• No results found

Vraag nr. 87 van 17 januari 2002 van de heer MARINO KEULEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 87 van 17 januari 2002 van de heer MARINO KEULEN"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 87 van 17 januari 2002

van de heer MARINO KEULEN Leie – Waterkwaliteit en visbestand

Vanaf de grens met Frankrijk tot Gent heeft de Leie een lengte van 108 kilometer.

De Leie werd ten behoeve van de scheepvaart gro-tendeels rechtgetrokken tot in Deinze. Vanaf Dein-ze tot haar monding in de Ringvaart in Gent heeft de Leie haar natuurlijke meandering behouden en heeft ze vegetatierijke oeverstructuren met strui-ken en riet. Boven Deinze begint het A f l e i d i n g s k a-naal van de Leie.

1. Wat is voor de Leie de kwaliteitsverbetering of kwaliteitsverslechtering (fysico-chemische en biologische kwaliteit) voor de jaren 2000 en 2001 ?

2. Welke vooruitgang verwacht men de komende jaren ?

Wanneer wordt een optimaal niveau van de wa-terkwaliteit verwacht ?

3. Op welke plaatsen is het visbestand op de Leie het grootst en op welke plaatsen bijna onbe-staande ?

Antwoord

1. Aangezien de kwaliteitsgegevens inzake het jaar 2001 nog niet volledig gevalideerd, v e r-werkt en geëvalueerd werden, kan nog geen uit-spraak gedaan worden over eventuele wijzigin-gen in de kwaliteit tewijzigin-genover 2000.

Globaal gezien is het bekken van de Leie nog steeds het meest vervuilde rivierbekken van Vlaanderen.

De Leie heeft tot aan het Afleidingskanaal in Deinze (583000-579200) voornamelijk een slechte biologische kwaliteit (Belgische Bioti-sche Index BBI = 4). Enkel in We v e l g e m (581000) wordt een matige kwaliteit vastgesteld (BBI = 5). In Kuurne en Kortrijk is de slechte kwaliteit echter wel verbeterd in vergelij king met vroegere resultaten (zeer slechte kwaliteit in 1997).

De gemiddelde ammoniumconcentratie in de Leie is tot vijfmaal hoger dan de

basiskwaliteits-norm van 1 mg N/l (N : stikstof – red.). Ook de gemiddelde fosfaatconcentratie ligt hoger dan de norm, alhoewel op dit vlak toch een verbete-ring gezien wordt in vergelijking met metingen uit 1999.

De Toeristische Leie (571300-571900) is biolo-gisch van matige kwaliteit. Ook hier worden hoge ammonium- en fosfaatconcentraties vast-gesteld.

De waterkwaliteit van de Oude Leiearmen, m e t bestemming "viswater", varieert van "aanvaard-baar" tot "matig verontreinigd" (zie verder). Viswater

Alle Oude Leiearmen (afgesneden meanders) hebben de wettelijke bestemming "viswater". Ook een deel van de Leie zelf – ongeveer vanaf Zulte – kreeg deze wettelijke bestem-ming.

De waterkwaliteit van de Oude Leiearmen va-rieert van "aanvaardbaar" tot "verontreinigd". Ook de biologische kwaliteit van de verschillen-de armen varieert : van slecht (BBI 3) tot goed (BBI 8).

De Oude Leiearm in Menen (582100) wordt ge-kenmerkt door occasionele overschrijdingen van ammonium- en BZV-concentraties en occa-sionele zuurstoftekorten (BZV : b i o l o g i s ch zuurstofverbruik – red.). Gedurende grote pe-rioden worden er echter zuurstofoververzadi-gingen gemeten. Dit wordt ook vastgesteld op de Oude Leiearm in Wevelgem (580501). H i e r worden bijkomend occasionele verhogingen van de concentratie aan zwevende stoffen vastge-steld.

Op de Oude Leiearmen in Wielsbeke (638000-645100) worden geregeld overschrijdingen vast-gesteld voor BZV en zwevende stoffen. D e z e laatste parameter vormt vooral een probleem in de Oude Leiearmen in de deelgemeentes Des-selgem (645100), S i n t - E l o o i s - Vijve (639010) en S i n t - B a a f s - Vijve (638000), waar gedurende meer dan de helft van het jaar overschrijdingen worden vastgesteld. In de Oude Leie in Sint-B a a f s - Vijve (638000) worden bijkomend hoge chlorofyl a-concentraties gemeten.

(2)

v i s w a t e r. Toch wordt hier een verbetering van de Prati-index vastgesteld.

De Oude Leie in Olsene (Deinze – 575900-576350) wordt voornamelijk gekenmerkt door een te hoge concentratie aan ammonium en er worden geregeld zuurstoftekorten vastgesteld. Daarnaast komen te hoge BZV-gehaltes en ge-haltes aan zwevende stoffen voor. De andere Oude Leiearmen in Deinze (576400, 594500 en 595000) worden gekenmerkt door occasionele overschrijdingen van het BZV en zwevende stoffen en occasionele zuurstoftekorten. De arm ter hoogte van Gottem (595000) heeft zelfs een goede biologische kwaliteit : hier wordt een BBI van 8 gemeten.

De Oude Leie in Deinze (590000) wordt geken-merkt door verhoogde gehaltes aan zwevende stoffen en occasionele overschrijdingen van de BZV-concentraties.

De Leie zelf (576000) voldoet absoluut niet aan de strenge normen van viswater. De To e r i s t i s c h e Leie (572000-573200) voldoet niet op het vlak van ammonium- en zuurstofconcentratie. O p enkele plaatsen wordt bijkomend een over-schrijding van de concentraties aan zwevende stoffen vastgesteld. Occasioneel treedt een te hoge biochemische zuurstofvraag op.

2. Verwacht mag worden dat de volgende jaren een belangrijke kwaliteitsverbetering zal optre-den in het bekken van de Leie.

De voorbije jaren werden belangrijke inspan-ningen geleverd door de verschillende doelgroe-p e n . In versneld temdoelgroe-po wordt de rioolwaterzui-veringsinfrastructuur verder uitgebouwd en worden de zuiveringsinstallaties geoptimali-seerd naar verwijdering van stikstof en fosfor. De industrie doet belangrijke investeringen in zuiveringsinfrastructuur en door het in werking treden van het MAP 2 kan een daling van het agrarische aandeel in de vervuiling verwacht w o r d e n (MAP : Mestactieplan – red.). D e meetplaatsen aan de grens tonen aan dat de wa-terkwaliteit langzaam maar zeker verbetert door de saneringen in Frankrijk en Wa l l o n i ë . Het effect van deze investeringen op de water-kwaliteit van de Leie zal zich dan ook de ko-mende jaren ten volle laten voelen.

Momenteel werkt de Vlaamse Milieumaat-schappij (VMM) aan een AWP 2 (Algemeen Waterkwaliteitsplan) voor de leie. Dit plan zal begin volgend jaar beschikbaar zijn. In het AW P

2 worden voor een aantal parameters vrachten-balansen opgesteld en gebeurt een toetsing aan de milieukwaliteitsnormen. Indien er overschrij-dingen van de milieukwaliteitsnormen vastge-steld worden, worden de noodzakelijke vuil-vrachtreducties berekend. De reeds bekende sa-neringsinspanningen (onder andere waterzuive-ringsinfrastructuur) worden doorgerekend naar hun effect op de waterkwaliteit. Te g e l i j k e r t i j d zullen modellen gekalibreerd en geoperationali-seerd worden om deze berekende saneringsin-spanningen modelmatig te onderbouwen. 3. In september 2000 werd de Leie door het

Insti-tuut voor Bosbouw en Wildbeheer (IBW), e n dit in het kader van het polluentenmeetnet, v a n Wervik tot Sint-Martens-Leerne op vijf staalna-meplaatsen bemonsterd.

Op alle plaatsen werd vis aangetroffen, in We r-v i k , Wer-velgem en Sint-Martens-Leerne werd zeer veel vis aangetroffen. In totaal werden er zestien vissoorten gevangen, namelijk paling, r i e t v o o r n , b l a n k v o o r n , b r a s e m , k o l b l e i , g i e b e l , k a r p e r, r i v i e r g r o n d e l , z e e l t , b l a u w b a n d g r o n d e l , s n o e k , s n o e k b a a r s, b a a r s, p o s, driedoornige en tiendoornige stekelbaars.

Ter hoogte van Kuurne was er zo goed als geen vis aanwezig, drie van de vijf hier gevangen soorten zijn enkel aangetroffen in een fuik voor de monding van een zijriviertje (de Heulebeek) en deze vangst is dus wellicht hieraan toe te schrijven.

Het hoogste soortenaantal (12 soorten) is terug te vinden in de meest stroomopwaartse zone, namelijk in We r v i k , en het meest stroomaf-waarts gelegen staalnamepunt in Sint-Martens-Leerne.

(3)

in maart 1997 op de Rekkelingebeek (Deinze) vastgesteld werd, nu ook het Leiebekken verder blijkt te koloniseren.

Zeer recentelijk (april en oktober 2001) zijn er door het IBW in het kader van een normerings-project voor polluenten nog een aantal afvissin-gen uitgevoerd in We r v i k . De meeste soorten aangetroffen in 2000, werden bij deze afvissin-gen opnieuw aangetroffen (uitgezonderd snoek, zeelt en karper). Tevens werden er bij deze cam-pagne twee soorten aangetroffen nieuw voor deze locatie, namelijk driedoornige stekelbaars stekelbaars en regenboogforel (5 individuen), deze laatste zijn waarschijnlijk ontsnapt uit een nabijgelegen kweekvijver.

In 2001 is een monitoringsmeetnet voor de vis-stand van de Vlaamse oppervlaktewaters van

start gegaan. Dit visstandonderzoek wordt uit-gevoerd door het Instituut voor Bosbouw en Wi l d b e h e e r. De bedoeling is de kwaliteit van de visstand te onderzoeken, om aldus ook een beeld te verkrijgen van de ecologische water-k w a l i t e i t . De gegevens worden in een databanwater-k i n g e v o e r d . Dit meetnet omvat circa 900 meet-p u n t e n , waarvan 550 omeet-p stromende waters. D e z e locaties zullen om de twee à drie jaar bemon-sterd worden (in overeenkomst met de Kader-richtlijn Water).

Voor de Leie werden elf meetplaatsen geselec-teerd (We r v i k , M e n e n , We v e l g e m , B i s s e g e m , Ku u r n e, S i n t - B a a f s - Vi j v e, Deinze (3), S i n t - M a r-tens-Leerne en Gent). De eerstvolgende vis-standbemonsteringen zullen plaatsvinden in juni 2003.

Tabel : Overzicht van de aangetroffen vissoorten en het totaalaantal soorten op de verschillende staalna-mepunten op de Leie (gegevens verzameld in het kader van het poluentenmeetnet 2000)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hengelhoef Houthalen-Helchteren – Subsidiëring Vrijdag jongstleden raakte bekend dat de Christe- lijke Mutualiteiten (CM) het vakantiepark Hengel- hoef hebben verkocht aan

Deze instelling zal trouwens aan de gepensio- neerde mandataris die bij zijn gemeente een aanvulling van zijn presentiegeld zou willen vra- g e n , overeenkomstig het zojuist

Briegden : de juiste locatie moet nog worden bepaald in overleg met de gemeente Lanaken en de afdeling Wegen en Verkeer Limburg. Overleg

Vissoorten die toen op deze staalnameplaats werden gevangen maar nu niet, zijn : kolblei en vetje.. Er is dus een kleine verschuiving van

Met de gemeenten Bilzen en Lanaken werd onder- handeld om langs de gewestweg N2 (vak Bilzen- Veldwezelt) fietspaden aan te leggen met toepas- sing van module 13 van

In 2000 werden er visbestandsopnames uitge- voerd op de Beneden-Nete (1 staalnameplaats), de Grote Nete (5 plaatsen), de Kleine Nete (2 plaatsen) en twee van haar zijlopen, namelijk

Wat is voor het Albertkanaal de kwaliteitsver- betering of kwaliteitsverslechtering van het water (fysico-chemische en biologische kwali- teit) voor de jaren 2000 en 20011.

– het aantal percelen geheel of gedeeltelijk voorbehouden om te gebruiken voor de dijk- werken : 130 stuks ;.. – het aantal reeds aangekochte percelen : 6 9