JRC van de Commissie het nieuwe onlineplatform TIM Dual-Use gepubliceerd, waarmee meer dan 70 miljoen onderzoekssamenvattingen (Scopus), octrooien (Patstat) en door de EU gefinancierde projecten (CORDIS-databank) met tweeërlei-

gebruikrelevantie in kaart kunnen worden gebracht. Referentie:

https://ec.europa.eu/jrc/en/science-update/tim-dual-use-tool-track-possible-dual-use- relevance-research-and-innovation-results

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De EU zal zich in de VN constructief blijven inzetten voor de bestrijding van racisme, rassendiscriminatie, vreemdelingenhaat en onverdraagzaamheid in de wereld, met als doel de

11. onverminderd Richtlijn 98/79/EG, overeenstemming moeten bereiken over een gemeenschappelijke, geactualiseerde, door hen bij te houden en met de ECDC en de Commissie 9 te

In de overeenkomst tussen de federale staat en de stad Antwerpen betreffende de aanwerving van personeel belast met de begeleiding van gerechtelijke maatregelen voor de

Dit bedrag komt ten goede aan de musea die in de stichting zijn ondergebracht verminderd met het bedrag voorzien voor responsabiliseringsbijdrage, het bedrag

De Raad verwelkomt de aanstaande tiende toetsingsconferentie van de partijen bij het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens (Non-Proliferatieverdrag - NPV) en

Dat leidt ertoe dat de laatste tijdens het werkjaar 2015-2016 (dus tussen 1 september 2015 en 31 augustus 2016) ingediende dossiers in beginsel tijdens de maand maart

Vilvoordenaars trots maken op hun stad door Vilvoorde als ideale woonstad, als stad aan het water, en als innovatieve stad maximaal uit te bouwen.. Vilvoorde verder uitbouwen

• => De sterke punten kunnen steunpunten zijn bij het bepalen van de te bereiken doelstellingen in het kader van het GPMI. • => De zwakke punten kunnen diegene zijn waarop