• No results found

Duiding rechten MR i.r.t. SHP

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Duiding rechten MR i.r.t. SHP"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Notitie

Team Sygma BV Kastanjelaan 500 5616 LZ Eindhoven

Postbus 339 5500 AH Veldhoven Nederland

T +31(0)40 258 77 88 post@sygma.nl www.sygma.nl

KvK 60610506 BTW 8539.82.491.B.01 IBAN NL41 RABO 0181 0597 11

Achtergrond en vraagstelling

De gemeente Asten en schoolbesturen Prodas en PlatOO hebben het afgelopen jaar in goed overleg een strategisch huisvestingsplan1 (SHP) laten opstellen. Het SHP beschrijft een aantal maatregelen in de huisvesting van de basisscholen in de kern Asten, waaronder de samenvoeging en verplaatsing van locaties. Bij vaststelling van het SHP door de gemeenteraad van de gemeente Asten is een motie2 aangenomen waarin de gemeenteraad uitspreekt dat:

• de gedachte spreiding acceptabel is en met name de ligging van een nieuwe school op Loverbosch, de school op Voordeldonk en het Talent in de Bloemenwijk;

• er mogelijk een betere en veiliger ligging van de school in Asten West kan worden bewerkstelligd;

Verzoekt het college om na te gaan of er in goed overleg tussen de schoolbesturen en het college tot een alternatief voor Asten West kan worden gekomen en geeft de verantwoordelijke wethouder gelegenheid om daar afspraken over te maken met de schoolbesturen;

Roept het college en de schoolbesturen op om de communicatie naar de ouders en MR-ren te intensiveren en te verbeteren.

Deze motie volgt uit signalen vanuit een of meer medezeggenschapsorganen. Om de MR te overtuigen heeft de gemeente Asten aan Team Sygma verzocht om “een juridisch sluitende beantwoording van de vraag of de MR nu wel of niet inspraak/instemmingsrecht heeft voor de locatiekeuze en welke

bevoegdheden zij verder heeft”.

Context

Het SHP beschrijft een aantal huisvestingsmaatregelen voor de kern Asten. Voorgesteld wordt onder meer een verhuizing van basisschool Sint Bonifatius (Prodas) en een verhuizing/verplaatsing van basisschool De Horizon (PlatOO). De medezeggenschapsorganen van beide scholen hebben vragen gesteld over de nieuwe locatie (o.a. geschiktheid van de voorgestelde locatie) respectievelijk de afstand tot de nieuwe locatie en de route ernaartoe.

Het SHP heeft draagvlak van de gemeente en beide schoolbesturen. De vragen die nu naar voren komen, hangen samen met locaties en daaruit voortvloeiende consequenties voor gezinnen met kinderen op de scholen.

Op grond van de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) is aan een basisschool een medezeggen- schapsraad (MR) verbonden. Indien het bevoegd gezag van de school bovendien meer dan één

1 Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs te Asten, kenmerk 1606021334R5-EVW d.d. 19 december 2017, Team Sygma

2 Motie M1 d.d. 30 januari 2018, Raad van de Gemeente Asten kenmerk 1803081629-BF

auteur Bert Fransen datum 13 maart 2018

betreft Duiding rechten MR i.r.t. SHP project SHP Asten | 11402A

(2)

2|4 basisschool in stand houdt – dat is zowel voor PlatOO als Prodas het geval – dient er ook een

gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) te worden ingericht.

Het bevoegd gezag stelt een medezeggenschapsreglement op voor de MR(-en) en GMR. Uit het medezeggenschapsreglement blijken de bevoegdheden van de (G)MR. De WMS maakt onderscheid naar een instemmings- en adviesbevoegdheid, waarbij de WMS reeds een opsomming geeft van onderwerpen die instemming dan wel advies van de (G)MR vereisen. De (G)MR kan een aan de (G)MR toekomende instemmings- of adviesbevoegdheid omzettingen in een advies- resp. instemmings- bevoegdheid. Ook kunnen via het reglement nieuwe advies- of instemmingsbevoegdheden voor de (G)MR worden geïntroduceerd.

Bij de beoordeling van de vraagstelling zijn de bevoegdheden zoals die blijken uit artt. 10, 11, 12 en 13 van de WMS betrokken. Mogelijk wijken medezeggenschapsreglementen van bij het SHP betrokken scholen dan wel het reglement van de GMR van beide schoolbesturen hiervan af. Vooralsnog zijn we dat niet nagegaan.

Bevoegdheden (G)MR i.r.t. verhuizing of verplaatsing Instemmingsrecht

Op basis van de in artikel 10, 12 en 13 WMS beschreven instemmingsbevoegdheden hebben we niet kunnen concluderen dat voor verhuizing of verplaatsing van een school sprake zou zijn van een instemmingsbevoegdheid van de (G)MR.

Adviesrecht

Op grond van artikel 11 WMS komt een adviesrecht voor de MR van de bij het SHP betrokken scholen naar voren. Het betreft de volgende aangelegenheden:

f. vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot de organisatie van de school

In dit kader verwijzen we naar de uitspraak van de Landelijke Commissie voor Geschillen WMS, nr. 106770 d.d. 30 juni 2015:

De interpretatie

Wat betreft de verhuizing/sluiting van dislocatie F overweegt de Commissie dat dit in de kern een huisvestingskwestie betreft, die op zichzelf niet is aan te merken als beëindiging of belangrijke inkrimping van (een belangrijk onderdeel van) de werkzaamheden van de school, als bedoeld in artikel 11 onder c WMS. Immers, in geval van verhuizing/sluiting van F, worden de werkzaamheden die plaatsvonden op de dislocatie niet beëindigd of ingekrompen, maar op de gebruikelijke wijze voortgezet op de hoofdlocatie.

Daarmee is feitelijk sprake van verplaatsing van de werkzaamheden, een aangelegenheid die naar het oordeel van de Commissie valt onder artikel 11 onder f WMS, te weten een besluit tot vaststelling van of wijziging van het beleid met betrekking tot de organisatie van de school. De MR heeft adviesrecht ten aanzien van deze aangelegenheid.

In het SHP wordt uitgegaan van het herschikken c.q. verhuizen (mogelijk verplaatsen) van scholen in Asten om te komen tot een evenwichtige spreiding van onderwijsvoorzieningen over de dorpskern. Op grond van artikel 11 lid 1 sub f WMS hebben de medezeggenschapsraden van de betreffende scholen hierin een adviesbevoegdheid.

(3)

3|4 Hoewel dit nu nog niet aan de orde lijkt te zijn, kan een adviesbevoegdheid van de (G)MR ook aan de orde komen bij de volgende aangelegenheden:

c. beëindiging, belangrijke inkrimping, niet zijnde een verzelfstandiging als bedoeld in artikel 84a, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs, of uitbreiding van de werkzaamheden van de school of van een belangrijk onderdeel daarvan, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake.

d. het aangaan, verbreken of belangrijk wijzigen van een duurzame samenwerking met een andere instelling, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake.

n. nieuwbouw of belangrijke verbouwing van de school.

Ad c. Indien en voor zover sprake gaat zijn van maatregelen die leiden tot een verschuiving in de belangstellingspercentages van scholen, kan dat leiden tot inkrimping of uitbreiding van de werkzaamheden van de school. In het SHP is uitgegaan van verhuizing van de twee scholen Sint Bonifatius en Sint Lambertus naar de locatie Varendonck, ’t Lover naar locatie Voordeldonk en De Horizon en ‘t Toverkruid naar locatie Loverbosch.

In het SHP is enkel rekening gehouden met reguliere demografische krimp die ook zonder het SHP aan de orde is. Echter een kleine 30 leerlingen van ’t Lover zijn meegeteld bij ’t Talent in verband met de daar beschikbare huisvestingscapaciteit. Als zodanig zou gesteld kunnen worden dat er sprake is van krimp van ’t Lover en groei van ’t Talent. De praktijk kan echter weerbarstiger zijn (keuze ouders).

Uit de nieuwsbrief van Prodas van 1 maart 2018 blijkt overigens dat Prodas vooralsnog uitgaat van verhuizen van volledige scholen. Dat zou betekenen dat er niet of nauwelijks sprake is van groei of krimp, anders dan reguliere demografische ontwikkelingen.

Ad d. In het SHP wordt uitgegaan van de vorming van diverse IKC’s in de kern Asten. In het SHP worden nog geen uitspraken gedaan over de partijen die bij deze samenwerking betrokken zouden moeten worden. Slechts de wens tot samenwerken vanuit IKC-perspectief wordt benoemd.

Ad n. In het SHP worden dit soort huisvestingsmaatregelen voorgesteld.

Geschillen adviesbevoegdheid

Op grond van de WMS dient een (G)MR in staat te worden gesteld advies uit te brengen indien een hierboven beschreven aangelegenheid aan de orde is. Indien het bevoegd gezag het advies niet volgt of de (G)MR geen gelegenheid advies uit te brengen, kan een geschil ontstaan. Geschillen worden voorgelegd aan de Landelijke Commissie voor Geschillen WMS. Deze commissie oordeelt of het bevoegd gezag in redelijkheid tot zijn voorstel/besluit heeft kunnen komen. De commissie kan het bevoegd gezag verplichten de gevolgen van het besluit ongedaan te maken of verbieden het besluit uit te (doen) voeren. Indien een (G)MR van mening is dat de commissie een onjuiste toepassing geeft aan de wet, is beroep bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam mogelijk.

Een geschil naar aanleiding van een adviesbevoegdheid van de (G)MR kan dus leiden tot een knelpunt bij de uitvoering van een besluit door een bevoegd gezag.

In dat kader verwijzen we naar uitspraak 105040 d.d. 29 juli 2011:

Gelet op de bewoordingen van artikel 34 lid 3 WMS dient de Commissie een zekere mate van terughoudendheid te betrachten bij de beoordeling van een adviesgeschil. Een besluit zal derhalve slechts dan niet in stand kunnen blijven indien de belangenafweging van het bevoegd gezag tot een apert onredelijke uitkomst leidt, dan wel indien aan de totstandkoming van het besluit van het bevoegd gezag ernstige - medezeggenschapsrechtelijke -

procedurele gebreken kleven. […]

(4)

4|4 Het beëindigen van de werkzaamheden van een (deel van de) school is een dermate ingrijpend besluit voor de betrokken ouders, leerlingen en het op de school werkzame personeel dat van een bevoegd gezag verwacht mag worden dat ouders en personeel in een zo vroeg mogelijk stadium bij de besluitvorming worden betrokken. […]

Vastgesteld moet worden dat het bevoegd gezag lang getalmd heeft met het in gang zetten van de in de WMS beschreven procedures met betrekking tot het verzoeken om advies en instemming. […]

Gelet op de geschetste omstandigheden heeft het bevoegd gezag naar het oordeel van de Commissie nagelaten om de deelraad tijdig en op juiste wijze te betrekken bij de besluitvorming waar dat zeer wel mogelijk was geweest. De Commissie acht alleen al deze nalatigheid dusdanig ernstig dat niet gezegd kan worden dat het besluit is genomen met inachtneming van de ter zake geldende voorschriften van de WMS. Deze inbreuk op de voorschriften van de WMS heeft geleid tot een ernstige belemmering van de deelraad in de uitoefening van zijn rechten. De Commissie is van oordeel dat hierdoor de belangen van de deelraad ernstig zijn geschaad. Aan het besluit om C, locatie X per 1 augustus 2011 te sluiten, kleven derhalve zodanige procedurele gebreken, dat het besluit naar het oordeel van de Commissie reeds hierom niet in stand kan blijven.

Hoewel het SHP in formele zin – vanuit het perspectief van voorzieningen in de huisvesting – ‘slechts’

een beleidsdocument is, dient de (G)MR van de betreffende scholen tijdig bij dit proces te worden betrokken en in de gelegenheid te worden gesteld haar adviesrecht uit te oefenen.

Wijzigingen WMS

In de loop van 2017 zijn er twee wetsvoorstellen voorgelegd ter (internet)consultatie. Het betreft de volgende voorstellen:

• Wetsvoorstel instemmingsbevoegdheid hoofdlijnen begroting funderend onderwijs;

• Wetsvoorstel actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs.

Indien en voor zover het wetgevingsproces voor deze wetsvoorstellen succesvol wordt afgerond, leidt de inhoud van de – momenteel – voorgenomen wetswijzigingen niet tot een ander antwoord op de vraag in deze notitie.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In afwijking van dit artikel is in voorschrift 1.1 opgenomen, dat enkel met goedkeuring van Gedeputeerde Staten van het tijdstip zoals opgenomen in de

De bezwaren van Taman Siswo en Mohammadiah tegen deze regeling zijn voornamelijk van politie- ken aard, daar zij bevreesd zijn, dat onderwijs op nationalistischen grondslag

Instaan voor een optimale communicatie met diverse klanten met het oog op een klantgerichte dienstverlening.. Dit omvat onder meer

- een adviesgeschil indien het bevoegd gezag een besluit heeft genomen waarvoor niet het vereiste advies is gevraagd of waarover door de (G)MR, de groeps-MR, een geleding, de

De OMR heeft niet in redelijkheid instemming kunnen onthouden aan het voorgenomen besluit van het bevoegd gezag. De vakantieregeling is in dit geval van gemeenschappelijk belang

Artikel 18a Wet op het primair onderwijs bevat de opdracht aan het bevoegd gezag om een ondersteuningsplan vast te stellen dat voldoende concreet bepaalt welke ondersteuning

Het geheel overziend is de Commissie van oordeel dat vanwege de on- zekerheid over de mogelijke gevolgen van de fusie het bevoegd gezag onvoldoende invulling heeft gegeven aan

De PMR heeft in redelijkheid tot het onthouden van instemming kunnen komen en er zijn geen zwaarwegende omstandigheden die het voorstel van het bevoegd gezag rechtvaardigen. 105261